HELDERSCHE-
NIEU WEDIEPER COURANT
Jaargang 48.
M 120. Zondag 5 October 1890.
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
J. H. YAN BALEN.
BEKENDMAKING.
Vergadering van den Raad
2°) DOLORES.
„En dcseapereort nimmer 1'
Jan Pieterts. Coen.
Het Vaüerlnndt ghetrouwe
Blijt ick tot iü den doot.
Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 0.70, franco per post f 0.90.
Het Zondagsblad, bekoorende bij deze Courant, verschijnt eiken Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden0.50.
Voor de abonnés dezer Courant in de gemeentef 0.30.
h buiten de 0.35.
REDACTEU R-UITGE VER
Molenplein 162/163.
Pr\js der Advertentiën: Van 15 regels 30 oent, elke regel meer 6 cent. B
abonnement, naar gelang van de hoeveelheid regels, aanmerkelijk lager.
Voor liefdadige doeleinden 3 rent per regel
Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand. 3
Mededeelingen en aanbevelingen10
Ten gerieve van onze abonnés
in de Ver. Staten van Noord-
Amerika,'.hebben wij tot eenig agent voor
den verkoop van deze courant en voor het
aannemen van advertentiën, aangesteld voor
Nieuw Jersev en omstreken, den heer
Mr. P. LAN GEVELD Mz., Okonik Co,
Passaie.
Aan onze abonnés buiten de
gemeente wordt beleefd verzocht liet
verschuldigde abonnementsgeld over het 3de
kwartaal vóór 15 October a. s. te willen over-
maken, zullende anders door ons daarovermet
verhooging van 10 cents voor de kosten, per
post moeten worden beschikt.
der gemeente Helder,
op DINSDAG den 7 OCTOBER, 1890,
des avonds ten zeven ure.
Helder, den 3 October 1890.
De Burgemeester,
C. A. BEUKENKAMP.
Onderwerpen ter behandeling:
1. Begrooting 1S91.
2. Heffing van belastingen in 1891.
3. Benoeming van onderwijzers.
4. Ontslag onderwijzeres.
5. Benoeming lid Schoolcommissie.
6. Benoeming lid Armbestuur.
7. Brief Schoolcommissie vermeerdering van
onderwijzers aan school 7 B.
8. Conditiën huur van een gedeelte strand
Huisduinen.
9. Adres geneesheeren keuring van vleesch.
10. Ingekomen stukken.
11. Bezwaarschriften hoofd, omslag.
NEDERLAND.
HELDER, 4 October.
Uit 's Gravenhage wordt aan het „Hbld."
gemeld
De Koning is vrij kalm, na de aandoening
tengevolge van de verheffing zijner kwaal in het
"begin dezer week. Z. M. moet evenwel nog het
bed houden.
Feuilleton van dc Heldcrschc- en Nieuwedieper Courant.
Roman van Gravin EUFEMIA BALLESTREM.
(Uit het Duitse h.)
Dolores was zoo in gedachten verdiept,
dat zij haast gevallen was over juffrouw
Kohier, die onhoorbaar genaderd was en nu
eene diepe buiging voor hare nieuwe mees
teres maakte.
„Ali, juffrouw Tonia," riep zij opgewekt
uit. Zij herkende het kleine grijze vrouwtje,
dat nu in de rouw was, 1' .delijk.
„Welkom op den Valkenhof, genadige
barones," zeide zij nogmaals buigend en
dit was, behalve de warme handdruk van
Engels bij hare aankomst, het eerste welkom
dat haar werd toegeroepen.
„Wel, juffrouw Tonia," zei Dolores, „nu
moet ge mij eens rondleiden en mij den
Valkenhof laten zien, dan kan ik eens zien,
waar ik zal gaan wonen."
„Zoo, nu is alles in ordezeide de huis
houdster, terwijl zij, met haar rinkelende
•.sleutelbos in de hand, Dolores voorging,
„maar als ik u een goeden raad mag geven,
genadige barones, dan ben ik zoo vrij u den
-westelijken gevel aan te raden met de toren
kamer, die aan den noordelijken vleugel
Ook naar de „N. R. Ct." verneemt, laat het
zich .aanzien, dat Z. M. de Koning de Vrijdag
11. gestaakte bemoeiing in staatszaken spoedig
zal kunnen hervatten.
In eene brochure, getiteld: „Die Rhein-
Seeschifffahrt-Denkschrift," bespreekt de ingenieur
August Graft de mogelijkheid en wenschelijkheid
om van Keulen een zeehaven plaats te maken.
Een kanaal zou hiervoor niet gegraven worden
de Waal en de Rijn zouden slechts op de ver-
eisclite diepte behoeven gebracht te worden. Dit
werk zou ongeveer 50 millioen gulden kosten.
