In de campagne, d!e „de Amsterdammer" in bondgenootschap met den heer Tindal onvermoeid tegen de heeren Rooseboom en Seyffardt voert, werd reeds meer dan eens meer of minder openlijk geïn sinueerd èn door de redactie zelf èn door den heer Tindal, dat die beide heeren tot luitenant-kolonel zijn bevorderd, zonder eenige aanleiding, om hen te beloonen voor goede diensten, den Minister van Oorlog bewezen. Deze bestrijders van beide verdienstelijke officieren kenden weten, en zoo zij het niet wisten, waren zij verplicht zich de wetenschap te verschaffen, al vorens op zoo onedele wijze te insinueeren dat beide hoofdofficieren niet bij keuze, maar strikt naar rangorde van ouderdom bij hun wapen zijn bevor derd, ja, dat de minister opzettelijk beeft vermeden hen vroeger te bevorderen, hetgeen hij naar de ten 'opzichte van stafofficieren geleende gewoonte, naar wij meenen, zeer gemakkelijk had kunnen doen. Wat is hierop aan te merken Wij weten wel, dat de heeren R. en S. tegenover een man van de eminente gaven van den heer Tindal maar erbar melijke stumperds moeten zijn, maar men zal toch niet willen beweren, dat zij tegenover hunne kame raden zoo ongunstig afsteken, dat de minister ver plicht was, hen te passeeren. (Vad.) Twee Afrikanen, Carré en van Es, gepension- neerde soldaten van het O. I. leger, zijn jl. Vrijdag van Harderwijk op „Bronbeek" aangekomen, om in het Invalidenhuis hunne verdere levensdagen te slijten. Zij behooren tot het nagenoeg geheel uit gestorven Ashantijnsche element in ons koloniale leger, dat te allen tijde, laatstelijk op Atjeh, de beste diensten aan liet Gouvernement bewees. Om hun eenvoudige, kinderlijke natuur, hun aanhanke lijkheid aan „de Compagnie", hun onvervaarden moed en doodsverachting in den krijg, werden die trouwhartige kerels steeds hoog in het leger ge waardeerd. (Tot belooning stonden wij „de Kust" aan Engeland af). Te Harderwijk hebben de bovengenoemde zwarte broeders zich weer uitstekend gedragen en tot geen enkele klacht aanleiding gegeven. Zij zijn bijna een maand in de kazerne gebleven, zonder ooit te vragen om eens uit te mogen gaan, nadat hun eenmaal gelast was, liet kwartier niet te verlaten. Alles was hun „baai" (goed) en met het gure, regenachtige weer, dat ze natuurlijk minder „baai" vonden, zaten zij maar te dammen in de cantine. Men vraagt zich onwillekeurig af, wanrom deze oud-gedxenden in een geheele maand niet mochten uitgaan. Behoort dit huisarrest ook bij de beloo ning voor hunne bewezen diensten Onderwijs en Examens. Warmenhuizen. Op het adres van den Raad dezer gemeente in zake vrijstelling van de verplichting tot heffing van schoolgeld is afwijzend beschikt. Jl. Zaterdag is voor de hoofdakte 1. o. de heer M. Knop, van Terschelling. Landbouw en Veeteelt. Door de afdeeling Enkhuizen en omstreken der „Nederlandsche Maatschappij van Tuinbouw en Plantkunde" zal op 2 September a. s. in het Park te Enkhuizen eene tentoonstelling van tuinbouw producten worden gehouden. Uitslag van de verloting van paarden enz., ge houden den 28 dezer te Haarlem. Bij de trekking zijn de volgende hoofdprijzen gevallen op onderstaande lotnummers: 21531. 1. Een landauer bespannen met twee paardeu. 16827. 2. coupé bespannen met zwarte merrie. 9227. 3. oliewagen met lichte vosruin. 23390. 4. dogcart met vo3merrie bespannen. 23552. 5. boerenwagen beepannen met vosruin. 24421. 6. voamerrie met kol. 18701. 7. appelvos merrie. 15881. 8. bruine merrie. 19067. 9. gele ruin. 20063. 10. bruine ruin. 8495. 11. donkerbruine rnin. 161. 12. bruine merrie. 23775. 13. donkerbruine merrie. 6750. 14. zwarte ruin. 15838. 15. lichtbruine blesmerrie. 1700. 16. vosruin. 