wijze van examineeren ook nog bestaan; de oud-adspiranten leggen dit jaar (in Augustus waarschijnlijk) hun gewoon examen nog afde commissie daarvoor is nog niet benoemd. De wet van 31 Mei 1887, tot vaststelling van den diensttijd voor de ingelijfden bij de militie te land der lichting van 1882 en voor de ingelijfden bij de zeemilitie der lichting van 1883, is opgenomen in de Staatscourant No. 130. Zij bevat de twee volgende artikelen: Art. 1. De vijfjarige dienst van de ingelijfden bij de militie te land der lichting van 1882 en de vierjarige dienst A'an de ingelijfden bij de zeemilitie der lichting van 1883 wordt met één jaar verlengd, ten ware de omstandigheden inmiddels Ons raadzaam mochten doen oordeelen hun het ontslag vroeger te verleenen. Art. 2. Op de ingelijfden bij de militie te land, in art. 1 bedoeld, is artikel 125 der wet van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), betrekkelijk de nationale militie, niet van toepassing. De ingelijfden bij de militie, in artikel 1 bedoeld, kunnen behoudens in de gevallen, bedoeld bij art. 137 en art. 144 van evenvermelde wet alleen dan in werkelijken dienst worden geroepen, wanneer de militie in haar geheel door Ons krachtens het eerste lid van art. 184 der Grondwet en krachtens het tweede lid van art. 153 der wet van den 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), betrekkelijk de nationale militie, buitengewoon bijeengeroepen wordt. De oud-ad el borsten en kadets, die op den 14 Juli 1857 de toenmalige Koninklijke Akademie voor Zee- en Landmacht te Breda verlieten, tengevolge van hunne be noeming tot adelborst 1ste klasse of tot 2de luitenant, hebben het voornemen opgevat om op den 14 dezer den 30sten verjaardag van deze voor hen zoo heugelijke gebeurtenis, kameraadschappelijk te 's Hage te herdenken. Bij den biljartwedstrijd, te Nieuwe-Niedorp gehouden, werd de prijs behaald door den heer D. Nierop en de premie door den heer A. Haringhuizen, beiden aldaarbij den kolfwedstrijd de prijs door den heer D. Kuilman, aldaar, en de premie door den heer C. Zomer, te Zuidscharwoude. Men schrijft uit Hoogkarspel: z/Land- en tuinbouw roemen thans de groeizaamheid van het weder der laatste dagen en veld en weide beloven eenen goeden oogst. Konden de ooftboomen de helft hunner bloesems dragen, dan nog zou de opbrengst meer dan over vloedig kunnen zijn. Wel een 14 dagen later dan gewoonlijk, maar toch is de pluk der meiknollen in vollen gang, terwijl de jonge worteltjes, in het open veld geteeld, reeds worden verzonden." Twaalf jongelieden, waarvan het meerendeel den leeftijd van 20 jaren heeft bereikt, ontvingen jl. Vrijdag middag de minder aangename tijding, dat zij, met ingang van 1 Juli a. s., als leerling van 's Rijkswerf te Helle- voetsluis zullen worden ontslagen. „Truth" schrijft: z/De 3 prachtige op de Clyde gebouwde stoombooten, welke de Maatschappij „Zeeland" thans aan haar vloot heeft toegevoegd, zullen de populariteit van deze lijn zeer zeker nog doen vermeerderen. Dat er nog reizigers met de Belgische booten over Dover en Ostende kunnen gaan is ons een raadsel." De werkzaamheden aan den lokaal-spoorweg Hoorn- Medemblik vorderen goed; te Hoorn zal weldra een aan vang worden gemaakt met het leggen der rails. De tussclien- gelegen stations worden nette gebouwen, waarvan de inrichting vooral doelmatig zal zijn. Te Benningbroek wordt thans het terrein om het station opgehoogd. Een en ander verlevendigt die stille streken. De toestand van den tooneelspeler Willem Van Zuijlen, die thans te Carlsbad vertoeft, moet, naar men vermeldt, hoogst zorgwekkend zijn. Op de Pupillenschool te Nieuwersluis zullen tegen 19 Juli e. k. weder pupillen worden geplaatst. Verdere bijzonderheden vermeldt de Staatscourant No. 130. De Gastelsche Beetwortelsuikerfabriek keert over het afgeloopen dienstjaar een dividend uit van 21.66 pet. Het bekende renpaard //Lord Strathnairn," van luite nant Metelerkamp, is