tegen hoogstens 4 pCt. geleend kan worden,
welk rentebedrag dnn precies de huur zou
vormen. Het geleende geld wilde spr. in
5 jaar aflossen, de eerste 5 jaar zal het on
derhoud nagenoeg niets bedragen, liet perceel
is dan eigendom der gemeente en de huur
zal dan de onkosten wel dekken. Spr. vindt
dus dat het wel degelijk ook in het belang
der gemeente is, en acht het ook raadzaam
ter wille van het publiek.
De heer v. d. Maaten is het met den heer
Plomp in hoofdzaak eens. Alleen wil hij de
aflossing over 10 jaar laten loopen.
De heer Plomp, ofschoon genegen dit
amendement over te nemen, acht het toch
in het belang der gemeente de aflossing van
zulk een klein bedrag in 5 jaar te doen
plaats hebben, met het oog op eventueel te
volgen leeningen.
De heer Voorman houdt zich toch over
tuigd dat huren voor de gemeente voordeeli-
ger is.
De heer Kooi vindt den prijs, f 1.50 per J
MV, te hoog.
De heer Voorman meent nog dat op deze
wijze het salaris van den doodgraver verhoogd
wordt, en feitelijk was men het toch eens,
dat de jaarwedde van den doodgraver te
hoog is.
De heer Hazeu zegt dat de doodgraver nog
gevoegelijk meer huur kan betalen.
De heer Plomp wil wel aannemen, dat de
jaarwedde van den doodgraver vrij hoog is,
maar vindt in dit plan toch geenszins een
verhooging van diens jaarwedde. De dood
graver moet toch de huur betalen. Alleen is
het voordeel voor den functionaris dat hij een
beter huis krijgt, doch daarin ziet spr. geen
nadeel, vooral omdat de tegenwoordige functio
naris een oud man is, en toch allicht een
jong man met een huishouding tot opvolger
kan worden gekozen.
De heer v. d. Maaten meent dat hier alleen
de vraag geldtwat is in het belang van
het publiek. En dat is zeker: bouwen.
De heer Voorman wil dan besluiten dat de
te betalen huur zoo hoog moet worden gesteld,
dat de gemeente er niets aan betaalt.
De heer Asjes is het met den heer Plomp
eens, (le aflossing in 5 jaar te doen. Zijns
inziens zal dat op de begrooting niet
van invloed zijn.
Wordt nu besloten een eigen woning voor
den doodgraver aan te schaffen. Vóór stemden
de heerenv. d. Maaten, Asjes, Govers,
Hopman, Plomp en Hazeu. Tegen de heeren
Kooi, Voorman, Smit en W. Roggeveen Cz.
Verder verklaarden allen zich voor het
bouwen eener nieuwe woning en werd daarna
besloten eene geldleening aan te gaan, groot
f 1500, af te lossen in 5 jaar, en tegen eene
rentekoers van hoogstens 4°/0.
Niets meer ter behandeling aanwezig zijnde,
werd de vergadering gesloten. (Sch. Ct.)
Barsingerhorn. Gemeenteraad.
Zitting van Zaterdag 18 Juli.
De notulen der vorige vergadering worden
gelezen en goedgekeurd.
Mededeeling wordt gedaan (lat tot veldwach
ter dezer gemeente is benoemd J. vaD der
Klooster, terwijl ter tafel wordt gebracht het
procesverbaal der laatstgehoudene opneming
der boeken en kas van den gemeente-ontvanger,
waaruit blijkt dat bij de opneming in kas was
de som van f 1394.988
Aangeboden wordt de gemeenterekening over
het afgeloopen jaar.
De voorzitter benoemt tot leden der com
missie, belast met het voorloopig onderzoek
der gemeenterekening over 1890 en der begroo
ting voor 1892 de heeren Hoekstra, Smit
en Raat, en tot leden der commissie, belast
met het voorloopig onderzoek der rekening
van de armbesturen over 1890 en der begroo-
ting voor 1892, de heeren Kossen, Beers en
Blaauboer.
Thans gaat de vergadering over in eene
geheime zitting, tot het behandelen van recla
mes tegen den hoofdelijken omslag.
