waarop de minister tijdens het debat reeds
zelf heelt gewezen, uit het tarief weg te
nemen
2. het vrijgestelde minimun tot f 700 te
verhoogen;
3. den druk voor de middenklasse min
der zwaar te maken.
Het derde amendement heeft destrekking,
van de dividenden van naamlooze vennoot
schappen t 2.50 van elke geheele som van
f 100 te heffen, in plaats van f 2, zooals
in het ontwerp. De voorsteller acht het
wenschelijk, de naamlooze vennootschappen
ongeveer evenveel te doen betalen als thans
onder de Patentwet.
De directeur-generaal der posterijen
en telegrafie heeft bepaald dat:
1. evenals vroeger, ook thans briefkaarten,
voor het binnenlandsch verkeer bestemd,
naar het buitenland zijn toegelaten, met
toepassing, uit den aard der zaak, van het
port, voor het buitenland vastgesteld;
2. het bezigen van brietkaartformulieren
voor gedrukte berichten, vallende onder
toepassing van het tarief van art. 5 der wet
van 15 April 1891 (port voor gedrukte
stukken) in het binnenlandsch verkeer niet
is verboden, maar voor het buitenlandsch
verkeer de bepaling geldt, dat kaarten, van
het opschrift „briefkaart" voorzien, niet ter
verzending tegen het tarief der drukwerken
zijn toegelaten.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Statistiek der geboorten en
der sterfte naar den leeftijd en de oorzaken
van den dood in 1892
Aantal inw. 23145; lev. geboren 842
levenl. aang. 28overl. (met inbegrip der
leven 1. aang,) 404; aantal op 1000 inw.:
17.40. Overleden op den leeftijd van
minder dan 1 jaar 118, 15 j. 35, 514
j. 11, 14—20 j. 11, 20—50 j. 63, 50—65 j.
52, 65—80 j. 68, boven 80 j. IS. Overl.
tengevolge van gebrekkige ontwikkeling 1,
tering 68, syphilis 2, absces 3, kanker 18,
typhus 4, mazelen 1, huidziekte 8, stuipen
15, apoplexia 14, hersenziekte 28. rugge-
merglijden 4, keel- en longtering 87, croup
2, acute ziekte der ademhalingswerktuigen 57,
chronische idem 11, hartziekte 2, organische
hartgebreken 15, angina diphtherin 1, diar-
rhee 1, cholera nostras 1, acute ziekte der
spijsverteeringswerk tuigen 30, chronische id.
6, ziekte der organa urogenitalia 21, ziekte
van het kraambed 8, zelfmoord 16, onbe
kende oorzaak 21.
Kolhorn. Men schrijft aan de
„Alkm. Ct."
De kaasfabriek, van de oprichting af
steeds gunstig gewerkt hebbende, is den
laatsten tijd miuder gelukkig. Daar de
bewerking geheel dezelfde is gebleven, en
er in geen enkel opzicht eenige verande
ring heeft plaats gehad, vertrouwt men,
dat de minder goede uitkomsten van kor
ten duur zullen zijn en aan buitengewone
omstandigheden zijn toe te schrijven, als
b. v. droogte der landerijen, luchtgesteld
heid of dergelijke. Jammer echter is het,
dat een paar der grootste melkaanvoerders
reeds besloten, als van ouds weder zelf
thuis te kazen, wat voor de fabriek blij
vend nadeel kan heeten zij werkt toch
het goedkoopste bij de grootst mogelijke
productie.
Kolhorn. In verband met het aange
vraagde ontslag van den tegen woordigen
geneesheer, den heer Westfaal Quadekker,
werd jl. Donderdagavond door belangstel
lenden, een bijeenkomst gehouden, waarin,
met het oog op de armenpractijk vooral,
de wenschelijkheid werd besproken, dat zoo
spoedig mogelijk weder een geneesheer
worde benoemd.
Staande die bijeenkomst werden twee
adressen, een aan den Gemeenteraad van
Earsingerhorn c. a en een aan het alge
meen Burgerlijk Armbestuur, opgesteld, en
door alle aanwezigen geteekend.
