Yan af heden is liet Depot tour Hier en omstel lerestigl in Het Verkoophuis „DE ROODE KOUS", „The Sinter Mannfactnring C°." Singer Manufacluriiig C°„ te Yew-York, der Origineele Singer-Naaimachines der Hoofdgracht K 53 54. Eene zeer uitgebreide sorteermg is in het Beneden-Magazijn geëtaleerd, tot welker bezichtiging belangstellenden worden uitge- noodigd, waarin inzonderheid uitmunten de Nieuwste Improved „Ringschuitje" Machines. Levering desver kiezende op proef; onderricht gratis; drie jaar garantie; gemakkelijke betaling. JACQUES VAN ROSENDAEL. Elke Machine uit bovenstaande Fabriek MOET VOORZIEN ZIJN van het Fabrieksmerk en op den arm voluit te zien geven: Holloway's Pillen. Gemeenteraad van Anna Paulowna. WIES BikD£J]\r. Hotel Bnins des Ouatre Saigon s. (Vier Jahreszeiten.) In het fraaiste gedeelte der stad, tegenover het Kur- gebouw en de Promenade. Fransche keuken. Matige prijzen. Ascenseur. W. Z A I S, Eigenaar. AMSTERDAMSOHE COURANT. NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en feestdagen. De Arasterdamsche Courant zal na nauwgezette keuze de belangrijkste en belangwekkendste gebeurtenissen van den dag mededeelen. De Amsterdamsche Courant is het goedkoopste Dagblad van Nederland. Voor Amsterdam per 3 maanden f 1.50, franco per post f 1.80. Niemand kan door den prijs worden afgeschrikt onze Courant iederen dag alleen of met een vriend gesamenlijk te ontvangen. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Bnreau: Lokaal „Dc Brakke Grond," Nes 53. Verheuging voor ziekelijken. De grootste en beste scheikundige samenstelling van de fijnste balsems bevindt zich in dit uitmuntend geneesmiddel, hetwelk slechts eene enkele proefneming behoeft om geroemd te worden. De zuiverende kracht van deze uitmuntende Pillen, beveelt dezelven ten sterkste aan, voor het gebruik van familiën in welke eenige constitutioneele zwakheid of schadelijk bederf bestaat. Holloway's geneesmiddel beeft de vernieu- wendste uitwerking, wanneer het gestel door uitspatting, overdreven toegeven aan lusten of langdurige ziekte vér zwakt is. De Pillen als genees-, purgeer- en versterkend middel werkende, deelen sterkte en veerkracht aan het geheele lichaam mede. Geen nadeel kan met mogelijkheid ontstaan, door het gebruik van dit wereldberoemde genees middel; onschuldig van aard en onschadelijk in werking, is het uitmuntend geschikt voor ieder zwak gestel. Arrondissements-Rechtbank. Behandeling van strafzaken op Dinsdag 24 Juli 1888. J. M. en A. R., te Helder, geweldpleging, enz. de eerste 6 weken gevangenisstraf, de tweede 7 dagen gevangenisstraf'. 19 bedelaars werden tot verschillende straffen veroordeeld. Doosjes PILLEN en Potjes ZALF f 0.80, f 1.85, f 3.—, f 6.75, f 13.50 en f 20.50. Ze worden verkocht bij de Apothekers. Voor den verkoop in het groot ver voege men zich bij den Professor Holt.oway. 533. Oxford-Street. Londen. Vergadering op Dinsdag 24 Juli 1888. Tegenwoordig alle leden, behalve de heer J. C. Geerligs Sr. Na opening der vergadering, voorlezing en goedkeuring der notulen, stelt de Voorzitter aan de orde I. Vaststelling rekening 1887. De Commissie, belast geweest met het nazien dezer rekening, zijnde de heeren Zur Mühlen en R. Kaan Az., brengt rapport uit en adviseert tot goedkeuring. De vergadering verlangt geen artikelsgewijze behandeling en keurt de rekening goed (B. en W. onthielden zich van stemming). Zij sluit in ontvangst met f 14,210.331 en in uitgaaf met f 13,843.64, zoodat een batig slot blijft van f 366.691. II. Ingekomen stukken. De Voorzitter deelt mede, dat is ontvangen een kennisgeving van Gedep. Staten, dat aan de gemeente is toegekend een Rijkssubsidie van f 18,000, voor de buitengewone kosten voor het lager onderwijs. Ten slotte werd, op voordracht van B. en W., tijdens het verlof van den heer Strick van Linschoten, tot loco-Secretaris en Gemeente-ontvanger benoemd de heer J. J. Enschedé. Niets meer aan de orde zijnde en niemand iets hebbende voor te stellen, sluit de Voorzitter de vergadering. Over //Onderwijs voor den Landbouw" schrijft dr. P. Schu- ringer in het „N. v. d. D." o. a. het volgende //Wanneer men de zaak beschouwt in alle eenvoudigheid, zonder