Na de heropening der vergadering wordt
voorgelezen het proces-verbaal der door
B. en W. gehondene aanbesteding wegens
het restaureeren van den toren te Haring-
huizen, waaruit blijkt dat is ingeschreven
door M. L. Westfaal Quadekker te Kol-
horn voor f 853 R. Schreuders, te idem,
2> HET GEHEIM VAN WILDE-MEG
Naar FARGEON.
i/Gij waart nooit met de arseniken inge
nomen/ merkte dé Prins op, „en waarlijk,
zij waren noch aangenaam noch weldadig.
Maar ons hinderden zij nooit. Onze dagen
gingen iu aangename gezelligheid voorbij,
totdat er een donker uur kwam, en de felle
driften en de strijd der natuur ons dreigden
te scheiden toen de vreeselijke krachten der
metalen elkander in wilde vijandschap ont
moetten, de ruimte gromde, het vuur brulde
toen de vurige wagens als vreeswekkende
herauten der verwarring door de woedende
elementen met onweerstaanbaar geweld werden
voortgezweept toen vluchttet gij angstig
in mjjue armen, en wij vloden, totdat wij
veilig wareft, bijna naar het andere einde der
wereld, waarin onze jeugd voorbijging. Naar
de diepte der aarde namen wij onzen weg
gij drongt u tegen mij aan, om u te ver
warmen, en ik drukte u innig aan mijn borst,
en toen wij, na een langen zwerftocht, hier
een schuilplaats vonden, waren wij verwonderd
te bemerken, dat onze vormen te zamen waren
gesmolten, even als onze harten het reeds
waren gedurende die gevaarvolle vlucht heeft
de liefde ons ondersteund, zooals zij het
eeuwig doen zal."
„En nooit meer wenscht gij tot uw vorig
leven terug te keeren vroeg de Prinses met
zachten aandrang.
„NooitWat grooter geluk zon ik kunnen
verlangen Liefde, rust, zaligheid, eeuwige
jeugd dit alles is ons deel. Wij wonen in
f 823 P. Honijk, te Schagen, f 603 D. 1
Kramer, te idem, f 560 M. Gielens, te idem,
f 524B. Kroon, tc Schagen, f 495
En wegens het maken van een dam bij de
Westerhegraafplaats, door M. L. Westfaal
Quadekker, te Kolhorn, voor f 584 D. Kra
mer, te Schagen, f 570 B. Kroon, te idem,
f 555 R. Schreuders, te Kolhorn, f 548
P. Honijk, te Schagen, f 496 M. Gielens,
te idem, f 495.
B. en W. stellen voor, deze werken aan de
laagste inschrijvers te gunnen.
Goedgekeurd.
De voorzitter deelt mede eerst hedenmorgen
is ingekomen een adres van J. Westerman
alhier, houdende verzoek om verhooging van
bestelloon voor telegrammen, om reden dat
het getal telegrammen, die buiten de kom
moeten weggebracht worden, veel grooter is
dan vroeger.
Wordt besloten dit adres in de eerstvolgende
vergadering in behandeling te nemen.
Bij de algemeene rondvraag zegt de heer
Raat, dat verschillende publicatiën thans wor
den aangeplakt aan het brandspuithuis te
Haringhuizen, en niet aan het aldaar staande
aanplakbord.
De voorzitter zegt hierop te zullen letten.
De heer Beer» zoude gaarne zien dat de
weg op de Schringkaagkade werd doorge
trokken tot de herberg van J. Smit te Kolhorn.
De voorzitter geeft te kennen dat dit wegens
den flnancieëlen toestand der gemeente moeie-
lijk zal gaan.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
(Sch. Ct.)
Vlieland. De heer K. Reedeker,
burgemeester, plaatste in het „N. r. d. D."
het volgende ingezonden stuk:
Op dit eiland wordt een geneesheer, bij
voorkeur een arts., gevraagd, op een trak
tement van f 2000, met vrije woning en
tuin. Voor heeren geneeskundigen, die
een gemakkelijke practijk en een rustig en
kalm leven wenschen, is dit misschien een
aan te bevelen plaatsje. Het dorp met
700 zielen, zeer aardig gelegen en net
onderhouden, met slechts een paar buitenaf
wonende gezinnen, heeft goede scholen
voor het zeevaartkundig onderwijs en het
leeren van moderne talen en is telegra
fisch verbonden met den vasten wal, ter
wijl er tevens dagelijks gelegenheid bestaat
per stoomboot Terschelling naar Harlingen
en met de post via Texel naar Hel
der. Wat het eilandleven betreft, zou het
best zijn te informeeren bij den laatsten
titularis, den heer M. van der Weerd,
officier van gezondheid 2de kl. bij het
Nederl. leger te Amersfoort, die er eenige
maanden de geneeskundige praktijk heeft
waargenomen.
