NIEU WEDIEPER^ COURANT HELDERSCHE- M. 37. Zondag 26 Maart 1893. Jaargang 51. Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier. NEDERLAND. GRAND CAFÉ GENTRAL. Kanaalweg 84, Helder. Restaurant op alle uren van den dag. S BILLARDS, VERGADERZALEN, etc., etc. JOHS HOLLAND, Geïllustreerd Weekblad VOOE JONGELUI. f l.'-ü per kwartaal. Bij alle boe li handelaren verltrij'jsbaar. EN Het boeiendste en goed koopste jongensboek is De VISSCHERIJ, Zo<rtwaterrl«ioherU VUcbteelt. VUchberat dlne en Vlaehhandel 11.26 per kwartaal. Bij alle boekhandelaren verkrijgbaar. KONISOSTBAAi' Sdl. BONNE CflAÜSSDKE. PBO!AAL AORBfl VOOE >0 KOENEN X AAK k AT. A. Adtiaanse. Het Vaderlandt ghetronwe Blij. iele tot in den doot. Wilktlmtulitd. ~Vorsoüljnt lederen Dinsdag, Donderdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per 3 maanden: Voor de courant binnen de geineeentef 0.70, met Jong Holland/ 1.20 naar de overige plaatsen van Nederland 0.90, 1.40 b b a b landen, die in het postverdrag zijn opgenomen (inbegrepen OoBt-Indië en Amerika). t 1.75, b b b 2.60 s b b Znid-Afrika2.50, b b b 4.— REDACTEUR-UITGEVER J. H. VAN BALEN. Molenplein.Helder. Prijs der Advertentiën: Van 1—5 regels 50 cents, elke regel meer 10 cent. Bij abonnement, hoeveelheid regels, aanmerkelijk lager. Advertentiën voor liefdadige doeleinden Dienstaanbiedingen voor den werkenden atand iaar gelang van de per regel 5 Ct. De Advertentiën kunnen overal worden geplaatst tussehen den tekst. Helder's Belang. Wij hebben indertijd in ons blad een artikeltje gewijd aan de mogelijke gevolgen van de eventueele droogmaking der Zuider zee voor onze gemeente en wij spraken toen de verwachting uit, dat dit groote plan heilzame gevolgen voor onze gemeente zou hebben. Misschien hebben sommigen die verwachting zeer illusoir genoemd, misschien ook niet. Wij dachten er aan toen wij eenigen tijd geleden het feit ver meldden, dat de heer J. C. Benit te Am sterdam der regeering had aangeboden de kapitale som van twee honderd-en-twintig millioen beschikbaar te stellen tot verwe zenlijking van het groote plan. Het antwoord daarop laat zich wel wat lang wachten en wie met ongeduld daar naar uitziet en zich dan de meening her innert van velen, dat alles op niets zal uitloopen, die is allicht geneigd in de na bijheid te zoeken, wat veraf misschien niet te vinden is. Wij bedoelen de verheffing onzer ge meente, want wij kunnen niet gelooven dat iemand, die het goed meent met de gemeente, daaromtrent onverschillig zal zijn en niet alles zal doen om tot een mogelijken bloei mede te werken. Deze gedachten werden ons ingegeven naar aanleiding van de tramplannen van den heer Pot en het slechte onthaal, dat die plannen hebben gevonden bij den Raad onzer gemeente. De vraag is hier wat wilde de heer Pot Na de verwerping van zijn eerste adres heeft de heer P. een schrijven aan den Raad gericht, dat eenig meerder licht geeft dan het verslag van de laatste raadszitting. Wij laten dit schrijven hier volgen: Aan den Raad der gemeente Helder heeft de ondergeteekende, J. Pot, tc Alk maar, de eer te berichten, dat hij na ont vangst der beschikking in dato 7 Maart zich gehaast heeft aan Zijne Excellentie den Minister van Waterstaat te verzoeken de zijtak naar het Heldersche plein uit zijn aanvraag tram HelderHuisduinen als vervallen te willen beschouwen, niet twijfelend of de bezwaren, bij uwen Raad ingebracht tegen zijn aanvraag, zullen hier door zijn vervallen en vertrouwende dat zijne onderneming nu alsnog op uwe wel willende steun zal kunnen rekenen. 