dachte, alsof er niet genoeg zorg gedragen werd voor de belangen der havens in het Noordenhij is bereid, tot verbetering van den toestand te Delfzijl mede te werken, mits provincie en gemeente in de kosten bijdragen. De heer Van Houten meende, dat het beginsel, dat het Rijk niets moet doen, als niet provincie en gemeente bijdragen, niet voor alle werken heeft gegolden en ook niet kan gelden. De interpellant bleef aandringen op het in voldoenden staat brengen van de haven. De provincie deed reeds veel, maar de Regeering is nalatig. Ten slotte beloofde de Minister een nader onderzoek. De heer Tijdens interpelleerde over be lemmering van den invoer var. paarden uit het Noordoosten des lands door de Pruissische regeering, en drong aan «lat onzerzijds geen willekeurige bepalingen worden uitgevaardigd, die Duitschland aanleiding kunnen geven, den invoer te belemmeren. De Minister van Buitenl. Zaken ant woordde, dat een verbod niet was uitge vaardigd, doch dat een andere maatregel ten opzichte van de paarden te letterlijk was en aan de belemmering spoedig een einde zou komen. De heer Borgesius meende, dat Neder land aan den invoer van vee zoo weinig mogelijk belemmering moest in den weg leggen, en zou gaarne zien, dat een inter nationale regeling tot stand kwam. De Minister beloofde, hiervan zijn col lega van Binnenl. Zaken in kennis te stellen, overtuigd dat wij met het buiten land in het belang van den landbouw een goede stemming moeten handhaven. Hij deelde mede, dat met België en Duitschland onderhandeld wordt over een internationale regeling van den uit- en invoer van vee. Na deze interpellatiën deed de Kamer verschillende wetsontwerpen af. De voorloopige regeling der handelsbe trekkingen met Spanje werden aangenomen. Verhooging der Indische begrooting, voor een proef met opiuraregie, werd sterk bestreden door de heeren Rooi, Cremeren Keuchenius, en verdedigd door den heer Schimmelpenninck en den Minister. Zitting van Vrijdag 23 Juni. Bij nalezing van het wetsontwerp op de Bedrijfsbelasting zijn nog enkele aanvul lingen noodzakelijk gebleken, zoodat heden vóór de eindstemming nog moest worden beslist over de volgende amendementen 1. van de Regeering, om in art. 4, 1, eerste lid, in plaats van de woorden „retri- butien en kortingen" te lezen „retributiën, kortingen en premïen", en aan art. 6, 5a, toe te voegen„en zonder aftrek voor rente van eigen kapi talen" j 2. van de commissie van rapporteurs, om in art. 3, 6, achter het woord „lijf rente" in te voegen de woorden: „mits deze laatste niet bij huwelijks voorwaarden of ter zake van huwelijk door bloedverwanten of aangehuwden in de rechte opgaande linie ten behoeve van kinderen en andere atstaminelingen zijn gevestigd", en in art. 5, 1, aan lit. b toe te voegen „en aan verzekerden, voor zooveel de bedragen betreft, waarvoor verzekerd is". Nadat de heer Borgesius zich had ver klaard tegen de vrijstelling van de aan verzekerden gedane uitkeeringen, maar de Minister «leze wijziging noodig had ge noemd, werd zij met 47 tegen 40 stemmen aangenomeu, de overige veranderingen goedgekeurd, en daarop het wetsontwerp in zijn geheel aangenomen met 55 stemmen tegen 34. De heer Brantsen interpelleerde omtrent de beperking van hooi-uitvoer, bij te ver wachten schralen oogst. Spr. betreurde.dat de Regeering ten behoeve van Frankrijk den uitvoer van hooi heeft trachten te be vorderen, door als het ware op te treden als agent van Fransche leveranciers. Met het oog