aan keelziekte overleden. Het is gebleken, dat een tienjarige knaap te Bennekom het déraillement van den stoomtram op den tweeden Pinksterdag heeft veroorzaakt. De jongen heeft bekend, dat hij een steen tusschen de rails had gelegd en wachtte om te zien, wat er gebeuren zou. toen wendde zij zich naar de trap, naar het kleine nette vertrek daar boven, daar was immers haar eigen, haar vertrouwelijk tehuis. «Tante Lotte!" riep zij op den drempel; als het geluid van een leeuwerik klonk het door de stille kamer der oude, zonderlinge juffer. „Elsjelievelingklonk het terug. Ja, zij was weder te huis, hier werd zij verwacht. Ach, het is zoo heerlijk tehuis te komen, tehuis te komen uit den vreemde! wLieve hemel!" Ik had u bijna niet weder herkend, Elze! maar de oogen zijn het nog!" riep tante Lotte, toen zij het meisje had losgelaten. «Lieve tante, ik ben groot geworden, niet waar? Maar ik ben ook achttien jaar!" „Kom, kom! Doe uw mantel af, zie zoo en zie hier, de thee is aanstonds gereed. Waarlijk, achttien jaar, kind? Ik heb het u immers ook gezegd in het gedicht op uw geboortedag, wat dat beteekent, voor iemand van ons." En tante Lotte stond met den theepot voor het lachende meisje en declameerde: „Achttien jaren! Tijd der lente Eenmaal 's menschen hoogste lust Half ontsloten rozeknoppen, Door de lentezon gekust „O, tante, en ik verheug mij zoo over het leven," viel het meisje de oude dame in de rede. „Als ik over mijn boeken gebogen zat en het hoofd my zoo zwaar was, dat er niets meer in wilde, dacht ik aan al het schoone, dat ieder beleven moet, aan de jeugd, die voor mij ligt. Zuster Beate zeide altijdde hemel heeft aan ieder mensch een zeker deel geluk verzekerd. O, tante, hoe verheug ik mij over mijn aandeelik kon nauwe lijks den tijd afwachten, dat ik de school verlaten mocht!" Tante Lotte schonk haastig de thee in zij was opeens midden in een droom van lente- en nachtegaal-gezang zij was toch ook eens jong geweest en daar zat nu de lente in eigen persoon in haar kamertje. Wat was zij mooi geworden, hoe irisch zag het jeugdige gelaat in het leven, hoe vele, vele knoppen der hope bloeiden achter het gladde witte voorhoofd en tooverden glans in do oogen en vreugde in het hart. „O, de jeugd!" fluisterde de oude dame. „Achttien jaar! In 't armste leven Mengt het blijdschap in de pijn, Vult het donkere dal der toekomst Met zijn gouden zonneschijn." (Wordt vervolgd.) Den 10 Mei jl. overleed Mgr. C. II. J. Reijnen, Bisschop van Assurië en Apostolisch Vicaris van Cura5ao. Eene ongesteldheid van eenige dagen had den dood tengevolge. Eene zoo onverwachte tijding als die van het overlijden van Mgr. Reijnen vervulde, zegt de Curac. Crt., een ieder met sinart. Reeds vóór zijne verheffing tot Bisschop had Z. D. zich bij de Katholieke bevolking bemind weten te maken. In de weinige maanden, dat hij de waardigheid van Bisschop heeft bekleed, heeft hij gelegenheid gevonden om op milde wijze weldadigheid uit te oefenen. Daarom was zijn verscheiden een zoo treurig voorval voor allen, die hem lief hadden, waaronder ook velen zijn, die niet tot zijne geloofsgenooten behooren. De Gouverneur der kolonie, de commandanf van de „Koningin Emma der Nederlanden" en de kapitein comman dant van het garnizoen, leden van den kolonialen raad en van het Hof van justitie, officieren van de schutterij en van het garnizoen, de consuls, enz. waren bij de begrafenis tegenwoordig. Eene onafzienbare menigte volgde den lijkstoet. Onderden titel: „Navolgenswaardig," deelt het „Volks blad" van 5 dezer mede hetgeen te Schagen wordt gedaan ter bevordering van geregeld schoolbezoek. „Op de begrooting der gemeente is eene som uitgetrokken van f 250 (er zijn 350 schoolgaande kinderen) om daaruit de kosten van belooningen en eereblijken ter bevordering van getrouw schoolbezoek te voldoen. Het Hoofd der school geeft door middel van eene kaart, die voor een geheel jaar geldt, aan het einde van iedere maand