ophef en overdrijving, doch ook zonder vooroordeel en zonder.... traagheid, dan mag men toch vragenIs het goed, indien een groot aantal boerenzoons van 14 tot 18 jaar, den ganschen winter door, hunne lange avonden doorbrengen met niets anders dan in den haard te zitten kijken, met niets tot afwisseling dan hetzij terloops afgedane verzorging van den stal, hetzij eenige andere (niet altijd onschadelijke) afleiding? Is dit te verantwoorden met het oog op hunne toekomst Is het zulks op een leeftijd als het leeren nog zoo gemakkelijk valt en dubbel vruchtbaar moet zijn, omdat eensdeels de aanvankelijk opgedane kennis der practijk de studio te hulp komt en anderdeels de ontwakende levensernst den yver prikkelen moet? Is het zulks vooral thans, nu alge meen en alom de behoefte aan meer ontwikkeling ook voor den landbouwer zich doet gevoelen En heeft dan de landman minder behoefte aan kennis en onderwijs dan de aanstaande ambachts man, die gedurende eenige jaren eene Ambachts- en Burgeravond school bezoekt? Ziedaar de nuchtere wijs, waarop ik zou weu- schen, dat ieder belanghebbende de hier aanhangige vraag be schouwde. En in dat geval ook kan het antwoord op de vraag bezwaarlijk twijfelachtig zijn; onderwys voor den aanstaanden landbouwer moet er komen, en wel onder het bereik van allen. Hiertoe nu is noodig: 1. minkostbaarheid, 2. algemeene versprei ding en 3. zorg dat de leertijd geene afbreuk doet aan der leer lingen practische werkzaamheid. Aan deze eischen kan alleen worden voldaan door de winterschool, en wel bepaaldelijk als avondcursus. Ongetwijfeld is de breedere opleiding, als die welke in Wageningen b. v. verkregen wordt, de betere, doch le mieux est Vennetni du Hen. Om verschillende redenen willen nu eenmaal verreweg de meeste landbouwers niet, dat de opleiding hunner zoons dezen voor korteren of langeren tijd zal verwijderen van- of onttrekken aan hun eigen practijk, en deze denkwijze is een feit, waarmede de voorstanders van algemeen landbouw onderwijs moeten rekenen." Op geheel overeenkomstige wijs als thans door en neven8 vele Hoogere Burgerscholen voor den ambachtsstand Burgeravond scholen bestaan, zou, meent de schrijver, en met niet minder billijke reden, naast elke Hoogere Burgerschool een winteravond- school voor den landbouw moeten opgericht worden. Intusschen, eene avondschool zou niet, gelijk de Duitsche winterschool (die als dagschool te beschouwen is), over 24 a 32 wekelijksche leeruren hebben te beschikken, doch zich wel met de helft tevreden moeten stellen. Duurt alzoo in Pruisen de cursus in den regel twee winters, dan zal hier, om eenigermate hetzelfde resultaat te bereiken, de volle cursus wel ongeveer den dubbelen duur moeten hebben. Ook bij dit landbouwonderwijs zal, meent dr. S., een voor bereidend en een toepassend en voortzettend deel moeten bestaan. Op grond van een en ander zou de schrijver voor de winter- avondschool als proeve io overweging willen geven het volgend schetsje A. Voorbereidende klasse 1 a 2 winters, al naar de resultaten van het lager onderwys, het aantal lesuren, enz. Vakken Neder- landsche taal, rekenen met wat meetkunde, aardrijkskunde, begin selen van natuurkunde, seheikunde, plant- en dierkunde. B. Eigenlijke landbouwklasse2 winters. Vakkenkennis der grondsoorten, der teelt van gewassen, der veeteelt (met inbe grip van hoefbeslag en gezondheidsleer), boekhouden en land bouwkunde, omvattende de toepassing van natuur-, schei-, plant en dierkunde op den landbouw, bemestings- en bedrijfsleer. Het onderwys zou in 10 a 15 wekelijksche lesuren moeten gegeven worden en eene uitmuntend practische richting hebben; voorts zou ieder leerling moeten verplicht zijn tot het volgen van den geheelen drie- of vierwinterschen cursus. Zóó zou men eene niet hoogvliegende en toch doeltreffende inrichting verkrygen, die tevens, door partij te trekken van de krachten en hulpmiddelen I der Hoogere Burgerscholen, vrij voldoende, min kostbaar en voor allen bereikbaar was. «Ée'n stap," zegt de schrijver ten slotte, „ligt inmiddels op den weg der verlichte voorstanders en in het bijzonder op dien der vooruitstrevende Landbouwvereenigingen. Deze