WOLREGIME. „PRIMA AGENTEN" op alle plaatsen gevraagd, welke met voorname Restaurants en Café's in verbinding staan, tot invoering van een gepatenteerd OPGANGMAKEND ARTIKEL, dat voor groote en gemakkelijke verspreiding geschikt is. Depót van Dr. JAEGER's Orig. Normaal wol-artikelen, K. F. DEUSCHLE, IETS NIEUWS! WIJNHANDEL W. JAGER GERLINGS, Keizerstraat, nabij 't Heldersche Kanaal. J. E. DE JONGH, Agent. AMSTERDAMSCHE COURANT. Thierae's Mnziek-Bibliotlieek. TfllEliE's Boet- ea MnzietMel 1e Zntpheii, De Assurantie-Maatschappij de Heer J. P. MEIJNEKE, De Assurantie - Maatschappij HOLLOWAY'S PILLEN Franco Brieven, onder ,,F 5870", aan Rndoir Ho*se, KEULEN. Alle soorten echteNormaalwol-Ondergoederen (Hemden, Borstrokken, Broeken, Housen, enz.) Syst. Prof. Dr. JAEGER, zijn tot de 1 CL gStO prijzen verkrijgbaar in 't Kcilverstraat 157, AMSTERDAM. Eenige specialiteit in deze artikelen in geheel Nederland. FIJNE WESTFAALSCHE HAMMETJES van 314 kilo zwaar, welke uitmunten door fijnheid van smaak, bijna geheel mager en billijk van prijs, verkrijgbaar bij H. RIESSELMANN. van (firma J. H. ENSCHEDÉ) te HAARLEM. Dep 61 te Helder: NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en feestdagen. De Amsterdamsche Courant zal na nauwgezette keuze de belangrijkste en belangwekkendste gebeurtenissen van den dag mededeelen. De Amsterdamsche Courant is het goedkoopste Dagblad van Nederland. Voor Amsterdam per 3 maanden 1.50, franco per post f 1.80. Niemand kan door den prijs worden afgeschrikt onze Courant iederen dag alleen of met een vriend gesamenlijk te ontvangen. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Bureau: Lokaal „De Brakke Grond,Nes 53. Één Gulden per deel. "TM Deel 11. (niet moeielijk.) Deel 16. (niet moeielijk.) Millöcker, Carlotta-Walzer. Richards, En Absence. Romance. Rixner, Landjagermarsch. Millöcker, Kosackenritt. Galop. Marcailhou, Iadiana. Valse. Richards, Marie. Nocturne. Lefe'bure- Wély,La Retraite Militaire. Caprice. Deel 12. (gemakkelijk.) (voor Piano gearrangeerd door Krng). Abt, Gute Nacht dn mein herziges Kind. Gonnod, Marsch aus Faust. Mendelssohn, Es ist bestimmt in Gottes Ruth. Verdi,Miserére aus „der Troubadour." Gnmbert, O bitt euch liebe Vögelein. Gumbert, Das thenre Vaterhaus. Der Tyroler und sein Kind. Flotow, Martha. jj Deel 13. (niet moeielijk.) 5 Wallerstein, Jahrmarkts Polka. Stern, The Musical Box. Plaisanterie s mnsicale. Reissiger, Feënreigen-Walzer. Lanner, Grossmütterchen. Landler. Langer, Grossvaterchen. Landler. Wallerstein, Jenny Lind's Polka. Arditi, II Baeio. Walzer. Die letzten Walzer eines Wahnsin- j nigen. j Faust, Klein und niedlich. Polka. Deel 14. (niet moeielijk.) Lange, Zitherklange. Landliches Tonbild. i Krug, Ein Tag in den Tyroler Alpen. Romantisches Tonstiick. Jungmann, Heimweh. Melodie. I Lefe'bure-Wély, les Cloches du Mo- i nastère. Nocturne. Kuhe, Home swcet Home. i Lauge, Blnmenlied. Melodie. Deel 15. (niet moeielijk.) Stranss, Zigeunerbaron -Quadrille. StrausB, Kriegsabeuteuer. Schnell Polka. Strauss, Schatz-Walzcr. Millöcker, Schiffsjungeu-Marsch. Millöcker, Postcriptum. Polka-Ma zurka. Elk deel bevat gemiddeld 40 bladzijden en is met prachtige noten zeer duidelijk op zwaar papier gedrukt. Muzieklief hebbers mogen niet verzuimen kennis te maken met deze bijzonder goedkoops en nette uitgaaf van de meest gezochte Pianomuziek. Elk deel is voor slechts één gulden afzonderlijk ver krijgbaar bij alle Boek- en Muziekhandelaren. Naar plaatsen waar dezen niet gevestigd zijn geschiedt de toezending na ontvangst van postwissel waarop de verlangde deelen aan te geven) onmiddellijk en franco door Strauss, Brautschau. Polka. Strauss, Einzugsmar3ch. Millöcker, Ein lieber Schatz. Polka