pakketdienst, doar net Departement van Waterstaat onder nomen, behoefte bestaat, mag met eenigen grond betwijfeld worden. Van particuliere zijde wordt reeds zeer voldoende in den pakketdienst op Indië voorzien, en van staats bemoeiing, althans op de beperkte schaal als hier bedoeld, is noch spoediger bediening, noch eenvoudiger behandeling, noch grooter zekerheid, noch belangrijk goedkooper vervoer te wachten. Ware dit anders, het publiek belang zou deze concurrentie van den Staat tegen particulieren wettigen, maar waar particuliere krachten in een behoefte voorzien, beter dan de Staat belooft of beloven kan, daar schijnt geen reden aanwezig voor uitbreiding van staatsbemoeiing. Het is bekend genoeg, dat die particuliere krachten zich met succès hebben doen kennen; het is de firma Prins Co., die zich sedert 2^ jaar met zulk een pakkettenvervoer belast. Niet ter wille dier firma wordt het hier vermeld, maar omdat in 't publiek belang behoort erkend te worden, wat ten bate van 't publiek werkt. Deze dienst geschiedt wekelijks; zij bedient bijna alle havenplaatsen, Atjeh en Deli niet uitgezonderd, wat de gouvernementsdienst niet zal doen; zij zorgt voor het vervoer in Indic zelf, wat de gouvernementsdienst niet op zich neemt; zij draagt zorg voor geschikte verpakking, belast zich met assurantie, inklaring, enz. en geeft tal van geriefelijkheden, waarvan het nog zal moeten blijken, of de gouvernementsdienst zich naar behooren zal kunnen kwijten. De vraag is, waarin bestaat nu voor het publiek het voordeel van dezen nieuwen dienst, die slechts in oneigen- lijken zin een gouvernementsdienst kan worden genoemd. Het. zijn tenslotte de Maatschappijen „Nederland" en „Lloyd", die zich, na de pakketten van het Gouvernement te hebben overgenomen, met de expeditie en de bezorging belasten. Men mag verwachten, dat deze Maatschappijen, met de energie en bekwaamheid, die haar onderscheiden, zullen toonen, ook op dit gebied aan alle betamelijke eischen te kunnen voldoen, maar waarin steekt het voordeel voor het publiek, nu de ervaring de deugdelijkheid van een bestaande expeditiezaak reeds heeft bewezen? En dan in Indië: hoe zal het vervoer geschieden van de vier havenplaatsen naar verdere bestemmingsplaatsen en naar de buitenbezittingen? Zullen „Nederland" en „Lloyd" zich daarmede belasten? Het blijkt niet. Zal daarvoor door de afzenders moeten worden gezorgd? Dat is toch zeker niet te vergen. Zal men zich wellicht van Rijkswege willen verstaan met de bestaande expediteursfirma, die haar eigen dienst in Indië heeft georganiseerd. Het ware licht de beste oplossing, maar toch een vreemde oplossing, als de Staat, in concur rentie tredende met particulieren, daarna weder van de diensten van particulieren gebruik maakt. Vooralsnog ontbreekt de zoo gewenschte eenheid in dit nieuwe plan van Regeeringsbemoeiing. Eerst de Neder- landsche Posterijen verantwoordelijk, vervolgens een Stoom vaartmaatschappij, eindelijk misschien een particuliere expediteurs-firma een onzekere regeling, een bron mis schien van geschillen. Waar is het publiek belang, zoo besluit het „Vaderland", dat zulk een regeling vorderde? Men schrijft ons: „De door de Vereeniging tot ontwikkeling van den landbouw in Hollands Noorderkwartier te nemen mesting- proef met varkens van Yorkshire-, Berkshire-, Poland China-, inlandsch- en gekruist Deensch ras is thans in vollen gang. Op het terrein der Noordhollandsche Stoom-Edammer- kaasmakerij van de heeren Sivarts, Haringhuizen en Groot, te Nieuwe-Niedorp, is een doelmatig gebouw geplaatst, waarin de varkens in zeer goed ingerichte hokken worden gehuisvest. Tijdens het voederen, 's morgens ten 4 en 8 ure en 's namiddags ten 1, 4 en 8 ure, is de bezichtiging, na voorafgaande aanmelding bij den oppasser, vrijgesteld. Belangstellenden durven we veilig een uitstapje naar het lief gelegen Nieuwe-Niedorp aanbevelen." Het denkbeeld tot de oprichting van een standbeeld voor Jan Pieterszoon Koen, te Hoorn, heeft