rechtsgeleerdheid en 6 in de letteren, terwijl aan 3 personen,
niet als student ingeschreven, verlof gegeven werd, enkele
lessen bij te wonen. Vier candidaten in de theologie werden
in 1887 als predikanten beroepen, in het geheel dus 12.
Vóór het einde des jaars kwamen nog elf zitkamertjes
in het Hospitium, waar 27 studenten verblijven, gereed
door het verbouwen van een tuinhuis. De ruimte is echter
nog zeer beperkt. Uit het studiefonds genoten bijna dertig
studenten onderhoud. De uitgaven voor dit fonds bedroegen
f 8109 en de ontvangsten f 5063, zoodat dit jaar met een
tekort van f 3046 sloot. Toch wordt de verhouding van
credit en debet hoe langer hoe gunstiger.
De Vereeniging ontving f 50,977 en gaf f 50,435 uit,
zoodat een batig saldo van f 543 in kas is. De schenkingen
en collecten, vergeleken bij 1886, verminderden, doch de
bijdragen stegen. De schuld van het Hospitium steeg door
de verbouwing tot eene halve ton gouds.
Blijkens het jaarverslag voor de Louisa-stichting,
opvoedigsgesticht voor weezen van vrijmetselaren te
'sHage, over 1887, telde de inrichting op 31 December jl.
14 jongens en 11 meisjes in het huis en woonden 6 jongens
en 1 meisje (voor bijzondere opleiding) daar buiten. In het
jaar verlieten 3 pleegkinderen de stichting en kwamen er 6
bij. Het nieuwe gebouw aan het Alexandersveld, waaraan
ijverig wordt gewerkt, kan 1 Augustus a. s. worden be
trokken. In den loop des jaars werden weder eenige legaten
ontvangen, welke bij het vaste kapitaal worden gevoegd.
De gewone ontvangsten beliepen f 10,662.84$, de legaten
f 27,123.06$. De erfenis van wijlen den heer Tak en
echtgenoote, te Schiedam, beliep f 48,004.51$, waarvan
f 23,097.96 moet afgetrokken worden, zoodat er f 24.906.55$
overbleef. Daar de wekelijksclie uitkeeringen de rente
absorbeeren, is het voordeel n de eerste jaren van geen
beteekenis.
Uit Haarlemmermeer meldt men, dat jl. Vrijdagmorgen
in den IJpolder weder twee steppenhoenders zijn gevangen,
die tegen f 10 per stuk aan een Amsterdammer zijn verkocht.
In den nacht van jl. Zaterdag op Zondag is wederom
ingebroken in het kantoor van den Rijksontvanger Prins,
te Purmerend. De dief of dieven hebben zich door het
inslaan van een ruit den toegang tot het kantoor weten te
verschaffen. Hoewel er geen belangrijke som aanwezig
was, is toch door hen eenig geld medegenomen.
De persoon uit Leiden, die zich dezer dagen in de
getuigenkamer van het Gerechtshof te 's Hage een kogel
door het hoofd schoot, omdat zijne vrouw, die eisch tot
echtscheiding tegen hem had ingesteld, zich niet met hem
wilde verzoenen, is reeds zóóver hersteld, dat hij het Gast
huis heeft verlaten en zich nu te Amsterdam metterwoon
kan vestigen.
Men zal zich herinneren, dat voor weinige dagen
geleden, tot nu toe onbekend gebleven personen, de balda
digheid hadden een aantal in de grondverf staande huizen
op het Oranjeplein te 's Hage met zwarte verf te besmeren.
De huizen kwamen jl. Vrijdagavond geheel gereed in de
verf, doch omstreeks 10 uur bleken dezelfde schendende
handen weder hun baldadig bedrijf te hebben volvoerd
thans echter was de verf met teer bedekt.
Men meent alle reden te hebben, om aan wraak tegen
over den eigenaar der huizen te denken, want één der
huizen van 't geheele blok, dat dien eigenaar niet toebehoort,
bleef gespaard.
