een getrouwe nabootsing van de natuurlijke vrucht te ver
krijgen. Voor het vervaardigen van die schil gebruikt men
schietkatoen, dat eerst is opgelost in een mengsel van alcohol
en ether en waaruit vervolgens het oplossende middel is
uitgedampt. De op deze wijze verkregen massa gelijkt op
fijnen witten hoorn en is zeer taai. Men kan daarvan
bladeren maken die de gewenschte dikte hebben en waaraan
men gemakkelijk de kleur der pisangs geven kan. Men
kneedt dus eenvoudig een schil van den verschteu vorm,
doet er het tarwemeel met de essence in en de pisang is
kant en klaar.
Tweede Kamer. De heer Smeenge heeft gisteren
den Minister van Waterstaat geïnterpelleerd over het ongeval
te Ruinerwold. Hij vroeg of niet meer waarborgsmaatregelen
genomen moeten worden bij verleggen van kruisingen, of
niet meer personeel moet aangesteld worden op stations als
Ruinerwold.
Verder deed hij vragen omtrent de verbandkisten, de
brancards en het weren van drankgebruik bij het spoorweg
personeel.
De Minister van Waterstaat verwees naar het definitief
rapport van den Raad van Toezicht, eerstdaags in de
Staatscourant'7 te verwachten. Het justitieel onderzoek is
nog niet afgeloopen.
De oorzaken schijnen te zijn: onoplettendheid van den
machinist Van der Linden, onvoldoende zorg voor de veilig
heid van de haltechef te Ruinerwold, vertrek van den
Meppeler trein, zonder dat aan Ruinerwold veilig is gevraagd.
Het reglement voor de kruising zal aangevuld worden;
op stations en halten zullen minstens twee vaste beambten als
regel moeten zijn.
Een commissie is benoemd voor de inrichting van ver
bandkisten, enz., en de middelen tot wering van drankmis
bruik, zullen worden verscherpt.
De Raad van Toezicht ontwerpt een wijziging voor de
dienstreglementen.
De heer Smeenge betuigde den Minister ten zeerste zijn
dank voor zijn antwoord.
Door den Minister van Waterstaat is aan het Bestuur
der Noord- en Zuidhollandsche Redding-Maatschappij te
Amsterdam, op een daartoe gedaan verzoek, medegedeeld,
dat het maken van een weg door de duinen op Terschel
ling, tusschen het Boothuis nabij Oosterend en het strand
van de Noordzee, uithoofde van te hooge kosten, zoowel
van aanleg als van onderhoud, niet kan worden toegestaan.
Men schrijft ons uit Schagen, dd. 22 dezer:
„Ten vervolge op mijn schrijven, dd. 20 dezer, kan ik
u mededeelen, dat door den Liberalen Bond, bestaande uit
de Kiesvereenigingen J/Schagen/', </Barsingerhorn"en„Haring
karspel", met overgroote meerderheid van stemmen, als
candidaat voor het lidmaatschap der Tweede Kamer in dit
district is gesteld de heer mr. I. A. Levy."
Te Warmenhuizen (district Alkmaar) is eene Liberale
Kiesvereeniging opgericht met de heeren A. J. Adriani,
predikant, als Voorzitter, en P. Benjaminse,hoofd der
school, als secretaris.
Zij besloot zich aan te sluiten bij de Centrale Liberale
Kiesvereeniging in het district Alkmaar en koos met alge-
meene stemmen tot candidaat voor het lidmaatschap van
de Tweede Kamer den heer mr. W. Van der Kaaij, af
tredend lid.
Door de bewoners van het eiland Wieringen is
ten vorigen jare een adres gezonden aan Z. Exc. den
Minister van Financiën, houdende verzoek om, wegens
zeer overwegende redenen, in het adres opgesomd, de wier-
pacht aldaar geheel te doen ophouden en de oestercultuur
te beperken tot een viertal plaatsen, voor het oesterspenen
geschikt, nl. het Amsteldiep, het Visschermansgaatje, het
Zwen en een gedeelte van het meer bij de Waterkaap. In
dat adres werd gewezen op al het nadeel, dat aan de
wiermaaiers en visschers van Wieringen wordt toegebracht
door de verpachting door den Staat van de wierwaarden
en vischplaatsen nabij genoemd eiland, waardoor sommige
gedeelten der Zuiderzee in de nabijheid dier kust aan de
vrije visscherij onttrokken zijn.
Op dit adres is door den Minister geantwoord, dat aan
het eerst omschreven verzoek (vrijlating der wiermaaierij)
ik zoo maar op alles ja en amen zal zeggen? Het is znlk een
dwaas verlangen, dat alleen uw jeugd u kan verontschuldigen.