Oude Niedorp. De jaarwedde van
den ontvanger der gemeente alhier, is met
ingang van 1 Januari 1891 vastgesteld
op f 160.
Alkmaar. Bij het examen voor
aspirant-gemeente-secretaris zijn geslaagd
de heeren G. Bossen te Zijpe, L. Rempt
te Aartswoud en D. Eggink te Haar
lemmermeer.
Hilversum. De gymnastiek-uitvoe-
ring van het gewest Noordholland van het
Nederlandsch Gymnastiekverbond, die op
8 en 9 Augustus alhier zal gehouden wor
den, doet veel van zich verwachten. Het
Gemeentebestuur en vele aanzienlijke bur
gers verleenen hunne krachtige medewer
king, om de uitvoering in alle deelen te
doen slagen.
's Gravenhage. Bij de teraardebe
stelling van den vice-admiraal Gregory
waren de Koninginnen vertegenwoordigd
door den kapt.-luit. ter zee. P. Zegers
Veeckens. Een aantal oud- of actief-die
nende officieren der land- en zeemacht
waren aan de groeve. Onder de tien
kransen was er een van de vereeniging
„Eereteeken voor belangrijke krijgsver
richtingen", welke met hare banier aan
wezig was en een van de Leidsche Kweek
school voor zeevaart.
Marine en Leger.
Bij Kon. bcsl. van 16 dezer is de meester
knecht bij 's Rijks werf alhier E. Faber,
benoemd tot broeder in de orde van den
Nederl. Leeuw.
Bij Kon. besluit van 17 dezer zijn benoemd:
bij het wapen der artillerie, bij den staf van
het wapen, tot majoor, hoofd der pyrotech-
niscbe werkplaatsen, de kapt. J.G. Van Gen
nep, van het 1ste Teg. veld-artilleriebij het
2de reg. vesting-artillerie, tot kapt. de 1ste
luit. A. W. De Jonge van der Halen, van
het korps rijdende artillerie.
De luits. ter zee 2de kl. N. C. Beynen
en J. J. Oudemans worden met 1 Aug. a. s.
geplaatst aan boord van Hr. Ms. wachtschip
te Hellevoetsluis.
Bij kon. besluit is benoemd, bij den groo-
ten staf, tot kolonel de luit.-kol., met titu
laire rang van kol., J. E. Simon, van dien
staf, adjud. in gewonen dieust van H. M. de
Koningin.
Bij kon. besluit is aan den kapt. ter zee
J. C. Commija vergunning verleend tot het
aannemen der versierselen van ridder 2de kl.
met de Plaque der orde van den Leeuw en
de Zon, hem door den Shah van Perzië ge
schonken.
De luit. ter zee 2de kl. C. M. van Rijn
en de off. van adm. 2de kl. J. S. De Bruyn,
uit O.-I. in Ned. teruggekeerd, zijn op non-
act. gesteld.
Voor de aanstaande gecombineerde manoeu
vres van zee- en landmacht nabij Hellevoet-
sluis zijn aan den leider dier manoeuvres, de
schout-bij-nacht Mac Leod, toegevoegd de
majoor F. H. Knebel, van het 3de reg. inf.
en de luit. kwartierm. J. van der Werff, van
het 7de reg. inf., thans ged. bij den inten
danten-cursus.
De mach. 1ste kl. G. P. W. van der Klugt,
wordt met 1 Aug. geplaatst op Hr. Ms.
stoomkanonneerboot „Dufa", stationsschip te
Rotterdam.
Om op 's Rijks werf aldaar belangrijke
herstellingen te ondergaan is Zaterdagavond
te Hellevoetsluis aangekomen, Hr. Ms. monitor
„Krokodil", comm. de lnit. ter zee lste kl.
H. Backer. Genoemd schip is van hier bui
tenom gesleept door de „Hercules". Deze
vertrok den volgenden dag met de beman
ning van de „Krokodil" naar Feijeuoord, om
het ramschïp „Stier", dat daar gerepareerd
is, naar hier te brengen.
