PIANINO'S. Piann-magazp Tan P. Tk TPIA, Voorloopig bericht. Amerikaanseh Grenen- en Eiken TIMMERHOUT, p. m. 4000 Schoeiiiigplanken. Makelaar OUDENHOVEN 59 (negen-en-vijftig) perceelen BOUWTERREIN, OPR O EP ING. Een volbloed Deensche beer Goedkoope, nieuwe, solide Pianino's, alsmede zeer mooie, gebruikte Piaiiiuo's, Gede poneerd VEEHOUDERS. Handels merk. TE KOOP: Makelaar OUDENHOVEN zal, in het begin van September, aan de Achter-Binnen haven te Nieuwediep, publiek verkoopen: eene hoogst belangrijke partij zoo goed als nieuw, afkomstig van het lste klasse Neder- landsche schip ZWERVER", benevens Alles breeder omschreven bij notitiën, in den loop der volgende week verkrijgbaar. zal, op WOENSDAG 5 SEPTEMBER a. s., des avonds te half acht uur, in 't lokaal „T I V O L 1" alhier, ten overstaan van Notaris P. S. HORDIJK, publiek, verkoopen: alles behoorlijk gekaveld en genommerd. Zeer gunstig gelegen tussclien liet SPOORTERREIN, SPOOR- en KONINGSTRAAT. Inlichtingen en Schetskaarten zijn te bekomen ten kantore van den Makelaar en Notaris voornoemd, en bij de HH. S. KRIJNEN en J. R. BU1JS. De bekende en onbekende schuldeischers van de onder het voorrecht van boedelbeschrijving aanvaarde nalaten schappen van: 1. GEERT BEERS, gewoond hebbende en op 28 Sep tember 1886 overleden te KOLHORN 2. CORNELIS PRONK, gewoond hebbende en overleden te WINKEL, 30 September 1886; 3. RE1JER SPAANS UENDR1KSZOON, gewoond hebbende en overleden den 6 April 1888, te WINKEL; 4. DIRK KEESMAN, gewoond hebbende en op den 8 Juni 1888 overleden te SGHAGEN; 5. en JtOOANNES HONING, gewoond hebbende te SCHAGEN, en op den 10 Juli 1888 overleden te AMSTERDAM, worden opgeroepen om op WOENSDAG 19 SEPTEMBER 1888 te compareeren ten kantore van den Notaris J. P. BACKX, te Wieriugcrwaard, teneinde aan te hooren de alsdan respectievelijk des voormiddags ucgcu, tien, elf-, des middags twaalf- en des namiddags een uur, door beneficiaire erfgenamen af te leggen, en vanaf heden aan dat kantoor ter inzage liggende rekening en verantwoording van het door hun gehouden beheer, en voldoening van schuldvorderingen te erlangen, voor zoover het bedrag dier nalatenschappen toereikende is. De 's Gravenhaagsche Hypotheekbank voor Nederland verstrekt gelden ter leen, onder le hypothecair verband, tegen j aarlijksche rente, met inbegrip van administratiekosten, van fï°/o> terug te betalen in eens, in annuïteiten of in termijnen, en geeft 3|°/„ en 4°/0 pandbrieven uit. Inlichtingen te bekomen ten kantore der Bank, Gedempte Raamstraat 11a, te 's Gravenhage, en te Helder bij den Heer A. J. DE JONöH. beschikbaar voor dekking; dekgeld f 1.50, kostgeld per dag 15 cents, bij C. VAN DIEMEN, Stoomweg, Anna Paulowna. en ook meer kostbare soorten; in grooten voorraad, in bet Alkmaar, Langestraat, A. 35. NB. Vijl jaren garantie; gemaktelijlte betaling. Verbruikers yan- en Hanielaars in- Marwe-LijnMen en Lijneel. Vraagt de gegarandeerd zuivere Murwe-Lijukoeken met 12 pCt. vetgehalte en het gegarandeerd zuiver Lijnmccl, beide voorzien van ons handelsmerk. De garantie geschiedt onder kostelooze controle voor 't Rijksproefstation te Wageningen. Koog a/d. Zaan. Claas Honig Zoon. Verkrijgbaar te Barsingerhorn bij den Heer S. BEEMSTER- BOER en te Koegras bij den Heer D. SLIKKER. een nieuw, zeer net afgewerkt Burgerwoonhuis, van alle gemakken voorzien. Te bevragen bij J. DU1NKER, 2de Vroonstraat. De opgaven omtrent den haringaanvoer door Nederlaudsche vissckcrs8ckepen, loopende tot 27 Augustus 11., wijzen aan, dat dit jaar tot dien datum 39,481 ton haring gevangen is, of 76,871 ton minder dan verleden jaar. Hadden verleden jaar omtrent dezen tijd 259 loggers en 215 bommen hun eerste of tweede reis reeds volbracht, nu