HELDERSCHE- NIEU WEDIEPER COURANT. Jaargang 49. MA1 Zondag 19 April 1891. Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier. J. fl. VAN-BALEN. DOLORES. !r. deseaperecrt nimmer 1* Jan Pietrrsz. Coen. Het Vaderlaudt ghetrouwe iji ick tot in den doot W ilhelmuslied Versohljnt lederen Dlnsaag, Donderdag en Zaterdag. Abonnementsprijs par S maanden. W»or de courant binnen de gemeentef 0.70, met Zondagsblad f 1.05 nanr de overige plaatsen van Nederland 0.90, naar alle landen, die in het postverdrag zijn opgenomen (inbegrepen Oost- Indië en Amerika) h 1.75, naar Zuid-Afrika2.50, 1.35 2.10 REDACTEUR-0|lTGEVER Molenplein 162/163. HELDER. Pr ij a der advertentiën: Van 15 regelt 50 cent, elke rogel meer 10 cent.Bij abonnement, nnar gelang van de hoeveelheid regels, aanmerkelijk lager. Ingezonden mededeelingen en aanbevelingen, geplaatst tussohen den tekst, per regel 15 «t Advertentiën voor liefdadige doeleinden5 Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand. 5 Agenten in liet buitenland: België, Mr. N. Bertoux, Agence de publicité, 12 Rue Ste-Gudule, Bruxelles; N.-Jersey en Omstreken: Mr. P. Langeveld Mz., Okonite Co, Passaic. Beschaving en veredeling, verband met het oorlogvoeren In Indië. Het is reeds eenige maanden geleden dat wij in een hoofdartikel in ons blad, getiteld „Sluip moord," wezen op bet weinig met beschaving en veredeling strookende uitzenden van sluipmoor denaars tegen onze vijanden in Indië. Wij gaven toen als bewijs een bericht dat tegen zeker Atjeh's hoofd een sluipmoordenaar was uitgezonden en voeg den daaraan toe het verhaal van eene expeditie in de Lampongs, waarbij het hoofd van den opstand ten slotte, toen onze expeditionaire troepen vergeefsche pogingen aanwenden om hem gevangen te nemen, door sluipmoord uit den weg werd geruimd. Thans vinden we in het „Handelsblad" dingen verteld die ons doen vreezen dat we mooi op weg zijn de naam van beschaafd volk te verspelen, dingen die ons bovenstaanden titel in de pen gaven. Zie hier de feiten De Indische correspondent van genoemd blad gaf zijne afkeuring, om niet te zeggen zijne ver ontwaardiging, te kennen over de wijze, waarop de Atjeh-blokkade werd toegepast. „Dat men zich geroepen kan achten met ons geschut op „tuchtiging" uit te gaan wanneer geen weerstand geboden wordt", zoo schreef hij o. a., „dat begrijp ik niet. En beleidook met het oog op de toekomst, kan ik daarin bezwaarlijk ontdek ken. „Vindt gij het" deze vraag wenschte hij dat aan de Regeering gesteld werd „vindt gij het in overeenstemming met uwe christelijke beginselen, vindt gij het menschelijk, vindt gij het staatkundig ook, dat de Atjehsche str and kampong s, die gee n ander kwaad heb ben gedaan dan dat zij in hunne naby- heid de uitoefening van de visc li- vangst hebben toegelaten, met ko gels en granaten worden gestraft?" En verder: „Aan welke, opdracht voldoet thans onze marine? Aan die, om zooveel moge lijk vijandige gezindheid in de kuststreken aan te kweeken Ja, dan geloof ik, dat wij op den goe den weg zijn. Maar wanneer het doel is „de ver effening onzer geschillen met Atjeh", dan sta ik verbaasd over de naïeviteit van hen, die mee- nen langs dien weg het doel te kunnen bereiken. Als Nederlander moet ik betreuren, dat ongemoti veerd ruw geweld thans moet dienst doen als mid del van pacificatie De resident Scherer, die nagenoeg zes jaren lang in Atjeh heeft gearbeid en zich daar van de gunstigste zijde heeft doen kennen, uitte omtrent het „beleid" in Atjeh, in de N. R. Ct." van 3 dezer, de vol gende meening de Helderache- en Niauwedieper Coarant. 