23849. 17. donkerbruine merrie met kol. 1701. 18. bruine merrie. 14378. 19. lichtbruine ruin. 12377. 20. i, donkerbruine merrie. 4137. 21. idem. 23088. 22. schimmelvuin. 5105. 23. lichtbruine rnin. 21884. 24. donkerbruine merrie. 1383. 25. bruine merrie. 9389. 26. donkerbruine ruin. 21787. 27. zwarte ruin. 500. 28. stekelharige blesmerrie. 24440. 29. bruine merrie. Kerknieuws. PREDIKBEURTEN. Herv. gemeente te Texel. Zondag 3 Augustus, voorm. 9.30. te Burg ds. Gemser, van Broek op Langedijk. (Avondmaal.) Oudeschild nam. 1.30 ds. Gemser, van Broek op Langedijk. Doopsgez. gemeente te Texel. Zondag 3 Augustus voorm. 10 uur ds. Kuipers. Herv. kerk te Noordzijpe: Zondag 3 Augustus, vm. 9.30, Schagerbrug, ds. van Kluijve. Herv. kerk te Zuidzijpe Zondag 3 Augustus, n.m. 1.30, Burgerbrug, ds. van Kluijve. Doopsgezinde Gemeente te Zuidzijpe T Zondag 3 Augustus, vm. 9.30, Oudesluis, ds. van Calcar. burgen, enz., zat in het comité tot het organisee- ren van de schoonste bals in de karnavaltijd in de zomer maakten wij uitstapjes en nu moet ik hier leven in deze woestenij „En Leibach dan vroeg Siegmund belangstel lend. Vindt gij daar dan geen verstrooiing?" „Ach een akelig, vervelend nest „Loop heen," viel de oude Hofer hem in de rede, „als ik er heenga, kan ik mij er best vermaken." „Wij houden de heeren van hun werk af," merkte de directeur bijna onhoffelijk aan. „Mijn heer de secretaris zal zich wel in zijn lot moeten schikken. Wie met lust en liefde bij zijn werk is, behoeft geeu verstrooiing. Mag ik u verzoeken mij e volgen Mijne vrouw wacht ons." (Wordt vervolgd.) Herv. kerk te St. Maarten Zondag 3 Augustus, vm. 9 uur St. Maarten, ds. Mühring. Herv. kerk te Eenigenburg Zondag 3 Augustus, n.m. 1,30, ds. Zegers, pred. te Koedijk. Noord- en Zuidzijpe. 3 Aug., ds. v. Kluyve, Schagerbrug vm.,Bur gerbrug nam. xo Aug., ds. Fetter, Schagerbrug nam., Bur gerbrug voorm. Huisduinen. 10 Aug., ds. Hobus, voorm. Wieringen. 3 Aug., ds. Pareau, Hipp. voorm., de Oev. nam. 10 Aug., ds. Bomnxezijn, Oostl. voorm.. Hipp. nam. Hoorn. Jl. Zondag herdacht de heer Ds. J. A. Schwil, alhier den dag, waarop hij vóór 30 jaar als predikant alhier bevestigd werd. Door catechisanten en oud-leerlingen werden toepasselijke liederen gezongen. De heer Hei denrijk sprak den waardigen leeraar hartelijk toe en de geheele gemeente zong ten slotte Gez. 4x3 Vs. 3. Uit onze Koloniën. Van den civielen en militairen gouverneur van Atjeh en Onderhoorigheden, is te Batavia het volgende op 20 Juni jl. te Penang aange boden telegram openbaar gemaakt „Dertiende kolonne Halewijn, op marschnaar Kwalabagoh en Oleh-gadje, vijand verdreven, hoofd versterking Oleh-gadja genomen; drie min dere militairen licht gewondvijand liet acht dooden achter; tuchtiging gestaakt. Door uit breken van koorts met cholera-verschijnselen komt kolonne zeventien terug ziekte bij negentienden bijna geweken vijf fuseliers daaraan overleden." Van den resident van Timor en Onderhoorig heden is het volgende telegram ontvangen, ge- dagteekend 18 Juli „Op 7 dezer 800 meter hoog gelegen Do ge nomen bij nadering troepen kampong door be volking verlaten. Zij trachtten drinkwateraanvoer door geweervuur te verhinderen en verderen opmarsch te beletten door bezetting sterkte achter rots tegenover Do in weg naar Eko-feto gelegen. Den nden aanval bevolking op transport van Do naar Wawa en enkele schoten op Do. Heu vels aan zuid- en oostzijde Do met veel gewa pend volk bezet. Sterkte tegenover Do genomen en volk verdreven; op 12 en 13 verrees op kam van door troepen te passeeren gebergte plus minus 1450 m. zeer groote versterking, waaraan honderden moeten hebben