Marina en Leger.
Hr. Ma. schroefstoomschip 1ste kl. „Van
Galen", comm. de kapt. ter zee W. F. Blaauw,
van Batavia herwaarts, passeerde gisteren
avond 9 uur Dungeness en kan dus heden
avond alhier ter reede worden verwacht.
Hr. M». schroefstoomschip lste kl. „Tromp",
van hier naar Batavia, passeerde jl. Zondag
morgen 10 uur Dungeness.
Gisteren is alhier aangekomen een detache
ment torpedisten uit Brielle, onder bevel van
den kapt. J. 1). N. De Fremery, tot het hou
den van oefeningen.
Dc 2de luit. der art. J. D. Berkhout, in
garnizoeu alhier, is benoemd tot adjudant bij
het 4de regiment vest.-art.
Aan den kwartiermeester F. Wierda, aan
boord van Hr. Ms. wachtschip te Amsterdam,
is het eeretcekcn voor belangrijke krijsver- t
richtingen met den gesp Atjeh 18731890
uitgereikt.
De luit. ter zee Mensert, zwaar gewond
te Tamiang, is in het Groot Mil. Hospitaal
aldaar afgekeurd voor alle diensten.
Hier te lande is bericht ontvangen, dat van
Hr. Ms. schroefstoomschip „Van Speyk", te
New-York 9 schepelingen zijn gedeserteerd.
Vroegere berichten waren dus zeer overdreven.
Te Toulon is Woensdag, in tegenwoordig
heid van vele marine-autoriteiten, de onder-
zeesche boot „Gustave Zéde* van stapel geloo-
pen. De bewegingen van het onderzeesche vaar-
tuig worden vergeleken bij het zwemmen van een
walviseh. Nadat het tweemaal gedoken had,
werd het in het dok gesleept om verder afge-
werkt te worden. Over veertien dagen zal de
„Gustave Zede" haar proeftooht doen.
Hr. Ms. stoomschoener „Zeehond," com
mandant de kapt. luit. (er zee H. O. Feith,
vertrok heden van hier naar de Noordzee,
ter uitoefening van politietoezicht op de
visscherij.
De lste luit. P. J. G. Schot, van hot 4de
reg. inf. te Leiden, wordt overgeplaatst bij
de Cadettenschool te Alkmaar en belast met
de militaire opleiding der cadetten.
De mach. Ie kl. J. Kisjes wordt geplaatst
aan boord Hr. Ms. kanonneerboot „Ever",
de mach. Ie kl. S. Taaie aan boord van Hr.
Ms. „Bloedhond", de mach. Ie kl. J. Gijzen
aan boord Hr. Ms. „Cerberus*, de mach. Ie
kl. J. T. B. Mattern tyij de conservatie al
hier, de mach. Ie kl. J. A. Schell bij het
onderwijs der mach.-leerl. te Hellevoetsluis,
ter vervanging van den mach. Ie kl. W. F.
Van der Waarden.
De mach. Ie kl. v. k. G. Van Os wordt
van Hr. Ms. „Mercuur" geplaatst bij de con
servatie alhier en aan boord van de „Mer
cuur" vervangeu door den mach. 2e kl. S.
D. Kikkert.
De kapt. ter zee P. C. Pabst heeft pensioen
aangevraagd.
Een transport van 25 onderofficieren en
minderen der marine is per stoomschip „Ba
tavia", onder bevel van den off. van adm.
2e kl. C. Valkenbun?, uit Oost-Indic terug
gekeerd en op Hr. Ms. wachtschip te Helle
voetsluis aangekomen.
Departement van Marine in Oost-Indië.
Verleend Een jaar verlof naar Eur ma, wegens
langdurigeu dienst, aan den 2e mach. bij de
Gouv. Marine N. W. H. Jongejan.
BenoemdTot 2e mach. bij de Gouv.
Marine, de ambt. op wachtgeld H. L. Ver-
stee^h, laatstelijk die betrekking bekleed heb
bende.
Benoemd tot 2e stuurman, J. P. Schaeffer
tot 8e id., J. F. Michel.