't Spijt hem, door uwe beschikking niet in de gelegenheid te zijn, den Helderschen voerlieden een stuk gereedschap voor de uitoefening van hun bedrijf te verschaffen, dat zij óf niet bij machte zijn zelf aan te schaffen, óf waarvan de aanschaffing uit sluitend voor hun bedrijf te bezwarend zou zijn. Mocht zijne onderneming werkelijk ten bate zijn van slechts een zeer klein ge deelte der inwoners, dan vertrouwt hij dat nu andere ondernemers niet de gelegenheid wordt benomen doch zeer zeker wordt gelaten, om het andere zeer groote gedeelte der inwoners met een betere tram-onder neming te gerieven en te batenpersoon lijk echter blijft zijne overtuiging, dat ook voorloopig in uwe gemeente het getal der inwoners, die hoogstens 20 cents voor een rit tot Huisduinen kunnen besteden grooter is, dan het getal dergenen, die een rijtuig kunnen huren, terwijl naar zijne meening het verkeer met Huisduinen eer vermeer deren dan verminderen zal, wanneer door het totstandkomen van een tram verbinding het vertier aldaar toeneemt, welk vertier, zonder nog te gewagen van een officieele badplaats te Huisduinen, de aantrekkelijk heden van Helder, zoowel voor blijvende en tijdelijke inwoners als voor bezoekers niet anders dan vermeerderen kan. Wat de openbare veiligheid betreft, waagt hij de onderstelling, dat een tram over den zeedijk minder gevaar oplevert voor het publiek, dan een tram door de drukste straten, als Hoofdgracht, Kanaalweg, Dijk- straat en Langestraat, waarvoor indertijd de concessie wel werd verleend, doch de uitvoering tot heden op zich liet wachten. Steeds bereid tot het geven van even tueel verlangde inlichtingen. Met verschuldigden eerbied, (\v.g.) Jan Pot. Alkmaar, 13 Maart 1893. Zonder in nadere beschouwing hierom trent te treden, vermelden wij, dat de heer P. zich thans andermaal tot den Raad onzer gemeente heeft gewend met een adres van den volgenden inhoud Aan den Raad der gemeente Helder heeft de ondergeteekende, Jan Pot te Alkmaar, de eer, in vervolg op zijn berichtschrijven van 13 Maart jl., alsnog vergunning aan te vragen, tot het leggen, hebben en ge bruiken van een trambaan op en over den kapitalen Helderschen Zeedijk, vanaf het Wierhoofd te Helder tot het Badpaviljoen te Huisduinen, volgens daarvoor in dato 25 Februari jl. ingezonden plannen, echter zonder zijtak naar het Westplein, en met inachtneming van de bepalingen van het Provinciaal Reglement, Prov. Blad 57, 12 Juli 1887. De bedoeling is, de geregelde dienst uit te oefenen van ongeveer half April tot ongeveer begin October, naar gelang der behoeften, van 's morgens ro of 11 uur tot 's avonds 8, 9 of 10 uur, zoo mogelijk rijdende elk heel uur van het Wierhoofd en elk half uur van het Badpaviljoen, tegen een tarief van hoogstens 20 ct. per rit met of zonder iste en 2 de klassen, naar gelang der wenschen van het publiek en de eischen van het verkeer de ongeregelde dienst uit te oefenen zoodra bijzondere omstandigheden, als stran dingen enz., daartoe aanleiding geven. De te bezigen wagons, waarvan een schets hierbij gaat, zijn, door de hooge ligging der assen, beveiligd tegen omvallen en om waaien, ook dan, wanneer bij een storm nog passagiers voor vervoer zich mochten aanmelden. Hoewel het benoodïgde kapitaal dispo nibel is, zonder dat één Uwer ingezetenen eenig deel daarin heeft, zal op verzoek de gelegenheid tot het nemen van aandeel gegeven worden. Met het oog op de vele nog te passeeren formaliteiten, zou alleen Uwe spoedige be slissing den aanleg nog voor dit seizoen mogelijk maken, waartoe de gegeven inlich tingen, naar hij hoopt, mogen strekken. 't Welk doende met verschuldigden eer bied, Jan Pot. Alkmaar, 20 Maart 1893. Met deze stukken voor oogen, valt er niet langer te twijfelen aan de bedoelin gen van den heer Pot. De heer Pot wil ons nader tot Huisdui nen brengen door verbinding van onze gemeente en het dorp Huisduinen met een tramhij wil ons het genot verschaf fen meer te kunnen profiteeren van de eenigszins verwijderde ligging van Huis duinen, hij wil ons in de gelegenheid stellen meer te kunnen genieten van de frissche versterkende zeelucht, het zeebad en wat daar meer is. Zijne plannen reiken i nog verder, want hij wil ook de gelegen- heid tot een meer duurzaam verblijf aldaar openen en heeft daartoe in erfpacht ge vraagd een terrein van 1000 M* duingrond, waar hij twee of meer zomerverblijven zal j oprichten. Om kort te gaan, de heer Pot wil voor ons een klein Scheveningen I stichten. Moeten dergelijke plannen, die voor den bloei onzer gemeente van het hoogste be lang zijn, niet met sympathie worden