zijn slechts 195 loggers en 53 bommen met de eerste lading thuis gekomen. Het loopende jaar steekt ook ongunstig af bij 1886, toen op 26 Augustus reeds 117,627 ton en bij 1885, toen 93,516 ton was aangebracht. Het schijnt wel dat onze Hollandsche visschera de haringscholen niet meer zoo goed weten op te sporen als voorheen; in het algemeen heelt men waargenomen dat, waar voorheen op dezelfde tijden en op dezelfde plaatsen haring in overvloed werd gevangen, thans weinig of geen haring te vinden was. De schepen die dan ook vroeg in den zomer ter haringvisscherij zijn vertrokken en zich als naar gewoonte ver noordwaarts hebben begeven, zijn er in 't algemeen slecht aan toe geweestna afwezigheid van 8 tot 10 weken zijn de meeste genoodzaakt geworden, öf omdat de proviand opraakte, öf omdat de netten opnieuw moesten behandeld worden, met een halve lading naar huis te keeren. De nu volgende maanden kunnen zeker nog veel goed maken, maar dat de resultaten aan het einde van het jaar schitterend zullen zijn, is wel niet te denken. In het „Odóon" te Amsterdam geven thans zes hoogst belang wekkende dwergen dagelijks twee voorsteUingen. Het zijn de dames prinses Mignon, prinses Lotti, generalin Tot, Martha Browne en de heeren prins Midge en Oberst Shart. Allen te zamen wegen zij 52 kilogrammen, dat is ongeveer drie kwart van 't geen een normaal mensch weegt. Op het oog zijn zy dan ook kinderen, maar in hun omgang geven zij blijken van een zeer ontwikkeld verstand, zooals aan hun leeftijd (de jongste i3 14, de oudste is 23 jaren), voegt. Trouwens, deze dwergen zijn in hunne kleinheid zeer regelmatig ontwikkeld en de meesten van hen hebben zelfs een zeer behagelijk gezicht, waarop nog die ouwelijke trekken niet aanwezig zijn, welke men gewoonlijk op het gelaat van dwergen aantreft. Vooral prinses Mignon is een allerliefste kleine, die door hare bevallige manieren de harten wint van alle dames. Het gezelschap lijdt een blijgeestig leventje naar het schijnt. Met schelle stemmetjes zingen deze kleine menschjes vroolijke liedjes, soli of in koor, ter afwisseling dansen zy eens, of maken in hun kleine equipages een toertje door de zaal, en soms doen zij een luchtreis op de hand van mijnheer Harvey. Deze Lilliputters ziende, zal menigeen tot de verheffende ge dachte komen dat hij toch ontegenzeggelijk een groot man is. Voor 5000 francs zal men heden van Parijs uit een reis van twee maanden kunnen ondernemen naar Midden-Azië. De gelegen heid daartoe wordt aangeboden door de „Compagnie des Wagons- lits." Te Weenen wordt 24 uur stilgehouden, te Iview en te Odessa 2 dagen, 5 dagen in de Krim. Voorts gaat het van Yalte naar Nowrossick, Wladikankos, langs den nooit bestegen Kasbek naar Tiflis. Na 2 dagen verblijf aldaar spoort men naar Bakou, stoomt de Kaspische zee over en den 30 dezer is men te Samar- kand, na Merw en Bokhara te hebben bezocht. Vijf dagen worden aan uitstapjes in den omtrek gewijd én dan gaat het van Bakon naar Batoem over Tiflis terug, voorts over Trebizonde enz. naar Konstantinopel. Hier blijft men 5 dagen, van daar naar Sofia, Belgrado, Pesth. Den 30sten October is men weder te Parijs. Onder de 5000 francs is alles begrepen. Een geneesheer, een kok en verscheidene bedienden zullen de deelnemers begeleiden. Het zuivelboeren in Denemarken. Het zuivelboeren in Denemarken heeft, in den jongsten tijdj meer en meer de aandacht getrokken in landbouwkringen. De Deensche manier van boterbereiding vindt in die kringen geen algemeenen bijval, maar, goed of kwaad, zij geeft uitkomsten waarmee gerekend moet worden. Deensche boter staat nommer óón, als een paal boven water. Dit feit kan niet worden wegge redeneerd. Alles nu, wat strekken kan om het op