van dat deel van het inkomen, hetwelk uit
's Rijks schatkist betaald wordt, thans te ver
minderen en daardoor het geheele inkomen te
doen dalen beneden het bedrag, dat gedurende
het sedert 1849 verloopen tijdvak feitelijk genoten
werd. De omstandigheden toch, waarmede bij
de bepaling van dat cijfer rekening is te houden,
zijn sedert 1848 in meer dan één opzicht ver
anderd. Waar sedert 1849 de waarde van het
geld geacht moet worden te zijn verminderd en
dus de geheele levenswijze aanmerkelijk duurder
is geworden, ligt het voor de hand, dat ook de
kosten der hoihouding, inzonderheid die van het
personeel, thans aanmerkelijk hooger moeten zijn
dan in 1849.
Verder heeft op de regeling van het inkomen
der Kroon de min gunstige toestand, waarin 'slands
financien zich in 1849 bevonden, wel den meesten
invloed uitgeoefend.
Op de vraagof het inkomen der Kroon zou
kunnen vastgesteld worden op een minder hoog
bedrag gedurende het tijdperk vóór de meerder
jarigheid der Koningin, en op een grootere som,
nadat H. M. zelve de Regeering zal hebben
aanvaard, antwoordt de Regeering dat h. i.
geen voldoende reden voor zulk eene splitsing
bestaat, welke bovendien in strijd zou zijn met
de kennelijke bedoelingen van den Grondwet
gever.
Aan ouders en voogden van cadetten aan
de Mil. Academe, die na 1 September 1890 met
een eenigszins ernstige ziekte in de ziekeninrich-
ting dier academie zijn opgenomen, zijn dezer
dagen door de commissie van inspectie eenige
vragen ter beantwoording toegezonden, naar
aanleiding van hetgeen het Kamerlid Goekoop
in de zitting van 20 Dec. in het midden bracht.
De vragen luiden
1. Wanneer is door u het eerste bericht van
een geneesheer der Academie omtrent de ziekte
van uw zoon ontvangen?
2. Wat was de korte inhoud van dat be
richt?
3. Heeft de verpleging van uw zoon in de
ziekeninrichting der Academie uin eenig opzicht
reden tot klagen gegeven Zoo ja, in welk
opzicht
4. Kan door u overigens iets worden mede
gedeeld, dat bevorderlijk kan zijn aan een doel
treffend onderzoek omtrent de door den heer
mr. G. J. Goekoop gemaakte opmerkingen,
welke door dezen werden gesplitst in opmerkin
gen over
de gezondheidsbelangen
het zoogenaamde baren en
de ziekenverpleging der cadetten.
Blijkens een telegram van den Gouv.-Generaal
van Ned.-Indie, wordt de gouvernements-koffie-
oogst op Java voor dit jaar thans geraamd op
359.648 pikols.
Te rekenen van 1 dezer zal het gebied van
Britsch Noord-Borneo deel uitmaken van de
algemeene postvereeniging.
Op de brieven en verdere stukken daarheen
bestemd, is van toepassing hetzelfde tarief, het
welk geldt in het verkeer met Britsch-Indie, nl.
dat, hetwelk is vastgesteld bij art. 1 van het
Kon. besluit van 15 Maart 1879, gewijzigd bij
dat van 14 Jan. 1886, voor de landen sub ic
van eerstvermeld besluit genoemd.
De besproken aankoop door het Rijk van
het Paleis van wijlen Prins Frederik in het Korte
Voorhout te 's Hage staat in verband met het zoeken
naar een gelegenheid tot vestiging van denRaad van
Toezicht op de spoorwegdiensten en debureaux
van de hoofden der verschillende takken van het
waterstaatsbeheer, in éen gebouw.
Een gerucht voor welks juistheid wij
niet instaan, hoewel wij het uit goede bron ver
namen beweert, dat de heer de Savornin
Lohman zijn gouverneurschap van Suriname zal
neerleggen en reeds een R. K. lid der Tweede
Kamer is aangewezen om hem te Parimaribo te
vervangen.
(Den naam van dat Kamerlid voegt het ge
rucht er bij, doch wij achten het, wegens de
onzekerheid omtrent de gegrondheid der mede-
deeling, wenschelijk, dien naam vooralsnog niet
te noemen.)
Binnenlandsch nieuws.
WERKVERSCHAFFING.