francaise. Millöcker, Gilda-Walzer. Gene'e, Nanou-Quadrille. Deel 17. (middelzwaar.) Pauer, La Cascade. Morceau de Concert. Leybach, Les Rameaux. Fantaisie brillante. SidneySmith,DerFreischütz. Grande Fantaisie de Concert. Deel 18. (middelzwaar.) Reinecke, Ein Tiinzchen. Aus «Der Jugendzeit". Niels W. Gade, Novellette. Aus «Aquarellen". Schumaun, Impromptu. Ans „Bilder ans Osteu". Beethoven, Türkischer Marsch. Ans «Die Ruinen von Athen". Niels W. Gade, Mignon. Aus «Phan- tasiestiicke'. Chopin, Trauermarsch. Jadassohu, Elsa's Traum. Aus «Lohengrin" Schumann, Aurschwung. Aus«Phan- tasiestücke". Moszkowski, Albumblatt. Deel 19. (niet moeielijk.) Krng, Abendgebet. Religiöses Ton stiick. Oesten, Alpenglühen. Idylle. Lange, Der Nengierige. Mendelssohn, «Ich wollt' meine Lieb' ergösse sich". Richards, Des Wanderer's Traum. Romance. Wallace, La Petite. Polka de Concert. Badarzewska, Ln Prièred'une Vierge. llichards, En Absence. Romance. Deel 20. (middelzwaar.) Willmers, Un jour d'été en Norvège. Grande Fantaisie. Scharwenka, PolnischeNationaltanz. Hiller, Gesang der Nixen. Ans „Loreley" von Reinecke. Jadassobn, Salonstück. Reinecke, Widmung. Aus «Der Jugendzeit*. Tschaikowsky, Rêverie du Soir. tegen Brandschade te ZUTPHEN, opgericht in 184 5, heeft benoemd tot haren vertegenwoordiger te HELDER, met ingang van 1 Januari a. s.: in plaats van den Heer Mr. D. P. H. ABERSON, aan wien, op zijn verzoek, eervol ontslag is verleend. Z u t p h e n, December 1887. Ch. M. HEMsTY, Directeur. tegen Brandschade te ZUTPHEN, opgericht in 184 5. GRONDKAPITAAL1,000,000 RESERVEFONDSEN296,511 PREMIE-INKOMEN5'10.507 Verzekering tegen ViSTE en BILLIJKE PKEMIËN, zender Inlcggeltlcn of Nabetalingen. Helder, December 1887. J. P. MEIJNEKE, Agent. zijn uitmuntend geschikt ter verdrijving van alle ziekten, welke derzelver oorsprong hebben in slechte spijsverteering. Zij zijn zeer geschikt voor alle klassen en gesteldheden, en zoowel in staat om genot aan de rijken als verlichting en kracht aan de armen te geven. Deze Pillen zullen bevonden worden een aangenaam en krachtig werkend geneesmiddel te zijn voor lijders, wier geest en lichaam ontzenuwd zijn door buitensporigheid, groote angst of verblijf buiten 's lands. Personen, onderhevig aan galziekten, behooren van deze Pillen gebruik te maken; zij bewerken dat iederen aanval minder hevig is, doen de misselijkheid en galachtigheid langzamerhand verdwijnen en eene goede spijsvertering en volmaakte gezondheid daardoor terugkeeren. De verdiensten van Holloway's medicijnen worden bovendien nog vermeer derd, doordien niet het minste gevaar of risico met derzelver gebruik gepaard gaat, noch dat zwakheid daarop volgt. Doosjes PILLEN en Potjes ZALF f 0.80, f 1.85, f 3.—, f 6.75, f 13.50 en f 20.50. Ze worden verkocht bij de Apothekers. Voor den verkoop in het groot ver voege men zich bij den Professor Holloway, 533, Oxford-Street, Londen. Landbouwvooedeaciit. Vanwege de afdeeling „IJsseloevera" der Geldersch-Overyselsche Maatschappij van Landbouw werd dezer dagen, in de bovenzaal van den lieer Van Hille, te Zwolle een lezing gehouden door den heer J. M. Billrpth, rijksveearts te Hoorn. Spreker begon met te wijzen op de wenschelijkheid, dat ook by beoefening van het landbouwbedrijf theorie en practijk hand aan hand gaan. Te betreuren is het, dat de resultaten van de wetenschap nog zoo weinig door de eigenlijke landbouwers, de mannen van de practijk, in toepassing worden gebracht, ja vaak door dezen zelfs met schouderophalen worden begroet. De weten schappelijke landbouw stelt geen bepaalde regels vast, maar geeft o. a. de resultaten ten beste, welke verschillende proefnemingen hebben opgeleverd. Zij wijst den landbouwer den weg, leert