te helderen, is belangrijk. Vandaar, dat ik hier de aandacht wenach te vestigen op het zaakrijke verslag van den Britschen consul A. P. Inglis te Kopenhagen over de Deensche zuivelboerderijen een verslag dat, onder dagteekening van 16 Juli 1888, zoo even bij het Parlement is ingediend. Volgens Boggild had Denemarken in 1887, met eene bevolking van 2,000,000 zielen, 150,000 veebezitters met eenen veestapel van 900,000 aan koeien alleen. Consul Inglis staaft wederom eene groote, in hare plotseling heid verrassende, toeneming in de Deensche boterproductie en boteruitvoeren. In 18771882 bedroegen die boteruitvoeren gemiddeld negentien millioen pond, maar in 1886 waren zij reeds tot 32,000,000 pond gestegen, terwijl Denemarken verleden jaar niet minder dan 45,000,000 pond boter het land uitzond. De heer Inglis erkent, dat de meer en meer algemeene toepassing van het centrifugale ontroomingsstelsel den grooten stoot hiertoe gegeven heeft. Men berekent dat tegenwoordig 2200 centrifugale afscheidingstoestellen in werking zijn. In 1872 werd allereerst de aandacht gevestigd op de wensche- lijkheid om de koemelk te ontroomen, zoodra mogelijk na het melken. Daarop volgde, in 1873, het in werking brengen van den eersten toestel dezer soort, die weldra door andere en veel verbeterde werd gevolgd. In 1878 fabriceerden Gebroeders Peterson te Roskilde de eerste dóórwerkende centrifuge. Hun octrooi werd toen door de firma Burmeister en Wain, van Kopenhagen, aangekocht. De meeste toestellen, welke tegen woordig in Denemarken, Sleeswyk en Holstein werken, zijn uit hare fabrieken afkomstig. Sedert 1880 is de separator vrij alge meen in Deensche zuivelboerderijen in toepassing gekomen. Een der meest belangwekkende elementen in het hedendaagsche zuivelboeren der Denen noemt de Britsche consul terecht de uitbreiding der onderlinge samenwerking. Niet minder dan twee honderd coöperatieve zuivelboerderijen zijn tegenwoordig in volle werkinggemiddeld behandelen ?y de melk van 5000 tot 6000 koebeesten daags. Om een denkbeeld te geven van de werking dezer coöperatieve zuivelbereidingen, verstrekt de heer Inglis in zijn rapport de vertolking van het reglement eener zoodanige te Onsted. Daaruit- blijkt, dat het ingebrachte kapitaal van 21,000 kronen, in het reglement leening genoemd, wordt bijgedragen door de deelnemende zuivelboeren, naar den maatstaf hunner ingebrachte koeien. Dat kapitaal wordt hun binnen twaalf jaren terugbetaald. Daarna zul len al de melkleveranciers aandeelhouders zijn, elk naar verhouding der geleverde melk. Zij, die zich vóór den afloop van vijfjaren aan de onderlinge vennootschap begeeren te onttrekken, moeten tien kronen per ingebrachte koe boete betalen en van iedere verdere winst afzien. Maar na vyf jaren moeten de mede-ven- nooten hun het hun toekomende aandeel uitkeeren, nahetbeirag iu eene algemeene vergadering te hebben vastgesteld. Bij ovei- lijden, of verkoop van boerderij, houdt de verplichting om melk te leveren op. Een ander kan echter in de rechten en verplich tingen des overledenen treden. Andere personen mogen te allen tjjde zich aansluiten, mits betalende tien kronen per koe en stortende een intreegeld, overeenkomende met het aandeel in de onkosten der boerderij, op het oogenblik der aansluiting. De melkleveranciers zijn verplicht zóóveel koemelk te leveren, als zij leveren kunnen. Zij mogen echter bij kleine hoeveelheden leveren. De karren der rböerderij komen de melk halenzij rijden echter alleen langs de" straatwegen, en waar de melkleveranciers niet aan zulke straatwegen hunne boerderij hebben, moeten zij hunne melk zelf daarheen brengen. De melk moet geheel onvervalscht en reukeloos wezen. Zy wordt voor gemeenschappelijke