Uit het verslag der Commissarisen van de Naamloozen
Vennootschap „Hollandia", Hollandsche fabriek van melkpro
ducten, in de jl. Zaterdag te 's Hage gehouden algemeene ver
gadering van aandeelhouders uitgebracht, blijkt o. a. het volgende
De in 1887 behaalde winst bedraagt f 27,465,32, tegen slechts
f 368.71$ over 1886. Verwerkt werden 2,408,635 liter melk,
1,360,117 liter in het vorige jaar). Aan grondstoffen, arbeids
loon en vrachten werd f 399,212.12$ betaald (tegen f 164,522.45
aan grondstoffen en arbeidsloon in 1886). Gemaakt werden in
den timmerwinkel 41,832 kisten (tegen 20,527 in het vorige
jaar) en in de blikfabriek 2,846,878 bussen (tegen 1,518,975
in het vorige jaar). «De kwaliteit der gekochte melk," zeggen
commissarissen, //gaf reden tot tevredenheid, waaraan gepaard
met beduidende uitbreiding der productie en voordeelige suiker
prijzen het gunstige resultaat zeer zeker ook te danken is."
Door commissarissen werd aan de vergadering voorgesteld,
onder verschillende hoofden een gezamenlijk bedrag van f 3,416.13
af te schrijven, en het debet der winst- en verliesrekening te
verminderen tot f 24,004.19. Nadat dit was goedgekeurd, werd
de heer dr. Th. Mouton herkozen als commissaris.
Uit Utrecht meldt men aan //De Amsterdammer",
dat mejuffrouw A. Opzoomer (A. S. C. Wallis) zich in
Hongarije metterwoon gaat vestigen. Zij is verloofd met
prof. G. Antal von Felsö-Gellér, met wien zij in de maand
September in het huwelijk zal treden.
De avond-godsdienstoefening in de Augustinus-kerk
te Utrecht werd jl. Donderdag verstoord door het bezoek
van een eekhorentje. Het beestje had blijkbaar schik in
zijn ruime gevangenis; hij bewoog zich vrij tusschen de
menigte, wat niet weinig opschudding teweeg bracht. Hij
maakte ook een saltomortale van een pilaar op een kandelaar,
zelfs het licht der kaars onderwierp hij aan een onderzoek
zou kunnen aanspreken over het niet-aangeven van zulk een
vondst.
//Hadden wij ze maar kunnen aftappen, nadat ze eerst be
zonken was, dan zou het een bovenst best wijntje geworden
zjjner was daar in dat vat meer druivennat, dan je bij alle
slijters in Paimpol vindt."
Wie weet wat die wijn nog had uitgewerkt. Hy was zwaar,
donker van kleur, en erg vermengd met zeewater, zoodat hij een
wrangen, zoutachtigen smaak had. Algemeen vond men hem
echter goed en er werden verscheidene flesschen van gebruikt.
De hoofden waren thans eenigszins beneveld, de stemmen
klonken verward en de jonge visschers waren buitengewoon
vriendelijk jegens de meisjes.
Steeds werd er vroolijk gezongen, hoewel niemand erg gerust
was en de mannen elkaar bezorgde wenken gaven, met het oog
op de onstuimigheid van bet weder, dat voortdurend in hevigheid
toenam.
Buiten hoorde men gestadig het onheilspellend geloei der ele
menten, dat erger was dan ooit. Het was alsof zich één enkele
kreet verhief, nooit ophoudend, lang gerekt, dreigend, door dui-
zende woedende monsters tegelijk geuit.
Soms ook was het alsof er in de verte groote kanonnen werden
afgeschotendat was het beuken van de zee op de kust van
Ploubazlaneczij scheen inderdaad bij lange na niet tevreden
en Gaud voelde haar hart ineenkrimpen bij die schrikaanjagende
muziek, op haar bruiloft verschenen, zonder dat zij door iemand
was besteld.