hem b. v. het onderscheid kennen in den bodem, de invloeden van lucht, licht en warmte en allerhande andere zaken, welke de landbouwer bepaald {weten moet, wil zijn bedrijf hem het voor deel opleveren, dat het hem geven kan. Alle koeien geven niet evenveel melk; vaak is onderscheid van lucht of de opvoeding daarvan de eenige oorzaak; en het is weder de wetenschappelijke landbouw, die vaak tot ontdekking der ware oorzaak leiden zal en den weg tot verbetering kan aanwijzen. Zoo leert de weten schap ons de juiste keuze der kunstmeststoffen, de beste wijze van kruising van het vee |en wat niet al! Een boer ziet zijn kalveren lijden aan de zoogenaamde kalverziekte. De wetenschap kan {men nu leeren, dat de oorzaak daarvan vaak schuilt in het toedienen van mengmelk, terwijl de melk der eigen moeder het best is voor het kalf. Dc bewering, dat die theorie veel geld kost, is niet anders dan een dwaalbegrip, want de wetenschap, op de practijk naar behooren toegepast, kan niet anders dan den landbouwer financieel ten goede komen. Spreker zou zoo gaarne zien, dat bij den landbouwer de lust tot het opslaan van ge schriften over zijn bedrijf wat meer werd opgewekt. Na deze korte, maar met klem uitgesproken inleiding ging de heer Billroth over tot het bespreken van zijn eigenlyk onderwerp: de opvoeding en verpleging van veulens en kalveren, benevens enkele nuttige wenken nopens de paardenfokkerij. Met het laatste maakte hij een aanvang. Op de vraag: Wat is voordeeliger, het zelf aanfokken of het aankoopen van de benoodigde paarden? gaf de spreker een tweeledig antwoord. Op zware kleigronden waar het jonge paard bovendien reeds vroegtijdig een handje zal moeten bijspringen in 't werk, wordt het aanlokken ontraden, daar is aankoopen voordeeliger. Voor hoogere streken, lichtere gronden, daarentegen beval spreker het aanfokken ten zeerste aan. Maar men fokke niet aan, zonder kennis te hebben van het paard en zijn bouw, en dan vergete men niet een goeden hengst, maar ook een niet minder goede merrie te zoeken. Oudtijds mochten in vele streken van ons land alleen van overheidswege goedgekeurde hengsten tot dekken worden gebezigd en werden overtredingen van die bepaliDg streng gestraft. Die verordeningen en keuren zijn in den loop der tijden teloor gegaan. Spreker bejammerde zulks. Tegenwoordig mag men eiken hengst houden en gebruiken, en cr zijn nog maar weinig landbouwers, die niet alleen fokken om der bearswille, maar bovenal tot ver edeling van het ras en de soort. Er zijn nog veel te veel lieden die een goeden hengst voorbijgaan en hun merrie een eind verder brengen, waar 't dekgeld enkele guldens minder is. Zij gelooven, naar 't schijnt, dat minder uitgegeven dekgeld bezuinigd en dus reeds verdiend is, maar, deed spreker opmerken, dergelijke zuinig heid is geen verdienste; zij is integendeel het begin der schade, die zich later openbaart als men een veulen krygt, dat minder waard is. Men zie toch eindelijk eens in, dat men ook maar niet elke merrie tot fokpaard kan promoveeren. Er worden veel te vaak oude merriën voor gebezigd, en dan durft men, wanneer de resultaten niet bijzonder zijn, uitstekende hengsten nog de schuld daarvan geven. Neen, alleen van gezonde, krachtige ouders zijn öinke veulens te verwachten. Boven de 15 jaren oud moet geen dekhengst of merrie worden gebezigd tot fokken. Het paard is dan te zwak. Hengsten moeten niet gebruikt worden vóór het derde jaar. Draagt het paard wat men gemakkelijk kan ont dekken in de tweede helft van den draagtijd, wanneer men de vlakke hand voor het uier tegen de buik legt en 't paard vooraf wat koud water te drinken gegeven heeft dan is kalm, rustig werk aan te bevelen en voedsel, dat den buik uitzet, b. v. veel