rekening gekocht, en de prijs wisselt af naar gelang van het botergehalte der gekochte melk, mits 28 pond melk ten minste 1 pond boter produceeren. Afge roomde melk en karnemelk moeten door de melkleveranciers worden teruggenomen, elk naar verhouding van zijn aandeel, waarvoor hun in rekening wordt gebracht drie öre per maat van 4 pond. Iedere melkleverancier behoort zyne melk koel te houden, als zy niet dadelijk na het melken wordt weggehaald. Dit melken moet met droge handen geschieden en de uiers behoorlijk worden afgeveegd. In geen geval moet de melk in de stallen blijven staan. De emmers en alle andere zaken moeten volstrekt schoon worden gehouden. Voor voer gebruike men, in den winter, 1 tot 2 pond lijnkoeken en ten minste drie pond haver of zemelen per koe. Dc beheerders der boerderij kunnen desgewcnscht ander voer voorschrijven, maar in geen geval geve men rapen of kool- stelen, roggezaad, peulen of wikke. Viermaal 's jaars wonen de beheerders der boerderij het voeren en melken der koeien bij. Gedurende vier dagen na het kalven behoort geene melk der desbetreffende koe te worden geleverd, noch ook het product eener zieke koe. In alle twijfelachtige gevallen beslist de vee arts, die ook certificeeren zal welke melk zonder gevaar kan worden geleverd, waar besmettelijke ziekten heerschen. Melk leveranciers behooren in hunne eigen kannen te leveren. Alle twijfelachtige of zure melk wordt streng uit de boerderij geweerd. De meerderheid der aandeelhouders in de boerderij beslist in de algemeene vergaderingen, waarbij elk aandeelhouder eene stem heeft. Slechts twee derden der aandeelhouders kunnen een besluit nemen, waar het geldt dit reglement te wijzigen of do vennootschap te ontbinden. De algemeene vergaderingen worden in Mei en November gehouden. Iedereen kan voorstellen doen. Meerderjarige vrouwen hebben stem. Buitengewone vergaderingen worden door de directie belegd, ot door ten minste tien leden. Het beheer wordt uitgeoefend door zeven, door de leden daartoe aangewezen en voor twee jaren te verkiezen, directeuren. De directeuren benoemen een technisch opzichter. Zij beslissen in alle geschiUen tusschen dezen en de melkleveranciers, maar er ia een hooger beroep bij de algemeene vergadering. Volgens den heer Boggild heeft het stelsel om voor melk te betalen naar den maatstaf van het botergehalte, sedert het in 1886 werd ingevoerd, uitstekend gewerkt. Het is een sterke prikkel voor den zuivelboer, om zijn melkgehalte te verbeteren. De werkzaamheden van den technicus Tjord, die een honderdtal zuivelboeren verleden jaar onderricht gegeven heelt in het toetsen der melkgehalten, hebben krachtig daartoe meegewerkt. Maar zelfs in Denemarken is er vaak gebrek aan bekwame en ervaren zuivelbereiders. De jongeren onder hen erkennen hunne gebreken en trachten die te verbeteren door den cursus van vijf maanden op. de pachthoeve van Ladalund te volgen. Hier leert men schrijven, boekhouden, werktuigleer, physica, scheikunde, dierlijke ontleedkunde, njet de kunst om melk te toetsen. Vijftig personen tusschen de 18 en 30 jaren wonen jaarlijks dezen cursus bij. Alle dezen hebben de practijk van het zuivelboeren beoefend, en sommigen zijn zelfs opzichters in boederijen geweest. Aan zyn eigenlyk verslag heeft de Britsche Consul te Kopen hagen tabellen toegevoegd, zeer belangrijk voor de mannen van het vak. Zij zijn gegrond op de tabellen van den Deenschen deskundige Boggild, en leggen getuigenis af van de uitvoerigheid eu nauwgezetheid, waarmeê de Deensche zuivelbereidings-statistiek tegenwoordig wordt bijgehouden. Er bijkt uit deze cijfers, dat de voeding der koebeesten 's'winters nog zeer verschillend is. Drie zuivelboerderijen gebruiken