Gij kent hem slechts veertien dagenhoe kan ik uw lot aan een
man toevertrouwen, die ons allen vreemd is? Welken waarborg
heb ik voor uw geluk?"
„Och, Bernard," viel mevrouw hem in de rede, „verspil geen
woorden meer. Hanna zal en moet tot een ander inzicht komen
en haar dwaze gedachten laten varen. Ik begrijp niet, dat ik
niets van deze toenemende dwaasheid gemerkt hebop mij
maakte de heer Von Bergen altijd den indruk van een verstandig
man."
„O, mama," snikt Hanna, „zeg dat niet, wij hebben elkander
waarlijk lief."
„Kind, ik bid u, verschoon my van deze verzekeringen, waar
lijk, gy moest wat meer trots betoonen, en niet om den eersten
den besten luitenant, die beweert u lief te hebben, zooveel tranen
vergieten, alsof u een ongeluk was overkomen."
Ik was intusschen Hanna genaderd en wilde mijn arm om
haar schouders slaan. Zij stond echter op, en met een vastbe
radenheid, die ik nooit van dit teedere, volgzame wezen verwacht
had, zeide zij op een toon, dat zelfs Wilhelm Von Eberhardt,
die juist binnentrad, verbaasd bleef staan
„Ja, mama, ik zal u van mijn klachten verschoonen maar
dit zeg ik u, en u ook, papanooit zal ik mijn liefde tot Von Bergen
laten varen, nooit, en niet alleen gevoel ik nu de smart eener
ongelukkige liefde, maar ik zie weder opnieuw, dat Ruth mij
altijd werd voorgetrokken. Den graaf Satewski gaf men het
jawoord, toen hij, nauwelijks een uur in ons huis vertoevende,
zyn huwelijksaanzoek deed. Toen was het niet noodig naar hem
te onderzoeken, hij was immers een graaf, en dat was voldoende
luitenant Von Bergen wordt afgewezen, omdat hij een arme
luitenant is. Maar ik zweer het u, nimmer zie ik van hem af,
neen, nimmer 1" Zy verliet het vertrek met opgeheven hoofd
en fonkelende oogen.
Sprakelobs zagen de heer en mevrouw Van Bendeleven elkander
aan. Was dat wezenlijk Hanna, de zachte, volgzame Hanna
geweest, die daar zulke hartstochtelijke woorden had gesproken
Mijn blik zocht Eberhardt. Hij zag mij aan, alsof hij zeggen
wildeZiet gij, hoe goed het is, dat men ons geheim niet
kent?
Toen sprak hij
„Vergeef myn indringendheid, lieve oomik kwam nog een
goed woord voor Bergen spreken, maar zie wel dat het nu Dict
het geschikte oogenblïk daartoe is; ik bid u echter, lieve tante,
verwerp hem niet geheeldenk er over, ik ken hem wel is
waar nog niet heel lang, maar houd mij overtuigd, dat hij een
eervol karakter heeft vraag den overste, hij zal de gunstigste
getuigenis van hem afleggen."
*0, ik bid u, lieve genadige vrouw," smeekte ik. „Hanna
niet kan worden voldaan, dat bet stelsel van verpachting
der wierwaarden geacht moet worden zoowel in het belang
van den wierhandel, als van de wierinaaiers te zijn, en
boven vrije wiermaaierij verkieslijk is, en dat, zoo de
tegenwoordige pachtprijzen der wierwaarden te hoog mochten
zijn, de pachters, door gebruik te maken van hun recht
van pachtopzegging, na zekeren tijd de gelegenheid bekomen,
de pachtsommen naar de minder gunstige marktprijzen van
het wier te regelen;
wijders, wat het tweede verzoek betreft, dat het aan de
vrije visscherij onttrekken van een zeer klein deel der
Zuiderzee voor de teelt en vangst van schelpdieren, en wel
van een deel, waarin de laatste jaren vóór de verpachting
zoo goed als geeno oesters werden gevangen, aan de vrije
visscherij op de Zuiderzee geen schade kan hebben toege
bracht, en daarentegen aan een zeker aantal personen, in
dienst der pachters, werk heeft verschaft; dat evenwel bij
de overweging der vraag, of al of niet herverpacht zullen
worden de perceelen, wier pacht na 30 Maart a. s. niet is
verlengd, alsmede van die of nog andere vischplaatsen aan
de openbare visscherij ter verpachting zullen worden ont
trokken, nauwgezet rekening zal worden gehouden met het
belang der visscherij.