op het mislukken van den hooi oogst hier te lande en het opkoopen zelfs van het gras door den vreemdeling, drong hij aan op een tijdelijk verbod van den hooi-ui voer. De Minister van Buitenl. Zaken ant woordde, onder protest tegen de qualifica- tie van zijn departement als agent van Fransche hooiopkoopers, dat de Regeering zich niet bevoegd achtte, den uitvoer van hooi te verbieden. De heer Mutsaers ontried eene beper king van den uitvoer van hooi. De heer Tijdens achtte een verbod even eens onbillijk en ook willekeurig, en vreesde geen gebrek aan veevoeder buiten hooi, mits de Regeering zorge, dat er een vol doende hoeveelheid stroo beschikbaar blijft. De heer van Beuningeh drong er op aan, dat de Regeering zou trachten, verlaging te verkrijgen van de tarieven voor hooi- vervoer in binnenlansch verkeer. De heer Brantsen was niet voldaan door het antwoord en wierp alle verantwoorde- lijkheid voor rampen, uit «len tegenwoor- digen toestand voortvloeiende, op de Re geering. De heer Plate betoogde, dat een verbod van uitvoer gelijkstond met het ontnemen aan den hooibouwer van het recht om voor zijn product hooger prijzen te maken. Na afloop der interpellatie is de Kamer uiteengegaan tot 25 Juli, om 1 uur. Vooraf was het wetsontwerp betreflende een crediet voor een proef met de opium- regie op een gedeelte op Java aangenomen met 58 tegen 20 stemmen. Ingekomen is een voorstel van den heer Hartogh, tot wijziging van het Wetboek van Burg. Rechtsvordering. De gunstige werking van het door den minister van justitie genomen besluit be treffende de landverhuizers doet zich te Rotterdam reeds gevoelen. De toevloed van landverhuizers vermindert zichtbaar en zal zich binnen enkele dagen tot tientallen beperken. Twee vreemdelingen, op Feyenoord aan getroffen en als door pokken aangetast naar het Ziekenhuis overgebracht, waren geen landverhuizers. Deze lieden waren, als zoovele anderen, .naar Rotterdam gekomen om arbeid te zoeken en hebben noch in een logement, noch in een parti culier gebouw onderkomen gehad. De Minister van Marine heeft zich jl. Donderdagochtend per Staatsspoor naar het buitenland begeven. Naar men verzekert, ligt 't in het voor nemen, de EersteKamer der Staten Generaal eerst tegen den 18 Juli a. s. weder bijeen te roepen. Binnenlandsch nieuws. Helder. Het programma van het zevende zomer-concert, op morgen (Zondag), des namiddags ten 1$ u., door het Staf- muziekkorps der K. N. Marine in het „Park Tivoli" alhier te geven, luidt als volgt 1. Török Magyar Indulo (Marclie Turque- Hongroise), F. J. Szabadi. 2. Vorspiel zu der OperLoreley, Max Bruch. 3. a Wal- ther's Preislied aus der OperDie Meister- singer von Nürnberg. Richard Wagnerb. Intermezzo Sinfonico de 1'opéra Oavalleria Rusticaria, Pietro Mascagni. 4. Grande fan- taisie de 1'opéra Mireille, Ch. Gounod. 5. Ouverture Bonsoir Monsieur Pantalon, Albert Grisar. 6. Souvenir de 1'operetteDoctor Piceolo, Ch. Lecocq. 7. La Serenata, Valse Espagnole, Olivier Metra. Nos. 1 en 3 eerste uitvoering. Marine en Leger. De schont-bij-nacht C. E. Uhleubeck, direc- teur en commandant der Marine en Stelling- I commandant alhier, bracht gisteren per tor pedoboot „Makjan" een bezoek aan het fort op Pampus. De schout-bij-nacht G. Kruijs, chef van den Marine-staf, eu de kapt. luit. ter zee H. Nijgh en luit. ter zee 1ste kl. A. C. Zeeman, maakten gisteren per loodstrausporlstoomboot „Schelde" een iuspectiereis op de Zuiderzee en kwamen hier gisterenavond binnen. Hr. Ma. instructieschip „Nautilus", corsm. kapt.