in het geheel geen lijnkoeken. De heer Boggild is tegen een over vloedig gebruik van lijnkoeken, meer nog echter tegen eene menigvuldige afwisseling in het voer. Eéne zuivelboerderij, die bekend staat om hare fijne boter, gebruikt per koe in 208 dagen 296 pond zemelen en 119 pond zonnebloemkoeken. Desniettemin gelooft men dat dit laatste voer over het geheel niet deugt, daar het eenen vettigen, zoetachtigen smaak aan de boter meêdeelt. De heer Boggild is nochtans van oordeel, dat kleine hoeveelheden van dit zeer goedkoope voer geen kwaad kunnen doen. Katoenzaadkoeken, in Engeland veel gebruikt en gewaardeerd, zijn in Denemarken onbekend, althans niet veel in trek. Consul Inglis onderschrijft niet de meening van hen, die, de Deensche boter willende deuken, van haar getuigen dat hare eenvormigheid de eenvormigheid is der vervalsching en niet der uitmuntende zuivelbereiding. Zijn onderzoek wyst uit, dat de Deensche boter haar gelyk gehalte en puike hoedanigheden dankt aan de groote zorg in de productie. Hierop heeft de instelling der coöperatieve zuivelboerderijen eenen hoogst weldadigen invloed geoefend. De heer Inglis wijst op de nauwgezetheid, waarmeê de melk getoetst wordt, die de deelnemers naar de boterfabriek zenden. Zoodra die melk niet boven alle verdenking zuiver is, wordt zij afgewezen, en een inspecteur naar de boerdery gezonden, van waar zy afkomstig is. Spoedig ontdekt hij waaraan het haperde. Het is deze buitengewone zorg aan de inspectie besteed, waar aan de Deensche boter hare hooge faam wegens smaak en zuiver heid verschuldigd is. Zij staat nommer" één ter markt. Persoonlijk vindt de Engelsche consul haar zonder weerga, de vermaarde Normandische boter niet uitgezonderd. Als een gewichtig bondgenoot staat hem in zijn rapport de heer John Andren ter zijde, één der rechters op de Tentoonstelling te Kopenhagen en de Deensche agent der twee voornaamste coöperatieve verbruiksvereenigingen in Engeland en Schotland. Voor hare rekening verscheepte de genoemde heer in 1887 voor niet minder dan 594,000 p. st. aan Deensche boter. Het is bekend, dat Denemarken meer boter naar het Vereenigd Koninkrijk zendt, dan eenig ander boterland. De heer Andren verklaart dit almede door het feit, dat er geen betere boter bestaat dan de Deensche. „Met zoogenaamde „Danish mixtures", zegt hij, „hebben Deensche zuivelbereiders niemendal te maken. Geen hunner heeft ooit op zyne boerderij stoffen ontvangen om met zijne boter te vermengen, ten einde alzoo zyne winsten te verhoogen en hetpubliek te bedotten. Denemarken voert meer zuivere boter uit, dau eenig ander land. Het fabriceert zóó weinig margarine, dat men niet eens inlichtingen er over inwinnen kan. Deensche boter wordt voornamelijk verbruikt door de gezeten burgerij van Engeland en Schotland goede critici, die niet gemakkelijk te bevredigen zijn, want zij hebben tusschen zoovele botersoorten te kiezen. Do consumptie van boter uit andere staten is verminderd, maar die van Deensche en Zweedsche sterk vermeerderd. Ik schrijf dit toe aan hare puikheid, haar gelijk gehalte, hare zuiverheid. Ik ben overtuigd, dat er tegenwoordig geen ander volk bestaat, dat zich zooveel moeite geeft om een puik en zuiver artikel te produceeren als de Denen en de Zweden. Geen ander volk schat zijne faam ook zóó hoog als zij. Tijdens de jongste beweging tegen margarine, gordden bijna al de boeren en grondeigenaars van Denemarken en Zweden het strijdzwaard aan, om het volstrekte verbod van de fabricatie, het gebruik en den uitvoer vau magarine te eischen." Zulke woorden verdienen gewikt en gewogen te worden door alle belanghebbenden in Nederland. (N. Rott. Crt.) Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 4