Tegen middernacht wenkte Yann, die zachtjes was opgestaan,
zijn vrouw om bij hem te komen.
Zy zouden naar hun woning gaan... Zy aarzelde en meende
dat het onbeleefd was de gasten te verlaten.
fNeenj" antwoordde Yann, «vader vindt het goed."
de warmte deed hem echter spoedig vluchten op het hoofd
van een beeld, om daarna weer elders zijn slingeroefeningen
te hervatten. De onwelkome bezoeker werd aldus oorzaak,
dat de godsdienstoefening moest worden geëindigd.
Uit den Gemeenteraad van Bergen-op-Zoom.
/,De heer De Ram wenscht het houden van varkens vrij
te laten, evenals dat van geiten, konijnen, kippen, enz., om
van bokken niet te spreken."
„Die ruiken ook niet lekker", meende de heer Ente.
„En een vuile paardenstal, evenmin", zeide de heer Clifford.
„Maar een smerig varkenskot het ergste", meende de
Voorzitter.
„En konijnen dan?" (de heer Meulemeester).
„Ik ruik liever een paardenstal dan een varkenskot
(de heer Ente).
„Een quaestie van reuk!" (de heer De Bruijn).
„Ja, de een houdt van een varkensluchtje en de ander
van een paardenlucht" (de heer Clifford).
„Er stinkt veel in de wei'eld." (de Voorzitter).
Het Hof te Luik heeft in hooger beroep zekeren
Laurent Wolfs, die er zijn werk van maakte, aan hen, die
zich voor den dienst in Nederl.-Indië wilden aanmelden,
valsche papieren te verschaften, veroordeeld tot twee jaren
gevangenisstraf en verlies van burgerschapsrechten gedu
rende vijf jaren. Zijn medehelper Van Wensen, geboren
te Leiden, kwam met twee maanden gevangenisstraf vrij.
Men leest in de „Hope Israels":
De profane stoom heeft zich tot dusver nog niet in het
heilige land vertoond en geen stoornis gebracht in den ver
heven indruk dier oorden, waaraan zoo onuitwischbare
herinneringen verbonden zijn. Thans, zal dit anders worden
rails, baanwachtershuisjes en telegraafdraden zullen daar
dienst gaan doen, en „station Bethlehem!" zal men er
spoedig uit den mond van den spoorwegconducteur hooren
weergalmen. Voorloopig zal er een spoorweg tusschen
Jeruzalem en Jafta aangelegd worden. Het bankiershuis
J. Frutiger te Jeruzalem moet hoofdzakelijk bij de onder
neming betrokken zijn, en bovendien ook de Parijsche
Rothschild.
Een curieus kookboek. In het jaar 1738 ver
vaardigde Le Bas een boek: uLe Festin joyeux of de keuken
op muziek", om aan de dames de middelen aan de hand
te doen om „zingend ragouts en sausen te bereiden".
De inhoud van het boek heeft niet alleen betrekking op
de bereiding van gerechten, maar ook op het ontwerpen
van alle mogelijke menu's, op het regelen van een feest
maal, kortom op alles wat van gastronomische beteekenis
is. Achterin vindt men de nieuw gecomponeerde melodieën,
die het werk in de keuken moeten veraangenamen.
Schoon kleurtje, lieflijk geurtje,
Waar kom je toch vandaan?
Wat wonderdaad gebeurt je?
Hoe trekt je 't siersel aan?