I Om bij de divisie voor binnenlandsche
j dienst gevoegd te worden, zijn van hier
te Hellevoetsluis aangekomen Hr. Ms. stoom-
kanonneerbooten „Braga", „Balder" en „Heim-
I dall", onder bevel van de luits. ter zee lste
j kl. W. H. Souman, C. J. G. De Booy en
I W. Visser.
Hr. Ms. schrocfstoomschip lste kl. „Van
I Galen", comm. de kapt. ter zee P. C. Pabst,
I vertrekt in de eerste helft der maand Oct.
naar Oost-Indië.
Aan het overgangs-examen van de 2de afd.
j tot de lste der adspir.-administrateurs bij de
j zeemacht alhier, onder presidium van den
inspect. van adm. bij de zeemacht W. H. F.
Vogel, hebben voldaan de heeren F. Akker
man, F. H. H. Bodde, J. M. Grullemans,
D. Peereboom Voller en J. H. Ruigrok.
Hr. Ms. „Zeehond," op 's Rijkswerf te
Amsterdam in aanbouw, zal eene bemanning
krijgen van 60 koppen.
Den Minister van Marine is de wenschelijk-
heid gebleken om voor het meerendeel der
uitgebreide gemeenten nauwkeurig bekend te
zijn met het onderdeel der gemeenten, waar
de zeemilicien-verlofganger verblijf houdt,
daar dit van invloed kan zijn op de hem
aan te wijzen marschroute bij opkomst met
spoed. De burgemeesters zijn door de Com
missarissen des Konings uitgenoodigd om,
wanneer zeemiliciens-verlofgangers zich bij
verhuizing in hunne gemeente komen vestigen,
bij het opzenden van de zakboekjes aan het
Departement van Marine, of aan den directeur
en commandant der Marine ook op
te geven de woonplaats van den milicien,
volgens de onderverdeeling der gemeenten.
den schoot eener roemrijke eeuwigheid I"
Zóó leefden deze geliefden, zich steeds ver
heugend, van geene verandering droomend,
in gelukkige onwetendheid, onbekend met het
spel, dat drie honderd voet boven hen gespeeld
werd, op de oppervlakte der aarde.
n.
De voorspelling wordt vervuld.
Het Jot was reeds geworpen.
Volle twee jaar geleden hadden de stormen,
die over de zee gieren, het tooverwoord
gefluisterd. Ginds in dat onbeschaafde land,
zóóver van huis, dat het als tot een ander
leven behoorde, waren rijke schatten in deD
ruwen grond gevonden. Men liep er op goud
Het gefluister werd gemompel en zwol tot
een gebrul. In de nauwe stegen van Londen
keken werkvrouwen naar den hemel op, alsof
daar het beloofde land lag, eu zuchtten en
schudden het hoofd. Het was te ver buiten
hun bereik.
Maar eeuigen konden er toch komen
Voort dan naar het zonnige land, gij die
kunt en durft, met luchtig gezang en onder
drukte zucht, met glimlach en tranen, met
oogen, die glinsteren van hoop en harten
zwaar van droefheid. Laat de liefde achter.
Wat zou het. Die zal u spoedig nareizen als
de weg met gouden toortsen verlicht wordt.
Wie kwamen er? Arme lieden, die weinig
bezaten, en dat weinige wanhopig waagden.
Rijken, die te veel hadden en nog meer
wilden hebben. Verkwistende zonen, voor
wie het vette kalf te vergeefs geslacht was
kooplieden, bereid om handel te drijven of
goud te delven, naar gelang van wat móé
De sergeant-schrijvers der zeemacht
op hun adres aan den minister van Marine
om lotsverbetering, de mededeeling ontvan
gen, dat hun verzoek niet voor inwilliging
vatbaar is.
Departement van Marine in Oost-Indic.
OvergeplaatstDe luit. ter zee 2de kl. B. F.
Meijbootn, van „de Onrust" op „deGedeh"
de id. id. J. A. M. Bron, van „de Gedeh"
op „de Onrust" de id. id. J. B. M. Ten
Bosch, van „de Onrust" op „de Gedeh"
de id. lste kl. E. F. T. Bik, van „de Gedeh"
op „de Koning der Ned."de id. id. J. M.
Noorduijn, van „de Soerabaja" op de „Van
Speijk" de id. 2de kl. J. W. Termijtelen,
van de „Van Speijk" op „de Soerabaja" de
id. id. B. Tack, van „de Gedeh" op „de
Onrust" de kapt. luit. ter zee J. H. De
Bruijn, van „de Merapi" op „de Java" de
id. id. Z. J. Cambier, van „de Java" op „de
Merapi" de luit. ter zee 2de kl. P. Te Veltrup,
van „de Onrust" op „de Gedeh" de id. id.
