Uit het ongeregeld laten van dit onderwerp
bij het nieuwe strafwetboek, trok men de con
clusie, dat de wetgever die regeling als onnoo-
dig, schandelijk en in de praktijk onuitvoerbaar
achtte. Daarentegen waren vele leden van oor
deel, dat die regeling wel noodig is, nu door
het vervallen der bepaling van art. 314 C. P.
aan de Fransche wetten op dit stuk de poenale
sanctie was ontvallen.
Ook de voorstanders hadden intusschen som
mige bezwaren tegen de wijze waarop het onder
werp hier is geregeld. Eenigen bleven aandrin
gen op eene voorziening bij deze gelegenheid
tegen het buitendienstdragen van wapenen door
militairen beneden den rang van officier.
Inkwartieringswet. In twee afdeelingen werden
de wettige bezwaren ontwikkeld. Men betoogde,
dat het niet in de bedoeling der Grondwet ligt
de regeling aan reglementen overtelaten. Andere
leden, in deze bezwaren niet deelenden, wilden
echter geenszins de wenschelijkheid ontkennen,
dat hetzij krachtens de bevoegdheid aan den
wetgever bij art. 154 der grondwet verleend,
hetzij bij gelegenheid eener nieuwe wet op de
inkwartieringen, de waarborgen tegen eenzijdige
taxatie in de daarvoor vatbare gevallen in nog
ruimere mate worden toegepast.
Vele leden konden zich echter met de wets
voorstellen wel vereenigen. Wanneer, vroeg
men, kan nu ook de indiening der wetsontwer
pen betreffende den dienstplicht worden ver
wacht. Enkele leden wenschten ook herziening
van het besluit van 1867 betrekkelijk de scha
deloosstellingen en de transportkosten.
Tweede Kamer.
Blijkens het voorloopig verslag over het wets
ontwerp tot verlenging van den diensttijd voor
de ingelijfden bij de militie te land der lichtingen
van 1884 en 1885 en voor die bij de zeemilitie
van 1885 en 18S6, werd de late indiening door
velen betreurd, daar het toch onmogelijk vóór 1
Mei 1890 zal kunnen worden aangenomen, en
dus wederom art. 147 der militiewet zal moeten
worden toegepast. Sommige leden verklaarden
voorts, op grond der in de Memorie van Toe
lichting ontvouwde redenen zich met den inhoud
daarvan te kunnen vereenigen. Door de aanne
ming, zoo merken zij op, zal eene tijdelijke, zeer
gewenschte versterking van onze levende strijd
krachten worden verkregen, terwijl er bovendien
niets door wordt gepraejudicieerd of althans, naar
men vertrouwde, een stap wordt gedaan in de
richting, waarin de Regeering zich bij de in te
dienen legerwet waarschijnlijk zal bewegen.
Door velen evenwel werd het ontwerp met
nadruk bestreden. Zij konden ook ditmaal niet
aannemen, dat de buitengewone omstandigheden,
die een wetsontwerp van de strekking van het
ingediende heeten te rechtvaardigen, in werke
lijkheid zouden aanwezig zijn. Zij meenden
trouwens voor deze opvatting een steun te vinden
in de Regeering zelve, die er op wijst, hoe de
algemeene toestand in Europa in den laatsten
tijd vredelievender is geworden, hetgeen niet
geheel overeenkomt met den aanhef der beweeg
redenen. Wel is waar doet zij er op volgen, dat
snel opkomende politieke verwikkelingen daarin
onverwacht verandering kunnen brengen, maar
het behoeft geen betoog, dat een dergelijk gevaar
voortdurend aanwezig is, en derhalve de indiening
van een wetsontwerp tot verlenging van den
diensttijd onder alle omstandigheden gerecht
vaardigd zou wezen.