bij 135 Neder landers, uit de verschillende provinciën des lands, sympathie gevonden. In een schrijven van het uitvoerend comité wordt thans medegedeeld, dat de kosten voor een bronzen beeld met voetstuk voorloopig geraamd zijn op f 20,000, waarvan te Hoorn reeds f 1700 werd bijeengebracht. Het uitvoerend comité is voornemens een beroep te doen op den geldelijken steun onzer landgenooten. Door den Gemeenteraad van Sint-Pancras is besloten tot wederinvoering van de in het vorige jaar afgeschafte kermis. In het begin had zij plan gehad, de' wel wat heel eenvoudige garderobe van het meisje door stukken uit haar kleerkast te ver beteren, maar was daarbij op een krachtigen tegenstand van haar anders zoo toegevenden man gestuit. „Als Elze iets noodig heeft," verklaarde hij, „zal moeder wel, evenals vroeger, het haar verschaffenbuitendien, wat zal zij met uw afgelegde kleeren doen; zij is een hoofd grooter dan gij? Ik wil in geen geval dat zij uw oude kleeren draagt, Frieda! Waartoe den stempel der armoede voor de oogen van alle menschen op haar te drukken?" En Zoo verscheen het slanke, blonde meisje altijd in haar een voudige, zwarte japon, een kleeding, die haar eigenaardige be koorlijkheid dubbel deed uitkomen. Men was nu reeds zoover, dat tweemaal in de week, op be paalde dagen, de lichten feestelijk op den vleugel brandden en van 's middags vier uur, dikwijls tot twaalf uur 's nachts, muziek gemaakt werd. „Ik kan niets anders dan op den kam blazen," verklaarde Moritz op zekeren namiddag, toen Elze met een muziekboek de trappen afkwam en hem in het voorhuis aantrof, „desnoods „Heil dir im Siegerkranz" fluitenmaar ik kom stipt aan tafel en als later een "paar liederen gezongen worden, zal ik zeer gaarne luisteren. Van uwe symphonieën begrijp ik niets. Adieu, Elze; bewaar een paar liederen voor mij." Daar hij buiten juist niets te doen had, ging hij naar zijn moeder en zette zich op zijn gemak in den leuningstoel van zijn vader. Om een gesprek waren moeder en zoon nooit verlegen; de groote administratie bracht dit mede, zij waren gewoon alles met elkander te bespreken. De oude practische dame had altijd een goeden raad bij de hand en zoo waren zij dan weldra in een landhuishoudkundig overleg gewikkeld. Daarop volgden eenige kleine stads-praatjes en ten laatste vertelde Moritz dat hij voor eenige dagen den Bennewitzer gesproken had, die hem mede deelde, dat zijn neef toch gerechtelijk tegen hem was opgetreden. „Om mijnentwege," zeide mevrouw van Ratenow. „De stijfkop moet zich eerst bloedig stooten, eerder gelooft hij niet dat er muren zijn. Ik heb myn tong lam gepraat en mijn hand lam geschreven, maar hij hield met een halsstarrigheid vast aan zijn ^vermeend goed recht," een betere zaak waardig." (Wordt vervolgd.) Te Alkmaar is Vrijdag jl. op de kaasmarkt, op aan wijzing van een landman, een boerenknecht gearresteerd, die een kaas van een stapel had ontvreemd. Jl. Vrijdag heeft de bekende sportsman, luitenant Metelerkamp, te Amesfoort een ongeluk gehad. Terwijl hij zou opstijgen, ontving hij van zijn paard, dat hij aan de hand in het springen had geoefend, eenen slag die hem het been brak. Het paard liep van het terrein „De Vlas akkers" regelrecht naar den stal, zoodat men dadelijk, een ongeluk vermoedende, met geneeskundigen zich naar de springplaats begaf, waar de ruiter ongeveer 2 uren in hevige pijn had doorgebracht. Zijn toestand is redelijk. Jl. Vrijdag had te Apeldoorn de inwijding plaats van het „Kinderziekenhuis Mary", door mevr. Bulkley gesticht, ter eere van de nagedachtenis van haar onvergetelijke dochter Mary en uit liefde voor haar kleinkinderen Henri en Martinus Hoek. Bij de inwijding waren veel vrienden en bekenden van mevr. B. tegenwoordig. Het ziekenhuis is voor 10 kinderen ingericht en fraai gelegen nabij de Soerensche bosschen. De gemeentelijke gasfabriek te Deventer maakte in 1886 eene zuivere winst van f 29,192.41. Uit Duitschland zijn eergisteren de eerste kersen