De „St.-Ct." No. 292 bevat een kon. besluit
van 12 December jl., luidende als volgt:
In naam van Hare Majesteit Wilhelmina, bij
de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prin
ses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Wij Emma, Koningin-Weduwe, Regentes van
het Koninkrijk,
Willen een bewijs geven onzer bijzondere waar
deering der diensten van Nederland's strijders in
de gedenkwaardige jaren 18131S15
Op de voordracht van den minister van Oorlog,
van den 10de December 1890, Kabinet, litt. W7S
Hebben goedgevonden en verstaan, te bepalen
1. aan ieder oudstrijder der jaren 18131815,
gerechtigd tot het dragen van het eereteeken
(Zilveren Kruis), ingesteld bij koninklijk besluit
van 10 Mei 1865 („Staatsblad" No. 32), wordt
jaarlijks op aanvrage van den belanghebbende,
tot de Koningin gericht, ten laste der begrooting
van het Departement van Oorlog, bij wijze van
gratificatie, eene geldelijke tegemoetkoming van
enhonderd vijftig gulden (f T50) verleend, mits
blijke, dat hij uit eigen middelen niet voldoende
in zijn levensonderhoud kan voorzien
2. die tegemoetkoming zal voor de eerste maal,
zoo mogelijk, nog in den loop van 1890 en verder
telkens omstreeks het midden der maand Juni
worden uitgekeerd.
De minister van Oorlog is belast met de uit
voering van dit besluit, waarvan afschrift zal
worden gezonden aan de Algemeene Rekenkamer,
en dat wijders in het „Staatsblad" en in de „Staats
courant" zal worden geplaatst.
's Gravenhage, den i2den December 1890.
EMMA.
De minister van Oorlog,
J. W. BERGANSIUS.
De Eerste Kamer is bijeengeroepen tegen
Maandag 22 dezer, 's avonds half negen ure.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Zaterdag 13 December.
De geheele Indische begrooting is afgeloopen, ua
aanneming van hoofdstuk II (middelen in Indië).
De heer Hartogh stelde eene motie voor, de
wenschelijkheid uitsprekende, dat er verband werd
gebracht tusschen de patent-wetgeving in Indië en
Nederland, welke motie werd verdaagd tot nader.
De minister beloofde inmiddels geen patent-belasting
in Indië van de naaml. vennootschappen te zullen
heffen.
Verschillende suppletoire begrootingswetten zijn
vervolgens aangenomen, die betreffende Oorlog nadat
de minister ten stelligste aan den heer van Houten
had verzekerd, dat dit ontwerp niet prejudicieerde
op de beslissing omtrent het permanent onder de
wapenen houden van de 7de lichting.
Tevens is aangenomen de post voor den bouw
van een garnizoensmagazijn van kleeding te 's Gra
venhage het Boorhuis zal dus niet worden uit
gebreid.
Bij de suppletoire begrooting van Binnenlandsche
Zaken stelden de heeren de Beaufort en Zaayer voor,
om voor subsidie aan bijzondere kweekscholen f15000
minder uit te trekken dan de Reg. voorstelde. Het
amendement is verworpen met 50 tegen 1 8 stemmen.
Verder werd op een vraag van den heer Zaayer
door den minister geconstateerd, dat in de vergoe
ding aan den bibliothecaris der Kon. Bibliotheek
van f1900 voor vrije woning enz., ook is begrepen
schadeloosstelling voor andere kosten, ingevolge van
niet-inwouing in het gebouw.
Eindelijk zijn aangenomen verschillende provinciale
belastingen, naturalisatie-ontwerpen en de suppletoire
begrooting van Justitie voor 1889.
Avondzitting.
Bevloeiing, spoorwegaanleg, algemeen plan voor
de verdediging van Java, Indische reserve, ofliciers-
wed uwenpensioenen, tractementeu der infanterie-
officieren, indemniteit voor fourages, kaliber der
geweren, uitmonstering van de manschappen, veld-
oefeningeu, torpedobooten, inschietplaats, moham
medaan sche godsdienstscholen, koloniale reserve
(door den heer Levyssohn waarschijnlijk geestig
de koloniale „conserve" genoemd), alles defi
leerde met gezwinden pas voorbij 's voorzitters hamer,
en toen de leden gisteren naar bed gingen, waren
twee hoofdstukken der Indische begrooting afgedaan
en aangenomen, en de „Middelen in Indië" ook nog
tot en met art. 10.