't Kan zeker tot de zeldzaamheden worden ge
rekend, wanneer goede daden worden erkend, wan
neer personen of instellingen, die zich het lot van
minder bedeelde, van arme natuurgenooten hebben
aangetrokken, daarmede lof inoogsten. Over het
algemeen toch weet men de feilen, door Commissiën
of corporatiën, die zich op 't gebied der liefdadig
heid bewegen, begaan, zeer breed uit te meten,
maar men vergeet doorgaans de goede diensten,
door zoodanige Commissiën beweren, te waardeeren.
't Doet ons daarom genoegen te kunnen raededee-
len, dat thans op dezen regel eens eene gunstige
uitzondering is gemaakt.
Er was jl. Zaterdagavond feest in "het Bad
paviljoen te Huisduinen. De Directie dezer inrich
ting was op de goede gedachte gekomen de leden
der Commissie voor Werkverschaffing aan heleinde
hnnner verre van gemakkelijke taak een genoeglijken
avond te bereiden, ten bewijze harer waardeering
van de vele goede diensten door de Commissie
in 't belang onzer werklooze arbeiders verricht.
Gaarne werd door de aanuemers aan de ontvangen
uitnoodiging, om Zaterdagavond in het //Badhuis"
te verschijnen, gevolg gegeven en zoo kwam het
dat er, in weerwil van het minder aangename weer
en de bijna onbegaanbare, modderige wegen, aan
Huisduinen's strand in het Bad-paviljoen feest
werd gevierd.
Nadat alle gasten waren aangekomen, werd het
woord gevoerd door den heer F. Sant, een der
Commissarissen van het Bad-paviljoen. Deze heette
den werkverschaffers hartelijk welkom en bracht
der Commissie zijne hulde voor de alleszins loffe
lijke wijze, waarop deze in 't belang van de arme
arbeidersgezinnen is werkzaam geweest.
De heer D. de Vries was de tolk zijner mede
leden, om der Directie van 't Bad-paviljoen dank
te zeggen voor de vereerende uitnoodiging, te
aangenamer nog, omdat men daarin 't bewijs zag
dat het optreden dor Commissie werd gewaardeerd,
iets wat, gelijk we reeds zeiden, als eene uitzon
dering mag worden beschouwd.
De heer G. Jausen voerde het woord èu om
den Werkverschaffers geluk te wenschen met. den
goeden uitslag hunner bemoeiingen en om hulde
te brengen aan de Directie van het Bad-paviljoen,
die bij deze gelegenheid toonde goede daden op
prijs te stellen. De heer T. Mooij vestigde
hierna nog de aandacht der aanwezigen op eene
andere nuttige Vereeniging te dezer plaatse«Lief
dadigheid naar Vermogen," welke hij, ter wille
van het door haar beoogde goede doel, in aller
belangstelling aanbeval.
Hiermede was het officiëele gedeelte afgeloopen
en ieder zocht nu een geschikt hoekje uit, om
daar het verdere deel van den avond gezellig te
slijten. Aan gelegenheden tot ontspanning ontbrak
het niet, daarvoor had de ijverige Directie van
het Badhuis wel gezorgd. En [ook de inwendige
mensch werd niet vergetenop onbekrompen wijze
zorgden de gastheeren er voor, dat het den
genoodigden aan niets ontbrak. Geen wonder dus
dat na afloop van 't souper 't was intusschen
reeds laat geworden de heer Jansen zicli ge
drongen gevoelde, uit aller naam voor het gul
onthaal dank te betuigen en den gastheeren de
verzekering te geven, dat deze aangename avond
bij ieder der gasten nog lang in herinnering zal
blijven.
Bij monde van den heer P. Verheij bracht de
Commissie vervolgens nog dank aan de plaatselijke
Pers voor de van haar ondervonden medewerking,
zoowel door het kosteloos plaatsen van de bekend
makingen der Commissie, als door op andere wijzen de
zaak van Werkverschaffing te bevorderen.
Met het «leve de Heldersche Pers", door den
heer "Verheij ten slotte aangeheven, werd luide
ingestemd. Onder het ledigen van een goed glas
wijn, ten afscheid aangeboden, werd nog menige
toost geslagen, blijk gevende van algemeene waar
deering jegens de Directie van de „Naamlooze
Yennootschap Badpaviljoen Huisduinen".