aangevoerd, bestaande uit 277 mandjes, wegende 1957 kilogram, met bestemming naar Engeland. Door de ongunstige weersgesteldheid is dit jaar de eerste verzending later dan gewoonlijk. In 1885 kwamen reeds op 27 Mei en in 1886 op 3 Juni de eerste kersen binnen. Iemand uit Eindhoven, die pas teruggekeerd is van eene handelsreis in Zuid-Amerika, deelt mede, dat de gebroeders Tobias, van Amsterdam, thans verblijf houden te Cordova, in de Argentijnsche Republiek, onder den naam van Roose. Na zijn ontslag uit de gevangenis (zoo ver zekert de berichtgever mede), is de oude Tobias aldaar aangekomen, in het bezit eener som van 1000 pond sterling in goud. Aanvankelijk werd op die som beslag gelegd, doch wegens gemis aan tractaten moest dat beslag weder worden opgeheven. De laatste nouveauté is een kleeding-album. Van iedere nieuwe stof, waar men een japon van neemt, wordt zorgvuldig een staaltje afgeknipt en op de eene zijde van het blad vastgehecht, waarna de datum er bij wordt gevoegd. Zulk een album geeft gelegenheid om jaar voor jaar na te gaan wat men gedragen heeft. Nijverheids-Tentoonstelling te Helder. Zoolang de gemeente Helder nog zulke blijken van opgewekt leven geeft, zijn wij er nog niet aan toe, om haar onder de „doode steden aan de Zuiderzee" te rang schikken. Deze opmerking vingen we op, van een der bezoekers van de Nijverheids-Tentoonstelling, die jl. Zondag namiddag in Musis Sacrum alhier op feestelijke wijze geopend werd. Waarlijk, er bestaat nog energie bij de bewoners dezer gemeente, en op Zondag 12 dezer werd daarvan opnieuw getuigenis afgelegd. Ten 1 uur des namiddags waren daar, nevens de Rege- lings-Commissie, Burgemeester en Wethouders, de leden der Kamer van Koophandel en Fabrieken, de loden van 't Bestuur van 'tPlaatselijk Nutsdepartement en tal van belang stellenden bijeen, toen de Voorzitter der Commissie den aan wezigen het welkom toeriep. Spreker deed vervolgens uit komen, hoe de eerste Tentoonstelling, die van Oudheden, in 1880, haar ontstaan te danken had aan de plaatselijke Weer- baarlieids-Vereeniging, genaamd „Artillerie-Vrijkorps," en hoe daarop gevolgd waren de Nijverheids-Tentoonstellingen in 1881 en 1884. Vervolgens schetste spreker de vele en groote teleurstellingen, waarmede de Regelings-Commissie steeds te kampen heeft gehad, omdat de werklieden en inzonderheid de jeugdige werklieden, het groote belang van deze vreed zame wedstrijden niet toonen te begrijpen. De deelneming van jongelieden, leerlingen in onderscheidene vakken, is, volgens de verzekering des Voorzitters, veel te gering. Spreker wees, om zulks te staven, op de kosten, die aan gewend zijn om jeugdige scheepstimmerlieden tot onderlinge mededinging aan te sporen en op hunne totale onthouding van medewerking. Vervolgens gaf spreker als kenschetsend voorbeeld een verslag van de door de Commissie gehouden zittingen tot inschrijving van deelnemers en verzekerde, dat, eerst na zeer krachtige opwekking en aansporing, zich een voldoend aantal personen tot deelneming hebben aangemeld. Op de lichtzijden wijzende, deelde spreker mede, dat een meisje, de dochter eener weduwe, een bescheidene proeve van haar bedrevenheid in handwerken had ingeleverd, ondanks de min gunstige omstandigheden, waarin zij verkeerde. Spreker wees verder op de belangrijke inzendingen, die er vallen op te merken en bracht hulde en dank aan een aantal inzenders, inzonderheid aan den heer Bakker, directeur eener particuliere Ambachtsschool, wiens inzending in groote mate de Tentoonstelling versiert. Hulde en dank bracht de Voorzitter verder aan 't Gemeentebestuur en aan 't departement Helder der Maatschappij tot Nut van 't Alge meen voor den zedelijken en stoffelijken steun, aan de Tentoonstelling betoond, en niet het minst aan de dames en' heeren, die voor de opgaven van werkstukken hadden zorg gedragen en aan hen, die de Commissie van beoordee ling hebben uitgemaakt. De Voorzitter verzekerde, dat eerst in 't laatst der week de