Dat door dit antwoord des Ministers de adressanten
weinig bevredigd zijn, zullen we wel niet behoeven te
verzekeren. In de eerste plaats wekt het bij adressanten
bevreemding, dat Z. Exc. in zijn antwoord spreekt van de
wierwaarden en vischplaatsen in de Zuiderzee, terwijl zij
uitsluitend het oog gevestigd hebben op liet vischwater
rondom het eiland Wieringen, waarover zij dan ook eenig
en alleen in hun adres hebben gesproken. Zij vroegen
niets anders dan vrije uitoefening van de visscherij in de
wateren rondom Wieringen.
Dat er eenige menschen in dienst zijn van die pachters
der oestercultuur, kan niet worden ontkend; maar de voor-
deelen van die enkelen vallen weg tegenover de honderden
die daardoor worden geruïneerd. Wieringen bezit ruim
120 van die kleine schuitjes, waarop twee man varen, die
vroeger gemiddeld met zoo'n schuitje f 30 's weeks ver
dienden met deze visscherijen. Een groot deel der eilanders
leefde daarvan, de geheele bevolking had er voordeel bij
daarom blijft het onze ernstige bede, dat het laatste woord
van den Minister in vervulling trede, n.1. dat er ernstig re
kening zal worden gehouden met het belang der Wieringer
visscherij, want dan, wij zijn er zeker van, zullen de
wateren rondom Wieringen eerlang weer geheel vrij zijn
voor de bevolking van dat eiland.
Het antwoord des Ministers is daarom des te grievender
voor adressanten, omdat zij in dit adres niet, wat de Minister
schijnt te meenen, opkwamen voor de belangen der pachters,
maar omdat het de bedoeling uitsluitend was om den
werkenden stand te bevoordeelen. Deze stand lijdt onder
den druk, die door de verpachting ontstaat. Indertijd, toen
het wier duur was, had die verpachting niets nadeeligs
voor Wieringen en den minderen man aldaar. De maaiers
konden toen goede betaling bedingen. Maar die dagen
zijn voorbij nu de houtwol krachtig concurreert en ook
het buitenlandsche wier door de lage vrachtprijzen een
gevaarlijke concurrentie oplevert. Een en ander geeft
aanleiding tot den wensch, dat de Minister de onjuistheid
van zijn besluit zal inzien; dat hij den voor de bewoners
ongunstigen toestand moge opheffen, opdat voorspoed moge
wederkeeren, waar men nu met groote zorg de toekomst
tegemoet ziet.
Yan de ingeschrevenen voor de lichting der nationale
militie van dit jaar, voor wie in den loop dezer maand de
loting heeft plaats gehad in het 3de militie-district van
Noordholland, had de grootste lengte een loteling uit de
gemeente Petten, wiens lengte niet minder dan 1910 m.M.
bedroeg. De kleinste loteling, een ware dwerg, was een
jongeling uit de gemeente Winkel, wiens lengte slechts
1350 m.M. bedroeg, 't Verschil iu lengte tusschen beide
lotelingen, personen van gelijken leeftijd, was dus 560 m.M.
Het voormalige volkskoffiehuis „De Vrede", te Am
sterdam, is gisteren met een gewone oefening, door generaal
Booth persoonlijk geleid, voor de bijeenkomsten van het
Heilsleger ingewijd.
zal ten laatste nog ziek worden. Zeg ja, zij hebben elkander
zoo lief."
„Het is verkeerd van u, Gretbe," zeide de barones op strengen
toon, terwijl zij opstond, „zeer verkeerd, dat gij mij onkundig
hebt gelaten van deze plotselingen hartstocht van Hanna. Hoe
veel onaangenaams had voorkomen kunnen worden."
„Ik wist van niets," verzekerde ik bedaard „zoo even verneem
ik eerst de ongelukkige geschiedenis, en wanneer Hanna mij
werkelijk tot vertrouwde van haar geheim had gemaakt, zou ik
nooit iets verraden hebben. Gij, mevrouw de barones, zijt altyd
tegenwoordig geweest als wij bijeen waren en hebt hetzelfde
gezien als ik."
„Een fatale geschiedenis, heel fataal," bromde de baron voor
zich heen.
„Hoe moet men eigenlijk daarin handelen? Waar is Bergen
heengegaan en wat zeide hij over de reden mijner weigering
vroeg hij aan Eberhardt.
„Hij zag zeer bleek, oom, toen hij bij mij kwam, en vroeg wat
hij doen moest, en of er in het dorp een herberg was, waar hij
zou kunnen overnachten. Ik sprak met hem, maar ik vrees,
dat bij toch is vertrokken."