gewerkt. Krachten bevolking schijnen zich daar te concentreeren. Tegenstand zal mogelijk zijn gebroken na val dezer sterkte, in welker nabijheid Eko-feto moet liggen. Colonne-commandant vroeg ter verze kering etape-plaatsen en bescherming transporten 50 manschappen, ook bergkanon en 50 dwang arbeiders. Timoreezen bewezen goede diensten. Ongenoegzaam aantal vorderde ontbinding nog 25 man; liet die onder nadere goedkeuring komen. „Zwaluw" ter eventueele overbrenging aangevraagde troepen naar Makasser vertrokken. Omtrent mogelijkheid tinonderzoek nog niets te zeggen. Gezondheidstoestand goed. Op het wachtschip te Soerabaja haalde, volgens de „H. Ct.", een lichtmatroos, uit wraak voor een oplelegde straf, de vlag omlaag en heesch een roode vlag, die er een heelen tijd bleef wapperen. De dader is ontdekt en gearresteerd. Buitenland. Engeland. Ernstige arbeidsgeschillen zijn in Wales gerezen zoowel de dokwerkers als de spoorwegbeambten hebben eischen gesteld, die de werkgevers overdreven achten. Men vreest, dat een werkstaking op buitengewoon groote schaal zal uitbreken. Frankrijk. In een mijn te Pelissïer heeft eene ontploffing van mijngas plaats gehad, op het oogenblik dat 165 arbeiders in de mijn waren. 35 gewonden zijn boven gebracht. Men vreest, dat de anderen zijn omgekomen. Argentijnsche Republiek. Omtrent de revolutie te Beunos-Ayres meldt een ooggetuige het volgende De omwenteling begon onder de artillerie, die dadelijk met haar stukken vuurde tegen de sol daten en politie, die gezonden waren om haar te bedwingen. Een groote Burgervereeniging, de „Union Ci- vica", die zeer tegen de Regeering van President Celman was, sloot zich bij de opstandelingen aan. Jl. Zaterdagmiddag 12 uur nam dr. Pellegrini, de Yice-President, het bestuur over, daar Celman gevlucht was, volgens zijn vrienden om troepen in de provincie te verzamelen. Intusschen duurde het vuren in de straten voort. De politie, in middels van Remmington-geweren voorzien, vuurde op de ongewapende menigte, die in de buurt van het door troepen bewaakte Regeerings- gebouw zich had verzameld. Zij werd daardoor uiteengejaagd, doch daarna werd uit de vensters der huizen een levendig vuur op de politie ge opend. De verwarring en opgewondenheid namen steeds toe. Een politieagent kloofde met zijne sabel een vreedzaam, bij hem staanden Engelsch- man het hoofd. De agent werd door een ander onmiddellijk doodgeschoten. Inmiddels werd bekend dat generaal Campos zich aan het hoofd der oppositietroepen had gesteld. Hem vergezelde een revolutionair comité, bestaande uit de leiders der reeds genoemde „Union Civica." Dat comité heeft eene proclamatie uitgevaardigd, behelzende dat liet volk, optredende in samenwerking met het iste regiment artillerie, het 5de, 9de en 10de regiment infanterie, een bataljon der genie, de militaire cadetten enz., besloten heeft een einde te - maken aan de tot anarchie leidende en om gekochte en omkoopbare Regeering van President Celman. Het eerste besluit, door dit revolutio naire comité uitgevaardigd, beveelt de mobilisatie van de Nationale Garde en de vorming van twee burger-bataljons, wier aanvoerders tevens benoemd worden, terwijl tot chef der stedelijke politie wordt aangesteld Nicholas Menalez. Dit besluit is geteekend door Alem, Goyena en Romero. Te vijf uren seinde de correspondent dat er pogingen werden gedaan om aan de verdere afzending van telegrammen een einde te maken. Het vechten bleef nog voortduren. De politie en de regeeringstroepen hadden de artillerie en de burgerbataljons tweemalen aangevallen, maar waren telkens teruggeslagen. Op dat tijdstip kon niet bepaald worden, aan welke zijde