A. J. Loke, van „de Gedeh" op „de Onrust"
de adelborst lste kl. J. M. Jansen Eijken
Sluijters, van „de Bali" op „de Merapi"
de luit. ter zee 2de kl. W. H. Nolthenius,
van „de Merapi" op „de Bali"de offle.
H. Nolthenius, van „de Merapi" op „de
Bali" de offic. van gez. 2de kl. A. E.
Sissingh, van „de Padang" op „de Gedeh"
de id. 2de kl. J. F. Alta, van „de Soerabaja"
op „de Padang" de luit. ter zee 2de kl.
P. Te Veltrup, van „de Gedeh" op „de
Batavia" de id. id. J. A. van Zadelhoff,
van „de Batavia" op de „Atjeh".
Vergunning verleend om te repatrieeren
S. van Lennep, luit. ter zee 2de kl., wegens
langdurig verblijfG. P. Posthuma id. lste kl.,
wegens ziekteW. B. K. Boom, id. 2dekl.,
wegens laugdurig verblijf; A. E. Sissingh,
offic. van gez. lste kl., idem.
Gedetacheerd Bij het depart. der marine,
ten einde werkzaam te worden gesteld bij
de 3de afd., de offic. van adm. 2de kl. J. F.
Hart.
VerleendEen tweejarig verlof naar
Europa, wegens meer dan twaalf jaren onaf
gebroken dienst in deze gewesten, aan den
gezaghebber 3de kl. bij de Gouv. mariue
R. Loman.
OntslagenEervol uit 's lands dienst,
wegen9 volbrachten diensttijd, de waarn.
2de commies hij het marine-etablissement te
Soerabaja J. Leidelmeijer.
Benoemingen, enz.
De heer J. Masdorp, onderwijzer aan de
openb. school te 't Zand, gem. Zijpe, is
benoemd tot surnumerair bij de Staatsspoor,
standplaats Steenwijk.
opbracht, menschen, die hun leven pas begonnen
hadden, menschen, die het leven moede waren,
vrekken, verkwisters, schurken, eerlijke jon
gens, gekken en zwendelaars. Maar allen
gelukzoekers, allen helden van de schop en
het houweel.
Uit de gevaren van de zee gered, sprongen
zij op het strand der nieuwe wereld en vroegen
driftig naar het groote nieuws. Het werd hun
even driftig vertelt. Goud had men gevonden,
in het noorden, in het westen. Hoera 1 Een
dozijn goudvelden werden door wakkere mannen
bewerkt. De nieuw aangekomen gelukzoekers
schrikten er van. Wat! waren anderen hen
voor, die de room van de melk schepten.
Geen nood kameraads, was het antwoord
er is genoeg voor allen, en nog meer. Het
goud groeide in den grond er waren rivieren,
waarin het goud met dreggen opgevischt werd
en waaruit de goudjagers hun 5 oneen per
dag haalden.
Er was één rivier, in het bijzonder, een
snelstroomende rivier, ver weg en raoeielijk
te bereiken, wier oevers van goudzand waren.
Hoera De naam van die rivier Wilde-Meg.
Hoeveel mijlen van hier? Bijna driehonderd.
De gelukzoekers lachten en klapten in de
handen. Hoe verder, hoe beter zooveel te
minder concurrenten, 't Was eigenlijk maar
een pleizierreisje. Kom, vooruit kameraads
er is geen uur te verliezen. Rolt de dekens
overlangs bind de einden en het midden
met flink koord te zamen hangt ze om het
lijf over den linkerschouder en onder den
rechterarm. Zóó de rechterarm vrij en onge
hinderd. De linkerschouder is eene goede rust
plaats voor pikhouweel eu schop.
Onderwijs en Examens.
Mej. G. Loosbroek, onderwijzeres te Melis-
santé, en als zoodanig benoemd te Zijpe,
heeft voor die benoeming bedankt.
Aan den heer E. J. Jansen, tot voor
korten tijd hoofd der openbare school te
Liramen, is een pensioen van f 734 per jaar
verleend.