Het eenige feit van beteekenis uit het debat is,
dat, door aanneming van een amendement om thans
voorloopig f7000 te schrappen, in beginsel werd
besloten tot geleidelijke opheffing van het werfdepot
te Harderwijk. Ofschoon de minister van Koloniën
adviseerde, tijdens den thans bestaanden overgangs-
oestand het Werfdepot niet op te heffen, onder
verklaring dat de Regeering op het geschikte oogen-
blilc in dien geest werkzaam zou zijn, maar voor
het oogenblik de opheffing niet voor hare verant
woording nam, en de heer Rooseboom mede
het behoud van - het Werfdepot verdedigde, werd
het amendement toch met 43 tegen 18 stemmen
aangenomen.
Waaruit tevens blijkt, dat van de 100 leden 39
op hun post ontbraken.
Michiels van Verduvnen (die voor Breda zitting
heeft) interpelleerde den minister van Oorlog aan
gaande de kwade geruchten betreffende den gezond
heidstoestand aan de Militaire Academie te Breda.
De heer Michiels herinnerde, dat sedert een maand
aan de Milit. Academie verschillende gevallen (16)
van gastrische koorts zijn voorgekomen, waarvan
3 met doodelijken afloop. In 't belang der familie
betrekkingen van de cadetten vroeg hij nu, hoe de
gezondheidstoestand is op dit oogenblik, en welke
maatregelen zijn genomen.
De minister antwoordde, dat op 30 November bij
den inspecteur van den geneesk. dienst voor 't eerst
bericht werd ontvangen, dat sedert veertien dagen
een aantal lijders in de ziekenzaal waren opgenomen,
lijdende aan gastrische koorts met lichte aandoening
van het darmkanaal (typhus). Terstond werd een
onderzoek ingesteld, maar men kon geen bepaalde
oorzaak vinden. Het drinkwater uit de beste pompen
van Breda en de melk uit de Melkinrichting zijn
sedert gekookt en er is een filter-Pasteur gebruikt
voor zuivering van het water. Een nauwgezet
scheikundig en bacteriologisch onderzoek van het
drinkwater wordt ingesteld de afloop daarvan moet
afgewacht worden. Drie zieken zijn overleden, allen
aan typhus, cn van twee aan typhus lijdenden is
de toestand bevredigendde overigen zijn allen
hersteld en met verlof huiswaarts gezonden. Sedert
zijn geen gevallen meer voorgekomen. Ofschoon
geen bepaalde oorzaak was op te sporen, gelooft de
minister, dat het drinkwater de oorzaak is, tenge
volge van den zeer hoogen waterstand van de rivier.
Eenige jaren geleden is ook gebleken, dat deze een
slechten invloed had op het drinkwater. Derhalve
is het zeer gewenscht, dat nu afdoende verbetering
ontsta door de drinkwaterleiding die ontworpen
wordt. De Kerstvacantie is eenige dagen vervroegd,
om meer ruimte te krijgen voor schoonmaken en
desinfecteering. De cadetten zijn niet vroeger met
verlof gezonden, om de ziekte niet in 'tland te
verspreiden.
De heer Michiels dankte voor de inlichtingen,
waaruit de dringende noodzakelijkheid aan eene
drinkwaterleiding blijkt, constateerde hij.
Zitting van Maandag 15 December.
Bij 't algemeen debat over de Staatsbegrooting
verklaarde de heer Tak van Poortvliet, namens
vele leden der linkerzijde, thans van politiek debat
af te zien, in afwachting van latere gelegenheid,
door den Voorzitter aangekondigd.
De heer Domcla Nieuwenhuis betoogde, dat de
clericalen evenmin als de liberalen iets gedaan heb
ben voor het volk. Conservatief is het leidend be
ginsel. En de katholieken, die bij uitnemeudheid
conservatief zijn, laten de antirevolutionairen den
spits afbijten. Deze Regeering verweet hij gemis
aan conslitutioneelen zin, door haar stilzwijgen over
den toestand des Konings.
De kiesrechthervorming blijft achterwege, finan-
cieele hervorming eveneens. De Staat blijft inkomsten
heften uit jenever en Staatsloterij. Van losmaking
der banden tnsschen Kerk en Staat is geen sprake.
Het defensievraagstuk lost zich op in weerloosheid
met zwaren druk. Aan het sociale vraagstuk is
niets gedaan. Hij beveelt aau aanleg van groote
werken en invoering van den achturigen werkdag,
in afwachting van de opheffing van het privaat
bezit en de nationaliseering van den bodem.