kennis aan de ouders, hoeveel maal de leerling onschuldig of willekeurig de school heelt verzuimd. Aan het einde van het leerjaar wordt het aantal ver zuimen samengeteld, en ontvangt elk, die minder dan 5 verzuimen heeft, een sierlijk gesteendrukt „Eereblijk" en eene inlage van 85 cents in de Rijkspostspaarbank. Wie het zesde leerjaar tot het einde heeft doorloopen en minder dan 5 keer heeft verzuimd, ontvangt bovendien een prijs ter waarde van f 2.wie dan nog het zevende jaar doorloopt zonder meer dan 5 keer te verzuimen, ontvangt bij het verlaten der school een soort „Eere-diploma." De maatregel werkt uitmuntend. Vooral schijnt het goed te werken, dat de ouders telkens zien, hoe groot het aantal verzuimen hunner kinderen is." De redactie van 't „Volksblad" besluit deze mededeeling aldus: „Eere aan het gemeentebestuur van Schagen, dat op zoo uitmuntende wijze het trouw school bezoek bevordert." Door de Stoorazuivelboerderij van de heerenTuyn en Co. te Edam, zijn eenige belangwekkende proeven genomen met kaasstremsel. Men had daarvoor gekozen de producten van de firma Blumenthal, te Berlijn, dat te Edam op de jongst aldaar gehouden tentoonstelling met den eersten prijs was bekroond en van de sinds korten tijd te Alkmaar gevestigde Stoomfabriek van zuivelbereidingsstoffën van de heeren dr. Graeff en Co. Bij de eerste proef nam men 260 liter melk, die met 3 groote en drie kleine lepeltjes van dr. Graeff Co. in 15 16 minuten stremden, terwijl eene zelfde hoeveelheid, met 2 groote en 3 kleine lepeltjes van Blumenthal, eerst na 26 minuten gestremd was. De tweede proef strekte zich uit over 500 liters melk. Van het Hollandsche stremselpoeder van de Alkmaarsche fabriek gebruikte men 5 groote en 4 kleine lepeltjes, wat na 16 minuten de melk stremmen deed. Met 5 groote lepeltjes van het fabrikaat van' de Berlijnsche fabriek werden 25 minuten tot het stremmen vereischt. Men dient daarbij in het oog te houden, dat de lepeltjes van de heeren dr. Graeff Co. iets kleiner zijn, dan die van den heer Blumenthal en men 3 van de eerste gelijk kan stellen met 2 van de Berlijnsche fabrikanten. Heeft reeds bovengenoemde boerderij zich in menig opzicht verdienstelijk gemaakt waar het de bevordering van de zuivelbereiding aangaat, wij kunnen het niet anders dan toejuichen, dat zij met haar onderzoek ook nu weder den kaasboeren eenen dienst bewijst, te meer nu de uitslag het fabrikaat eener hier te lande gevestigde firma zoo op den voorgrond doet treden. In de Haarl. Crt. is thans door B. en W. van Haarlem een gemotiveerde verklaring geplaatst in zake de beschuldiging waaraan de gemeente-architect e. a. hebben blootgestaan. „Overwegende, zeggen B. en W. ten slotte, dat het belang der gemeente medebrengt, dat de onomkoopbaar heid en eerlijkheid harer ambtenaren boven alle verdenking verheven zijn. „Verklaren wij dat ons vertrouwen in de eerlijkheid en onomkoopbaarheid van de gemeente-architect en de ambte naren, verbonden aan het bureau van de gemeentewerken, benevens van den opzichter over de gemeente-reiniging, is ongeschokt." Jl. Zaterdag zijn de eerste aardbeziën van Aalsmeer verzonden naar Amsterdam. Voor de betrekking van kapelmeester bij het 7de regiment infanterie, vacant door het overlijden van den heer H. W. Sonnemann, hebben zich 20 sollicitanten aan gemeld, o. a. twee uit het buitenland. Eerstdaags zal het vergelijkend examen plaats hebben. Uit Berlijn wordt gemeld, dat, gelijk verwacht werd, de student Kiderlen ook bij den wedstrijd met den drie wieler op 5400 meter de overwinning heeft behaald, in 10 minuten. De prijs bestaat uit 500 mark, eene gouden medaille en den meesterschapstitel van Europa. Daarop volgde een wedloopen van 30 kilometer, dat mede door Kiderlen in 59 minuten met glans gewonnen werd. De eereprijs bestaat in eene gouden medaille, waard 100 mark, en eene groote zilveren. Den overwinnaar werden vele ovaties toegebracht. De „Standaard" vermeldt onder