„Ellendig, ellendig," viel de baron uit. „Maar zoo zyn de
hedendaagsche jongeliedenbuigen of breken. Verstandig en
met overleg handelen hebben zij niet geleerd. Ik ben ook jong
geweest, maar de duivel hale mij, als ik aanstonds ieder aardig
meisje, dat ik een paar malen ontmoette, ten huwelijk vroeg.
Er is geen betamelijkheid meer in de tegenwoordige jeugd
voorheen vroeg men eerst den vader, en als deze zijn toestemming
had gegeven, het meisjemaar nu Eerst is men het natuurlijk
ouderling eens, en als dan de vader weigert, volgen er vrouwen
tranen en een leven, dat men van ergernis eene beroerte zou
kunnen krijgen. De duivel halo zulke vervloekte histories 1"
„Ik ga naar Hanna," zeide ik, mij naar de deur wendende.
De baron, die zich al sprekende driftig had gemaakt, barstte
reeds weder los„Jawel, zoo'n luitenant, die niets bezit, vindt
het wel aangenaam, zich van het geld zijner lieve vrouw een
nest te bouwen, en de gelukkige schoonvader kan zien, hoe hij...."
Ik hoorde niets meerik stond buiten in de gang. O, almach
tige God, welk een verandering; het werd mij bang om 't hart
daar hoorde ik zachte schreden achter mij. Ik keerde mij
om en stond voor Bergen. Hij zag bleek, maar zijn gezicht
helderde op, toen hy mij gowaar werd. „Juffrouw Gretbe,"
vroeg hij, „wilt gij een boodschap aan Hanna overbrengen
„Van ganscher harte," antwoordde ik.
„Zeg haar dan, dat zij kalm moet zijn; alles zal zich nog ten
beste keeren, en ik blijf haar trouw." Hij drukte mij de hand
en ging iu zijn mantel gewikkeld zacht de trap afik hoorde
dat de buitendeur gesloten werd hij was vertrokken.
(Wordt vervolgd.)
Dezer dagen overleed te Alkmaar, na een werkzaam
en ijverig leven, do heer R. J. Koning, in leven meer dan
50 jaar predikant der Ned. Herv. gemeente te Limmen.
Als lid van onderscheidene hoogere kerkelijke besturen, als
president der Synode gedurende meer dan 10 jaar, als vurig
en nauwgezet voorstander van de liberale richting in zijn
kerkgenootschap, was zijn naam en werk algemeen erkend
en geacht. In 1882 moest hij wegens gezondheidsredenen
zijn emeritaat nemen; sinds dien tijd werden zijne levens
krachten en geesten al meer en meer verzwakt, totdat zij
plotseling werden uitgedoofd. De overledene was ridder
der orde van den Nederlandsehen Leeuw.
De dansmeester-kwartjesvinder Philip van Coeverden
werd gisteren door de Amsterdamsche Rechtbank veroordeeld
tot 2 jaren gevangenisstraf.
- Jl. Dinsdagnamiddag is te Almeloo eene vergadering
gehouden van de werkstakers, waarin de bekende leider
der sociaal-democraten Bennink uit Hengeloo een voorstel
deed om eene commissie van 5 personen samen te stellen,
twee te benoemen door de werkgevers, twee door de werk
stakers, met den heer Van Marken tot Voorzitter, welke
commissie zal trachten aan de werkstaking een einde te
maken. Het voorstel werd door de vergadering goedge
keurd. Aan den heer Scholten werd van dit besluit kennis
gegeven en binnen drie dagen antwoord verzocht.
Het zuiveren van graan is voor den verkoop van veel
gewicht, daar voor de 50 K.G. zuiver graan gemakkelijk
een halve gulden hoogeren prijs te bedingen is dan voor
onzuiver graan.
En als tien landbouwers met eene cultuur van 200 bunder
koren, jaarlijks het 1/4 mud per bunder voordeel hebben
door de zuivering van het graan, dan bedraagt dit ge
zamenlijk per jaar 50 mud, waarbij men rekenen mag op
eene besparing aan zaaizaad van 1/8 mud, dus 25 mud
's jaars.
Door zulk eene berekening die toch niet te hoog is
bekomt men de overtuiging dat de trieur een nood
zakelijk landbouwmateriaa! is en in het bedrijf niet kan
gemist worden.
De bovengenoemde 75 mud voordeel is allicht zooveel
waard, dat men er een goeden trieur voor bekomen kan.
Men heeft ze die per uur 2, 3, 5, 7, 10 en 20 mud graan
zuiveren, en de prijzen van die machines loopen naar even
redigheid van f 90 tot f 400.
Droogmaking van de Zuiderzee.