Hieraan nog iets toe te voegen achten wij ge
heel overbodig. Wij besluiten dit verslag dus,
waarmede wij het begonnen't Kan zeker tot de
zeldzaamheden worden gerekend, wanneer goede
daden op deze wijze worden erkend
Helder. «Eene Amsterdamsche dame, die als
rechtgeaarde Nederlandsche vrouw den heldenmoed
onzer wakkere zeerobben bewondert", zond dezer
dagen aan onzen Burgemeester een «rookpakket",
inhoudende 600 fijne sigaren en 25 pond tabak,
zooals onze zeelui ze niet alle dageu rooken, met
het verzoek deze te verdeelen onder de bemannin
gen van de reddingsboot en reddingsvlot, die hunne
goede diensten bewezen bij de redding der schip
breukelingen van het gestrande stoomschip «El-
stow".
Met de meeste bereidwilligheid heeft de Burge
meester aan het verzoek voldaan en het gezon
dene Zondagavond onder de aangewezenen ver
deeld.
Helder. Door den Commissaris des Konings
van Noordholland is bepaald, dat de jacht op
eenden in deze provincie zal worden gesloten
den 28sten dezer enjjde jacht op waterwild op
1 April e. k., en dat de visscherij, met uitzon
dering van die met den hengel in de hand, zal
zijn gesloten van 15 Maart tot 1 Juni e. k.
Helder. Bestuurderen der Vereeniging
„Liefdadigheid naar Vermogen" alhier hebben
dezer dagen tot eenige ingezetenen het verzoek
gericht, deel te willen uitmaken van de „Com
missie van Huisbezoek," voor wie de taak zal
zijn weggelegd, door het bezoeken van aanbe
volen arme gezinnen, zich van dier toestand te
overtuigen. Is deze taak niet gemakkelijk, eervol
is zij zeker en het is daarom te verwachten dat
geen der uitgenoodigden het verzoek van Bestuur-
derèn zonder gewichtige redenen van de hand
zal wijzen, wat ook in 't belang der goede zaak
zeer te wenschen is.
Texel. Bij de periodieke verkiezingen voor
leden van den Raad zullen dit jaar 2 raadsleden
uitvallen; het getal wordt dan van 13 tot 11
teruggebracht. Toch is de bevolking weer toe
nemend en slechts een 9otal zielen beneden
6000.
Texel. Eén tocht kon jl. Vrijdag naar den
vasten wal gedaan worden. Er is voortdurend
zeer veel drijfijs op Tesselstroom.
Het blijkt thans, dat op ons eiland van velen
de voorraad aardappelen, die voor den winter
was opgedaan, bevroren is. Men vreest dat de
prijzen zullen stijgen. In de laatste drie dagen
is hier eene groote hoeveelheid meel aangevoerd,
zoodat de meeste bakkers weer voorzien zijn.
Schagen. De Gymnastiek-Vereeniging „Ly-
curgus" alhier zal op Zondag 15 Februari a. s.,
in het lokaal van den heer C. Kos, hare ge
wone jaarlijksche uitvoering doen plaats hebben.
Schagen. Lijst van brieven, geadresseerd
eau onbekenden, verzonden door bet Postkantoor
alhier, gedurende de eerste helft van Jan. jl.
A. J. van der Putten, te Haarlem; M. Bakker,
te HaringkarspelC. Kamerling, te Naarden en
wed. P. Kooi, te Wieringerwaard.
Kolhorn. -Alhier is men niet tevreden over
de werking der IJsclub gedurende dezen winter
en werden pogingen aangewend om eene tweede
ijsclub op te richten. De commissie, van wie
de laatste alhier gehouden hardrijderij uitging,
tracht leden te verkrijgen en vindt nogal eenigen
steun, ook bij de leden der bestaande IJsclub,
wat vooral kan worden toegeschreven aan arti
kelen in het ontweq>reglement, hierop neder-
komende, dat de hardrijderijen steeds zullen
worden gehouden op de voorsloot, middenin het
dorp, en steeds ten voordeele zullen zijn van de
vele behoeftige plaatsgenooten. De bestaande
IJsclub hield bij voorkeur de hardrijderijen op
de haven, een kwartier buiten het dorp, en uit
geschreven hardrijderijen waren steeds algemeene
wedstrijden, zonder liefdadig doeleinde. Ver
wacht mag dus worden, dat de beide clubs reden
van bestaan hebben en beiden het leven zullen
behouden.