Wij zien maar.... zwarte aarde,
Die u baarde,
met die vraag van vader Luyken ziet de verwondering
moeder van alle menschelijke kennis eiken zomer de
bloemen aan, wanneer de albezielende daggodin de Zondags
kinderen der natuur ontluiken doet. Hier dingen fijnheid
van weefsel en heerlijke kleurteekening met elkaar om den
voorrang; zie die fijngesponnen bladertjes, aan pas neer
gestreken vlinders gelijk, of aan zacht fluweel door kunstige
vingers met goud- en zilverdraad doorstikt; zie hier al de
pracht van het vurig licht, opgevangen op een enkel klein
blaadje, en gij hebt de verklaring, waarom niet enkel die
rijke schatten besteed aan zijne serres, maar ook de hut
van den eenzamen baanwachter met gouds- en zonnebloemen
staat omringd, en ge de nauwe, nooit door zon verlichte
steegjes onzer groote steden niet doorloopen kunt of schier
voor elk venster knikt u een tuinpot met roos of geranium
tegen. G. Carelsen.
HollaiidscheMaatschappijvanLandbouw,
Afdeeling Zijpe.
Op de jl. Maandag op de Koepel van den heer Bruin, te
Schagerbrug, gehouden vergadering der genoemde Afdeeling, die
door twaalf leden was bezocht, deed de Secretaris, na de opening
der bijeenkomst, lezing en goedkeuring van de notulen, mede-
deeling van zijne gevoerde correspondentie met het Hoofdbestuur,
over de gevraagde subsidie voor de vermoedelijk te houden
Afdeelings-Tentoonstelling. Hieruit bleek, dat gewoonlijk uit de
algemeene kas eene bijdrage van f 25 beschikbaar wordt gesteld,
wat in sommige gevallen wordt verhoogd, doch wat geheel af han-
kelijk is van de meerdere of mindere uitgebreidheid, die men aan
't programma wenscht te geven, alsmede van de op de begrooting
voor subsidiën uitgetrokken post. Verder, dat, wil men gesub
sidieerd worden, de Tentoonstelling algemeen moet zyn.
Uit een latere missive bleek, dat het Hoofdbestuur waarschijnlijk
wel eene bydrage zal willen toestaan, doch dat hieromtrent geen
besluit kan worden genomen, alvorens de voorwaarden van in
zending en het programma der gevraagde voorwerpen bekend zijn.
Toen ging zij mede.
Buiten was het koud; de wind woei hevig en alom heerschte
dikke duisternis. Zij liepen hard voort, terwijl zij elkaar bij de
hand vasthielden. Van boven van de rotsen kon men de zee
thans niet zien, maar men kon gissen, dat zij daar was door het
vreeselijk geloei der golven. De wind geeselde hen het gelaat,
en om de rukwinden te kunnen weerstaan, waren zij verplicht
zich diep voorover te buigenja, soms moesten zij zich omkeeren,
ten einde met dc hand voor den mond even adem te scheppen,
waartoe de wind hun bijna geen gelegenheid liet.
Eindelijk waren zij thuis, in hun schamele hut, waar de bodem
zoo vochtig en het strooien dak zoo oud was. Grootmoeder
Moan, die men had weggebracht voordat het gezang begon, rustte
reeds twee uren lang in haar bedstede. Zij wilden haar nog
even goeden nacht wenschen, maar haar oogen waren gesloten
en haar gelaat bewoog zich niet; klaarblijkelijk was zij in een
vasten slaap verzonken.
Hoe... oeBuiten donderde de wind, nu eens met zijn hollen
grafklank, die de aarde scheen te doen beven; dan weder fluis
terde hij zijn bedreiging zachtjes, maar met te grootor kwaadaar
digheid in het oor, met het fluitend, krassend geluid van een
nachtuil. Het groote graf der zeelieden was daar dichtby, voort
durend in beweging, altijd hongerig, met zijne zware slagen de
kust beukende. Eens zou er een nacht komen, dat het hem
omvatten zou, dat hij daarin zou worstelen te midden van de
razerny der donkere, koude elementen; zij wisten het.
Maar waarom zouden zij zich thans daarover bekommeren
Zij waren veilig, beschermd tegen de machtelooze woede van den
orkaanbeschermd door hun eigen woning tegen de bulderende
stormen, beschermd door de tooverkracht der liefde tegen alles
daar buiten...
(Wordt vervolgd.)