Met te grooter bevreemding hadden dan ook
velen er van kennis genomen, hoe de Regeering
thans niet, als een drietal jaren achtereen, zich
bepaalt tot het voorstel van in dienst houding
eener zesde en vijfde lichting, maar daaraan dit
maal eene zevende en zesde wil toevoegen, en
zij zouden er prijs op stellen, van de Regeering
eene duidelijke verklaring te ontvangen, waarom
zij ditmaal afwijkt van den regel, bij vorige
gelegenheden gevolgd. De thans gevolgde weg
toch scheen bezwaarlijk te rijmen met de ver
klaring, ten vorigen jare door de Regeering
afgelegd „Verder dan het verlengen van den
diensttijd van één lichting niet te mogen gaan,
omdat de omstandigheden niet aanwezig zijn om,
krachtens art. 6 der militiewet, nog eene
tweede lichting onder de wapenen te houden,"
en met de woorden, voorkomende in de
Memorie van Beantwoording, betreffende het vorig
ontwerp tot verlenging van den diensttijd, dat
de Regeering slechts bij een meer dreigenden
toestand de vrijheid zou gevonden hebben, een
voorstel te doen om ook eene zevende lichting
in dienst te houden.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Jl. Zondagavond had in den Stads
schouwburg in de Koningstraat alhier de opvoe
ring plaats van „De Bedelaarster", door het Hol-
landsch Tooneelgezelschap, directe A. van Lier.
Daar er dien avond voor verminderde prijzen
gespeeld werd, was de zaal goed bezet, vooral
op de 3de en 4de rang.
Wat het stuk betreft, wij gelooven niet dat er
één onvoldaan was, daar het uitstekend afge
speeld werd. De rol van Jean Paul Bergen kon
aan geen beter handen toevertrouwd zijn dan
aan die van den heer Van Kuijk. Ook Mevr.
van Westerhoven was in haar rol van Margare-
tha, vrouw van Jean Paul, en later als de bedelaar
ster, volmaakt op haar plaats. Vooral in het laat
ste bedrijf, toen zij den vader hun gestolen kind
terugbracht, speelde zij zeer treffend. De rol
van Therese, moeder van Jean Paul, was in han
den van Mevr. van Rossum ook goed geplaatst.
Ook Mevr. van Kuijk wist hare rol van Leopol-
dine van Stolberg goed weer te geven, hoewel
het zeker beter ware geweest, indien zij minder
naar den souffleur had moeten luisteren, daar zij
nu juist niet heel rolvast scheen te zijn.
De overige personen wisten door hun spel het
geheel goed aan te vullen, zoodat zeker ieder
hoogst voldaan huiswaarts keerde.
Helder. Jl. Zaterdagavand werd in het
lokaal Tivoli alhier een openbare uitvoering ge
geven door de Zangvereeniging „Cecilia".
Een viertal koren werd ten gehoore gebracht,
afgewisseld door een solo voor alt, een duo, een
trio en een quartet, terwijl tevens een paar ko
mische voordrachten, door den heer de V.? we!
geschikt waren om het den bezoekers zoo prettig
mogelijk te maken. Vooral „Sport, Kunst en
Wetenschap" lokte herhaaldelijk een luid applaus
uit. Het geheel toonde aan, dat men zich
met studie had toegelegd op het welslagen van
dezen avond. Daarom mag zeker niet nagelaten
worden een woord van lof toe. te zwaaien aan
den heer Kuijk, die ook hier weer bewezen heeft,
als Directeur van een Zanggezelschap goed op
zijn plaats te zijn.
Ten slotte werd nog opgevoerd het blijspel
„Jozef in den bonten rok", waarin vooral de heer
H., als Jozef de knecht", goed uitkwam.
Hoewel de avond zeer pleizierig was, kunnen
wij toch niet nalaten het bestuur der Vereeniging
aan te raden, voortaan de uitvoering wat minder
laat te doen worden.
Texel. Opgave van brieven, geadresseerd
aan onbekenden, verzonden door het Postkan
toor alhier, gedurende de tweede helft der maand
Maart jl.
Van het kantoor Texel
M. Domberg, IJsselmuiden.
Van het hulpkantoor Oudeschild
Otte, Arasterdam.