namelijkdat zij 1 met talryke adressen zich wenden tot den Minister van Water staat, Handel en Ny verheid, ten einde de Regeering aan te sporen tot opvolging van de adviezen der landbouw-commiaaie, in zake algemeen onderwys voor den landbouw!" Landbouwbelangen. In de afdeeling „IJsseloevers" der Geldersche-Overijs3elsche Maatschappij van Landbouw werd de laatste landbouwvoordracht van dit voorjaar gehouden te Epe door den heer dr. L. Mulder, uit 'sHage, over: „Melkerij in den ruimsten zin." Met genoegen ontwaarde spreker, dat onder de belangstellenden ook eenige boerinnen waren opgekomen, nu het gold de bespreking van die tak van het landbouwbedrijf, welke meer in het bijzonder aan hare zorgen pleegt te worden toevertrouwd. De heer dr. Mulder ving aan met de opmerking, dat er een zeer nauw verband bestaat tusschen het voedsel dat de koe tot zich neemt en de melk welke men van haar verkrijgt. Bij gebruik van arme, uitgeputte weiden kan soms, ja, veel melk verkregen worden, maar die melk kan onmogelijk rijk zijn aan de bestanddeelen, welke noodig zijn voor de bereiding van veel en van goede boter. De melk is het product van den uier of de melkklieren. Deze slijten voortdurend af en dat afslijtingsproduct, datgene wat van die klieren wordt afgescheiden, noemen wij melk. Na zijn er wel eenige bestanddeelen in' melk, welke in de melk- klior gevormd worden en als zoodanig niet in het bloed voor komen, maar er zijn ook bestanddeelen van de melk, zooals botervet, de koolhydraten en keukenzout, die in de melkklier overgaan uit het bloed, dat het lichaam van het rund doorstroomt en gevormd moet worden uit het voedsel dat het dier krijgt. Is het aan den eenen kant waar, dat, wanneer de melkklieren te weinig ontwikkeld zijn, de beste voeding niet kan baten, evenzeer is het aan den anderen kant waar, dat door het voedsel niet alleen de stoffen moeten geleverd worden, waaruit de melk klieren worden opgebouwd, maar tevens aan het bloed die stoffen, welke daaruit overgaan in de melk, en deze geschikt maken voor eene goede boterbereiding. De melkklier wordt gevormd uit eiwitstoffen. In behoorlijke verhouding dus tot vet- en koolhydraten moet eiwit in het voedsel worden aangevoerd om de kwaliteit van de te verkrijgen melk te verbeteren, terwijl door meerdere voedingsstoffen een niet geringe invloed wordt uitgeoefend op de hoeveelheid der melk. Wordt de koe die melk geeft waarbij dus voortdurend afscheiding van de melkklier plaats heeft, niet zelden ten koste van het zoogenaamd orgaan-eiwit niet flink gevoed en voortdurend eiwit aangevoerd, dan moet het dier vermageren en achteruitgaan. Niet alleen moet een goede hoeveelheid voedsel worden toe gediend, maar ook moet er op worden gelet, dat er tusschen de voedingsstoffen een zekere verhouding moet bestaan. Wanneer we zien welk nauw verband er dos bestaat tusschen goede weiden en onze melkery, onze boterbereiding, dan mag spreker deze gelegenheid niet laten voorbijgaan, zonder nog eens aan te dringen op een betere behandeling der weilanden. Menige weideakker lijdt gebrek, ook in deze streken, en veel laat nog menig landbouwer verloren gaan, wat daaraan kon ten goede komen. Op het melken wordt nog vaak veel te weinig acht gegeven. Vooral bij jonge koeien hangt de toekomstige melkproductie veel van de melkster af. Wordt niet goed uitgemolken, dan krijgt men niet alleen op dat oogenblik niet alle melk, welke voor handen is, maar de achterblijvende melk k#n zelfs een deel der melkklieren ongeschikt maken, om in het vervolg weder melk af te scheiden. Bovendien vergete men niet, dat de melk, die het laatst wordt uitgemolken, de vetste en daaruit de meeste boter te bereiden is. Het dier moet dus zooveel mogelijk in eens geheel worden uitgemolken. De alzoo verkregen melk bestaat uit verschillende bestanddeelen. De voornaamste daarvan, met het oog op de boterbereiding, zijn de millioenen microscopisch kleine vetbolletjes, welke in het water der melk zweven. Deze vetbolletjes, ook wel boterbolletjes genaamd, moeten in de grootst mogelijke hoeveelheid uit de melk gehaald worden in den toestand, welke hun het minst spoedig aan bederf doet onderhevig zyn. Die