GeplaatstIe stuurman C. Kikkert op de
„Zwaan", gezaghebber 3e kl. II. B. dc Boer
op de „Djambi", Ie stuurman J. Dekkers op
I de „Condor".
I Overgeplaatst: Van „Djambi" op „Reiger",
J. Visser gezaghebber 2e kl. van „Reiger"
op „Arend", D. Nolles id. Ie kl. van „Raaf*
(buiten bezwaar van den lande) op „lteiger",
i J. W. van Nouhuijs 2e stuurman van „Rei-
j ger" (id.) op „Raaf", VV. Steffens, 2e id.
I van „Koetei" op „Sperwer" (spoedig in dienst),
1 P. G. H. Phefferkorn le mach.van „Sper-
wer" op „Arend", VV. F. Stolk le id. van
„Reiger" op „Zwaan", S. J. Feij, 2e id.
van „Zwaan" op „Koetei", W. J. Steinbuch,
2e id.van „Zeemeeuw" op „Arend", J. P.
Schaeffer, 2e stuurmanvan „Condor" op
„Koetei", J. Molenaar gezaghebber 3e kl.
Onderwijs en examens.
De schooljeugd te Warmenhuizen zal
haar jaarlijksch schoolfeest vieren door een
reisje per boot naar Amsterdam, waar
Artis, Panopticum en Museum zullen wor
den bezichtigd. De reis is bepaald op den
15 dezer maand. Aan de beide laagste
klassen der school zal in de gemeente
zelve een feestdag worden bereid.
Ondergeteekende
neemt de vrijheid
zich bij HH. Notarissen, Make
laars, Deurwaarders, Kooplieden
en Particulieren als Afslager
aan te bevelen.
J&CQDES VAN ROSlNDAEL,
Stationstraat 12.
Landbouw en Veeteelt.
In den loop der vorige week werd te
Hoogkarspel eene samenkomst gehouden
van eenige groentebouwers, die in 't belang
van een geregelden afzet der landbouw
producten van het midden der Streek en
omgelegen plaatsen eene groentemarkt in
de nabijheid van het spoorwegstation te
Hoogkarspel wenschen te vestigen. Het
resultaat hunner samenspreking is geweest
dat men besloten heeft een adres te richten
aan de directie der H. IJ. S. M., met
verzoek eene geschikte laadplaats voor dit
doel te doen aanleggen.
Politie.
Adres Bureuu 11 kousje en een sokje
1 witte zak, waarin zakdoek.
Adres Bureau II1 koperen hondenbals-
band 1 zeemleêren handschoen 1 bruinleêren
schoentje.
Rechtszaken.
Kantongerecht te Helder. Uitspraken
van 31 Mei 1893.
J. B. Kz. en T. II. P. B., beiden te Hel
der, in het grootste zeil van een visschers-
vaartuig op de Noordzee, behalve de ver-
eisclite letterteekens en nummers, nog andere
letters of teekens voeren, ieder f 3 boete of
2 dagen hecht.
S. K., te Texel, in het grootste zeil van
een visschersvaartuig op de Noordzee de
vcreischte letterteekens en nummers zwart-
gekleurd voeren, terwijl het zeil eveneens
zwartkleurig is vrijgesproken.
C. V., te Wieringen, dezelfde overtreding,
gepleegd binnen de territoriale wateren
vrijgesproken.
L. S., te Callantsoog en S. K., te Helder,
bonden als trekdieren gebruiken, ieder f 1
boete of 1 dog hecht.
J. S., te Helder, het binnen die gemeente
houden van varkens, f 1 boete of 1 dag hecht.
M. C. K., tc Helder, nachtrumoer, f 1
boete of 2 dagen hecht.
D. v. O., te Helder, nachtrumoer, f 3
boete of 3 dagen hecht.
A. J. K., te Helder, een tapperij te laat
openhebben, f 3 boete of 1 dag bocht
J. P., te Helder, kippen in een tuin laten
loopen, zonder daartoe gerechtigd te zijn,
f 0.50 boete of 1 dag hecht.