Bij het eindexamen van de H. B. school
te Zaandam is de prijs uit het legaat van
den Russisclien Generaal YnsikofF behaald
door de leerlingen J. van Hille, A. C. van
der Stadt, R. Stolp, P. C. Nieuwkamp en
A. A. Donker.
Als hulpo:iderwijzere9 op de openbare
school te Curatjao, op eene jaarwedde van
f 1200, met periodieke driejaarlijksche ver
hooging van f 150, tot een maximum van
f 1800 Iractement, is iemand benoodigd, die
in Nederland de acte van onderwijzeres heeft
verkregen, bij voorkeur met aanteekeuing
voor gymnastiek.
Gegadigden worden uitgennodigd zich op
of vóór l Aug. a. s., onder overlegging van
de vereischte stukken, bij gezegeld request te
wenden tot het Departement van Koloniën.
Ter verkrijging, zoo noodig, van meerdere
inlichtingen kan men zich, hetzij schriftelijk,
hetzij mondeling, wenden tot gemeld Depar
tement (bureel West-Indische zaken).
„Twee hoofden van scholen in Nederland"
hebben de onderwijzers opgewekt tot aan
sluiting, ter verbetering van de positie vooral
Gordt de lederen riem, waaraan de tinnen
pan hangt, vaster aan. Een groot mes in de
schede en misschien ook wel een Colt's
revolver. Vergeet niet pijp en tak mede te
nemen. I9 alles klaar? Vooruit dan!"
„Ziet gij dien rooden gloed van de wolken
aan den zoom van den horizont daar,
recht vooruit Het is de weerschijn van het
goudzand, dat de oevers van de Wilde-Meg
vormt. Voorwaarts
Zoo trokken, zij, helden van het houweel
en de schop, honderde mijlen ver over den
zwarten bodem, die, rijk in belofte, slechts op
ontginning wachtte om een lachenden oogst
voort te brengen zij trokken door woeste
wouden, soms zóó dicht ineen gegroeid, dat
men zou gedacht hebben in het land der
eeuwige duisternis te zijn zij trokken over
groote kale vlakten, en over trotsche gebergten,
die als ruwe Titans van verre voor hen zicht
baar waren, en wier bar en steenig uiterlijk
hen scheen toe te roepen: Terug Zij waadden
door verraderlijke kreken en moerassen, die,
als zij hadden kunnen spreken en barmhartig
hadden willen zijn, hen gewaarschuwd zouden
hebben met holle klanken. „Gij jaagt goud
na Komt en vindt uw graf!"
Laagland en Hoogland waren met gevaren
bezaaid, en menigeen kwam om.
Sommigen weken in hun ongeduld van het
spoor af, teneinde het wonderland langs kor-
teren weg te bereiken, denkende in hun ijdel
zelfvertrouwen, dat zij konden trekken, zooals
de raaf vliegt. Te laat voor hun leven, te
vroeg voor den (lood, vonden zij zich gevangen
in een doolhof van gebergten, zóó gelijkvormig,
dat Natunr er slechts één model voor scheen
in ons vaderland, en tot wederinvoering van j
de vergelijkende examens.
„De Nederlandsche onderwijzers zeggen
zij zullen tot kruipers verlaagd worden.
Niet van eiken sollicitant wordt onderzocht,
wie hij in de school is. Is het geen schreeuwende
onrechtvaardigheid, dat zooals bijv. onlangs
te Huizum (Leeuwarderadeel) plaats had, van
de 91 sollicitanten naar de betrekking van
hoofd der school eenvoudig 75 doodgezwegen
werden Waren dat allen misschien onge-
schikten Misten ze de noodige bekwaamheid
of tact?
„Er zijn scholen te over, waar nooit of
hoogst zelden een schoolopziener over den
drempel komt. Hoe kan men dan weten, wat
man de onderwijzer is Het is wenschelijk, dat
in deze ellendige toestanden zoo spoedig
mogelijk verbetering aangebracht worde. De
verlammende invloeden, die uit deze toestanden
geboren worden en hoogst nadeelig op de
werkkracht eu den werklast van den onder
wijzer influenceeren, kunnen niet anders dan
voor ons onderwijs schadelijk zijn".
Tweehonderd betuigingen van adhaesie aan
deze denkbeelden zijn reeds verzonden, waarbij
twee namen van een onderwijzers-gezelschap.
Door nadere bespreking dezer zaak zal meu
tot een vergelijk trachten te komen.
Kerknieuw 8.