de leden der Tweede Kamer, die jl. Dinsdag en Woensdag afwezig waren, den heerBlussé. Een door de industrie aangebrachte verbetering, die vooral der vrouwen zal ten goede komen, is de uitvinding van het stiktoestel, als aanvulling van de naaimachine. De inrichting van dit toestel komt op 't volgende neer: De borduurnaald in de naaimachine is door middel van een uit verschuifbare linealen bestaanden hefboom, pantograaf genaamd, verbonden met een stift, die men langs den omtrek van het te borduren patroon beweegt. Zet men tegelijk de naaimachine in beweging, dan wordt door middel van de pantograaf die beweging medegedeeld aan de borduur naald, die ze echter op kleiner schaal maakt. Wanneer dus de naald van een draad voorzien is, komt het borduurwerk op de in het borduurraam uitgespannen stof. Deze manier van borduren levert tal van voordeel en op het teekenen van het voorbeeld op de stof is niet meer noodig; het patroon kan men zoo groot nemen dat het fijne werk de oogen niet moer bederft, en het borduurwerk is duurzamer dan dat, hetwelk met de zoogenaamde tambou- reersteek gewerkt is. De prijs van het stiktoestel, dat te Leipzig wordt gefa briceerd en door verschillende handelaars in naaimachines in den handel gebracht zal worden, zal niet meer dan f 18 bedragen. Spoorwegeeglement. De Staatscourant van 5 op 6 dozer bevat een koninklijk besluit van 20 Mei 1887, tot nadere wijziging en aanvulling van het algemeen reglement voor het vervoer op de spoorwegen, vastgesteld bij koninklijk besluit van 1 Januari 1876. Daaraan is het volgende ontleend: 1. De drie eerste alinea's van art. 4, litt. a, worden vervangen door het volgende: „Het is verboden zonder behoorlijk plaatsbewijs zich in den trein te bevinden, tenzy, na de eerste waarschuwing van den beambte of bediende van den spoorweg, de vrachtprijs, gerekend van het vorige hoofdstation, alsnog wordt betaald met eene ver hooging van f 3 voor de lste en 2de klasse en van f 1.50 voor de 3de klasse. Met den reiziger, die zich zonder behoorlijk plaatsbewijs in den trein bevindt, wordt gelijkgesteld de reiziger, die bij het opvragen der plaatsbewijzen door den beambte of bediende van den spoorweg, na het verlaten van den trein, op het terrein van den spoorweg, niet in het bezit is van een behoorlijk plaatsbewijs voor de afgelegde reis, dit bewys verminkt of onleesbaar gemaakt heeft of weigert dit te vertoonen of af te geven. Voor de naleving van deze bepalingen, alsmede van die sub litt. b, c en d van dit artikel, wordt ten aanzien van kinderen beneden de tien jaren, voor zooveel zij niet vrachtvrij worden vervoerd, hun geleider aansprakelijk gesteld. Wanneer de reiziger bij het instijgen onmiddellijk uit eigen beweging den conducteur kennis geeft, dat hij of het kind, waar voor hij krachtens jde vorige alinea aansprakelijk is, niet in het bezit is van een behoorlijk plaatsbewijs, zal de vrachtprijs worden geheven te rekenen van het station, waar hij in den trein stijgt, met eene verhooging van f 0.50 voor de lste en 2de klasse en van f 0.25 voor de 3de klasse." Aan lit. c. van art. 4 wordt toegevoegd de volgende zinsnede „De bijbetaling, in deze en de vorige littera bedoeld, moet ingeval iemand een kind beneden de tien jaren, voor zooveel het niet vrachtvrij wordt vervoerd, onder zyn geleide heeft, ook voor dit kind geschieden, wanneer het biljet van dit kind niet toereikend is voor de klasse of voor de reis." 2. Dc 2de en 3de alinea van art. 10 worden vervangen door het volgende: „Het is den reiziger vergund zijne reis onderweg af te breken a. indien hij is voorzien van een plaatsbewijs voor de enkele reis eenmaal, met de bevoegdheid om op hetzelfde biljet zijne reis voort te zetten met een op denzelfden of den volgenden dag vertrekkenden trein; b. indien hij is voorzien van een plaatsbewijs voor de dubbele reis, eenmaal zoowel op de heenreis als op de terugreis, met de bevoegdheid om later op hetzelfde biljet zijne reis voort te zetten. De voortzetting der reis zal in de sub a en b genoemde ge vallen alleen kunnen plaats hebben met een trein, waarvoor geen hooger tarief van toepassing is dan dat van den trein, waarvoor het plaatsbewijs is uitgegeven. In de hierboven genoemde gevallen is de reiziger verplicht, terstond na aankomst op het station, waar hij zijne reis afbreekt, bij den stationschef het plaatsbewijs voor den trein, waarmede hij zijne reis denkt voort te zetten, geldig te doen maken." 