handeling noemt men het afroomen der melk. Intusschen wijst spreker er op, dat het wenschelijk is om de melk die bij het verlaten der uier een temperatuur heeft van ruim 37° Celsius alvorens die af te roomen, zoo spoedig mogelijk, liefst plotseling, af te koelen. Daardoor wordt voorkomen dat in de melk spoedig nadeelige veranderingen ont staan. Ofschoon spreker geen voorstander is van machines voor kleine boerderijen, omdat zij daar de kosten maar zelden zullen kunnen goed maken, beveelt hy toch tot het spoedig afkoelen van melk de Lawrence melkkoeler voor ieder boterbereider ten zeerste aan en in geen geval mag ooit de thermometer ontbreken, want deze is als het ware de wegwijzer van een boterbereider. Het afroomen geschiedt op velerlei wyzen, die voornamelijk worden onderscheiden naar de wyze waarop de afkoeling tijdens het afroomen, dat is de roomvorming, plaats heeft en naar de verschillende vormen, welke met het oog daarop aan de melk vaten of de vbuten wordt gegeven. In de laatste tijden wordt ook met verschillende machines afgeroomd, met behulp van de middelpuntvliedende kracht. De zoogenaamde melkseparator van De Laval neemt daarbij wel de eerste plaats in. De room vorming, waarvoor anders soms twee dagen worden vereischt, geschiedt daarbij in minder dan een half uur. Dat biedt ontegen zeglijk zeer groote voordeelen aan en ook moet de alzoo bereidde boter het winnenmaar dergelijke werktuigen kosten veel bij aankoop en vorderen groote krachtsinspanning, zoodat spreker het aanschaffen daarvan aan boterbereiders, die niet minstens een twaalftal koeien melken, uit een financieel oogpunt moet ontraden. De temperatuur in den melkkelder, waar de melk staat te ont- roomen, moet ongeveer 12° C. zijndan zet de room zich het beat af. Met afroomen mag maar worden doorgegaan zoolang de melk volkomen zoet blijft, want de room van melk, die tijdens de afrooming zuur geworden is, is van veel slechter hoedanigheid en kan geen boter opleveren die zuiver van smaak is en lang kan bewaard worden. Dan is tweemaal afroomen te verkiezen boven eens, omdat de room, die lang op de melk heeft gestaan, altijd een mindere kwaliteit boter geven zal en bij het eerste afroomen altijd de grootste massa room wordt verkregen. Het doel van het karnen is om het botervet uit de room- bolletjes af to scheiden, maar dat moet zoo geschieden, dat de boterkorreltjes korrelig blijven. Daarbij komt vooral de ther mometer te pas. De room moet 's zomers 12° C. warm zijn en 's winters iets warmer. Is de room tijdens het. karnen te warm, dan worden de boterkorreltjes rond en weekis zij echter te koud, dan worden de boterkorreltjes hard, en in beide gevallen krijgt men een minder goede kwaliteit boter. Om de te karnen massa op een betere warmtegraad te brengen, bestaat veelal nog de gewoonte om warm of koud water bij de room in de karn te doen. Spreker moet hiertegen ten sterkste waarschuwen. Veel beter zal men er zich bij bevinden, wanneer men de verwarming of afkoeling buiten om den karn aanbrengt of warm of koud water in een bus binnen in de karn plaatst. Is de room te dik, ook dan doet men beter om deze met een weinig afgeroomde melk te verdunnen, welke vooraf op een warmtegraad is gebracht als de room in de karn. Na het karnen moet door het kneden de melk, die zich nog tusschen de boterdeeltjes bevindt, daaruit worden verwyderd. Het daartoe gebruiken vau het zoogenaamde kneedbord is zeer aan te bevelen. Dat is een zeer eenvoudig werktuig, dat niet duur is. Nadrukkelijk moet worden herinnerd, dat melk een bijzonder sterk absorbeerend vermogen heeft en elke onzuivere lucht in zich opneemt. Frissche lucht, reinheid van bodem en wanden van het vertrek, waarin de melk tot boter wordt bewerkt, zijn dus even groote vereischten als reinheid van de te bezigen gereed schappen. In den kelder waar melk staat af te roomen mag niets anders gevonden worden. Wijzende op de noodzakelijkheid, dat de landbouwer leze over zijn bedrijf, deed spreker ten slotte menig populair boek over boterbereiding aan de hand. (P. O. en Zw. Crt.) Snelpersdruk van A. A. Bakker Ca., Nieuwediep.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 4