be groet? Hebben deze plannen geen aan spraak op aller medewerking In Hel der's belang gelooven wij dit volmondig met „ja" te moeten beantwoorden. Wij hebben het vroeger, lang geleden, toen er nog slechts sprake was van de op richting van een badpaviljoen, reeds gezegd, dat wij ons van dat plan niet veel heil voorspelden, omdat de weg naar dat bad paviljoen door de meesten te voet moet worden afgelegd en om die reden zagen wij in Huisduinen als badplaats geen toekomst. Niemand toch zal ontkennen, dat het verkwikkende, verfrisschende van een bad, het aangename van eenige uren ontspan- j ning, geheel verloren gaat, geheel te niet wordt gedaan zoodra het bereiken van het ontspanningsoord eene inspanning wordt. En dat is het geval met Huisduinen. Na een verkwikkend bad, verfrischt en ver- sterkt, te voet den langen, in den zomer i ondraaglijk heeten en stoffigen weg te moeten afleggen, vernietigt geheel het I doel dat men beoogd heeft. Is dat reeds j het geval met een gezonde, hoeveel erger I moet dat dan niet zijn voor iemand die voor herstel van gezondheid baden moet j gebruiken, want men vergete niet, dat j Huisduinen geen hotels bezit en er dus geen gelegenheid is om er zich voor korter of langer tijd te vestigen. En waar men het nu mogelijk heeft ge- I maakt, eeue badplaats in het leven te roe- j pen, moet men, als daartegen geen over- 1 wegende bezwaren zijn, dan ook niet de j gelegenheid geven die badplaats gemakke lijk te bereiken Ons dunkt dat het eene een logisch gevolg is van het andere. De I barre uithoek, die men „Hollands Noord- punt" noemt, te veranderen in een Eden j is niemand gegeven de natuur laat zich 1 niet dwingen. Maar die genietbaar te maken, die zooveel mogelijk genot te doen ople- j veren voor hen die er»moeten wonen, is de plicht van iedereen, wien het belang der gemeente ten harte gaat. 58 druk dienst als nooit tc voren. Zoo onervaren als mejuffrouw de Saint-Maurice was, ontgingen haar echter al die nieuwsgierige blikken, die men op haar wierp, nietzij wist dat zij bewonderd werd, en dat vervulde haar met onuitsprekelijke vreugde. Zoo betrad zij dus de Parijsche wereld, waarnaar zij zoozeer gewensclit had, van het eerste oogenblik af als overwin- nares. Zij hoorde alle vleierijen, die evenals een windvlaag tot haar opstegen. Uitwendig was er echter niets aan haar te bemerken, wat voor dames uit de groote wereld eene eerste vereischte is. Terwijl de liefelijke tonen der muziek haar door het hoofd ruischten, dacht zij aan niets anders, dan zich in geen geval kleinsteedsch voor te doen. Zij nam goed alle bewegingen der overige dames op en gedroeg zich daar stipt naar. Niet eenmaal klopte het hart van dat jonge meisje sneller bij het aanschouwen van dat meester werk; alles wat zij gevoelde was trots en ijdellieid, die haar beiden met een alles overstelpenden kracht beheerschten. Lydia, die hierheen gekomen was met het doel het werk eens meesters te bewonderen, dacht nu hieraan in het geheel niet meer. Zij ontdekte in zichzelve als het ware een talent, om op plaatsen als deze met haar schoonheid te schitteren. Het was haar te moede alsof er een nieuw wezen in haar gevaren was, of liever of hare tot nog toe sluimerende neigingen plotseling ontwaakt waren, evenals die planten in haar geboorteland, waarvan som migen in een nacht tot volle bloei komen. Haar gelieele wezen ondervond een plotselinge ommekeer, en alles wat zij van haar goede, eenvoudige moeder geleerd had, viel van haar af, als de vrucht van een boom die door den adem des storms beroerd wordt. Zij zag met koel gelaat op de élite der Parijsche wereld neer, terwijl zij in zichzelf mompelde„Ik zal al deze menschen beheerschenvrouwen zoowel als mannen zullen mijn macht leeren kennen.