lijst der bekroningen kan worden vastgesteld, daar de rapporten der verschillende afdeelingen van de jury nog niet waren ingekomen. Met de beste wenschen voor den bloei van de nijverheid in deze gemeente besloot spreker zijne toespraak. De kleine kapel van 't Stafmuziekkorps der Marine, onder directie van den heer L. A. Schouten, gaf daarop eene muziek-uitvoering. De heer Burgemeester nam vervolgens het woord om hulde te brengen aan het doel der Tentoonstelling en aan het streven der Commissie. Naar 't oordeel van Z. Ed.Achtb., verdient dit streven in groote mate de sympathie der inge zetenen. Daar de Commissie getracht heeft niet door veelheid te schitteren, maar naar degelijkheid te streven, verdient zij naar sprekers oordeel des te meer waardeering. Nadat de kapel zich nog eenmaal had doen hooren, ver klaarde de Voorzitter der Regelings-Commissie de derde Nijverheids-Tentoonstelling in de gemeente Helder voor geopend en noodigde hij de autoriteiten uit om onder zijn geleide de Tentoonstelling te bezichtigen. Fanfares weer klonken en werden gevolgd door het „Wien Neêrlandsch bloed/ waarna de genoodigden van het aanbod tot be zichtiging gebruik maakten. Mocht de Voorzitter ook al verzekerd hebben, dat de Commissie tot regeling dezer expositie wel dankbaar was, maar niet voldaan, de beschouwing van een en ander heeft ieders verwachting verre overtroffen. Belangrijk is de bezichtiging zeker; genoeg reeds als men den blik vestigt op de teekeningen en schilderijen van de hand des heeren J. Dunselman en van zijn leermeester, den heer J. C. Leich, op de prachtige inzending der leerlingen van den heer Bakker, directeur der timmerschool, op de proeven van be kwaamheid in het schilderen door dejongelieden W. De Vries, H. Korff, P. Kuijper, S. Schellinger en J. Zwaag, op het schilderwerk van mej. Marinkelle, op de teekeningen van C. G. Van der Lee, op het haarvlechtwerk van mej. C. E. M. Aghina, van Alkmaar, dat eene nauwlettende be schouwing ten volle waardig is, op de electrische lamp van den heer Marrijt, op de fraaie inzendingen van de heeren Van Muijden en Luitzen en Zoon, op de zeer verdienstelijke inzendingen van een aantal jonge handwerkslieden, waar onder de ons van de Industrie-school bekende A. J. Stikkel, op 't houtzaagwerk van de jongelingen A. J. Klein en C. Bethlehem, op de vischsloep van den heer J. Zwanen burg, op de keurige en kunstige wenteltrap van den heer Bakker, op de fraaie inzendingen van de heeren Koppen, Senderman en A. Klopper, op het arrentuig, kostbaar en sierlijk, op de groote en zeer belangrijke verzameling van nuttige en fraaie handwerken, op de proeven, wèlgeslaagd als ze zijn, van postzegelwerk, inzonderheid die bevattende de wapens en ridderorden van Nederland en Waldeck- Pyrmont, op de proeven van handwerken, van een onzer plaatsgenooten, een 73jarige dame, en op de uitmuntende blijken van bedrevenheid in steenhouw- en beeldhouwwerk, door onzen jeugdigen plaatsgenoot, J. B. L. Simon, geleverd. Niet het minst belangrijk is de verzameling van voor werpen, vervaardigd door de leerlingen der Bewaarschool op de Vischmarkt, ingezonden door de directrice dier school, mejuffrouw J. Metzelaar. Waarlijk, deze inzending verdient eene herhaalde bezichtiging en strekt der Bewaarschool zeker tot groote eere. De catalogus bevat eene belangrijke mededeeling omtrent de electrische lampen, vervaardigd en ingezonden door den heer Marrijt alhier. We bevelen de bezichtiging dier lampen ten zeerste aan. Men komt ter Tentoonstelling en verlaat de Tentoon stelling en telkens brengt men hulde aan den heer W. Jansen, bloemist alhier. Hij heeft terecht begrepen, dat op eene Nij verheids-Tentoonstelling niet mogen ontbreken proeven van bekwaamheid van den bloemist in het bijeenbrengen en rangschikken van planten en bloemen. De grafnaald, zoo keurig door den jongeheer Simon vervaardigd, bevat twee fraaie grafkransen, door den heer Jansen vervaardigd. Aan den ingang der zaal ziet men een