De heer A. Van Dedem sloot zich, namens vele
vrienden, bij de verklaring van den heer Tak aan.
De heer Van Vlijmen vraagt, namens eenige
vrienden, of de Regeering geheel en ieder lid in
't bijzonder verantwoordelijkheid draagt en zich
aansprakelijk stelt voor de indiening der Legerwet.
De heer Vermeulen, ofschoon niet geheel voldaan
over het beleid dezer Regeering, zou haar geen steun
onthouden, indien zij niet de Legerwet bleef hand
haven. Hij gaf de laatste waarschuwing. Werd die
ongelukswet aangenomen, dan zou de Regeering
zich-zelve de splitsing der rechterzijde te verwijten
hebben.
De heer Schaepman verklaarde geen vertrouwen
te ontzeggen, alvorens het debat over bepaalde wets
ontwerpen te hebben afgewacht.
De minister van Koloniën stelde ook het politiek
debat uit, ontkende dat de Koning ooit staatsstuk
ken had geteekend, zonder daartoe in staat te zijn,
hoopte dat de Stedenwet nog bij de a. s. verkie
zingen zal kunnen werken, en dat bij de Legerwet
zou blijken dat geen rechten cn vrijheden der natie
zijn geschonden.
In strijd met zijne bewering, dat de anti-dienst
plicht geen Katholiek dogma zou zijn, hebben de
heeren Harte en Van Nunen verklaard, dat daardoor
wel degelijk een beginsel van de Katholieke partij
is aangetast. Eerstgenoemde ontzegde daarom de
Regeering zijn steun.
Het algemeen debat is gesloten.
Hoofdstukken I en II zijn aangenomen.
Hedenavond hoofdstuk III.
IJS-BERICHTEN.
Het Noordhollandsche Kanaal is van Alkmaar
thans van banen voorzien tot Purmerend. De
Noordervaart door den Schermer naar den Beem-
ster polder is goed berijdbaar. Ook naar Haarlem
is de weg goed, over het Alkmaarsche meer,
langs Krommenie en door de Nouernasche vaart
tot het Noordzeekanaal en van daar over Spaarn-
dam naar Haarlem of door de Liede naar de
trekvaart en zoo naar Amsterdam.
Naar Hoorn is het ijs vrij goed van en naar
Helder is het kanaal overal vertrouwd en goed
berijdbaar.
Het Noordzeekanaal is geheel met ijs bezet;
de sleepboot 't Zand doet als ijsbreker dag en
nacht dienst om de vaargeul open te houden.
De Zuiderzee is geheel dicht en in een veld
van ijs veranderd.
Uit Enkhuizen meldt men
Door het dichtvriezen van de Zuiderzee is het
gewone brievenvervoer van en naar Urk onmo
gelijk geworden. Nu wil men beproeven over
het ijs het eiland te bereiken, waartoe men een
vlet van ijsloopers heeft voorzien.
Met de post en eene hoeveelheid levensmidde
len aan boord zou men heden den tocht
ondernemen.
Vijf leden van de Amsterdamsche Wielrijders
club „Hollandia" zijn jl. Zondag, op den tocht
van Amsterdam over Monnikendam naar Mar
ken, de Goudzee per rijwiel overgetrokken.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Volgens achterstaande advertentie zal
in de Buitengewone Vergadering'van het Dept.
Plelder der „M. tot N. v. 't A.", a.s. Vrijdagavond
in „Tivoli" te houden, als spreker optreden de
Heer S. Rippe van Rotterdam.
Voor velen is genoemde heer zeker geen on
bekende, daar zij zich ongetwijfeld zullen her
inneren hoe in de Departementsvergadering, in
Januari '89 gehouden, door hem o. a. op onver
beterlijke wijze werd voorgedragen „De viool
van Cremona", van Francois Coppée, vertaald
door Mr. J. N. van Hall. Zij zullen zeker gaarne
de kennismaking hernieuwen en wij twijfelen niet
of vele anderen zullen gaarne voor het eerst
met den declamator kennis maken. Ten
overvloede laten wij hier volgen een uittreksel
uit het „Dagblad van Zuid-Holland en 's Gra
venhage" van Woensdag 26 Maart '90.