-luit. ter zee C. Vreede, vertrekt Maan dag s. van Hellevoetsluis, tot voortzetting der oefeningstochten. Het schip zal een bezoek brengen aan Christiania. j De off.-mach. 1ste kl. J. A. Goelz, afge treden chef der machinisten-opleiding te Hel levoetsluis, is bestemd voor den dienst in Oost-Iudië en zal in de laatste helft van Augustus a. s. derwaarts vertrekken. Jl. Woensdag en Donderdag deden de 20 mach.-leerlingen van het jongste studiejaar der opleiding te Hellevoetsluis overgangs examen ten overstaan eener commissia, be staande uit den off.-mach. 1ste kl. J. L. Vermeer en de luits. ter zee 2de kl. A. W. Graaf van Hogendorp eu E. Van Assum. De luit. ter zee Isfe kl. C. Van Rijn wordt 24 dezer op non-act. gesteld en nis 1ste off. j nnn boord van Hr. Ms. wachtschip te Hel levoetsluis vervangen door den luit. ter zee 1 Iste kl. jhr. J. F. Cocrtzen de Koek. Op Hr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis zijn uitgereikt de zilveren medaille voor 24 jarigen trouwen dienst aan den 2«len schrijver J. N. Vredenberg en de bronzen voor 12 jaren trouwen dienst aan den matroos late kl. P. Kemps en de matrozen 2de kl. T. Van Ommeren en C. J. R. Thomas. Door den Zeekrijgsraad te Hellevoetsluis zijn twee jongens, die indertijd van Hr. Ms. stoomschip „Tromp" zijn gedeserteerd, res pectievelijk veroordeeld tot 1 maand en 6 maanden gevangenisstraf. Het in aanbouw zijnde oorlogsschip „Ko ningin Wilhelmina" stond in het Koninginne- dok om definitief te worden nagezien, toen het bleek, dat de stutten en blokken te hoog stonden voor een vaartuig van zoo grooten diepgang. Het moest er derhalve eerst weder uit. Jl. Donderdagmiddag te 12 uren was het onderzoek afgeloopen en is het kolossale schip teruggesleept naar 's Rijkswerf te Am- i sterdam. Uiterlijk voor 1 Jan. a. s. zal de kraag van de korte jas der plaatselijke comman danten en der provinciale adjudauten op de zelfde wijze met goud galon belegd eu van zilveren sterren voorzien zijn, als voor de verschillende hoofdofliciersrangen bij het wapen der infanterie is vastgesteld. De kapt. M. Zelvelder, van het 1ste reg. inf. te Leeuwarden, is wegens lichaamsgebre ken voor den militairen dienst afgekeurd. Plaatsing van enkele machinisten in Oost- Indic: de mach. lsle kl. v. k. J. F. P. Nu- boer en de mach. 2de kl. L. J. Goeman en J. Hollaar op„Kon.Emma der Nederlanden", de id. 2de kl. A. Offringa op „Ceram", de id. 3de kl. G. Wijbrands op „Batavia", de id. 2<le kl. P. Van der Harst en A. De Haan I op „Lombok", de id. 3de kl. G. H. Watson op „Makassar", de id. 2de kl. L. F. Van 1 Beek op „Samarang", de id. 2de kl. J. Van Rees op „Sambas", de id. 2de kl. J. Van der Plaats op „Atjeh", de id. 2de kl. H. J. W. Grimberg op „Madura". Landbouw en Vesteolt. Het zetten der koolplanten is aan den Langedijk zoo goed als afgeloopen. Groote zorg is er in den laatsten tijd noodig ge weest om de planten in het leven te honden en groot te brengen. Uitgebreide velden moesten dagelijks begoten worden. De scholen hebben gedurende den drukken tijd vacantie, zoodat de kinderen bij het planten en begie ten behulpzaam kunnen zijn. De prijzen der planten waren zeer hoog. Nog deze week 1 betaalde men voor zeer kleine plantjes 25 cent per 100. Aan de vele aanvragen uit j Duitschland kon maar voor een klein deo worden voldaan. Dc uienteelt is als mislukt I te beschouwen. Ook de bloumkoolteelt is j zeer ongunstig. Kerknieuw a. Beroepen