Alkmaar. In de laatste Raadszitting is, na
geheime zitting, besloten, aan de commissie uit
den Raad, belast met het ontwerpen der voor
waarden, te verbinden aan de subsidie voor den
locaalspoorwcg AlkmaarHoorn, op haar ver
zoek een uitstel te verleenen van 1 Februari tot
1 Mei. De commissie gaf daaibij de verzekering,
dat het haar wensch en hare bedoeling was, haar
rapport zoo spoedig mogelijk in te dienen. Het
moge zoo zijn. Ik heb geen enkele reden om
te twijfelen aan haar oprecht verlangen, om dit
voor deze gemeente zoo overwegend belang met
de haar ten dienste staande middelen te bevor
deren. Ik veroorloof mij echter deze bescheiden
vraag: heeft het, bij de geheimzinnigheid, waar
mede men die zaak m. i. noodeloos behandelt,
niet den schijn, dat de commissie de dupe is
van geheime, wel overlegde tegenwerking, de
dupe is van den wolf in de schaapsvacht?
(Alkm. Ct.)
Enkhuizen. Eenige jonge dames alhier
hebben aan de Gymnastiek- en Scherm vereeni
ging „Vlugheid en Kracht" een fraai vaandel
ten geschenke aangeboden.
Marine en Leger.
In verband met het vertrek van Hr. Ms. atoom-
schoener «Dolfijn", onder bevel van den luit. ter
zee 1ste kl. J. H. Meijer, bestemd tot bescherming
der visscherij, en proefstoomen van Hr. Ms.schroef-
stoomschip 1ste kl. «De Ruijter", onder bevel van
den kapt. ter zee W. baron van Hogendorp, adjud.
van wijlen Z. M. den koning, bestemd om in den
loop der volgende maand naar Cura9ao te vertrek
ken, tot het aflossen van Hr. Ms. schroefstoomschip
lste kl. „Johan Willem Friso", onder bevel van
den kapt. ter zee G. Doorman, werden jl. Donder
dag onder leiding van den Marine-torpedodienst de
bassins op 's Rijks werf alhier ijsvrij gemaakt.
Door den kapt.-luit. ter zee A. P. Tadema werd
gisteren te Amsterdam het bevel over Hr. Ms.
wachtschip overgedragen aan zijn opvolger, den
kapt.-luit. ter zee M. C. van Doorn. Overste
Tadema wordt aan het Departement van Marine
geplaatst om als inspecteur van den stoomvaartdienst
op te treden.
De sergeant-provoost V. d. V., die gediend heeft
op den rammonitor 2de kl. «Panter", is door den
zeekrijgsraad te Hellevoetsluis schuldig verklaard
aan diefstal, veroordeeld tot een gevangenisstraf van
vier maanden en teruggesteld tot matroos 3de kl.
De machinist 3de kl. J. A. J. van Horssen, ge
detacheerd a. b. Hr. Ms. stoomschoener „Dolfijn",
heeft met zeer gunstigen uitslag het examen voor
de 2de kl. afgelegd.
Bij kon. besluit is benoemd tot ridder der Orde
van den Nederlandschen Leeuw de heer T. J. A. van
Zijll de Jong, luit.-gen. comm. van het leger en
chef van hot dep. van Oorlog in Nederl.-Indie.
Blijkens bij het dep. van Marine ontvangen be
richt is Hr. Ms. schroefstoomschip lste klasse
„Johan Willem Friso", onder bevel van den kapt.
ter zee G. Doorman, laatst komende van Bermuda,
den 80 Jan. in het station te Ouraqao teruggekeerd.
Aan boord was alles wel.
Vermoedelijk zal het hoofdburenu van den marine-
torpedodienst, met den tegeuwoordigen chef, den
kapt. ter zee jhr. T. E. de Brauw, van Amsterdam
naar het departement van marine te 's Gravenhage
worden verplaatst. De hoofdleiding van de andere
afdeelingen der marine is reeds aldaar gevestigd.
De proeven met repeteergeweren bij de Normaal-
Schietschool te 's Gravenhage worden ook bijge
woond door kapt. J. B. Verhey, van het korps
mariniers en door den luit. ter zee lste kl. G. A.
De Brauw.
De Belgische wapenfabrikant, de heer Nagaut,
heeft een verbeterd repeteergeweer van klein kaliber
aangeboden, waarbij patronen met rookvrij buskruit
worden gebruikt.
Bij koninklijk besluit van 24 Jan. zijn benoemd
voor de lichting van 1891 tot militaire leden van
de militieraden en hunne plaatsvervangens in Noord
holland Amsterdam, lid maj. Schermbeek, plaatsv.
kapt. vDe Lang Evertsen Haarlem, lid luit.-kol.
Zurich, plaatsv. kapt. Van der KoogHoorn, lid
maj. De Wijs, plaatsv. kapt. Westeroueu van
Meeteren.