De Voorzitter meent dit dus allereerst aan de orde te moeten
stellen.
De heer Koelman doet de vraag of de vergadering eerst niet
zal beslissen, of er een Tentoonstelling zal worden gehouden, ja
of neen, hetgeen in stemming wordt gebracht en waaruit blijkt,
dat allen er voor zijn.
Alsnu komt het programma in behandeling, en besluit men
daarin op te nemen: 1- en 2jarige stieren, 1ste prijs f 10, 2de
prijs f 5.
Kuikalveren, 1ste prijs f 5.2de prijs f 2.50 ljarige pinken,
lstc prijs f 7.50, 2de prijs f 5.melkgevende vaarzen (gekalfd
hebbende vóór 1 Mei 1888, 2jarige), 1ste prijs f 7.50, 2de prijs
f 5.
Herfstkalveren (die kalven moeten tusschen 1 September en
1 December), 1ste prys f 10.2de prijs f 5.de beste
melkkoe, 1ste prijs f 10.2de prijs f 5.
Na de vaststelling van dit programma, besluit men de Ten
toonstelling te houden den 20 Augustus e. k.
Voorstellen, om onder de te behandelen punten op de Hoofd
bestuursvergadering te worden opgenomen, worden niet gedaan.
Als lid van 't Hoofdbestuur wordt gekozen de heer J. Zaaijer,
te Dirksland, met 7 stemmen tegen 5 op den heer A. Van der
Breggen.
De Voorzitter deelt nog mede, hoewel bij allen zeker wel
bekend, dat de aangewende pogingen om een Stieren-Vereeniging
op te richten, tot niets hebben geleid.
De heer A. Bruin doet nog de vraag of in het programma
ook geen pluimgedierte of iets anders zal worden opgenomen.
De Voorzitter zegt dat dit aan de later te benoemen Com
missie kan worden over gelaten, om nog iets ter opluistering te
vragen.
Hierna wordt besloten tot het houden eener buitengewone ver
gadering, in „het Wapen van Zijpe" aan de Schagerbrug, den
9 Juli e. k. ter benoeming eener Commissie, alsmede tot het
bespreken der voor de tentoonstelling verder te nemen maat
regelen, en de volgende gewone vergadering te houden den
6 Aug. e. k. in het lokaal van den heer K. Plevier aldaar.
Nadat de Secretaris is opgedragen het Hoofdbestuur in kennis
te stellen met de genomen besluiten opzichtens de tentoonstelling,
wordt do vergadering gesloten.
Buitenland.
Prinses Marie van Pruisen, weduwe van Prins Hendrik
der Nederlanden, thans gemalin van Prins Albert, Hertog
van Saksen, is op het kasteel Albertsberg voorspoedig
bevallen van eene dochter.
In het Engelsche Lagerhuis werd beraadslaagd over
de vraag, in hoever de redacties van couranten aansprake
lijk konden worden gesteld voor de in hare kolommen
opgenomen berichten, welke lasterlijk of honend mochten
blijken te zijn.
Hoewel van verschillende zijden gewezen werd op het
gevaar de couranten al te zeer te beschermen en de ver
antwoordelijkheid der redacties te verkleinen een gevaar,
dat vooral bestaat tegenover bladen en blaadjes, welker
eenige reden van bestaan is het verspreiden van schandaal
verwekkende berichten heeft toch eene aanzienlijke
meerderheid besloten tot eene verzachting der thans ten
aanzien van dit onderwerp vigeerende wetgeving.
Te Berlijn wordt druk gesproken over een eigenaar
dige echtscheiding. De oudeBleichröder, de bekende millio-
nair, bankier van Bismarck en vertegenwoordiger der groep
Rothschild, heeft drie zoons en een dochter. Nu is de
familie wel tot den adelstand verheven, maar toch daardoor
niet in de kringen der aristocratie opgenomen. Dit wilde
zij zien gedaan te krijgen, door de dochter met een adellijk
persoon te doen huwen en men vond een baron uit een
oud geslacht, die wel een goeden familienaam, maar ook
zeer veel schulden had. Dit laatste was evenwel geen
beletsel. Bleichröder tastte flink in de geldkist, betaalde
de schulden en kocht voor zijn aanstaanden schoonzoon een
landgoed, hetwelk den ouden heer een millioen mark kostte.