L. de Blok, Paterson (Amerika).
Van het hulpkantoor de Cocksdorp
J. Goekhus, Passaic.
Anna Paulowna, 20 April. Worden
elders politiedienaren meermalen krachtens hun
ambt, met onverschilligheid of erger nog bejegend,
in deze gemeente blijkt, dat de burgerij den
eenigen politiedienaar, den heer K. de Vriés,
Brigadier der Rijksveldwacht, onverdeeld achting
en genegenheid toedraagt.
Dit bewees den dag van gisteren. De Vries
herdacht het feit, dat hij vóór 25 jaren in 's Rijks
dienst trad. Eenige ingezetenen hadden daarom
het initiatief genomen, hem vanwege de burgerij
een bewijs van hulde en waardeering aan te
bieden.
Binnen een paar dagen was daartoe een be
langrijk bedrag bijeengebracht en waren daarvoor
eenige fraaie meubelstukken aangekocht, welke
gisteren den jubilaris werden overhandigd.
Den ganschen dag ontving de heer de Vries,
zoo van de overheid als van de burgers de har
telijkste gelukwenschen, hetgeen het bewijs op
levert dat, waar een politiedienaar eene strenge
plichtsbetrachting weet te paren aan tact en hu
maniteit, hij zich verzekerd kan houden van
de achting en medewerking der ingezetenen.
Een politiedienaar als De Vries, is de rechte man
op rechte plaats. Wij wenschen hem nog vele
jaren als zoodanig in ons midden te houden
Callantsoog. Van wege het Rijk wordt
een hoogte- en breedte-profil gemaakt van de
smalle duinen alhier, vanaf het dorp naar de
groote Keeten. Daarom loopt echter Callants
oog nog geen gevaar om andermaal door de
Noordzee te worden verzwolgener moet werk
in de wereld zijn.
Schagen. Opgave van brieven, geadresseerd
aan onbekenden, verzonden door het Postkan
toor alhier, gedurende de 2de helft der maand
Maart 11.
Van Schagen, J. van Ijk en J. Keet, beiden
te Amsterdam van Dirkshorn, A. Borst, idem.
Bergen. (N.H.) Den 23sten dezer a. s. zal
het 25 jaren geleden zijn, dat de heer G. van
der Velde zich vestigde als geneesheer alhier.
Warder, 19 April. - - Heden overleed alhier,
op 82jarigen leeftijd, mej. J. Otter-Napjus, weduwe
van den man, die eertijds gedurende een reeks
van jaren aan 't hoofd der school stond in deze
gemeente, en die als zoodanig aller achting ver
wierf, een achting, in welke tot haar laatste levens
dagen de algemeen beminde en altijd vriendelijke
vrouw mocht deelen.
Warmenhuizen. De bevolking dezer
gemeente bedroeg volgens de voorloopige uit
komst der jongste Volkstelling 1353 zielen, en
wel697 Mannelijken en 656 vrouwelijkèn,
waarvan 738 R. C., 530 Ned. Herv., 54 Chr.
Geref., 20 Chr. Gezind., 2 Herst. Luth., 1 Re-
monstr. en 8 tot geen kerkgenootschap behpo-
rende.
Het getal der afzonderlijk levende personen
bedroeg 25dat der tijdelijk afwezigen 54.
Oudkarspel. Verslag van de tentoonstel
ling van huisvlijt, gehouden van 13 tot 20 April
alhier.
De tentoonstelling behoort thans tot 't verledene.
Het nutsdepartement en inzonderheid de com
missie, bestaande uit de heeren J. Butter, A.
Halff, C. Hopman, M. Kroon, A. G. Reede, W.
B. Riesz, J. Zomer en J. Vis, Secretaris, met den
Burgemeester, den Edelachtbaren heer C. Kroon
tot voorzitter, wenschen wij geluk met het wélslagen
hunnef pogingenzij hebben er eer van, want
veel moeite is gedaan en vele onkosten zijn gemaak t,
om alles goed van stapel te doen loopen, en.7-
wij kunnen dit met recht zeggen piet..te,ver
geefs. Alle bewoners van den Langedijk hebben
getoond, belang te stellen in den arbeid van
't nutsdepartement Oudkarspel, niet alleen door
inzending van voorwerpen, maar ook door druk
bezoek. Het geheele aantal bezoekers schat men
op ongeveer 2500. En wel was de zaal van den
heer G. Slotemaker een kijkje waard. Bijna alles
wat hier tentoongesteld lag, was waardig bezichtigd
te worden en vooral de rangschikking was keurig.