Onder voorzitterschap van den heer J. W. Visser werd
gisterenavond in het Nutsgebouw te Amsterdam een ver
gadering gehouden van het departement Amsterdam der
„Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van Nijver
heid, waarop de heer A. Huet eene voordracht hield over
„de droogmaking van de Zuiderzee".
De spreker verdeelde al dadelijk zijn voordracht in drie
deelen, nl. de afsluiting der Zuiderzee, de waterafvoer en
inpoldering, waarna hij de technische, de financiëele en
staatkundige uitvoerbaarheid zou bespreken; hierbij herin
nerde hij aan de allereerste plannen tot droogmaking van
de Zuiderzee, welke hij in onderdeelen beschreef en bij
welke hij ook in eene beschrijving trad der latere plannen,
o. a, van de heeren Stieltjes en Beijerinck.
Na aldus de geschiedenis van het onderwerp behandeld
te hebben, waarin natuurlijk ook werd melding gemaakt
van het plan des heeren Buma en de door hem opgerichte
Zuiderzee-Vereeniging zeide spreker dat men thans slechts
heeft rekening te houden met drie voorgestelde afsluit
dijken, die van Wieringen-Piaam (27 Km.) Enkhuizen-
Stavoren (15 Km.), Enkhuizen-Kampen (42 Km.). De
kortste, zei spreker, is natuurlijk de beste, dat is die Enk
huizen-Stavoren, wier practische uitvoerbaarheid do spreker
aantoonde en door teekeningen verduidelijkte. De grootste
moeilijkheid daarbij was het leggen van den eersten rijzen-
dam. Had men dien, dan kon het verdere werk gemakke
lijk volgen in den tijd van ongeveer 10 jaren. Stel dat
men 1000 M. dam per jaar maakt en van twee kanten
begint, dan is zelfs in den tijd van 74 jaar reeds de
rijzendam gelegd. Spreker schatte de kosten van zulk een
rijzendam op f 1000 per strekkende meter. Immers alléén
aan grond moest aangebracht worden 8 a 10 millioen Mr3.
Toch hebben de hoofden van den Hoek van Holland reeds
bewezen, dat het leggen van zulk een rijzentrekdam zeer
wel mogelijk is.
Die dam EnkhuizenStavoren zal ook de beste spoor
wegverbinding zijn van de hoofdstad met het Noorden des
lands.
De afgesloten plas. welke in sprekers plan is opgenomen,
achter den dijk EnkhuizenStavoren, is zoo groot als een
provincie, nl. 250,000 H. A. De groote moeielijkheid
blijft de uitmonding van den IJsel en men heeft voorgesteld
deze rivier te kanaliseeren, welk plan buiten bespreking
kan blijven. Stieltjes stelde de uitmonding van den IJsel
voor buiten den afsluitdijk. De Zuiderzee-Vereeniging wil
in den afsluitdam sluizen bouwen, welke al het water
afvoeren, dat zou nl. 300 meter sluiswijdte eischen en dat
pleit tegen dit plan. Een ander plan is, den IJsel als
rivier te verlengen, zonder sluizen als bij Rotterdam, tot
buiten den dijk. Dat plan achtte spreker het eenige uit
voerbare.
In zich zelf achtte spreker de droogmaking van de
Zuiderzee maar even rentabel. Dat is het werk alléén bij
een open water-afvoer langs Amsterdam.
Door de noodige doorgraving der duinen krijgt men een
voldoende hoeveelheid zand, welke men alleen door die
open doorgraving kan verkrijgen. Zonder open doorgra
ving, herhaalde spreker, geen afsluiting, zonder het zand,
afkomstig van die doorgraving, niet de gronden, welke
men noodig heeft voor den afsluitdam. Begint men met
jaarlijks 3 millioen gulden te geven voor dien dain, dan
kan het werk in tien jaren zeer goed gereed zijn en een
der grootste voordeelen er van zal zijn, dat Amsterdam
dan onbereikbaar is voor een vijand ter zee.
Wat de inpoldering betreft: leegpomping is moeilijk, daar
een polder van 250,000 H.A. te groot is. De inpoldering
moet gedeeltelijk geschieden, nl. die deelen, welke onder
scheidenlijk 2.50 M. en 3.50 M. diepte hebben, waardoor
men twee soorten polders krijgt, ter gezamenlijke grootte
van 135,000 H. A.
Aan inpoldering der deelen van 5 M. diepte kan, zeide
spreker, voorloopig niet gedacht worden. Is de afsluiting
eenmaal voldongen, dan kan de inpoldering, zonder Staats
hulp, vanwege particulieren geschieden, bij voorbeeld door
een tiental ondernemingen, ieder van 13,000 H. A.