de over winning zou zijn. Uit andere berichten blijkt dat de regeerings troepen geduchte verliezen leden. De marine ondersteunde de opstandelingen en er werd geschoten door schepen op de reede. Het Regeeringsgebouw en de kazerne der loyaal gebleven troepen werden gebombardeerd. Er vielen dien dag wel 1000 dooden en gewonden. Intusschen slaagde men er in, een wapenstil stand te sluiten, die tot jl. Zondagmiddag werd verlengd. De President moet intusschen teruggekomen zijn en ook kwamen er versterkingstroepen uit de provincie. De wapenstilstand duurde tot Maandagavond omstreeks half zes, doch dit belette niet, dat Zondag en Maandag nog druk geschoten werd. Zaterdagavond scheen de stad als uitgestorven, maar achter de gesloten luiken stonden de in woners tot de tanden gewapend. Bij het krieken van den dag opende de voorloopige regeering een hevig kanonvuur (waarom, is niet duidelijk), dat tot 10 uur duurde. Ook te 1 uur in den j middag hoorde men weer schieteneen 2otal schepen was door leden der „Union Civica" I veroverd en bemand en van daar werden nu i het huis van den president en de regeeringsge- bouwen gebombardeerd. Ook de Argentijnsche oorlogschepen hadden de zijde der opstandelin gen gekozen en hielpen mede met schieten. Zelfs de spoorwegen naar het noorden waren door hen bezet. Later in den middag werd het schieten van de schepen gestaakt en heerschte betrekkelijk rust, toen plotseling het gerucht liep, dat 3000 soldaten van president Celman, met 40 stukken geschut, in klein Palermo waren aangekomen, zoodat de „Union Civica", die zich daar geves tigd had, bij het einde van den wapenstilstand ernstig bedreigd werd. Het gerucht werd in dien zin bevestigd dat omstreeks 1000 geheel gewapende soldaten van dr. Celman met 46 kanonnen uit Rioquarto waren gekomen. Weldra bleek, dat ook dr. Celman zelf uit San Martin terug was gekeerd. De „Union Civica" gaf tot 2 uur in den mid dag uitstel, indien dr. Celman zijn ontslag nam, maar in eene bijeenkomst van den president met de ministers en generaals werd deze voor waarde verworpen. Daarmede was te gelijk alle kans op vreedzame beslechting van den strijd verdwenen en werden de gevechten hervat. De soldaten van dr. Celman deden een aanval op de artillerie, doch werden met zwaar verlies teruggedreven. Wat na dien tijd is geschied, is niet met zekerheid uit de telegrammen op te maken. Het schijnt dat van weerszijden pogingen gedaan zijn om den dreigenden burgeroorlog te bezwe ren ,maar blijkens de jongste dépêches schijnen deze alle mislukt te zijn. In den ochtend begon de strijd tusschen de opstandelingen en de troepen der Regeering op nieuw met een reeks van gevechten. Het was niet te zeggen welke partij de overhand had en het is zeer moeielijk zich van den toestand reken schap te geven, daar de berichten elkaar telkens tegenspreken. De gezant van Argentina heeft uit Buenos- Avres een dépêche ontvangen, die op 29 dezer was verzonden. Daarin werd gemeld, dat in den ochtend de Regeering volkomen heeft gezege vierd. De opstandelingen geven zich over en keeren in de kazernen terug. Het arsenaal en de vloot zijn weder in handen der Regeerings- partij. De staatkundige toestand is weder geheel tot orde gebracht en in het land heerscht rust. De officieren werden ontslagen en de mindere soldaten bij andere regimenten ingedeeld. De opstand is geëindigd door gebrek aan krijgs voorraad. Een algemeene amnestie is afgekon digd. Aan de „Times" wordt gemeld, dat de tus schen het gouvernement en de opstandelingen overeengekomen voorwaarden zijn, dat de bur gers hun vrijheid terugverlangen en de kapiteins en officieren boven dien rang hun rang verlie