104) Roman van Gravin EUFEMIA BALLESTREM. (Uit het Duitse h.) Eindelijk tikte ook Alfred tegen zijn glas, stond op en riep, zijn glas hoog opheffend„Ik drink op de raeesteresse van den Valkenhof." Dolores wist wel wat deze korte toost wilde zeggen, nl. de erkenning harer rechten, een verzoek om vergeving wegens vroeger begaan onrecht, de sluitsteen van de brug over den afgrond, die eens beiden had gescheiden. Gelukkig door het drievoudig hoera harer gasten, trad nu ook zij op en klonk met hem. Eie guet Falkner alleweg (Alle valken eer lijk zeide zij, met dankbaar hart. Toen klonken de glazen tegen elkander en gaven een goeden klank," citeerde dr. Rusz, toen de ge slepen kristallen kelken zacht maar klankvol tegen elkander stieten. „Proost, Doloresriep Lolo van de overzijde en strekte haar arm met het gevulde glas uit. De geroepene dankte lachend, stiet zacht tegen het haar voorgehouden glas en klets, daar lagen beide glazen aan gruizels op het witte tafellaken. „Dat is mooi," lachte Lolo, terwijl gravin Schiuga, die zeer bijgeloovig was, ontzet de handen iueen- sloeg. „Het beteekent niets; we hebben er nog meer," zeide Dolores, die niet bijgeloovig was. Maar toch had dit voorval hare zenuwen een weinig in de „Men zegt, Atjeh te willen pacifieeren, en tocli ziet men zaken gebeuren, welke die pacificatie bijna onmogelijk maken. Als bewijs daarvoor het volgende „Men richt een zeer duur korps maréchaussees op, geheel bestaande uil inlanders. Nu weet elk, die een poos in Indië is, dat een inlander uit het volk in den regel te weinig plichtmatig voelt en denkt om zelfstandig te kunnen optreden. Knoeierijen zul len dus niet uitblijven. Maar erger is het, gelijk ieder die op Atjeh gediend heeft weet, dat een Atjeher zich niet gewillig door één of twee maré- chaussée's zal laten oppakken. Het resultaat zal zijn: verzet en dood schieten der weerspannigen. Vol gens de laatste couranten gebeurde dit in twee dagen tijds met drie Atjehers, geen vijanden, doch allen inwoners van Marassa, dus bevrien- den uit de streek, die ons van het begin van den At je h-o orlog af is to egevallen. „Een ander geval, voorkomende in de laatste be richten Eeu kapitein gaat met 25 man 's morgens vroeg eene benting verkennen, liggende in den kam pongrund tegenover zijne versterking. Hij vindt die benting ledig, doch ziet daarachter vele Atjehers, die bezig zijn markt te houden, en waaronder zich waarschijnlijk ook vrouwen en kinderen bevonden hebben. Deze lieden bemerkten hem niet. H ij laat er eenige salvo's op doen en acht der marktgangers blijven op de plaats dood. Op zijn zachtst is dit eed grove politieke fout. „Of deukt inen dat dergelijke onnoodige wreed heden ons de onderwerping der Atjehers zullen bezorgen Kent men dan de geschiedenis vati zijn eigen land niet en weet men niet meer hoe de wreed heden en executies der Spanjaarden hunnen naam zóó gehaat maakten, dat bijna alle Nederlanders, van welk geloof ook, samenspanden om hen uit de Nederlanden te verdrijven, en hun naam na 300 jaar nog altijd bij het volk eenigen weerzin opwekt „De vischvangst wordt belet, men vernielt visch- tuig en prauwen en schiet op kampongs in welker nabijheid gevischt wordt. En let wel op, dat die visschers onze onderdanen zijn en dat de maatregelen van sluiting en verbod tot visch vangst zijn uitge vaardigd zonder dat men de betrokken bewoners heeft gezegd waarvoor ze die straf verdienden, en in elk geval