W. B., J. J. J., J. V., C. H. K., R. M.,
P. C. J. en H. S., allen te Helder, spelen
mei geld, ieder f 0.50 boete of 1 dag hecht.
F. J. en W. W., beiden te Helder, spelen
met geld, ontslagen van rechtsvervolging.
H. B., te Helder, 1. spelen met geld,
f 0.50 boete of I dag hecht.; 2. een val-
sclien naam opgeven, ontslagen van rechts
vervolging.
G. v. I)., P. B. en O. K., allen tc Helder,
dronkenschap, ieder f 1 boete of 2 dagen
hecht.
K. H. R. O., te Helder, dronkenschap,
f 3 boete of 3 dagen hecht.
J. v. 't H. en P. B., beiden te Helder,
dronkenschap bij eerste herhaling, ieder f 3
boete of 3 dagen hecht.
J. de L., te Helder, dronkenschap bij
zevende herhalingö dagen hecht.
Buitenland.
Duitschland. Het is waarschijnlijk
dat indien de nieuwe Rijksdag de legerwet
niet aanneemt, de Rijksdag weer ontbonden
zou worden. De „Freisinnige Ztg". komt
op tegen een tweede ontbinding van de
volksvertegenwoordiging. Dit zou ongrond
wettig zijn en het verzet slecht aanmoe
digen.
Men verneemt uit goed ingelichte
bron, dat de Keizer onlangs in een gezel
schap ten huize van een diplomaat, waar
gesproken werd over de gevolgen van het
wederverwerpen der legerwetsvoorstellen,
de gedachte ver van zich afwierp, dat hij
het geheime kiesrecht wilde afschaffen of
beperken. Het krachtige optreden eener
tegen het Rijkskiesrecht gerichte petitie
door een conservatief comité, welks leden
hun namen geheim houden, zal dus wel
zonder invloed blijven.
De „Köln. Ztg". waarschuwt de
Elzassers-Lotharingers dat, als zij hun ver
zet tegen de legerwet niet opgeven, dit
Duitschland zou kunnen noodzaken, tegen
maatregelen te nemen.
Bohemen. In een jl. Zaterdag te
Praag gehouden partij vergadering der Jong-
Czechen werden de algevaardigden aange
spoord, voort te gaan met de verdediging
der rechten van het Boheemsche volk,
vooral bij de beraadslaging over de be
grooting van oorlog. Met name werd den
afgevaardigden opgedragen, het drievoudig
verbond te bestrijden.
Oostenrijk. De legercommissie uit
de Hongaarsche delegatie eindigde de al-
gemeene beraadslaging over de gewone
begrooting. De minister van oorlog be
toogde de noodzakelijkheid het leger te
vergrooten, ten einde aan de andere mo
gendheden gelijk te zijn.
In de vergadering van de legercommissie
der Hongaarsche delegatie zeide de mi
nister van oorlog, dat voor het geval inder
daad een oorlog mocht uitbreken, men
zorgen moest met de andere mogendheden
op gelijke hoogte te staan. Er zijn meer
officieren, vooral meer generaals, noodig
in geval de vijandelijkheden plotseling
uitbraken. Van het oprichten van nieuwe
korpsen is geen sprake, verklaarde de
minister.
Spanje. Een bende van 9 oproer
lingen wordt ijverig achtervolgd in de ber
gen van Navarra. Overigens is het in die
provincie rustig.
Volgens de laatste berichten uit Fnente-
de-Reina en Pampelona zou de beweging
een Carlistisch karakter hebben, maar weet
men niet waar de bende zich ophoudt.
Een betooging van 10.000 personen pro
testeerde gisteren met kalmte tegen het
regeeringsontwerp.
In de havenplaats Vigo heerscht een
beweging, die zich richt tegen dejezuïten,
met wier optreden de bevolking niet in-
geromen schijnt te zijn.
Transvaal. Sir Henry Loch kwam
jl. Zaterdag te Pretoria aan en bracht een
bezoek bij Paul Kruger. Een ontzaglijke
menigte, waaronder vele Hollanders, juichte
hem met groote geestdrift toe.