zen. Het artilleriepark zou gisteren worden teruggegeven. De gezant der Argentijnsche Republiek te Londen heeft van den minister van Financiën dier Republiek een telegram ontvangenvan gisteren, luidendeWil bekend maken, dat de opstand geheel bedwongen is en de President en de Regeering zich bevinden in het Gouver- nements-paleis, vanwaar de bevelen uitgaan. San Salvador. De „Frankfurter Ztg." ontvangt in een schrijven uit Santa Anna een verhaal van de omstandigheden, die den dood van President Menadez vergezelden. In de hoofdstad werd feest gevierd ter her denking van President Menadez' intocht op 21 Juni 1885. Ook generaal Ezeta, het hoofd der oppositiepartij, was daarbij uitgenoodigd, omdat President Menadez wilde trachten eene verzoening tusschen de beide partijen te bewerken. Er had onder leiding van generaal Ezeta een groote wapenschouwing plaats, waartoe omstreeks 4000 man in de hoofdstad waren saamgetrokken en 's avonds werd op het Witte Huis, het paleis van den President, een schitterend bal gegeven. De President had zich, vermoeid van het feest, een oogenblik te ruste gelegd, toen hem plotse ling bericht werd, dat het paleis door soldaten omringd was. Generaal Marcial verscheen in de balzaal en verklaarde, dat het leger generaal Ezeta tot President had uitgeroepen en dat de Regeering van generaal Menadez niet meer be stond. Groote ontsteltenis volgde op deze mede- deeling. Dames gillen, vallen flauw en dansende paren loopen in de grootste verwarring dooreen. De President begaf zich naar het venster en hield tot de soldaten een donderende toespraak over het schandelijk verraad van Ezeta, eindigende met de woorden, dat hij den verrader en zijne handlangers afwachtte, als ze niet te laf waren om te komen. Marcial antwoordde, „dat hij reeds onderweg was." Bij den ingang kwam Marcial den overste Martinez tegen, die, naar hij meende, de partij der opstandelingen was toegedaan. Deze echter trok zijn revolver en schoot Marcial overhoop. Daarop had een gevecht plaats tusschen de wacht van het paleis en de soldaten van Ezeta, waarbij deze de overhand behielden. Inmiddels bleek, dat President Menadez over leden was, volgens officieel rapport van den lijfarts aan een hersencongestie tengevolge van een hevigen toorn en groote opwinding. Over het algemeen werd echter geloofd, dat hij aan gevallen werd, zich verweerde en toen vermoord werd. Tot dusverre schrijft de correspondent (op 26 Juni) is de staatsgreep van Ezeta als gelukt te beschouwen. Zij levert weer een zonderling staaltje van de wijze waarop men in Midden-Amerika aan politiek doet. Gemengd nieuws. Hargen (gem. Schoorl). Jl. Maandagvoor middag 10 ure is alhier brand uitgebroken in de woning van J. Hakof, bewoond door hem en nog een gezin, waarvan de leden op dat oogenblik afwezig waren. De vrouw van ge- melden J. H. had zich even naar den naast de woning liggende akker begeven en hare drie kleine kinderen in huis achtergelaten. Na eenige oogenblikken daar vertoeld te hebben, bemerkte zij in het door haar bewoonde gedeelte van het perceel den brand, waarop zij zich derwaarts spoedde en het geluk had hare kinderen te redden. Het huis, benevens het huisraad der beide gezinnen, is evenwel eene prooi der vlam men geworden. Alles was tegen brandschade verzekerd. Berkhout. Bij het stoomgemaal Wester- kogge, nabij Hoorn, maar behoorende tot deze gemeente, sprong dezer dagen een 82jarig man, zekere B., in de Vlaamsloot, juist op de diepste plaats, waar ongeveer 2.5 el water staat. De man was blijkbaar het leven moede, want een paar jongelieden, wien het in een schuitje ge lukte het hoofd van den armen grijze boven water