prachtig bloemperk, mede door den bloemist Jansen met veel smaak aldaar aangebracht. Hij heeft in groote mate bijgedragen om den aanblik der Tentoonstelling te verfraaien, en daarom betuigen wé hem gaarne onze hulde voor zijne zeer gewaardeerde medewerking. Ons bestek laat niet toe om alles to vermelden, wat de Tentoonstelling ons belangrijks ter beschouwing biedt. Vooral dames-handwerken zouden wel eene afzonderlijke behandeling verdienen. „Snoezige" anti-macassers zijn er verscheidene. We eindigen ons verslag met de verzekering, dat deze expositie der bezichtiging overwaardig is en zeker in de volgende dagen herhaaldelijk door onze plaatsgenooten met een bezoek zal worden vereerd. Niemand zal zich zeker de geringe kosten, die zulk een bezoek vordert, beklagen, want stellig draagt ieder bij 't verlaten der Tentoonstelling de overtuiging met zich meê De gemeente Helder behoeft nog niet gerangschikt te worden onder de „doode steden aan de Zuiderzee." De onderwijzers en de onderwijzeressen in het Arron dissement Helder hielden gisteren, onder presidium van den Schoolopziener, den heer Mr. M. Büchner, hunne jaarlijksche algemeene vergadering in de kolfbaan van den heer C. Kos Pz., te Schagen. Deze vergadering werd bijgewoond door den Edel Achtbaren heer A. Eriks, burge meester der gemeente Petten en door niet minder dan 81 leden. Ten ruim half elf uur riep de Voorzitter den aanwezigen een hartelijk welkom toe en uitte hij den wensch, dat bestendig de noodige belangstelling moge be staan in bijeenkomsten, zoo nuttig en aangenaam als deze. Door den Voorzitter werden, nadat de uitvoerige notulen der vorige vergadering waren voorgelezen en goedgekeurd, een aantal mededeelingen gedaan, betrekking hebbende op de uitbreiding der Arrondissements-Bibliotheek door aan koop van nieuwe boekwerken. Als lid des Bestuurs werd de heer J. H. Bergman, van Winkel, bij acclamatie her kozen. Met 70 tegen 11 stemmen werd besloten, dat de vergadering in Juni 1888 zal plaats hebben in het Gemeenelandshuis te Petten. Door den heer W. Kloeke, van Schagen, werd vervolgens de bespreking ingeleid van 't onderwerp: de vergelijkende examens, zooals ze thans gehouden worden bij de benoeming van Hoofden van scholen. Op overtuigende wijze toonde spreker de gebreken, die deze examens aankleven, aan. Hij wees op de onbillijkheid, de onrechtvaardigheid die er bij valt op te merken, op de schade, die 't bijwonen dier examens door de onderwijzers, aan het onderwijs veroorzaken. Verbetering zou spreker verwachten, als het mogelijk was het aantal sollicitanten, die geëxamineerd moeten worden, te verminderen tot hoogstens 10 of 15 voor iedere vacante betrekking. Onder scheidene middelen werden verder nog door spreker aan de hand gedaan om den bestaanden toestand te verbeteren. Eene belangrijke discussie ontspon zich na dit inleidend woord. De heeren Uurbanus, Berk, Heerinkhuizen, Stadt, Berg man, Meijer Drees, Van Albada.Mooy en de Voorzitter voerden naar aanleiding van het gesprokene het woord, terwijl de inleider herhaaldelijk antwoordde op tot hem gerichte vragen en zijne meening verduidelijkte. Uit zijne veeljarige ervaring als examinator, deelde de heer Berk zeer belang rijke bijzonderheden mede. De discussie eindigde met de opmerking van den heer Uurbanus, dat de heer Kloeke over het door hem ingeleide debat kon tevreden zijn, daar in de vergadering, nadat door hem de onvolkomenheid der vergelijkende examens was aangetoond, niemand is opge staan om die examens onvoorwaardelijk te verdedigen. De vergadering stemde luide in met het woord van dank, door den Voorzitter tot den inleider gericht. Door den heer W. Kuijk, van den Helder, werd ver volgens een voordracht gehouden over het „Meissner's Patent Notensingapparaat," een onlangs in Duitschland uitgevonden eenvoudig muziekinstrument, waarmede men zelf of anderen, zonder eenige vooraf verkregen theoretische

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1887 | | pagina 2