Ofschoon dameshandwerkeneenaanzienlijkeplaats
innamen, waren ook voorwerpen, door mannen
en jongens vervaardigd, goed vertegenwoordigd.
De afloop van de tentoonstelling is echter niet
zoo, als men eerst dacht. Eerst meende het bestuur
van 't Nut de tentoonstelling te sluiten met eene
gezellige vergadering, waarin tevens de prijzeft
zouden worden uitgereikt. Een treurig sterfgeval
ten huize van den waardigen Secretaris, den heer
J. Vis, die onvermoeid medegewerkt heeft voor
de goede zaak en bijna als de ziel daarvan te
beschouwen is, heeft hierin verandering gebracht.
Thans zullen a. s. Dinsdag, 22 April, de prijzen
worden uitgereikt, tegelijk met het afhalen der
voorwerpen door de inzenders van 25 uür
's namiddags. Aan de tentoonstelling is tevens
verbonden een verloting van voorwerpen, door
de welwillendheid van verscheidene dames,
inzendsters en de heeren inzenders voor dat doel
afgestaan, terwijl verloting zal plaats hebben ook
op Dinsdag 22 April a. s., van 's morgens 10
uur tot 's middags 2 uur.
Prijzen zijn ten deel gevallen aan de volgende
personen
Afdeeling A. Dameshandwerken van school
kinderen. iste prijs M. üirkmaat, 2de prijs R.
Borst, iste prijs kinderen van C. van der Oord,
2de prijs M. Zomer, 3de prijs Gr. Borst, 3de prijs
R. Borst A. D.
Afdeeling B. Dameshandwerken voor grooteren.
iste prijs aan mej. Ootjers, mej. Stöve; 2de
prijs aan mej. van Twuiver, vr. van A. Pelt j
3de prijs aan Tr. Borst en A. van Nunes.
Afdeeling C. Huisvlijt door jongens aan M. C.
Kroon den prijs.
Afdeeling D. Huisvlijt door grooteren. iste
prijs aan S. Vriesman en C. Horis; 2de prijs
aan C. Dam en B. Blom, 3de prijs aan S. Stam
en P. Pluister.
Westwouderpolder, gem. Akersloot. Her
kozen als heemraad van hier, de heer C. Los Dz
gekozen tot hoofdingeland de heer J. Rep.
Hoorn.In de jl. Vrijdag gehouden samen
komst der leden van den Gemeenteraad, werd
aan Mr. Booij, die dertig jaren lid van den Raad en
Wethouder was, nu hij naar Tiel zal vertrekken,
door den burgemeester namens den Raad een
prachtige zilveren bloemenmand als aandenken
aangeboden.
"Grrootebroek. De verkiezing van een lid
voor den gemeenteraad alhier, tengevolge van
het overlijden van den heer J. C. Buijsman, is
bepaald op Donderdag 24 dezer.
De beide plaatselijke Kiesvereenigingen hebben
daarvoor als candidaten gesteld de heeren J.
Brietjes te Lutjebroek en P. Beerepoot alhier.
Haarlem. Het provinciaal bestuur van
Noordholland heeft den 17 dezer bij enkele in
schrijving aanbesteed: het bouwen eener sluiswach
terswoning bij de Zijperschutsluis, geraamd op
f 4500. Laagste inschrijver de heer G. P. Bec-
cari alhier voor f 4450.
Enschedé. Jl. Zaterdagavond is alhier door
den burgemeester Van der Zee, als hoofd der
politie, de vergadering der socialisten ontbonden,
omdat de woordvoerder W. P. C. Helsdingen in
zijn onderwerp: „Geen vrede, maar strijd," de
politie aanrandde. Zij trokken daarop naar een
vergunningslokaal bij v. O., alwaar zij weder
trachtten te vergaderen, doch dit gebouw werd
daarop gerechtelijk gesloten.