De conferentie over Swaziland is gisteren
hervat.
Gemengd nieuws.
Jl. Zaterdagmorgen kwam teScheve-
ningen op 3000 meter van de kust Hr.
Ms. instructieschip „Nautilus" voor anker.
Een gedeelte van de bemanning, ten
getale van 130 matrozen, onder commando
van de luitenants ter zee Van Dijk en
Suermondt, benevens eenige adelborsten
iste kl., roeide in sloepen naar den wal
en landde in het Waterververschingskanaal.
In den middag maakte het scheepsvolk,
gewapend met het geweer en voorafgegaan
door pijpers en een muziekkorps, een marsch
van Scheveningen naar de residentie. Op
het Buitenhof werd halt gehouden, de ge
weren aan rotten gezet en een uur rust
gegeven, waarna de troep naar Schevenin
gen terugmarcheerde.
In de stad trokken de matrozen nogal
de aandacht en zij werden dan ook door
vele nieuwsgierigen gevolgd.
Des namiddags vertrokken zij weder in
hun sloepen naar boord.
Vlieland. Een der jongens, die eende
eieren uit een konijnenhol wilden halen,
werd daarin door het instorten van 't zand,
bedolven. In dezen toestand heeft hij een
groot halfuur doorgebracht, eer redding
kwam opdagen tot groote verwondering
leefde de jongen nog.
Jl. Vrijdagavond is bij Medemblik
een tjalk, geladen met een kraam voor
galanterieën, verongelukt. De schipper, die
met het vaarwater niet bekend was, had
een Enkhuizer loods aan boord genomen,
doch deze was, naar men zegt, beschon
ken. De opvarenden werden gered, doch
schip en lading gingen verloren.
Dezer dagen kwam te 's Gravenhage
een brief uit Amerika aan, met het volgend
adresHague, Holland, Europa." Ter
zijde stond eenvoudig een verzoek Piease
hand to a horticulturist." En vanwege de
post werd deze brief bezorgd aan den hor-
tulanus van den Haagschen Dierentuin, die
aan 't uit Amerika komende verzoek om
zekere inlichtingen op tuinbouwgebied
gaarne voldeed.
Op de kermis te Dordrecht is ook
een zg. draadzeilbaan opgeslagen, een toe
stel hierop neerkomende, dat langs eenige
in de hoogte aangebrachte, in hellende
richting loopende ijzerdraden katrollen
zijn bevestigd, waaraan men gaat hangen,
om dan in pijlsnelle vaart naar het andere
einde der baan te glijden. Jl. Donderdag
avond is een 23jarige werkman van dit
spel het slachtoffer gewordenhoewel ge
waarschuwd, schijnt hij al hangende nogal
beweeglijk te zijn geweest, zoodat hij er
afviel, naast het gespannen zeil neerkwam
en bewusteloos werd opgenomenhij had
een hersenschudding.
De aangekondigde wedstrijd in het
hardloopen over een baan van 15 KM.,
waartoe de Braziliaansche hardlooper Wil-
liam Stewart tegen jl. Zondagmiddag de
liefhebbers achter het Rijksmuseum te Am
sterdam had uitgedaagd, heeft plaats gehad
in tegenwoordigheid van een niet zeer tal
rijk publiek. De tribune plaatsen waren
bijna allen onbezet en het kwartjesterrein
was slecht bezocht.
Als mededingers tegen Stewart hadden
zich aangemeld de hardlooper Snoek, in
Amsterdam's straten geen onbekende figuur,
en een man die te paard zou mededingen.
De baan was ongeveer 278 M. lang, zoo-
dat de hardloopers 54 maal rond moesten.
176
Zij wendde liet hoofd naar hem toe, keek hem aan met
een blik, van welks macht zij zich wel bewust was en
zette zich neer. Toen zeide zij met de grootste kalmte
„Mag ik soms weten, waar ik ben
„Bij mij; tenminste zoo lang ge hier zijt."
„Zijt ge alleen?"
„Geheel alleen. Niemand kent mij hier en men ver
moedt ook niet, wie gij zijtUw geheim is dus goed
bewaard."