Door 's Konings commissaris in Noordholland
zijn voor 1891 tot secretarissen van den militieraad
benoemd in het lste district de heer jhr. M. W.
de Jonge te Amsterdam, in het 2de de heer mr.
W. Th. Pahud de Mortanges te Haarlem en in
het 3de de heer J. Burger te Haarlem.
Naar aanleiding van het bericht in de „Staats
courant" dat de 2de-luit. van het leger in Ned.-
Indië J. F. Cornelius, met wijziging van het besluit
van 12 Januari 1890, waarbij hij eervol werd ver
meld, thans is benoemd tot ridder der Militaire
Willemsorde 4de kl., schrijft men aan de „N. R.
C." het volgende
Het was op den lsten Mei 1889 dat Cornelius
als officier werd toegevoegd aan eene patrouille,
die onder den lsten luit. A. de Leur uit Edi eene
verkenning zou maken. Nog geen half uur van de
benting verwijderd, stuitte de kleine troep (41 man)
op de vijandelijke loopgraven, waaruit de Atjehers
met zwaaienden klewang te voorschijn sprongen en
op den troep instormden. Er ontstond een kort en
hevig gevecht, waarbij 20 Atjehers sneuvelden,
terwijl aan onze zijde een fuselier het leven verloor
en vijf anderen gewond werden. Daar de vijand
aanhoudend versterking kreeg, was de toestand voor
de onzen onhoudbaar, waarom dan ook besloten
werd te retireeren. Reeds dadelijk bij den aanval
toonde Cornelius aan zeldzame koelbloedigheid
kalm overleg en tegenwoordigheid van geest te
paren, en bij den terugtocht gaf hij blijken van
groote onverschrokkenheid. Ten einde het lijk vau
den gesneuvelden fuselier niet iu handen van den
vijand te laten, hield hij stand totdat een tandoe
was gebracht, en een hevig gevecht moest worden
gevoerd om den vijand het lijk afhandig te maken.
Hierbij werd Cornelius licht gekwetst, doch door
hun onverschrokken houding wisten Cornelius en
zijne soldaten zich te redden uit het gevaar van
omsingeld en afgesneden te worden door de Atje
hers, die zich schromelijk bedrogen zagen, toen zij
I zich hun prooi, dien zij zoo gemakkelijk te be
machtigen waanden, zagen ontrukken. Woedend
drongen zij telkens weder op en even dikwijls wer
den zij door Cornelius en zijn troepje teruggeslagen
het lijk van den gesneuvelden fuselier kwam in de
benting terug.
De luit. De Leur, die een gewond Hollandsch
fuselier op de schouders uit het vuur had gedra
gen, ontving reeds den I2den Januari 1890 de
Willemsorde, doch Cornelius moest haar aanvragen.
Hij is een Indische jongen, zoon van een hoofd
onderwijzer en heeft in ïndië zijne geheele opvoe
ding genoten. Zijne militaire opleiding ontving hij
aan de militaire school te Meester-Cornelis.
Benoemingen, enz.
Bij Kon. besluit is, op het daartoe gedaan ver
zoek, ingetrokken de bij kon. besluit van 20 Sept.
1890, no. 29, gedane benoeming van mr. P. Buys
tot kantonrechter-plaatsverv. in het kanton Alk
maar en is benoemd mr. A. M. de Lange, adv. en
proc. te Alkmaar.
Aan den gem.-ontvanger van Spanbroek, den
heer L. Kooter, is, op zijn verzoek, door den
Gemeenteraad eervol ontslag verleend.
Onderwijs en Examens.
Bij besluit van Gedep. Staten van Noordholland
van 21 Jan. is verklaard, dat Lodewijk Vis, ont
slagen onderwijzer eener openbare lagere school te
Zaandam, de bevoegdheid tot het geven van lager
onderwijs heeft verloren.
De vergadering van het departement Noordhol
land der Vereeniging van leeraren van inrichtingen
van middelbaar onderwijs, ter bespreking van de
wenscbelijkheid eener vereenvoudiging van het
eindexamen der hoogere burgerscholen met vijf
jarigen cursus, werdjl. Donderdag te Amsterdam ge
houden.
De vergadering werd voorgezeten door dr. J. H.
Stricker. Het vraagpunt werd ingeleid door dr.
J .Campert. De vergadering werd bijgewoond door
het eerelid der vereeniging dr. D. de Loos.