3. De 5de alinea van art. 15 wordt gelezen: „Het is verboden in een trein te stappen of daartoe eene poging te doen, na het sein van vertrek. Dit wordt dóór drie slagen met de bel gegeven." 4. De 10de cn 11de alinea van art. 15 worden gelezen: „Op stations, waar de reizigers van trein verwisselen, worden die verwisseling en de namen van de hoofdstations, waarvoor zy moet plaats hebben, insgelyks afgeroepen. Zoodra de trein op een station stilstaat, worden aan de zijdo voor het uitstappen bestemd, de portieren van dio rytuigen geopend, waarin zich reizigers voor dat station bevinden. De portieren der overige rijtuigen worden slechts op verzoek geopend. De reizigers hebben evenwel zelven te zorgen bij aankomst op het station van bestemming niet in den trein te blijven zitten en op stations, waar zij van trein verwisselen, in geen verkeerden trein te blyven of over te gaan." Buitenland. De arbeid voor het werk tot aanleg van het kanaal, dat de Noord- en de Oostzee verbinden zal, werd jl. Vrijdag voormiddag door Keizer Wilhelm geopend. Deze plechtige handeling werd opgeluisterd door het indrukwekkend schouw spel, hetwelk de Duitsche rijksvloot opleverde. Veertig oorlogsschepen, waaronder acht der zwaarste gepantserde bodems, benevens een twintigtal torpedovaartuigen, lagen in de prachtige Kieler bocht in drie liniën van slagorde geschaard. Met een geduchte kanonade werd de Keizer bij zijn komst begroet en terstond daarop begon de plechtig heid, die slechts zoo kort mogelijk duurde, ten einde den hoogbejaarden monarch aan geen vermoeidheid bloot te stellen. Bismarck was door zijn rheumatiek verhinderd de feeste lijke handeling bij te wonen. In zijn plaats had de Staats secretaris Botticher de leiding van het ceremonieel op zich genomen. Na een korte toespraak werd den Keizer op een blauw satijnen kussen een zilveren houweel en hamer aangeboden en met eenigszins bevende hand volbracht hij de symbolische handeling der inmetseling van den hoeksteen, waarin,exem plaren van allerlei op het kanaalplan betrekking hebbende documenten en een exemplaar van elk der thans bestaande rijksmuntstukken waren geborgen. Toen de Keizer de drie hamerslagen op de sluitplaat van den steen deed klinken, weergalmden eensklaps alle klokketonen tegelijk met den zang van het koor. Tevens werd dezelfde ceremoniëele hamerslag verricht door de in een lange rij achtereenvolgende vertegenwoor digers der Duitsche Bondsvorsten, der Parlementen, der Marine, van het Leger, enz., waarna de geestelijkheid zich voorop schaarde en de Hofprediker Kogel, na eene korte feestrede, de plechtige inzegening van den steen verrichtte, die op de historische plek ligt, waar honderd jaar geleden het Deensche Eiderkanaal werd geopend. Dr. Morell Mackenzie vertrok jl. Zaterdag weder uit Londen naar Berlijn. De „Lancet" meldt, dat hij van plan is om over te gaan tot operatie van het gezwel in de keel van den Kroonprins, waarvan in den laatsten tijd zoo dikwijls sprake geweest is. De eerste Congo-neger, die Christen is geworden, is te Brussel gedoopt door den Aartsbisschop van Mechelen. De Koningin van België gaf hem een gouden horloge ten geschenke. De vrouw van Hans Makart, die vóór haar huwelijk danseres was, zal nu als zoodanig weer te Parijs optreden. In de kliniek van Prof. Thiersch, te Leipzig, was onlangs een neger in behandeling, wiens wond aan het 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1887 | | pagina 2