Een bezwaar bestaat slechts daarin, dat de Ne-
derlandsche Regeering toestemming zou moeteh
geven, dat Duitschland dit werk ondernam en
onderhield. De „Köln. Zeit." wijst op het kanaal
van Gent naar Terneuzen, dat over een lengte
van 15 kilometer op Nederlandsch grondgebied
loopt en door den Belgischen Staat gegraven is,
terwijl tevens de kosten van onderhoud door
dien Staat worden betaald. Als nu Holland,
zegt het blad, aan den eenen buurman, met wien
het een- even scherpe handelsconcurrentie, vooral
op zeehavengebied, voert als met Duitschland,
een dergelijke concessie deed, dan kan men wel
met eenig recht verwachten, dat het ons ook op
dezelfde wijze ter wille kan zijn. En dit te meer,
afgezien nog van de politieke macht van Duitsch
land, daar de helft der Rijnvloot bestaat uit
Hollandsche schepen en de Nederlandsche vaar
tuigen dus op den Rijn evenzoo thuis zijn als
de inlandsche.
„De Amsterdammer" zegt in een polemiek
met „de Stand." 0. a.
„Het is niet waar, dat Tindal uit de weige
ring van het overbrengen van een aanzoek om
audiëntie geconcludeerd heeft tot het in staat van
beschuldiging stellen der ministers.
„Het is niet waar, dat Tindal zijn beschuldi
ging grondt op die weigering van audiëntiezij
berust op een door hem zelf ingesteld nauwkeurig
onderzoek, wijl dat onderzoek, naar Tindal's
overtuiging, aan het licht heeft gebracht, dat Z.
M. zoo goed als niemand ontvangt, met niemand
spreekt, niet leest, niet in staat is behoorlijk te
denken en dus ook niet om te beoordeelen wat
hij onderteekent.
„Dit kan natuurlijk onjuist zijn maar onjuist
of niet, dit en niets anders is de grond, waarop
Tindal gehandeld heeft.
„De „N. Apeld. Ct." heeft verklaard, dat de
heer Tindal, wel verre van alleen te staan, treu
rige feiten aan het licht brengt, die, hoe zeer
bekend, tot heden iederschroomde in het publiek
te brengen."
M. a. w.niet dat hij, Tindal, werd afgewezen,
deed hem spreken, maar het, mede daardoor,
gestaafde feit dat de Koning zelfs over de ge
wichtigste staatszaken niemand kan spreken, dat
is de zaak (wil men de bewering, of misschien
zelfsde onwaarheid) waar 't op aan komt.
„Indien de heer Tindal en de „N. Apeld. Ct."
gelijk hebben, dan zegt „de Amsterd." is
het constitutioneel koningschap door het ministerie
tot een leugen gemaakt; en het is geen „pure
illusie", maar een van den bestaanden twijfel
niet af te wenden gevolg, dat de natie dienaan
gaande een antwoord zal vragen, en ondanks
aansluit. Daar is het in den zomer koel en
in den winter warm."
„Goed, laat het mij maar eens zien," zei
Dolores.
Zonder geluid te maken schreed juffrouw
Köbler voor haar uit, langs den aan de
zijde van den tuin opene kruisgang van den
zuidelijken vleugel en opende, aan den wes
telijken vleugel gekomen, de eerste deur.
„Hier komen wij in de kamers van uwe
grootmoeder," zeide zij zachtjes, en ging voor
uit om de vensterluiken open te werpen.
Dolores wierp nog een blik terug iu den
tuin met de klaterende fontein en toen trad
zij binnen. De eerste kamer was een kleed
kamer, die aan alle zijden met diepe, groote
eikenbouten kasten was gemeubileerd, welke
gedeeltelijk voor kleederen, gedeeltelijk voor
het linnengoed bestemd waren. De volgende
was een fraaie, ruime slaapkamer, met een
ledikant van prachtig gesneden hout op een
estrade, bekleed met zware robijnroode zijden
gordijnen. Bij de eikenhouten wanden paste
het fraaie gebeeldhouwde ameublement, in
renaissancestijl, uitmuntend, terwijl eene
kundige hand de groote beweegbare spiegel
zoodanig bad geplaatst, dat dit moderne
meubel, te midden van al die antieke stukken,
den bezoeker nauwelijks opviel. Een, evenals
de gordijnen om het ledikant en voor de
ramen, met robijnrood diamant bekleedde
kist, vormde een uitstekend rustbed. Kortom,
het geheel paste voortreffelijk bij elkaar.
„Dat is als geknipt voor mij," zeide Do-
alle kranteugeschrijf zal eischen, wanneer het
onderzoek mocht uitblijven."
