HELDERSCHE-
NIEUWEDIEPER COURANT.
M. 137. „aI
Vrijdag 14 November 1890.
Jaargang 48.
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
E N
J. H. VAN BALEN.
B E R I C H T.
De Speler,
Door eigen Schuld,
DOLORES.
„F,ii dcsespereoit nimmer 1"
Jan Pittarsz. Coen.
Pet Voderlandt ghetrouwe
li 1 ij 1' iik tot in den doot.
Wilhelmuslied.
Verschijnt ioaeren Dinsdag, Donderdag eu Zaterdag.
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor de courant binnen de gemeentef 0.70, met Zondagsblad f 1.
naar de overige plaatsen van Nederland 0.90, 1.25
naar alle landen, die in liet postverdrag
zijn opgenomen (inbegrepen Oost-
InJië en Amerika)1.75, ,2.10
naar Znid-Afrika2.50, 3.
REDACTEUR-UITGEVER
Molenplein 162/163.
HELDER.
Pr ij 8 der advertemtiën:
Van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Bij abonnement naar gelang van de
boe veelheid regels aanmerkelijk lager.
Ingezonden mededeelingen en aanbevelingen, geplaatst tnsschcn den tekst, per regel 10 et.
Advertenticn voor liefdadige doeleinden3,
Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand8,
Agent voor Nieuw-Jersey en Omstrekende heer Mr. P. LANGEVELD Mz., te Okonik Co, Passaie.
Zij, die geabonneerd zijn op onze courant,
kunnen, tegen betaling van 40 cents per
stuk, bekomen de bij ons verschenen romans
Russische roman van F. M. DOSTOJEWSKI.
242 pagina's druk
e n
roman van H. SCHOBERT.
231 pagina's compressen druks.
Men kan deze romans aan ons bureel
dagelijks afhalen. Toezending naar buiten
geschiedt na ontvangst van postwissel met
10 cents verbooging voor één boek en 15 cents
voor beiden. Men geve vooral juisten naam
en duidelijk adres op, ten bewijze dat men
geabonneerd is.
Voor niet-geabonneerden is de prijs van
elk boek f2.
NEDERLAND.
HELDER, 13 November.
De „Staatscourant" bevat het volgende bericht
omtrent den toestand van Z. M. den Koning.
Gedurende de laatste veertien dagen heeft de
toestand van Z. M. den koning weinig verande
ring ondergaan.
De stoornis der geestvermogens blijft dezelfde.
De gemoedsstemming van Z. M. is afwisselend,
nu eens kalm, dan weer eens opgewonden; het
laatste vooral als de nacht slapeloos is doorge
bracht.
De lichaamskrachten, ofschoon ongetwijfeld
verminderend, blijven toch voldoende.
Voor het leven van Z. M. den Koning dreigt
op het oogenblik geen gevaar.
Paleis Het Loo, 10 November 1890.
Dr. S. S. Rosenstein, dr. Vinkhuyzen.
J. Vlaanderen Czn.
Reuter seint aan het „Vad." uit Bern, dat
door den Bondsraad aan den Nederlandsche
Raad van State het diep leedwezen werd te
kennen gegeven over den achteruitgang van
Z. M. den Koning der Nederlanden en de op
rechte wenschen voor Zr. Ms. spoedige en vol
komen genezing.
Yeaffleton tan de ITeldersche- en Nieuwedieper Courant.
Roman van Gravin EUFEMIA BALLESTREM.
(Uit het Duitse h.)
Toen Alfred zich den dag na zijne komst
op Mom-epos naar den Valkenhof begaf, ten
einde zijne moeder te begroeten, stond liet
besluit bij hem vast, om cene ontmoeting
met Dolores, zelfs ten ko^te der beleeefdheid,
te vermijden. Reeds was hij de grensschei
ding van de beide goederen genaderd, toen
Keppler hem inhaalde.
„Gaat ge naar den Valkenhof?"
„Ja."
„Dan staat ge mij zeker wel toe, met u
mede te gaan; ik wenschte een bezoek te
.brengen aan de barones."
„Met genoegenAlfred zeide die paar
-woorden zeer kort en stroef, De scène in
liet atelier schoot hem te binnen, en een zon
derling gevoel kwam weer over hein ijver
zucht. Hij wist, dat hij daartoe geen recht
en waarschijnlijk ook geen reden had, maar
wie kan daar iets tegen doen?
„Verwacht de barones uw bezoek vroeg hij.
Keppler schudde het hoofd.