Op voorstel van 't bestuur werden de gede
tailleerde vragen van het hoofdbestuur niet alle in
discussie gebracht.
Na uitvoerige debatten werd met algemeene
stemmen verworpen het voorstel dat het eind-exa
men zou worden afgenomen door directeuren en
leeraren ten overstaan van gecommitteerden met
een beslissende stem. Eveneens werd met algemeene
stemmen verworpen een schoolexamen zonder con
trole van staatswege. Het denkbeeld van een der
leden, dat het eindexamen zou worden afgenomen
ten overstaau van gecommitteerden met eene advi-
seerende stem vond geen .'ondersteuning en werd
dus niet in stemming gebracht. Een ander denk
beeld, om een schoolexamen te houden waarbij het
schriftelijk werk door een staatscommissie zou wor
den opgegeven en beoordeeld werd met algemeene
stemmen, op twee na, verworpen.
Daarna werd met algemeene stemmen op één na
bevestigend beantwoord de vraag van het hoofdbe
stuur, luidende„Is het wenschelijk de tegen
woordige eindexames der hoogere burgerscholen
althans iu hoofdzaak te behouden, zoodat steeds de
leerlingen geëxamiueerd worden door een commissie
grootendeels samengesteld uit leeraren van de scho
len, wier leerlingen door die commissie worden
geëxamineerd."
Zonder tegenspraak merkte de voorzitter op, dat
weuschelijk [was dat de provinciale eind-examens
zouden worden vervangen door examens af te ne
men door een bepaald aantal (hoogstens 5) com
missiën, zitting houdende op de daarvoor meest ge
schikte plaatsen in ons land.
Met 14 tegen 9 stemmen werd daarop aangeno
men het volgende voorstel„de vereenvoudiging
van het eindexamen geschiede in overeenkomst en
ten gevolge van vereenvoudiging en inkrimping van
het leerplan."
Eindelijk werd met 16 tegen 9 stemmen uitge
sproken „Het is wenschelijk dat het eindexamen
vereenvoudigd worde des noods met behoud van
het leerplan.
In eene samenkomst van geneesheeren te Mun-
chen is, met behulp van photografiën, aangetoond,
dat het veel gezonder is voor de kinderen, staand
dan liggend schrift te leveren. Buiten weten der
leerlingen werden de photografiën genomen in de
klasse van het liggend schrift zitten al de jongens
schuin, met het oog dicht op de pen in de klasse
van het staand schrift zitten allen recht en flink.
Landbouw en Veeteelt.
Ofschoon de sneeuw uit de weiden verdwenen
is, zijn de veehouders te Texel toch nog genoodzaakt de
schapen in het land met hooi te voederen. Over
het algemeen hebben de beesten gedurende den
kouden tijd niet zoo erg geleden als men gevreesd
had. Van prijzen der vooijaarslammeren verneemt
men nog niets.
Waren de polders in onze provincie in de laatste
jaren niet van zulke krachtige stoomgemalen voorzien,
het zou er thans treurig uitzien voor de landbou
wers. De buitengewone regenval is oorzaak, dat in
Beemster, Purmer, Waterland, Wijde Wormer enz.
het water bijna op de landerijen staat. Maar de
gemalen werken full speed, en slaan het overtollige
vocht uit op Schermerboezem en op de Zuiderzee.
Nog korten tijd en wij hopen weer den normalen
toestand te hebben bereikt.
De wintergranen hebben in den polder Waard
en Groet door de strenge vorst zeer geleden men
vreest, dat het koolzaad geheel verloren is.
Kunst- en Letternieuws.
Handelsbelangen (wekel. mededeelingen v. h.
handels-informatiebureau van der Graaf 8s Co., te
Rotterdam). Inhoud van No. 1 Verslag van
genoemd bureau over 1890. Mededeelingen.
Uit ons archief. Mededeelingen aan onze cor
respondenten. Ontbonden firma's, enz. Rijks
aanbestedingen. Post-, telegraaf- en telefoon
dienst. Advertentien.
Kerknieuws.
Beroepen bij de Chr. Geref. gem. te Broek op
Langedijk ds. P. Veenhuijzen, pred. te Langeslag.
De predikant A. J. P. Oort, te Alkmaar, heeft
met 1 Mei a. s. emeriteit aangevraagd.
De kerkeraad der Herv. gem. te Zijpe ontving
van mevr. de gravinne Bentinck, te Goor, eene
gift van f 100, tot steun van het diaconiefonds, bij
de vele uitgaven in dezen barren winter.