In het „N. v. d. D." werd er dezer dagen
de aandacht op gevestigd, dat in ons land maar
één kruitfabriek bestaat en deze het eigendom is
van eene vennootschap van particulieren. De
statuten dier vennootschap brengen mede, dat zij
en dus ook de groote afnemer van het bus
kruit, de Staat, afhankelijk is van een vreemde
ling, den heer Rottweil, te Hamburg. Diens
vaderlandsliefde zal wel niet zóó ver gaan, dat
hij niet in de eerste plaats op zijn eigen voordeel
zou letten maar 't is toch een niet te verdedigen
toestand, dat een land ten aanzien van een der
onmisbaarste middelen voor zijne defensie af
hankelijk is van een buitenlander, die, al zou
hij het willen, in tijd van oorlog geen leveringen
zou kunnen doen.
Van welingelichte zijde verneemt het Haag-
sche „Dagblad", dat bij het onderzoek van het
wetsontwerp tot regeling van den krijgsdienst in
de afdeelingen van de Tweede Kamer de leden
vrij druk waren opgekomen en dat de groote
meerderheid zich daarbij heeft verklaard voor
het beginsel van den persoonlijken dienstplicht;
doch dat het overigens niet aan het te berde
brengen van gewichtige bezwaren ontbrak.
Thans wordt het verslag opgemaakt, dat, gelijk
dit met de Onderwijswet het geval was, tegelijk
met het regeeringsantwoord zal verschijnen.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. In het lokaift Tivoli alhier werd
gisterenavond de eerste algemeene vergadering
gehouden van het district Helder der Onderlinge
Brandwaarborg-maatschappij ,,'t Algemeen Be
lang", hoofdzakelijk belegd tot het vaststellen
van een reglement en tot het kiezen van een
eigen plaatselijk Bestuur.
De opkomst van leden en belangstellenden
was niet zoo groot als wij wel hadden verwacht.
De heer Joh. Eelman, directeur-generaal van
,,'t Algemeen Belang," leidde de vergadering en
hield, alvorens het reglement in behandeling te
brengen, eene rede, waarin hij het doel en het
streven van ,,'t Algemeen Belang" uiteenzette en
waaraan wij het volgende ontleenen.
Het doel der Maatschappij ishet oprichten
en exploiteeren en het voortdurend bestaan te
waarborgen van plaatselijke Onderlinge Brand
verzekering-maatschappijen, wier reglementen naar
eigen plaatselijke behoeften worden ingericht.
Elk district staat op zichzelf, is geheel zelf
standig en onafhankelijk van de andere distric
ten het heeft een eigen reglement, een eigen
bestuur, door de deelhebbers uit hun midden te
benoemen, een eigen financieel beheer, eene
zelfstandige regeling van brandschade en eigen
taxateurs en controleurs.
De publieke opinie verklaart zich gaandeweg
meer voor plaatselijke onderlinge verzekering,
omdat de bestaande Maatschappijen tegen vaste
premié'n jaarlijks enorme winsten behalen en de
bestaande algemeene Onderlinge Maatschappijen
door de kostbare inrichting van exploitatie jaar
lijks onevenredig hooge omslagen toepassen, in
verhouding van de geleden brandschaden. Uit
lores, de prachtige kamer monsterend, „mijne
grootmoeder had een goeden smaak."
„O," zeide juffrouw Köbler, een ietwat
schuwen blik rondom zich en daarna op
hare meesteres slaande, „de genadige vrouw
bewoonde de westelijke vleugel, aan geene
zijde van de heeldengalerij, waar wij nog
doormoeten. Zij sliep in den zuidelijken
vleugel en deze kamer is eigenlijk gesloten
sedert sedert 200 jaar.
„Zoo? Hoe komt dan deze groote spiegel
hier in?" vroeg Dolores.
„Die?" vroeg juffrouw Köbler verlegen,
„die liet de barones indertijd, toen zij deze
kamer zoa gaan betrekken, maken."
„En waarom heeft zij deze kamer dan niet
bewoond
„Ja, daar is een rede voor," merkte de
huishoudster geheimzinnig op. „Nu, uzult
hier zeker ook niet gaan wonen?"
„Zeker wil ik dat, wanneer" begon
Dolores schouderophalend en toen, zonder
verder uit te spreken, vroeg zij: „Maar wat
is er dan aan de hand met deze kamer?"
„Het spookt hier!" fluisterde juffrouw
Köbler geheimzinnig, want zij brandde van
•verlangen om hare geschiedenis te vertellen.
Dolores lachte.
„Daar ben ik niet bang voor," zeide zij,
met een opflikkering van de oude overmoed
in hare donkere oogen.
Juffrouw Kohier schudde hare grijze
lokken met de waardigheid van eene Cas
sandra.
een overzicht der resultaten van 15 der voor
naamste in Nederland gevestigde Maatschappijen
blijkt toch dat deze in zeven jaren tijds nApCt.
winst per jaar en bovendien sedert den tijd hun
ner oprichting een reserve-kapitaal van 3$ mil
lioen gulden behaalden.