„Zij weet waarschijnlijk niet eens, dat ik
zoo dicht bij hen," zeide hij, „en ik weet ook
niet, of ik haar welkom ben; maar 0111 't
Door het hoofdbestuur van het Alg. Werk
liedenverbond is een adres aan den Koning ver
zonden, waarin het dringend verzoek wordt ge
daan, dat de Regeering zal aangespoord worden
1. van Rijkswege een onderzoek te doen in
stellen naar den toestand van de woningen der
lagere klassen en naar de middelen om in de
verschillende gemeenten de ongezonde verblijven
te doen vervangen door huizen, voldoende aan
de matige eischen, die in den tegen woord igen
tijd mogen worden gesteld;
2. haar invloed te doen gelden bij gemeeente-
besturen, tot het maken van verordeningen op
het bouwen van woningen, waarborgen gevende,
dat de te bouwen woningen gezond zijn, vol
doende ruimte bevatten, dat zij het noodige licht
kunnen ontvangen en behoorlijk kunnen worden
gelucht.
Volgens den Brusselschen correspondent
van de „Vossische Zeitung" heeft de Nederland
sche gezant te Brussel baron Gericke, ter kennis
gebracht van de Belgische regeering, dat de Ne
derlandsche regeering vóór 2 Januari 1891 een
beslissing zal nemen over haar houding ten op
zichte van de invoerrechten in den Congo-Staat.
In het voorloopig Verslag der Tweede Kamer
over de begrooting van Oorlog wordt melding
gemaakt van den twijfel, in de afdeelingen uit
gesproken, naar aanleiding van de resultaten der
manoeuvres in Overijssel, of de uitgaven voor
Oorlog inderdaad wel aan de defensie ten goede
komen.
Meer zelfstandigheid en verantwoordelijkheid
in de hooge commando's werden dringend geacht.
De instructien van de inspecteurs der wapens
behoorden herzien te worden, meende men, en
meer macht toegekend aan de divisie-comman
danten en de bevelhebbers in de linien.
Omtrent het opperbevel over de strijdkrachten
werden uiteenloopende gevoelens uiteengezet
dringend noodzakelijk werd het echter geoordeeld,
dat reeds nu de man wordt aangewezen, die in
oorlogstijd opperbevelhebber zal zijn, en eveneens
weder aangedrongen op de benoeming van een
commandant van het veldleger, reeds in vredestijd.
Men vroeg of er bezwaar tegen zou bestaan,
den diensttijd van twee lichtingen der zeemilitie
en van drie lichtingen der militie te land te ver
lengen, opdat dadelijk na de invoering der nieuwe
wet de nieuwe legerorganisatie zou kunnen wor
den ingevoerd.
Aangezien er zooveel aankomt op het moreel
peil bij den geheelen militairen stand en in het
bijzonder bij de officieren, werd ernstig de wensch
uitgesproken, dat bij benoeming van opper- en
hoofdofficieren de minister niet alleen aan be
kwaamheid en technische kennis, maar ook aan
moraliteit en karakter hooge eischen moge stellen.
In verband hiermede werd het denkbeeld geop
perd van instelling hier te lande van hetgeen in
Duitschland als „Ehrenrath" bekend is.
Meer waarborgen werden verlangd voor juist-
Hij hield opeens op en Falkners scherpen
blik zag eene zeldzame uitdrukking in de
oogen van den schilder.
En hij had dezen man eens op zijne knieën
Atevoor dat roodharige meisje aangetroffen!
t bloed steeg hem bij de gedachte daaraan
aar het hoofd.
Zwijgend schreden zij naast elkander voort
door het schaduwrijke park, dat, zelfs op den
middag nog koel, een prettige wandeling aan
bood, totdat zij op eene open plek kwamen,
op welks smaragdgroen grastapijt de zomer
zon schitterde en door de takken van beuken,
linden, esschen en olmen speelde.
„Hoe heerlijk schoonriep Keppler uit.
„Nog nooit zag ik een heerlijker park, waar
kunst en natuur zoo wonderbaar ineensmel
ten, dat men van de eerste nauwelijks iets
merkt!"
„Ja, de Valkenhof is eene heerlijke be
zitting," zeide Falkner met warmte.
„Het schijnt mij toe, een klein koninkrijk
te zijn!'" riep Keppler uit, „een koninkrijk
welks eikenkroon als het ware geschapen is
voor het blanke voorhoofd van donna Dolores
„O ja, ik weet, dat ge steeds vol geest
drift voor deze schoone dame waart," merkte
Alfred aan, eigenlijk slechts om iets te zeggen.
„Als de zon voor haar alleen scheen en
alle anderen in de duisternis liet, dan zou
ik het zeer natuurlijk vinden," zeide de schil
der, alsof hij in zichzelf sprak.