De heer dr. P. Proost Jz., predikant te
Koog aan de Zaan, heeft bedankt voor het
beroep naar de Herv. gemeente alhier.
Buitenland.
Frankrijk. Jl. Vrijdagmorgen is bij
de werken tot aanleg van het Manchester
kanaal een locomotief met elf waggons van
een spoorwegdijk naar beneden gestort.
Bij den dijk waren vele werklieden aan
den arbeid, van wie elf gedood werden.
Ook werden velen gewond.
Dr. Charcot is naar Vichy vertrokken,
teneinde zijn advies te geven betreffende j
den toestand van Dom Pedro (den gewezen j
Keizer van Brazilië), die, naar men zegt,
lijdt aan kanker in den voet.
Engeland. De toestand van de werk
staking der spoorweg-beambten wordt niet
gunstiger. Aan alle stations heerscht
echter volkomen kalmte.
Italië. Ondanks de groote hitte blijft I
de gezondheid van den Paus goed.
Rusland. Gelijk aan de „Daily
Chronicle" uit Petersburg wordt gemeld, is het I
gerucht in omloop, dat het vorstendom Bulga
rije zich vóór het einde dezer maand onafhan
kelijk zal verklaren. Indien dit geschiedt, is het
zeer onwaarschijnlijk, dat Rusland tusschen
beiden zal komen.
Naar het heet, zijn bevelen gegeven aan
de officieren der Russische vloot om zich
tijdens het bezoek van het Fransche eskader
te onthouden van het uitspreken van poli
tieke redevoeringen. Czaar Alexander zal
liet feestmaal dat ter eere van de Fransche
officieren zal worden gegeven, niet bij- I
wonen.
Noord-Amerika. De „Itata" (het
in beslag genomen Chileensche smokkel-
vaartuig) is naar San Francisco vertrokken,
nadat de gezagvoerder 150,000 dollars
onderpand had gegeven. Het vaartuig is I
naar San Francisco gegaan, teneinde daar I
de ontvangen averij te laten herstellen.
Binnen zes weken moet de „Itata" te
San Diego terug zijn, ten einde het vonnis j
van de rechtbank af te wachten.
Chili. Gemachtigden der Congres- I
partij hebben het verzoek gericht tot de I
Engelsche regeering, dat deze zal beletten,
dat het pantserschip „President Errazuris,"
hetwelk in Frankrijk gebouwd is, in j
Engelsche havens zijne uitrusting voltooie. 1
Lord Salisbury weigerde dit toe te staan,
en verklaarde dat het onmogelijk is de j
Congrespartij als een oorlogvoerende partij
te beschouwen.
Perzië. De „Daily News" verneemt
uit Tauris van 19 dezer dat volgens een
met Perzie getroffen overeenkomst, Turk-
gebruikt te hebben en, als onwetende landslui,
dwaalden zij zonder kompas, op en af, af en
op, bergtoppen over, en weder bergtoppen
over, zonder voedsel, zonder water, totdat zij
uitgeput van vermoeienis wanhopend neer
zegen, en in vreeselijke eenzaamheid stierven.
Zwermen raven pikten hun gebeente blank,
mieren bouwden hunne steden in hun lichamen,
en als eindelijk hunne geraamten ontdekt
werden, met huu ledige pijpen en verroeste
kouweelen naast hen, dan zeide men „O
zij zijn zeker op weg geweest naar de Wilde-
Meg, in vroeger dagen, zijn het spoor bijster
geworden, arme kerels, en vonden bier den
dood
Dan, rondzoekend naar eenig herkennings-
teeken het een of ander waardoor men
den doode met de levenden kou hereenigen
viel hen soms een stukje papier in het oog,
waarop het verhaal van een droevig uiteinde,
met flauwe potloodlijnen door stervende vingers
was geschetst. Maar tijd en weder hadden
hun werk gedaan, en slechts enkele lijnen
waren zichtbaar, met soms hier en daar een
flauw leesbaar woord
groeten aan Lis't vreeselijk
God zegen zorgtmijn lief
kind't huisoude
God"help
Onbekend, onherkend, werd hun gebeente
in een haastig gedolven graf gelegd en
moeders te huis, in het lieve vaderland,
waren boos, dat hun lievelingen hen vergeten
hadden, en vernamen nooit de waarheid,
totdat de Groote Meester ook hun oogen tot
den doodslaap sloot.
(Wordt vervolgd.)