Geen wonder dus dat het publiek, bij het
vernemen van deze enorme voordeelen, er op
bedacht wordt deze winsten zelf te behalen door
plaatselijke onderlinge verzekering. Aan hei-
oprichten van maatschappijen met dit doel ston
den tot heden verschillende moeielijkheden in
den weg, die echter door ,,'t Algemeen Belang"
reeds sedert lang zijn overwonnen, hetwelk uit
voerig werd aangetoond.
De nogal omslachtige administratie, aan het
goed beheeren eener onderlinge verzekering tegen
brandgevaar verbonden, wordt zoo weinig kost
baar mogelijk gemaakt door concentratie dei-
administratie van al de verschillende districten
aan het Hoofdkantoor der Maatschappij.
Aan de deelnemers wordt de meest voldoende
zekerheid geboden, omdat aanvankelijk alle
risico door herverzekering wordt gedekt en het
Bestuur eerst langzamerhand en rekening hou
dende met het draagvermogen, een deel (lei-
risico voor rekening van het district neemt.
Tot 1 Juli jl. waren alle posten, in het district
Helder gesloten, geheel door herverzekering
gedektvoor het vervolg voor 90 pCt.
Sedert de oprichting van het district Helder
in het laatst van 1S88, werd hier voor een bedrag
van ongeveer 3 tonnen gouds geassureerd, terwijl
een aantal polissen, thans nog bij andere Maat
schappijen van kracht en samen ruim f 250.000
vertegenwoordigende, werd ingeleverd, om ter
gelegener tijd te worden opgezegd en overgeno
men. Alléén in de eerste zes maanden van
1S90 werden hier 90 verzekeringen door de
Maatschappij gesloten.
De rede van den spreker werd tot aan het
einde met aandacht aangehoord en warm toege-
juichd.
Hierna ging men over tot behandeling van
het Reglement, hetwelk, 11a artikelsgewijze te zijn
voorgelezen, en 11a eenige discussie, voorloopig
werd vastgesteld. Het zal binnenkort worden
afgedrukt en den verzekerden toegezonden.
Vervolgens werd het Bestuur samengesteld en
werden tot Commissarissen gekozen de heeren
J. Bethlehem, I. Korver en P. Schagen, terwijl
de heer C. S. Jaring tot Directeur van de plaat
selijke afdeeling der Maatschappij werd benoemd.
De acte van oprichting werd alsnu voorgelezen
en, nadat daarin eene wijziging was aangebracht,
goedgekeurd.
Met een woord van dankzegging voor de
medewerking en eene aansporing om de toetre
ding van vele deelnemers te bevorderen, werd
deze eerste vergadering van de plaatselijke On-
derlinge-Brandwaarborg-Maatschappij ,,'t Alge
meen Belang" door den heer Eelman gesloten.
Helder. Op den avond van den isten
Oct. hield dé" Gymnastiek- en Exercitie-Vereeni-
ging „Pro Patria" alhier haar zesde jaarlijksche
algemeene vergadering. Het geheele bestuur
werd herkozen en blijft dus samengesteld uit de
heeren F. C. H. Schlahmilch, voorzitter, J. Eve-
lein, Onder-Voorzitter, G. D. Hagenaar, Penning-
„O, ilc bid u, scherts niet," barones, fluis
terde zij. „Dit hier is namelijk de kamer
van de „booze vrijvrouw."
„Ik heb haar nooit iets gedaan," lachte
Dolores, die zich vermaakte met het ernstige
gezicht van juffrouw Kohier.
„Maar zij heeft kwaad gedaan en daar
voor moet zij nu boeten, want zij kan geen
rust vinden in haar graf," voer de juffrouw
voort, vast besloten om haar verhaal nu ook
te vertellen.
Maar Dolores liep op de naaste deur toe.
„Later kunt ge mij dat wel eens ver
halen," zeide zij: „des avonds bij den haard,
dat is de beste tijd en plaats voor spookge
schiedenissen."
De volgende kamer was niet groot en werd
sleclits door een schuifraam verlicht, een
zeer breed maar laag, ongeveer vijf voet
boven den grond aangebracht raam. Rondom
langs de wanden waren boekenrekken, die
vol boeken stonden het middengedeelte werd
door een kolossale globe ingenomen en bij den
schoorsteen stond een hooggerugde stoel met
goudleder bekleed bij een tafeltje, met een
lessenaar en schrijfgereedschap.
Juffrouw Ivöhler opende snel de volgende
deur, maar zij wierp beteekenisvolle blikken
op liet hooge raam, wat intussehen door
Dolores, die alles opmerkzaam bekeek, niet
gezien werd.
(Wordt vervolgd.)