zonder dat men redelijker wijze kan verwachten dat de goedgezinden zich daardoor zullen vereenigen om de kwaadgezinden van het plegen van vijandelijkheden af te houden." „Op zijn zachtst eene grove poli&eke fout," aldus qualificeert de heer Scherer dergelijke hande lingen. Wij zijn dat volkomen met hem eeus en meenen, dat het de plicht van ieder beschaafd Neder lander is, te protesteeren tegen zulk oorlogvoeren. Ter wille van onzen naam, ter wille van de toekomst onzer kinderen in dat groote rijk daar over de zee, war gebracht. Na het einde van het diner zou daarbuiten voor het terras de begroeting der tot het goed behoo- rende dorpelingen plaats hebben en een vuurwerk worden afgestoken, dat de beambten hadden gegeven. Vóór men echter uaar buiten ging, trad Dolores op Lolo toe en reikte haar de hand. „Dat ongelukkige toeval van die glazen heeft u toch niet verschrikt P" vroeg zij, „het beteekent vol strekt niets." „Natuurlijk niet," zei Lolo. „Nu, het doet me genoegen, dat ge niet bijge loovig zijt," zeide Dolores. „Ik geloof ook uiet aan eene beteekenis van zulke toevalligheden maar nu moet ge mij toch mijn cadeau laten zien." „Ja, ja, mijn geschenk," riep Lolo vol geestdrift, „dat is waar ook. Ik had het waarlijk geheel vergeten." Op een zij tafel in de groote zaal, die op het terras uitkwam, bad een bediende het ronde korfje van verguld mandwerk neergezet, dat Lolo van Monrepos had medegebracht. Omringd door de schenkster, Alfred en meer heeren, liep Dolores er heen, opende het kleine slot, sloeg bet deksel open en vloog in hetzelfde oogenblik met eeu angst kreet terug, want op het rosékleurige, zijden kus sentje in de korf kromde zich eeu van die kleine bruine adders, die iu de Duitsche wouden zoo talrijk zijn en schoot sissend op Dolores toe, die van ont zetting in zwijm viel en juist nog door Alfred en een der officieren voor vallen behoed kon worden, terwijl een der andere officieren het op den vloer tereeht gekomen dier snel met zijn sabel doodde. Dolores kwam gelukkig spoedig weer bij. Schrik en afkeer hadden haar echter zóó aangegrepen, dat zij doodelijk bleek was, terwijl hare handen ijskoud waren en groote zweetdroppels op haar voorhoofd moet ten spoedigste een einde worden gemaaakt aan deze politiek, die onze eer en onzen goeden naam aanrandt en vlekken werpt op de vele schoone bladzijden van onze heldendaden in Indië. NEDERLAND. HELDER, 18 April. Omtrent het besluit der Tweede Kamer om de legerwet nu te behandelen, zegt de „Amsterd." o. m. De Tweede Kamer pleegde jl. Dinsdagmiddag een daad, getuigende van een politieke roekeloosheid, van een gebrek aan besef omtrent hare verhouding tot het volk, tl ie wij haast eenig zouden durven noemen in onze politieke geschiedenis zij besloot met 63 tegen 25 stemmen de legerwet in behandeling te nemen. Het was trouwens te voorzien met ijver, die nooit werd waargenomen waar het 's volks rechten en belangen gold, togen de liberale professoren en andere sprekers door het land om dezen stouten aanslag voor te bereiden door de bekende praatjes over vaderlandsliefde en nationale waardigheid, waarvan zij alleen natuurlijk maar het ware begrip hebben Zeker, formeel zal niemand hare bevoegdheid in dezen betwisten, maar moreel is hare onbevoegdheid boven allen twijfel verheven. Zelfs in gewone omstan digheden, zelfs wanneer wij eene vertegenwoordiging hadden, die het vermoeden vóór zich had van hecht te wortelen in de natie, zelfs dan zou, dunkt ons, zulk eene vertegenwoordiging zich