„Hoe wist gij, dat ik hier zou komen
„O, dat is mijn zaak, Lydia. Waarom hebt gij mij laatst
de waarheid niet gezegd?"
„Kon ik dat?"
„Het zou ten minste openhartig geweest zijn."
„Daartoe was ik tegenover u niet verplicht."
„Gij weet toch, dat ik u bemin en dat ik op alles, wat
u betreft, ijverzuchtig ben. Welk een smart doet ge mij
aan! Ge hebt dus een minnaar? Gij, die ik zoo rein
geloofdeEn welk een minnaareen, bij wien gij in
't geheel geen bescherming kunt vinden en die niets anders
is dan een „schoon man". Zijn naam voor een Roquière
op het spel te zetten, dat is eerst de rechte waanzinWat
zou er van u worden, wanneer gij u aan hem ging toe
vertrouwen; hij is niet eens in staat, om u voor armoede
te bewaren. Wat in 's hemelsnaam kan u toch aan hem
boeien?"
„Zijne liefde voor mij."
„Een mooie verdienste! Allen, die u kennen, beminnen
u. Is er wel één, die u kent, zonder u lief te hebben?
En clan voor een Roquière een misstap te doen! Eene
vrouw als gijNeen, waarlijk, ik kon het nauwelijks
gelooven!"
Lydia haalde de schouders op en antwoordde„Gij be
grijpt dat niet en kunt het ook niet begrijpen Eens
echter zult ge vernemen, waarom ik hem gekozen heb."
„Met welk een kalmte spreekt ge over hem! Ge hebt
dus een andere drijfveer dan die der liefde voor uwe
handelwijze?"
„Laten we maar zeggen de drijfveer tot het vermaak."
„Lydia, gij doet mij ontstellen!"
177
„Bernheimer, gij amuseert mij!"
„Gij verzwijgt mij de waarheid. Ge speelt zeker een
of andere comedie."
„Comedie een drama, waarin gij, en ook nog an
deren, een rol zult vervullen."
„Zoudt ge zoo vol berekening zitten? Gij spreekt over
uw misstap alsof ge daarbij een nevenbedoeling hebt, gij,
die ik voor zoo openhartig hield. Heeft niets u dan doen
terugschrikken? Hebt gij dan in liet geheel niet aan uwe
moeder en aan uwen echtgenoot gedacht?"
Het bloed steeg Lydia naar het hoofd en met ruwe
stem riep zij uit: „Aan mijn echtgenoot, dien ik zoozeer
haat?"
„Haat gij hem? En waarom? Hij, die de goedheid
en rechtschapenheid zelve is!"
„Zwijg van hem en neem zijne partij niet op, anders
ken ik mijzelve niet meer! Ja, ik haat hem! En alles
wat ik doe, is tegen hem gericht I*
Terwijl zij sprak, bood hare geheele verschijning het
beeld der zinnelooze woede. Zij stond daar met marmerwit
gelaat, hare lippen beefden en hare oogen traden bijna buiten
cle kassen.
„Ik krijg vrees voor u!" riep Bernheimer uit.
Het was geen overdrijving, wat hij daar zeide. De be
koorlijke gravin vertoonde zich op dat oogenblik in een
licht, dat hem te denken gaf. Zooeven was zij nog koud,
spotachtig geweest en haar cynisme had hem in verbazing
gebracht. Plotseling echter verloor zij de heerschappij over
zichzelve en nu achtte hij haar tot de grootste schandalen
in staat. Hij wilde haar zoo ver mogelijk drijven en van
hare opgewondenheid gebruik maken 0111 achter de waar
heid te komenhij bleef daarom op hetzelfde thema door
gaan en zeide:
„Ge zijt jegens Ploërné bepaald onrechtvaardig, want
hij heeft zulk een rechtschapen karakter, dat niets uwe
toorn rechtvaardigen kan."
Zijn list gelukte echter niet. Lydia was weer geheel
kalm geworden cn beantwoordde zijne opmerking slechts
met een hitter lachje.
„Zeg eens, kindlief," begon hij opnieuw, „kent ge mij