te krijgen en te houden, hoorden hem roepen „laat me los, ik wil weg Natuurlijk stoorde men zich aan die wanhoopskreten niet. Integendeel, nadat nog eenige lieden terredding waren toegesneld, bevond de oude zich weldra op het droge. Hij werd van andere kleeren voorzien en daarna huiswaarts geleid. Zijne bij hem inwonende dochter zal hem echter zorg vuldig dienen te bewaken, wijl de ongelukkige grijsaard inderdaad „levensmoede" is. Amsterdam. Aan de „Amst. Crt." ontlee- nen wij nog de volgende bijzonderheden aan gaande de zaak-Smissaert Een gewichtige getuigenis zal ongetwijfeld zijn die van mej. C. Van Steenhoven, zoogzuster van de overledene freule Smissaert. De moeder van genoemde juffrouw is den 23sten Februaii dezes jaars overleden, onder even zonderlinge omstandigheden, terwijl haar ziekte met dezelfde verschijnselen gepaard ging als die der overle dene freule, welke ziekte 9 dagen duurde en door dr. Butöt verklaard werd voor bronchitis. De gronden, waarop deze beide sterfgevallen in verband gebracht zijn met al het geheimzin nige, dat deze geschiedenis omringt, zijn de volgende De overleden juffrouw Van Steenhoven was reeds 38 jaren met de familie Smissaert bekend, bij wie zij haar diensten als min vervulde. Dat zij bij de oude mevrouw Smissaert in zeer hooge gunst stond, kan blijken uit het feit, dat haar door de oude mevrouw bij testamentaire beschik king een maandgeld werd toegevoegd van f 10, dat bij haar dood zou ophouden. Een ander feit, dat niet van belang ontbloot is, is het volgende De vorige week meldden zich bij de genoemde juffrouw C. v. Steenhoven de beide freules Lucie Smissaert en Teding van Berkhout aan, en vroe gen teruggave van brieven, die de overleden juffrouw Van Steenhoven ontving, toen freule Smissaert nog in leven was. Deze brieven waren van zeer intiemen aard, hetgeen te verklaren is uit de langdurige en goede verstandhouding tusschen juffr. Van Steen hoven en de familie Smissaert. De verklaring, dat deze brieven verbrand waren, moet aanleiding gegeven hebben tot een heftig tooneel tusschen genoemde juffrouw C. Van Steenhoven en de beide freules. Juffrouw C. v. Steenhoven, die na al het ge beurde in deze zaak natuurlijk verschillende vermoedens begon op te vatten, begaf zich naai den heer Van Ledden Hulsebos, een der schei kundigen, die in deze zaak werkzaam zijn, en legde genoemden heer haar vermoedens bloot. Deze raadde haar aan de justitie met een en ander in kennis te stellen, hetgeen zij dan ook deed. In verband hiermede is zij voor den rechter-com- missaris gehoord, waar zij haar verklaringen en ver moedens heeft lxerhaald. Het verhoor duurde vier uren. Amsterdam. Jl. Woensdagavond heeft in de benedenwoning van het huis Kloveniersburg wal 65 een geweldige gasontploffing plaats gehad. De bewoner, de heer Vos, en andere personen, hadden reeds den geheelen avond in de zijkamer en daaromheen een sterke gaslucht waargeno men, maar om de oorzaak er van na te gaan, had men de onvoorzichtigheid met een licht in de nabijheid voor het lek te komen, waar zich tusschen het plafond en den bodem der eerste verdieping klaarblijkelijk eene groote hoeveelheid gas had opeengehoopt. Het gevolg was, dat het gas met een hevigen knal ontbrandde en door de ontploffing de twee boven elkander liggende voorkamers vernield werden. De be woner, die met het licht was gaan kijken en op een trap stond, die een bezoeker vasthield, werd van die trap geworpen, doch bekwam geen ernstig letsel. De bezoeker evenwel bekwam vrij ernstige kwetsuren aan het hoofd en moest zich in het gasthuis laten verbinden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1890 | | pagina 2