„Het is gelukkig, dat zulke wenschen niet
heid en onpartijdigheid van de conduite-staten
voor officieren.
Verschillend werd geoordeeld over de bekende
aanschrijving van den minister, waarbij de wensch
werd te kennen gegeven, dat militairen geen be
stuurders zouden zijn van coöperatieve Vereeni-
gingen, die ook aan derden verkoopen. Terwijl
eenerzijds die maatregel werd goedgekeurd, werd
aan den anderen kant de circulaire eene mis
plaatste inmenging genoemd in een twistpunt op
sociaal gebied, zoolang het optreden van officie
ren of onderofficieren in de bedoelde besturen
geen nadeelige gevolgen voor den dienst heeft.
Meer eenstemming echter achtte men het wen-
schelijk, dat, om zelfs den schijn te vermijden
van bevoordeeling, eetwaren voor de garnizoenen
njet gekocht werden in winkels van „Eigen Hulp",
wanneer officieren in het bestuur daarvan zitten.
Omtrent de bewering, dat de in Den Helder
met groot verlof zijnde miliciens-torpedisten in
geval van mobilisatie te Brielle moeten opkomen,
om van daar weer naar Den Helder teruggezon
den te worden, zou men gaarne een bepaalde
verklaring van den minister ontvangen.
Weduwenfonds voor de geëmployeerden
tot het algemeen bestuur behoorende. De
Raad van State, waarnemende het Koninklijk
Gezag, heeft op de voordracht van den minister
van financien het volgende bepaald
Art. 1. Ongehuwde leges-trekkende of gewezen
leges-trekkende ambtenaren, deelgcrechtigden
in het weduwenfonds voor de geëmployeerden
tot: het algemeen bestuur behoorende, die inge
volge de hun toegekende bevoegdheid, hunne
moeder hebben aangewezen om nft hun dood
pensioen uit het genoemde fonds te genieten,
kunnen vóór den isten Jan. 1891 in de plaats
dier moeder, onverschillig of deze nog in leven
dan wel reeds overleden is, alsnog voor eenmaal
eene ongehuwde zuster aanwijzen.
Hetzelfde recht wordt toegekend aan onge
huwde leges-trekkende of gewezen leges-trekkende
ambtenaren, deelgerechtigden in het genoemde
fonds, die van de bevoegdheid om eene moeder
aan te wijzen wegens het vroeger huwelijk of
overlijden dier moeder geen gebruik hebben kun
nen maken.
Voor de toepassing van dit besluit worden zij,
die na verkregen deelgerechrigheid in het fonds
weduwnaar geworden zijn, niet als ongehuwden
aangemerkt.
De aanwijzing eener zuster, evenals die eener
moeder, zoomede het aan deze toegekende pen
sioen vervallen bij het aangaan vaneen huwelijk,
hetzij door den ambtenaar of gewezen ambtenaar,
hetzij door de voor het genot van pensioen aan
gewezen persoon.
Art. 2. Aan de leges-trekkende ambtenaren die
een tweede of volgend huwelijk hebben aange
gaan, doch verzuimden binnen den in art. 1 van
het koninklijk besluit van den iysten Juni 1882
No. 30 gestelden termijn de verklaring in te zen-
vervuld worden,"' merkte Falkner spottend
aan, „de vereering van uw ideaal ontaardt in
afgoderij
„Spot er niet mede," vroeg de kunstenaar
eenvoudig en biddend. „Het is het eenige,
wat mij van den lioopvollen droom, dien ik
eens droomde, is overgebleven
„Ah, lieeft zij u versmaad?" klonk het
snel van Falkners lippen. u Vergeef mij,"
liet hij er terstond op volgen, „ik wilde niet
onbescheiden zijn."
„Dat weet ik," zeide Keppler, „en daarom
behoeft gij mij dat niet te verzekeren en ten
slotte doet het iemand tocli goed over zooiets
te kunnen spreken. Neen, versmaad heeft
zij mij niet, maar zij beeft mijn aanzoek niet
aangenomen. Lach niet om den dwaas, die
een zachter woord voor eene daadzaak als
deze zoekt, Falkner, en daardoor de bittere
pil tracht te vergulden. Neen, de vrije,
opene bekentenis, dat haar hart nog niet ge
sproken heeft en dat zij het zonder dat niet
mag wegschenken, dat noemt men niet ver
smaden dien angel heb ik niet gevoeld
„Och, zij was toen reeds bekend met de
groote erfenis, die haar te beurt zou vallen
en zij wist, dat zij daarmede en met hare
adellijken naam veel hooger kon komen dan
door een kunstenaar te huwen," zeide Falk
ner, en terwijl hij dit zeide, verachtte hij
zichzelf om die woorden.