behooren te ont houden van het aangrijpen eener zoo bij uitstek ge wichtige zaak, nu zij als het ware demissionair is en zich over ettelijke weken zal hebben te onder werpen aan het oordeel harer coramitten. Maar hier is meerWij hebben hier bovendien een Kamer, bij wier verkiezing het militaire vraag stuk volstrekt niet aan de orde was, dus ook niet van invloed heeft kunneu zijn, een Kamer gesproten uit een voorloopig kiesrecht, dat alle partijen als om strijd veroordeelen, erkenneude vooral de liberale partij dat aanzienlijke uitbreiding van kiesrecht een van de eerste en dringendste eischen des tijds iseen Kamer dus die op verre na niet geacht kan worden de uitdrukking te zijn van het eigenlijk tot mederegeeren bevoegde volk 1 Maar trots dit alles zal toch diezelfde Kamer het thans wagen een wetsontwerp te behandelen en naar alle waarschijnlijkheid aan te nemen, dat het volk bedreigt met zelfs nog niet te begrootcn geldelijke en persoonlijke offers, een ontwerp dat, de groote Staten naapende, de eerste stap is op den weg van het militairisme hetwelk meer nog dan het bestaande parelden. Men verzekerde haar, dat het kleine dier volkomen onschadelijk was, maar geen woord kwam over hare lippen en toen Lolo, zichtbaar beteuterd over de leelijke gevolgen van haar grap, haar wilde naderen, wendde zij zich van haar af. Met de haar eigen flinkheid verklaarde zij zich terstond bereid naar het terras te gaan en liet zich door Alfred daarheen voeren. „Dolores," zeide deze, „ge denkt toch niet, dat ik er iets vau wist „O, neen," zeide zij vriendelijk. Toen nam zij plaats, te midden harer gasten en de optocht der boeren met hunne vrouwen en meisjes, in de schilderachtige kleeding, begon. En kele voorgangers van de verschillende dorpen, die tot den Valkenhof behoordeu, hielden hunne toe spraak, de meisjes brachten koeken, eieren, hoen ders en lammeren ten geschenke mede en zegden gedichten op, en Doleres had voor iedereen een hartelijk woord. In den hof waren tafels gedekt en daarheen begaven allen zich aan het lekkere maal van varkensgebraad en knoedels, salade, koeken en ooft en de bedienden bij de vaten bier hadden de handen vol om de glazen te vullen, terwijl de notabelen wijn dronken, die Dolores ben zelf toe bracht. Na den maaltijd opende zij het bal daar buiten en reikte den tasch over, waaruit ieder een lot kon trekken, waarvoor hij straks een degelijke of aardige prijs ontving. Alles was zóó volkomen naar den smaak van zulke menschen ingericht, dat iedereen het talent van de gastvrouw moest bewonderen. Het was in één woord een volksfeest, zooals zelden plaats heeft. Dit ia eene dwaling. Alle adders zijn vergiftig cn hunne beet is doodelijk. Noot van den vertaler. een kanker zal worden aan ous Staatsleven en het meest geduchte en onedele wapen zal blijken te zijn tegen de zich onwikkclde democratie. Tegen de behandeling van de Legerwet stemden in de Tweede Kamer de heerenVermeulen, Lam- brechts, Ruland, Harte, Mutsaers, Schepel, Clercx, Sanders, Zijlker, Smidt, Walther, Haffmans, Van der Schrieck, Travaglino, Land, Schreinemacher, Zijlma, Viruly, Yan Houten, De Beaufort, Dobbel- man, Bahlmaun, Van Vlijmen, Michiels en De Ram. Door den heer Land zijn op de Legerwet de volgende amendementen voorgesteld 1. Om, indien voor de landmacht de achtjarige diensttijd mocht worden aangenomen, dien ,'.uur tevens aan te nemen voor ingelijfden bij de actieve zeemacht 2. den dienst bij de zeeweer op drié in plaats van 5 jaar te bepaleu. Jl. Dinsdag