Beets. Omtrent de werkstaking in de venen
alhier meldt men aan het „Hbld."
Het Kamerlid Domela Nieuwenhuis trad Zon
dagavond te Drachten voor ruim 500 personen
op en spoorde tot nauwere aaneensluiting en vol
houden aan.
De toegangsgelden, ruim f 40, werden afge
staan ten behoeve der werkstakers te Beets, ruim
f 30 werd daarvoor in de bijeeukomst bijeenge
bracht, terwijl afgevaardigden uit Heerenveen
aan het comité ongeveer f 40 ter hand stelden.
De Burgemeester van Smallingerland was met
gemeente- en rijksveldwacht aanwezig. De heer
Nieuwenhuis trad jongstl. Maandag eerst op het
appèl alhier en later weder te Drachten als spre
ker op. Zondagavond is een detachement infan
terie ter sterkte van 40 man te Beesterzwaag
aangekomen.
Op het appèl, te Terwispel gehouden,
hebben de arbeiders besloten vol te houden en
controle in de veenderijen te houden, of sommige
arbeiders ook werken. De Burgemeester heeft ge
last de tapperijen te sluiten.
Arnhem. Gisterenmorgen om 6 uur is
een detachement infanterie, sterk 50 man, van
hier naar Enschede vertrokken.
Marine en Leger.
Ingevolge machtiging des Konings van 18 dezer
no. 45, wordt Zr. Ms. schroefstoomschip lste kl.
„Tromp" 26 dezer buiten dienst gesteld en de kapt.
ter zee K. A. Stakman Bosse eervol van het bevel
over dien bodem ontheven.
Zr. Ms. fregat „Evcrtsen", bestemd tot oefening
van zeerailiciens, is heden alhier op de gebruikelijke
wijze in dienst gesteld.
De état-major bestaat uit den kapt.-luit. ter zee
L. M. L. de Haan, commandant, de luits. ter zee
lste kl. K. J. Bal, J. W. A. F. Van Maren Bentz
van den Berg, P. W. Sachse en F. C. V. Zwaanshals,
eerstgenoemde als lste off., de luits. ter zee 2de
kl. G. F. G. Gobius, G. A. deCocq, J. J. Romein,
P. H. van Voorthuysen, H. J. Tak, E. W. Pfeiffer
en N. C. Bevnen, beide eerstgenoemden op het folio
van luit. ter zee lste kl., de kapt. der mariniers
J. H. van Welv, belast met het bevel over het
ingescheept detachement mariniers, de lste luits.
der mariniers J. M. Ente van Gils en W. G.
Vennekool, de luits. der mariniers G. K. baron van
Asbeck, F. J. van Hoogstraten en P. S. Groen, de
off. van gez. lste kl. B. N. Bersma, de oif. van
adm. lste kl. C. H. S. Pastor, en de off. van
adra. 2de kl. L. J. Mouton.
Zr. Ms. instructievaartuig „Urania" is gisteren
alhier in dienst gesteld, om den 28 dezer naar de
Zuiderzee te vertrekken, tot het maken van een
oefeningstocht met adelborsten van het Kon. Inst.
voor de Marine alhier.
De état-major bestaat uit den luit. ter zee le kl.
M. C. van Doorn, als commandant, den luit. ter
zee 2de kl. F. Pinke, den off. van gez. lste kl.
dr. A. J. Jelgersma en den off. van adra. 2de kl.
J. II. M. Nittel.
Door Z. M. is de kapt. ter zee H. Dyserinck,
minister van Marine, met ingang van 1 Mei a. s.
bevorderd tot schout-bij-nacht, onder bepaling, dat
voorloopig aan die bevordering geen tractements-
verhooging zal zijn verbonden.
Door Z. M. is de kapt. ter zee Jhr. J. A. Roëll,
adjudant des Konings in gewonen dienst, met ingang
van 1 Mei a. s. bevorderd tot schout-bij-nacht,
onder bepaling, dat voorloopig aan die bevordering
geen tractementsverhooging zal zijn verbonden.