Nu bleef Keppler staan.
„Lage gedachten en zucht naar gewin zijn
dingen, die donna Dolores vreemd zijn,"
den, wordt alsnog de gelegenheid geopend om
aan de vrouw en kinderen uit dit huwelijk de
deelgerechrigheid in het weduwenfonds te ver
zekeren, mits voldoende aan de volgende bepa
lingen
i°. De verklaring met de huwelijksakte wordt
vóór 1 Januari 1891 aan den directeur van het
Weduwenfonds toegezonden.
20. De betaling van het foumissement en de
restitutie der te veel genoten leges geschiedt
met bijbetaling van 5 ten honderd rente's jaars,
sedert de sommen verschuldigd zouden zijn ge-
geweest, indien tijdig ware deelgenomen en in
vijf jaarlijksche termijnen.
50. Het bedrag der leges of de daarvoor in
de plaats te genieten toelage, zal in mindering
strekken van hetgeen in ieder der eerstvolgende
vijf jaren na de deelneming verschuldigd is.
In geval van overlijden vóór dat de betaling
geheel heeft plaats gehad, wordt het ontbrekende,
verhoogd met zeventien ten honderd, verhaald
op het pensioen door middel eener inhouding
gedurende de eerste vijfjaren waarin het pensioen
genoten wordt.
De directeur van het Weduwenfonds, de heer
Mulder, maakt bekend dat lormulieren tot aan-
wijziging bedoeld bij art. 1 van voormeld besluit,
op aanvrage, ter invulling en onderteekening, aan
belanghebbenden worden toegezonden. Tot voor
schreven doeleinde liggen ook formulieren bij
het bureau der directie ter onderteekening.
De minister van Oorlog heeft aan de Tweede
Kamer medegedeeld, dat er niet aan kan gedacht
worden, de 7de militielichting met het wintersei
zoen te ontslaan, en tevens dat de Regeering
eerlang zal doen blijken van hare voornemens
ter voorziening, ook in 1891, in de te geringe
sterkte der levende strijdkrachten, in afwachting
van de beslissing over de legerwet.
De minister zal zich beijveren, de beslissing
te bespoedigen in zake de bewapening der in
fanterie met een repeteergeweer van verkleind
kaliber, onder gebruik making van rookvrij bus
kruit. Intusschen blijven de gewijzigde geweren
bij den troep over het algemeen goed voldoen.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 11 November.
In de hedenmiddag weder aangevangen zitting,
waarin de heer Zijp werd beëedigd, i9 besloten tot
aan de orde stelling van de Stedenwet en verschil
lende kleinere wetsontwerpen, alvorens een aanvang
te maken met de begrootingen. Niet zonder strijd.
Het voorstel van den heer Van Kerkwijk om de
Stedenwet niet aan de orde te stellen, is verworpen
met 40 tegen 32 stemmen. Ware het een zuivere
partijstemming geweest, de stemmen hadden gestaakt,
maar terwijl de heer Keuchenius met het voorstel
mede ging, stemden de heeren Tak, Hartogh. Ker-
dijk, Rutgers en Yan Houten voor de behandeling.
zeide hij beslist en met zulk een overtuiging,
dat Falkner er hem dankbaar voor was en
tocli ook toornig op zich zelf, dat hij zooiets
niet zeggen kon.
„Ik zal liet nooit dulden," riep Keppler
uit, „dat men de geringste vlek of smet op
haar zal werpen, wie of het ook zou zijn,
die dat mocht probeeren
„Gij hebt gelijk," zeide Falkner peinzend,
„men moet zijn ideaal steeds verdedigen en
dat zoo hoog plaatsen, dat bet stof van den
levensweg bet niet bezoedelen kan. Wie dat
niet doet, verdient ook niet, dat hij een ideaal
heelt en zijn leven zal eenzaam en ledig
zijn!"
Keppler wierp een snellen blik op zijn
vriend hij schreedt nevens hem voort
met gebogen hoofd en in zijne woorden
schemerde een toon, die hij geen naam kon
geven.
Zwijgend gingen zij verder en toen zij de
lindenlaan binnentraden, die rechtuit naar den
hoofdingang van den Valkenhof voerde, be
vonden zij zich plotseling tegenover eene
hooge in het zwart gekleede gestalte, met
het goudroode haar als een koningskroon
boven het blanke voorhoofd Dolores
Zij stiet een lichten kreet van verrassing
uit en een rozenroode blos vloog over hare
wangen. En zij was wonderschoon, zooals
zij daar stond, overgoten van zonlicht, schoo-
ner zeker dan zij als Satanella ooit geweest
was.
„O, Keppler, beste vriend, zijt ge het