is te Heumen het gedenkteeken onthuld, gewijd aan de nagedachtenis van Lode- wijk en Hendrik van Nassau, die in den slag op de Mookerheide het leven lieten. Het monu ment, dat aan den noordermuur der Hervormde kerk is opgericht, heeft tot middenstuk een zinnebeeldige voorstelling van de geschiedenis. Daarboven het wapen der Nassau's, en daar naast vrouwenfiguren, voorstellendeden moed en de trouw. Boven alles zweeft een engel, die de spreuk der Nassau's ophoudt. Onderaan staat een opschrift, sprekende van hulde en dank baarheid aan de gesneuvelde vorsten. De ont hulling had plaats in tegenwoordigheid van de commissieleden Meerborg Snarenburg, predikant te Heumen en Gijsberti Hodenpijl, uit Haar lem, verder de commissaris der Koningin in Gelderland, baron Mollerus, de beeldhouwer F. L. Stracké, vervaardiger van het gedenktee ken, de burgemeesters van Nijmegen en Heumen, dr. Noorduijn, uit Nijmegen, kolonel Baumer, commandant van het 5de reg. infanterie, jhr. DePesters en een honderdtal andere genoodigden. Hongersnood in Suriname. De oogst der bananen in Suriname, die zoowel voor de blanke als voor de gekleurde bevolking den aardappel vervangt, is door te veel regen geheel mislukt. De handelshuizen in Suriname, die natuurlijk van dit feit reeds vooruit op de hoogte waren, hebben, teneinde in de behoefte aan levensmiddelen te voorzien, rijst uit Nederland ontboden en op hun order is dan ook reeds eeu groote voorraad van Amsterdam verscheept. Blijkens een telegram, door zeventien handels huizen te Paramaribo onderteekend, is bij een der Surinaamsche exporteurs te Amsterdam de lastgeving ontvangen om den agenten van genoemde huizen mede te deelen, dat zij met alle rijstverscheping moesten ophouden, omdat de gouverneur op gouvernementskosten rijst en meel uit Holland had ontboden tën einde in het eerste dreigende gebrek te kunnen voorzien. Het gevolg zal nu zijn, dat genoemde firma's Maar toen alles op was, de laatste kroes bier uit het vat, de laatste papieren lampion verbrand eu de lieden vroolijk eu opgewekt, onder donderende hoera's den Valkenhof hadden verlaten, toen zakte Dolores opeens in elkander. Het was te veel voor haar geweest. Zij deed Thérèse eerst schrikken door een lange onmacht, om daarna in een rustelooze koortsachtige slaap hardop te droomen. In hare angst had Thérèse juffrouw Kohier ge roepen, maar toen Dolores weder was bijgekomen, achtte zij het toch raadzaam mevrouw Rusz, die nog niet te bed was, te laten waarschuwen, waarop dokter Rusz naar boven ijlde en het bij Thérère dooreette om aan het ziekbed te worden gebracht. Hij onderzocht hare pols en nam de temperatuur op, door het aanleggen van de thermometer, wat Thérèse zeer wantrouwig aanzag; daarna ging bij weer heen. Een poosje later kwam hij terug bij mevrouw Rusz met een fleschje, waarin een kleurlooze vloeistof. „Liefste," zeide hij, „onze beste Dolores schijnt zich heden te druk te hebben gemaakt eu hare zenuwen te hebben overspannenhm, zij heeft koorls, hoewel niet in hevige mate. Ik heb hier drie droppels aconit met driemaal verdunde poteus in water opge lost, wees nu zoo goed naar boven te gaan en dit fleschje in een glas water te ledigen, dan moet Thérèse haar nu en dan van nacht daarvan laten drinken." Mevrouw Rusz bewoog zich niet. „Wilt ge dat doen, liefste Adelheid vroeg Rusz zacht. „Neen," zeide zij, luid en hard. „Neen?" herhaalde hij, „ik heb je zeker niet goed verstaan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1891 | | pagina 1