De kapt.-luit. ter zee J. J. Stooker is wegens
ziekte uit Oost-Indië in Nederland teruggekeerd.
Door Z. M. is aan den luit. ter zee lste kl. J.
Wentholt, de vergunning verleend tot het aannemen
en dragen der versierselen van ridder 4de kl. van
de orde van den Leeuw en de Zon, hem door
Z. M. den Schah van Perzië geschonken.
De adelborst lste kl. II. de Booy wordt 23 dezer
op het folio van luit. ter zee 2de kl. geplaatst aan
boord van Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis.
De off. van gez. 1ste kl. dr. A. J. Jelgersma,
met 10 dezer op non-activiteit gesteld van Zr. Ms.
monitor „Cerberus", is 21 dezer geplaatst aan boord
van het instructievaartuig voor adelborsten „Urania".
Bevorderd tot schipper bij de marine H. H. W
Aalstius den Appel, bootsman v. k.
Thans verneemt de „N. 11. Ct." dat het monu
ment op het graf van Jacob Hobein op 8 Mei
a. s. zal onthuld worden.
Door Z. M. is, met ingang van 1 Mei a. s., de
gep. opperkonstabel G. C. Boekhoven, benoemd tot
bewaarder bij 's Rijkswerf te Hellevoetsluis.
Jl. Zondag is alhier van Brielle aangekomen een
detachement torpedisten, onder bevel van den kapt.
De Fremery, tot het leggen van torpedo-versperrin
gen in de zeegaten en in het Marsdiep.
Departement van Marine in Oost-Indië. Be
noemd tot commandeur voor scheepsbouw bij het
marine-établissement te Soerabaja H. S. Hageman.
Ontslagen Op verzoek, eervol, de waarnemende
ingenieur-wérktuigk. 3de kl. bij liet marine-établisse
ment te Soerabaja, II. L. Verwohlt.
Naar men^vernecmt is ook de onlangs benoem
de generaal-mnjoor Joost, divisie-commandant, stand
plaats Arnhem, benoemd tot adjudant des Konings
in buitengewonen dienst.
Z. M. heeft deu luit. kol. J. E. Simon, van
het reg. grenadiers en jagers, benoemd tot kolonel
en tot HDs. adjudant in gewonen dienst.
V i s 8 c h e r ij.
Nieuwediep, 22 April. Sedert jl. Zaterdag
werden ulhier door 12 korders en beugers 120
tongen, 375 roggen, 14 kabelj., 15 achèlv. en 8
mandjes kl. schol en door trekkers 50 tal haring
aangevoerd tong gold 65 cent, rog 60 a 70 cent,
kabelj. f 1.schelv. 21 cent per stuk, kl. schol
f 2.50 per mandje en haring 60 cent per tal.
Texel, 26 April. De verzending van mosse
len en alikruiken naar Engeland en België was in
de afgeloopen week gering. De Noordzeevisschers
besomdeti van f 40 tot f 70 per schuit. Het rog-
visschcn binnengaats leverde eene bevredigende uit
komst. Naar Brussel en Antwerpen werden 56
manden rog afgeleverd. De rog gold 60 a 75 c.
per stuk. De garnalenvisschers konden door on
stuimig weer weinig uitvoeren, zoodat naar de
gewone buitenlandsche markten slechts 37 manden
garnalen konden worden afgeleverd. De prijs der
garnalen was f 4 a 5 per mand.
Terschelling, 20 April. Over 't geheel
zeer weinig gevangen in de vorige week. De prijzen
waren als volgt: rog 30 a 40 ct., schelv. f 12 en
hooger, kabelj. f 1 tot 3, handschol f 6 a 11, kl.
schol f 2 en hooger, bot en scharren f l a 3, gar-
nnlen f 3.50 a 3.Verzonden werden 526 manden
visch.
Onderwijs en Examens.
Geslaagd voor het examen als onderwijzeres, mej.
C. M. Neyenhuijs, leerlinge der Rijksnormaallessen.
Voordracht voor onderwijzeres aan de Openbare
School voor onvermogenden te Alkmaar, de dames G.