* Hoe kwam zij op het denkbeeld dat zij zoo'n groote macht bezat Zij wist het niet en had ook volstrekt geen lust om moeite té doen dat te onderzoeken. Zij gevoélde alleen de overtuiging, dat het zoo was en als een god haar de 55 een paar alledaagsche dingen b. v.: „Wat hij nu wel doen zou? Waar hij nu wel zou zijn? Wanneer zou hij terug- keeren En daarbij bleef het. Waar hij was en wat hij deed, dat vernam men twee maanden later uit zijne brieven. Hij kruiste in verschrik kelijk slecht weer langs de kusten. Wanneer hij zou terugkomen was niet te zeggen, maar in ieder geval niet voor over twee jaren, tenzij.... En over dit tenzij sidderde en verbleekte Therese, terwijl Lj'dia een gil uitstiet. Maar dat was enkel omdat zij dacht aan eene ziekte of eene wonde, want alleen als een officier zwaar ziek werd of zoodanig gewond, dat men hem voorshands niet meer kon gebruiken, werd hij teruggezonden. Uit dit oogpunt beschouwd zag Therese dus liever dat hij in Tongkin bleef. In ieder geval was hij nog niet met hare nicht gehuwd. En al had zij er zich in geschikt dat Raimond Lydia beminde, toch kon zij niet dan met angst aan de toekomst denken, waarin dit huwelijk tot stand zou komen. Thans was hij wel is waar duizende mijlen van haar af, maar ook van Lydia en intusschen leefde men toch. Het eerste halve jaar ging zonder eenig bijzonder voor val voorbij. De kleine villa lag te afgelegen om er veel wandelaars heen te lokken. Somtijds kwamen rijtuigen met toeristen tot aan Saint Hospice en de eenzaamheid werd nauwelijks verbroken door het geluid van paardenhoeven op den straatweg of de toevallige verschijning van een afgcdwaalden wandelaar, die naar het klooster ging of eene oude ruïne wilde bezoeken. Toen zij te Parijs teruggekeerd waren, richtte mevrouw de Saint-Maurice zich geheel in het huis in. De drie vrouwen hadden nu den tijd gehad elkaar te leeren kennen en Therese was met hare tante nogal ingenomen. Me vrouw de Saint-Maurice was eene goede vrouw, zeer lief voor haar en die slechts één gebrek had, n.1. altijd dood ziek te willen zijn. Maar dat was ook alles, want in al die maanden had zij hare nicht nog nooit zelfs reden ge geven zich over haar te ergeren. Geheel anders was het met Lydia. De heftige, heersch- zuchtige jonge creoolsche had Therese geheel tot hare slavin gemaakt. Als hare talrijke luimen Therese mishaagden, HELDER, 25 Maart. Offlciëele berichten uit de „Staatscourant* Bij Kon. besluit is, met 1 Mei a. s., aan den luit.-kolonel C. T. Hackslroh, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit de be trekking van militie-commissaris in het 3de militie-district van Noordholland, behoudens aanspraak op pensioen. De off. van adm. 2de kl. J. vandeuHnrk wordt, onder intrekking zijner plaatsing aan boord van Hr. Mr. monitor „Matador", den 1 April a. s. op non-activiteit gesteld en vervangen door den off. van adm. 2de kl. J. F. de Hart. i De luit. ter zee 2de kl. D. A. P. Koning wordt, met 1 April a. s., geplaatst aan boord van Hr. Ms. torpedo-instructieschip „Mnrnix" en gedetacheerd bij den torpedodienst. De Minister van Marine brengt ter kennis, dat blijkens ontvangen berichten van de com- mandeerende officieren van de stoomschepen „Van Speijk" en „Zeehond", van ieder dezer schepen eene reddingboei, waarop de naam van het schip is geschilderd, is verloren ge raakt. Het ontmoeten van die voorwerpen behoeft derhalve geen aanleiding tot bezorgdheid te geven. STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. Zitting van Donderdag 23 Maart. Verschillende provinciale heffingen zijn bekrachtigd, eveneens de onteigening voor een stoomtramweg van Schouw naar Pur- merend. Het ontwerp om overtredingen der spoor wegwet door niet-reizigers te straffen, werd 1 met 52 tegen 9 stemmen aangenomen. I Daarna werd behandeld het ontwerp, om schepen alleen reeds wegens gevaar voor besmetting buiten gemeenschap met den wal of in observatie te houden. De heer Boreel vondt de maatregelen niet voldoende tot wering van besmetting, i De minister van Binnenl. Zaken verwachtte een goede werking van het voorschrift, in- dien de militaire en maritieme macht met beleid optreedt. Ook dit ontwerp werd aangenomen. Bij het ontwerp tot aanvulling der epi- demiewet, met meerdere waarborgen voor opvolging van de adviezen van het Ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1893 | | pagina 1