Buitengewoon talrijk waren de leden met hunne
dames van „Oefening kweekt kennis" opge
komen om den Heer Rippe van Rotterdam te
hooren, die enkele, vooraf aangekondigde num
mers, op uitstekende wijze voordroeg. Wij zijn
ongetwijfeld de tolk van vele aanwezigen, wanneer
wij betuigen, dat het den Heer Rippe goed gehikt
is, zijne hoorders te boeien. Als declamator munt
hij dan ook zeker uit. Hij bezit de gave om de
personen, die hij in hun spreken en in hunne
gebaren wenscht voor te stellen, zóó juist te ver
tolken, dat men ze als 't ware bij zich waant. In 't
bizonder bleek deze gave uit de voordracht van
drie door den Heer Rippe gerangschikte fragmen
ten uit Shakespeare's „De Koopman van Vene
tië", volgens de vertaling van Dr. L. A. J.
Burgersdijk. Het weergeven der verschillende
personen, die de meest uiteenloopende karakters
bezitten, slaagde allergelukkigst. Na de pauze
droeg de spreker enkele nummers voor, die zijn
gehoor in de opgewektste stemming brachten.
Prettig was o. a. de vertelling van den boeren
jongen, die mededeelde waarom zijn eerste hoed
tevens zijn laatste zou wezen, terwijl Pieter Reaal
in „Het huwelijk om geld" niet minder vermaak
gaf.
Helder. Door den heer D. de Vries, alhier,
is, onder overlegging van de noodige plans, het
navolgende adres gericht tot den Raad dezer
gemeente
„Ondergeteekende Dirk de Vries, Mr. Timmerman
en Aannemer alhier, neemt de vrijheid tot UEd.
Achtb. te komen met een belangrijk voorstel, het
welk hij verzoekt bij U in ernstige overweging zal
worden genomen, als zijnde voor de gemeente zonder
opoffering, iutegendeel van zeer voordeelige conditiën
van blijvenden aard en die iu de toekomst nog door
belasting en besparing van uitgaven aanzienlijk zullen
vermeerderen.
Ondergeteekende stelt voor, dat de gemeente aan
hem in eigendom afstaat het gedeelte Helderschc
kanaal ter lengte vanaf het Westplein tot aan de
Postbrug en ter breedte tusschen de rijwegen van
den Kanaalweg en de Kerkgracht en biedt daarvoor
aan, te maken en aan de gemeente over te dragen
1°. Een gedeelte aan het Westplein, gedempt
en bestraat
2°. Het maken van twee Hoofdriolen aan den
Kanaalweg en de Kerkgracht
3°. Trottoirs of verhoogde voetpaden, ter breedte
van 2 meters, tegen de rijstraten van den Kanaal
weg en de Kerkgracht, en
4°. Het verleggen van de Postbrug naar de
Windsteeg.
Daarvoor vraagt ondergeteekende in ruil het over
gebleven gedeelte kanaal, om hetzelve te dempen
en te bezigen als bouwterrein, alleen voor nette
huizen en zaken.
De voordeelen, voor de gemeente hieraan ver
bonden, zijn z. i. van zoodanig belang, dat onder
geteekende niet twijfelt of zijn voorstel zal de noo
dige attentie verdienen
1°. De klachten over het stinkend kanaal aldaar
zullen zijn opgelost op eene afdoende wijze
2°. Aan het verlangen naar een brug bij de
Windsteeg wordt op eene soliede wijze voldaan,
zonder uitgaven voor de gemeente
3°. Het onderhoud van het kanaal vermindert
met dat gedeelte, terwijl de vaart aldaar toch van
zoo weinig beteekenis is, dat dit bijna niet in aan
merking kan komen
4°. De gemeente komt kosteloos in het bezit
va» twee strateu, voorzien van riolen, waar men
later niet om verlichting, bestrating of rioleering
zal vragen en die na eenigen tijd niet onbelangrijke
baten aan belasting voor de gemeente zullen ople
veren
5°. De verbetering van het Westplein zal veel
bijdragen tot verfraaiing van dat gedeelte der ge
meente, wijl een leelijk gat plaats zal maken voor
een ruim plein, waaraan in vele gevallen behoefte
bestaat en hetwelk bij gelegenheid uitstekend zal
kunnen worden gebezigd, en
6°. De plannen, bij ondergeteekende in bewer
king, zullen bij eventuëele vergunning voor dat
gedeelte der gemeente een waar sieraad zijn.
Een en ander geeft ondergeteekende het vertrou
wen dat. de Raad geen ernstige bezwaren zal hebben
om, onder nadere regeling van enkele punten, dit
contract te aanvaarden, waarin ondergeteekende
zich verbindt tot eene soliede uitvoering van de
bovengenoemde werken.
Helder, 10 December 1890.