W. ten Dam, te Aalten, J. A. Burgdorlfer, te Haarlem
mermeer en C. Cölten te Nederhorst den Berg.
Kunst- en Letternieuws.
TER BEOORDEELING AANGEBODEN BOEKEN.
„Mozes of Darwin Een schoolkwestie, allen vrienden
der waarheid ter overweging voorgelegd.
De Hooglecraar Dr. Arnold Dodel-Pört aan de Hooge-
school te Zurich vestigt in dit boekake de aandacht op het
feit dat in Zwitserland, (en wij voegen er bij ook ten onzent)
eene zoo groote tegenstrijdigheid beerscht tusschen hetgeen
op de volksscholen geleerd wordt en dat wat het hooge
onderwijs leeraart. Terwijl het laatste op DarwinistLchcn
grondslag is ingericht houdt het eerste zieh nog steeds vast
aan de Mozaïsche overlevering, met andere woorden en om
een voorbeeld te gevenbij het lager onderwijs wordt de
schepping en de ontwikkeling van de geheele natuur nog
onderwezen volgens de leer van Mozes, terwijl nagenoeg de
geheele wetenschappelijke wereld sinds lang dc schepping en
ontwikkeling volgens de Darwinistische leer heeft aange
nomen. Deze laatste wordt ook aan dc lloogescholen onder
wezen en nu vraagt dr. Dodel-Port of het aangaat de eene
helft vnn een natie dit te leeren en de andere juist het
tegenovergestelde.
Om die reden, zegt de schrijver, is het de plicht van
ieder ontwikkeld mensch zich met die twistappel bezig te
bonden, het kwaad van alle kanten te bekijken, bet ver
derfelijke er van goed in te zien en onvermoeid middelen en
wegen te bcdeuken, om die treurige ziekte van onzen tijd te
bestrijden.
Wij bevelen de lezing van dit hoogst interessante boekske
zeer aan.
„Onze versterkingen in het landschap Edi, en de
krijgsverrichtingen aldaar gedurende de maanden
April en Mei 1889," door J. F. D-. Bruitisma, Majoof"
der Iuf. Ned. O.-I. leger. Een ieder die gaarne de ge
schiedenis van zijn land wil kennen, d. w. z. wil bijhouden,
zal dit boekje welkom zijn. Het is eene nienwe bijdruge
tot de geschiedenis van onze Koloniën, waaromtrent helaas,
veel te veel onkunde bestaat. Elke poging, door onze offi
cieren gedaan om ons die zooverre van het tooneel van den
oorlog daarginds zijn in te lichten, moeten wij toejuichen, te
meer nog als die poging gepaard gaat met liefdadigheid.
Want het is met een liefdadig doel dot dit boekje voor deu
geringen prijs van f 0.90 in den handel is gebradit door den
uitgever II. Pyttersen Tz. te Sncek. Met machtiging van
den minister van Koloniën naar oIBcieele gegevens bewerkt,
vinden we in dit boekje eene beknopte geschiedenis vnn
Edi en de troebelen aldaar. Menige dappere daad wordt
ons medegedeeld en in het bijzonder die van de helden
Schordell, Gande en Wolvekamp die iedereen nog verach in
het geheugen liggen. Een paar kaartjes maken liet mogelijk
de beschreven troepenbeweging na te gaan.
Dc Maatschappij tot Kot van 't Algemeen gaf onderden
titel „Arbeidswetgeving" een door G. A. M. Groeneveldfc
geschreven boekje uit dat in alle opzichten verdient in
ruime kring te worden verspreid, en daar de 50 expl. ter
verspreiding slechts f 1.60 kosten, is de prijs geen beletsel.
De lieer G. geeft een overzicht van hetgeen tot nog toe
in ons land en anderi: landen op dit terrein gedaan, is. Hij
stelt voorop dat het doel eener goede arbeidswetgeving is z
„het treffen van zoodanige maatregelen, dat het arbeidscontract
onder voor beide partijen zooveel mogelijk gelijke voor
waarden kan tot stand komen, teneinde hierdoor de gemeen
schap te vrijwaren tegen benadeeling in een harer belang
rijkste deelen.