Welk een gelukkig huwelijk het was, blijkt reeds uit het
feit, dat de jonge echtgenoote binnen vijf maanden na de
bruiloft haar gemaal moest verlaten. Er werd echtscheiding
aangevraagdonderwijl had de schoonzoon het landgoed
voor een half millioen mark verkocht en buitendien nog
een half millioen schuld gemaakt, die de oude Bleichröder
moest betalen. Thans is de echtscheiding uitgesproken.
De bankier is dus met zijn aristocratischen schoonzoon
er zeer slecht afgekomen.
Men herinnert zich, dat dr. Castelnau en de apothe
ker Martinet, die Engelsche levensverzekeringen aanzienlijke
sommen hadden helpen afhandig maken door een valsche
verklaring van overlijden, den 26 April door het Hof der
Seine-et-Oise tot 8 jaar en tot 5 jaar gevangenisstraf zijn
veroordeeld. Hun daartegen ingebracht beroep in cassatie
is jl. Vrijdag verworpen.
Vóór een achttal jaren maakte een achtjarig kind,
Moritz Frankl, uit Fünfkirchen, overal in Europa grooten
opgang als een phenomène op 't gebied der wiskunde. Hij
rekende verbazingwekkend. Wat er van dat wonderkind is
geworden, meldt de „Pesther Lloyd". Nadat zijn vader,
om geld te maken, hem heel ons werelddeel had laten
rondreizen, kwam hij naar huis en werd eerst naar de
lagere school, toen naar de burgerschool gezonden, doch
hij leerde slecht en werd weggejaagd; toen werd hij be
diende in den eenen kruidenierswinkel na den anderen en
kwam eindelijk in een drukkerij terecht, waar hij dezer
dagen, door een gefingeerde boodschap van den baas aan
zijne vrouw, eenige kleedingstukken en een gulden wist te
bemachtigen; hij verpandde de kleedingstukken en maakte
zich met 't verkregen geld, f 4, uit de voeten. Thans is
tegen den löjarigen jongen een bevel van gevangenneming
uitgevaardigd.
Het te Barcelona opgerichte monument voor Columbus
maakt, vooral van de zeezijde gezien, een schoonen indruk. Het
voetstuk is versierd met acht marmeren leeuwen en zos bas
reliëfs, eenige episoden uit het leven van den wereldontdekker
voorstellende.
Op het ronde voetstuk rust de achtkantige znilop de vier
hoogste zijden staan beeldenhet zijn de Spaansche provinciën
Catelonië, Castilie, Aragon en Leon, terwyl daartusschen iets
lager de beelden geplaatst zijn van de vier Cateloniërs, die
op verschillende wijzen iets tot Amerika's ontdekking bijge
dragen hebben, namelijk de monnik Boyl di Montyerat, Pedro
Margarit, Ferier de Blancs en Santangel. Boven deze kolossale
steenen kolom verheft zich de zuil van gegoten ijzer. Het
kapiteel is versierd met zinnebeeldige figuren van de vier
werelddeelen, en op het toppunt prijkt een Vorstenkroon, waarin
een aardbol ligt van koper. Op dien metalen bal staat Columbns
met het gelaat naar de zee gewend, terwijl hij in de rechterhand
een scheepje klemt, aan welks mast een klein kruis schittert.
Het standbeeld, het werk van den beeldhouwer Raffaelle Atchi,
is 5,20 meter hoog; het geheele monument heeft eene hoogte van
56 meter.
Dr. Tanner, de bekende honger-specialiteit, gaat nu
zijn „systeem* op anderen toepassen; hij heeft een „Baby-