klaver, te ontraden. Tegen den tijd van het afvenlen zorge men voor een ruime strooiing en voor een 's winters niet te kouden en vochtigen, maar vooral 's zomers voor een niet te warmen stal. Het geregeld goed poetsen van du merrie is bijzonder aan te bevelen, want een zuivere huid verricht beter haar functies en het opgenomen voedsel geeft dan meer en gunstiger resultaten. Het veulen dient goed te worden gevoed, bijv. met gekneusde haver, vooral geen meel, want meelvoeder zet vervorming aan. Haksel en groenvoêr zijn uitstekend, maar men zorge daarbij vooral voor langzamen overgang. Laat 't veulen gerust, ook in dezen tyd, overdag buiten, maar geef het daar gelegenheid, om zich 's zomers tegen de felle zonnewarmte en in deze dagen tegen regen, en vooral 's nachts tegen de koude te beschutten, wat zeer goed geschieden kan door een noodstalling in de weide te maken. Is het veulen 3 4 4 weken oud, dan kan de merrie aan 't werk worden gezet. Wil het veulen zuigen, dan drage men zorg, dat het de gevulde uier niet ineens ledigt. Zeer aan te bevelen is het, om het veulen, dat den ouderdom van 5 4 8 weken heeft bereikt, bijv. een deciliter gekneusde haver per dag tc geven en die hoeveelheid een maand later te verdubbelen. Verminder spoedig maar geleidelyk het zuigen, dat is goed zoo wel voor het veulen als voor de merrie, die dan langzamerhand droog wordt en voor te groote verzwakking en voor uierziekte wordt behoed. Geef het veulen tot het eerste levensjaar van 2 tot 4 liter haver, in 2 deelen per dag en daarbij hooi. Onwaar is het denkbeeld, dat bij onervaren landlieden nog veel te veel wordt aangetroffen, dat haver branderigheid zou veroorzaken. Terecht zegt de Engelschman, dat het geheim, om groote cn deugdelijke paarden te krygen, alleeu een haver-quaestie is. Men vergete niet daarbij, dat juist in do jeugd zich het lichaam het meest vormt, nl. in het eerste levensjaar 67 pet., in het tweede 15 pet., in het derde 10 pet., in het vierde 5 pet. en het vijfde en zesde 3 pet., dat is, de was van het dier 0.66 cM. stellende, voor het eerste jaar 44, voor het tweede 10, voor het derde 7, voor het vierde 3 en voor het vyfde 2. Beter is het, het veulen in een ruim hok te laten losloopen, dan het vast te binden. Bestaat daarvoor echter geen gelegenheid, dan late men vooral de neusriem nooit langer dan 14 dagen op dezelfde plaats beves tigd zijn, want daardoor zou men een indruk in den neus krygen, die nooit weder verdwijnt en vaak zelfs voor een goede ruime ademhaling door den neus schadelyk zijn kan. Voor eene goede ontwikkeling van schoft en halsvorming is het wenschelijk, dat de ruif niet te hoog geplaatst is. Voor den stand der beenen is eindelijk de behandeling der hoeven van groot gewicht. Slechte hoeven, deed spreker opmerken, worden niet geboren, maar ge maakt, doordat onze smeden niet goed wetenschappelijk onderlegd zijn. Bij het veulen behoort het doode hoorn van de hoef te worden verwijderd, wil men haar niet voor altyd beleedigen. Hiermede besloot spreker zijn opmerkingen over het veulen en ging bij over tot. het kalf. Hij begon met een antwoord te geven op de vraag: hoe moeten de kalveren bij- en na de geboorte behandeld worden? Op den voorgrond stelde hij, dat, wil men de kalveren opvoeden, zooals het eigenlyk behoort, men ze een voudig bij de moeder moet laten zuigen. Maar dat geeft finan cieel een slechte rekening. Bespieden we daarom de natuur en doen we ons voordeel met hetgeen daar wordt waargenomen. Vaak wordt het pas geboren kalf dadelijk op een andere plaats in de schuur gebracht, waar de koe haar jong niet zal kunnen zien. Die wijze van handelen is niet goed. Integendeel is het veel beter, dat de koe het kalf