(i. g.) D. DE VRIES."
Dit adres komt in de hedenavond door den
Raad te houden zitting in behandeling.
Zijpe. De beslissing van de wedstrijden op
het Brusselsche biljart, op Zondag 7 Dec. jl. bij
den heer C. Swarthof alhier, was zeer geanimeerd.
Het eerste gouden horloge (remontoir) werd ge
wonnen door den heer P. Raven, van Schager-
brug, met 5260 punten in de 50 stooten het
tweede id. door den heer W. de Wit Az., van
't Zand, die in de 50 stooten 5100 punten maakte.
Anna Paulowna, 15 Dec. Jl. Zaterdag
avond hield de ijsvereeniging „Eendracht maakt
macht", na eene rustige rust van ruim twee jaren,
weder eens eene vergadering. Daar de toestand
van de kas goed is, werd besloten a.s. Woensdag
17 dezer, eene hardrijderij te houden door de
leden van de Vereeniging ten behoeve van armen.
Na afloop dezer hardrijderij verder eene dito
voor ingezetenen van Anna Paulowna om prijs
en premie, beide hardrijderijen op de prachtige
ijsvlakte vóór het logement Veerburg. Mocht
het te laat worden voor de tweede hardrijderij,
dan wordt deze op een volgenden dag gehouden.
Wieringerwaard. Bij de jl. Zondag
gehouden schoonrijderij werd de eerste prijs
behaald door den heer W. Kaan Dz. en mej.
A. BakkerKaan. Wegens het overschoone
weer, kon een groot deel belangstellenden de
verzoeking niet weerstaan een uitstapje naar
elders te maken. Uit een oogpunt van zeker
egoïsme werd door velen den wensch geuit, om
dergelijke wedstrijden niet meer op Zondag te
doen plaats hebben.
Kolhorn. Den 10 dezer werd alhier eene hard
rijderij op schaatsen gehouden door jongens van
12—14 jaren. Uitgeloofd waren vier prijsjes, die
gewonnen werden door jongens van Wit, Schaap
en Broke, allen te Winkel, en van Herman te
Kolhorn. Den nden had een gelijke wedstrijd
plaats, door jongens van 15—17 jaren, waarbij
overwinnaars waren P. Beers te Kolhorn, IC.
Burger, D. Klomp en C. Jonk, allen te Winkel.
Kolhorn. Den 23 dezer zal in het nuts-
departement alhier als spreker optreden de heer
IC. Berg, van Buiksloot.
Nieuwe Niedorp. Maandag 8 dezer gaf
het kwartetgezelschap „Loreley", van Haarlem,
een concert in het lokaal van den heer R. Swa-
german, alhier.
Avenhorn. In de alhier gehouden samen
komst van Vrijdag jl., ten huize van den heer
T. Bakker, is besloten tot de oprichting van een
ijsclub. Tegelijk werd het bestuur gekozen, n.1.
de heeren Jac. Bakker voorz., Le Clerq secr.,
J. van Hoorn, penningm. Zondagmorgen las men
op verscheidene banen reeds de woorden„IJsclub
Avenhorn". Aangesteld waren reeds dien dag
eenige werklieden, die zich daartoe Zaterdag
avond konden aanmelden en tegen 10 cents loon
per uur den bezem hanteeren. 't Is te wenschen,
dat zij spoedig order krijgen ook de verschillende
scheuren vol te doen loopen en de oneffenheden
weg te schrapen.
Jammer is het evenwel, dat het gemeentebe
stuur, dat het initiatief nam tot deze goede zaak,
de belangen der behoeftigen van Grosthuizen en
Scharwoude zich niet heeft aangetrokken. De
laatsten toch zouden zeker ook gaarne voor de
IJsclub gewerkt hebben en zich een vast loon
zien toebedeeld. Het is ook hier zaak, niet
te vergeten dat het gedeelte van een gemeente,
waar de burgervader zetelt, niet alleen de ge
meente is. Misschien zal de ijsclub Avenhorn
nog de noodige stappen doen om het terrein
van werken en weldoen wat uit te breiden.
Tevens zou het naar den geest van velen zijn,
indien de werklieden op Zon- en Feestdagen
niet aan 't werk werden gesteld vóór des morgens
12 uur, terwijl hun toch het loon voor die mor
genuren werd uitbetaald. Zóó kan christelijke
weldadigheid in meer dan ,één opzicht ten goede
werken.