aflikt. Het kalf droogt dan niet alleen spoediger op, maar bovendien is het aflikken met de ras- pige tong der koe, waardoor een pompende beweging van de borst wordt veroorzaakt, zeer goed voor de ademhaling en bloeds omloop van het kalf. Zijn er dus redenen, waarom het aflikken van het kalf niet aan de koe kan worden overgelaten, dan wrijve men met droog stroo de borst van het kalf af, na het jonge dier op een vooral tochtvrije plaats te hebben gebracht. Goed is het, een kalf elke zes uur te laten drinkenmen vergete echter vooral niet, om het jonggeboren dier de eerste moedermelk, desnoods van een andere, pas gekalfd hebbende koe de zoogenaamde bie3t of het colostrum te geven; want daardoor wordt de afvoering van de eerste drekstof bevorderd. De bewering van enkelen, dat de eerste biest te zwaar voor 't jonge dier zou zyn, is geheel onjuist, integendeel, zij is het door de natuur aange wezen eerste voedsel. Voeg er in de koude wat lauw, vooral niet te warm water bij en later een versch ei en eindelyk wat karnemelk of wei. Is vetvorming reeds bij het kalf gevolg van te sterke voeding, dan wordt het nooit een goede melkkoe meer. Omgekeerd geeft schraal voeder echter een schrale koe. De voedingsquaestie verdient dus alle aandacht. Te veel voedings stof geelt schade, immers of nutteloos door het kal verlichaam voeren van stoffen, die elders beter konden besteed zijn en nu alleen de mesthoop zullen verrijken, óf het wekt de neiging op tot vetvorming, die, eenmaal opgewekt, zich nooit meer laat onderdrukken. Drie 4 vier weken gaat men door met zoete melkvoedering, daarna voegt men wei toe. Ook haver of tarwe meel byvoegen is goed voor de ontwikkeling van het lichaam. Bij het gebruik van uitsluitend vloeibare voeding werkt bij het kalf alleen maar de vierde maag, de zoogenaamde lebmaag; zoodra het kalf vaste prijzen krygt, dan gaan ook de andere magen werken, want het dier gaat herkauwen. Gras vooral wekt het herkauwen op. Men zij echter indachtig, om dat lang zamerhand en niet plotseling te doen. Bij zulk een behandeling geen gevaar meer voor kalverziekte. Vaak ontstaat die door het niet goed afdrijven van de eerste drek, door onthouding dikwijls van do eerste biest. Het verschijnsel, dat kalveren wel eens diarrhé krygen, is vaak het gevolg van het voederen vau te vette melk; het toedienen van magnesia en stijfselbloem is dan raadzaam. Ook kan stroop met zout dienst doen. Bij voor komende navelbreuk geeft spreker den raad om koud water toe te passen en een deskundige te raadplegen. Is 't jonge vee in de weide dan komt na een warmen dag soms het zoogenaamde bil- of houtvuur voor. 'sMorgens treft men dan het kalf vaak juist d4t 't welk den vorigen avond het springlustigsto wa3 zonder eetlust gewoonlijk met een zwelling hier of daar en kreupel aan een van de pooten. Die ziekte duurt kort. Om van zulk een dier het meest mogclyke te behouden is het raadzaam het zoo spoedig mogelyk te dooden. Men ziet dan dat het vleesch zuiver is behalve op de gezwollen plaats. Die ziekte is kennelijk een bloedvergiftiging. Goed is het om een kalf per dag een lepel keukenzout in het drinken te gevenook het verstrekken van lijnkoek en suikerbieten met stroo verdient aanbeveling. Na de pauze besprak de heer Billroth nog het afzetten van kalveren en gaf ook hieromtrent onderscheidene belangrijke wenken ten beste. (Pr. O. en Zw. Crt.) Een nieuwe roman draagt den titel van „De vier wenschen eener vrouw". Een oude heer, vrijgezel, zegt dat hij het boek niet gelezen heeft, maar toch wel weet wat die wenschen zijn: 1. een nieuwe hoed, 2. een nieuwe hoed, 3. nog een nieuwe hoed en 4. nog een nieuwe hoed. Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1887 | | pagina 4