Oudkarspel. Den 11 dezer trad in eene
buitengewone vergadering van het Nuts-depar-
tement alhier als spreker op de heer Kutsch
Lojenga, pred. te Enkhuizen. Het onderwerp
zijner rede was „Zondagsrust, Zondagsheiliging
en Zondagsuitspanning," terwijl na de pauze nog
een paar dichtstukjes„In de Smidse" en „Het
meerl-nestje" ten beste werden gegeven. De
opkomst was sober, zoowel van leden als van
gasten, en lang niet, zooals men dit hier bij der
gelijke gelegenheden gewoon is.
Enkhuizen. Van H. M. de Koningin
weduwe is bij den havenmeester alhier een gift
ingekomen ten bate van den visscherman J.
Stavenuiter, wiens vaartuig bij de aanvaring met
de „F'riesland" verloren ging.
Haarlem. Het stoffelijk overschot van den
heer H. De Veer werd jl. Zaterdag alhier ter
aarde besteld. Zes fraaie kransen dekten de
lijkbaar. Aan de groeve bracht de heer Wuste,
president-commissaris van „het N. v. d. D.",
hulde aan den talentvollen publicist, aan wien
„het Nieuws" hoofdzakelijk zijn tegenwoordigen
bloei dankt, waaraan hij zijn beste krachten
wijdde en een richting gaf, waardoor zijn geest,
humaniteit en onpartijdigheid in dat blad blijven
bestaan.
De heer Van Waalwijk, secretaris van den „Jour
nalistenkring", roemde De Veer als vorst en sieraad
der Nederlandsche journalisten, en stelde hem als
voorbeeld aan de jongeren.
Dr. Van Gorkum herdacht in gevoelvolle, wel
sprekende woorden den vriend, met wien hij 30
jaren lief en leed deelde, cn spoorde de kinderen
aan, de nageduchtenis van hun liefderijken vader
te. eer en.
Een zoon van den overledene dankte de talrijke
aanwezigen voor de betoonde deelneming.
Marine en Leger.
Blijkens bij het Departement van Marine ontvangen
bericht is Hr. Ms. schroefstoomschip 1ste kl. „Johan
Willem Friso", onder bevel van den kapt. ter zee
G. Doorman, den 12den dezer te Bermuda aange
komen. Aan boord was alles wel.
De inspecteur van het loodswezen, de betonning,
bebakening en verlichting in het 1ste district, te
Delfzijl, de luit. ter zee 1ste kl. Haremaker, zal
naar Amsterdam worden overgeplaatst, ter vervan
ging van den naar Vlissingen vertrekkeuden inspec
teur over het loodswezen enz., den kapt. ter zee
titul. J. O. de Ruijter de Wildt.
Hr. Ms. ramschip „Stier" zal van. hier naar
Feijenoord worden overgevoerd, ten einde aan de
fabriek der Nederl. Stoombootmaatschappij eenige
herstellingen aau de stoomwerktuigen en romp te
ondergaan.
Naar „het N. v. d. D." uit goede bron
verneemt, zullen enkele kapiteins, die bij de jongste
bevordering tot majoor bij het wapen der infanterie
werden gepasseerd, bij eventueele vacature alsnog
voor eene benoeming tot dien rang in aanmerking
worden gebracht.
Benoemingen, enz.
In de op den 10 dezer gehouden vergadering van
de verschillende polders onder Bergen, zijn herkozen
de heeren J. van Reenen en C. Roskam, als leden
van het algemeen bestuur der Vereeniging van pol
ders en oningepolderde landen onder Bergen, voor
de oningepolderde landen A. Leijen Sr., als lid
van het dagelijksch bestuur van genoemde polders
J. Leijen Sr., als poldermeester van den Damlauder-
poldcrJ. Oldenburg, als poldermeester van den
OudburgerpolderJb. Swaan Sr., als voorzitter van
den Noorder Rekerpolder S. Kamer, te Koedijk,
als voorzitter van den Zuider RekerpolderA.
Admiraal, als poldermeester van den Philistijnschen
polder en P. Braken hof, als poldermeester van den
Sluispolder.
Als dijkgraaf van de Egmondermeer is herkozen
de heer A. Slote maker, te Egmond-Binnen.
Tot hoofdingeland der 30 gemeenschappelijke
polders van Texel is met 200 van de 303 stemmen,
die uitgebracht werden, gekozen de heer P. N.
Bremer.
Den 10 dezer is tot hoofdingeland van het water
schap Berkhout gekozen, met 77 van de 81 uitge
brachte stemmen, de heer W. Nobel Cz.