bij de Herv. gem. te Hyppolitus- hoef c. a. op Wieringen. de heer S. Miedema, cand. te Ferwerd. Bedankt voor het beroep naar de Herv. gem. te Medemblik door ds. B. Woutman, pred. te Boskoopnaar Middelie door den heer S. Miedema, cand. te Ferwerd. De bisschop van Haarlem heeft benoemd tot pastoor te Ooster-Blokker, de heer P. A. van «len Bosch, rector aan het St. Jozefs- geslicht te Haarlem. Buitenland. Frankrijk. De Kamerzitting van jl. Donderdag werd onder een grooten toevloed van belangstellenden geopend. Reeds 's morgens om 10 ure werd er „queue" gemaakt aan dc deur van het Palais Bourbon. Clémenceau zit op zijn gewone plaats en is uiterlijk zeer kalm. Alle ministers zijn aanwezig. Millevoye zegt, dat Engeland er aan ge dacht heeft, directen invloed op de Fran sche politiek uit te oefenen door middel van geheimen, die in haar bezit zijn. Maar ernstiger is het feit, dat de Dolitieke agent van Engeland, n.1. Clémenceau, in de Kamer zittiDg heefthij eischte dat Corsica zou afgestaan worden en hij werkte er toe mede om Frankrijk van zijne rech ten op Egypte te doen afzien. Clémenceau eischt, dat het volle licht over de zaak zal opgaan en sommeert Millevoye, het bewijs te leveren, dat hij het land verraden heeft. Millevoye: Ik zal mijn requisitoir her vatten en aantoonen, dat Clémenceau de medeplichtige is van een oplichter. Een bewoner van het eiland Mauritius, die zich wilde wreken op Clémenceau en Engeland, heeft ons de bewijzen geleverd. Door diefstal is men de stukken of de afschriften daarvan machtig geworden. Voor de echtheiii dezer papieren sta ik in en alle gevolgen daarvan aanvaard ik. Spr. toont een brief van 2 April jl. Dc voorzitter brengt hem in herinnering, dat de internationale beleefdheidsvormen moeten geëerbiedigd worden. De Minister van Buitenl. Zaken, Develle, schuift alle verantwoordelijkheid van zich en protesteert tegen het voorlezen der brieven. Millevoye hervat de voorlezing van den brief en noemt eenige Franschen, o. a. Rochefort, Burdeau en Laurent, die geld van Engeland zouden ontvangen hebben Clémenceau zelf niet minder dan 20,000 pond sterling. Minister Develle meent, dat Millevoye het slachtoffer is van eene mystificatie. Burdeau verlangt, dat alle stukken op de tribune zullen voorgelezen worden en dat Millevoye zich nader zal verklaren. Millevoye gaat voort met het voorlezen, o. a. van het afschrift der correspondentie, die tusschen den minister Ribot en deD Khedive zou gevoerd zijn. Uit andere stukken weer moest blijken, dat de regee ring wist, dat Arton ergens aan de Middel- landsche Zee verblijf hield. Voorts haalt hij het meliniet-pmces, den staatsgreep in Servië en de onlusten in Belgie er bij. Déroulède staat van zijne zitplaats op en verklaart dat hij zijn ontslag neemt als afgevaardigde. Maujeau stelt de volgende motie voor: „De Kamer, haar verachting uitsprekende over de schandelijke cn belachelijke laster praatjes en betreurende, dat men 's lands tijd met ijdele discussiCn heeft laten ver loren gaan, gaat over tot de orde van den dag." Clémenceau steunt deze motie. Hij bezweert de Kamer om, zoo zij nog twijfel mocht koesteren, het te zeggen. (Toejui chingen). De opgewondenheid stijgt ten top. Mil levoye kondigt aan, dat ook hij zijn ont slag als afgevaardigde neemt. De motie-Maujeau wordt met 380 tegen 4 stetpmen aangenomen. De Fransche regeering zal elk debat over de zoogenaamd gestolen documenten weigeren. Het Engelsch gezantschap zal eveneens elk verzoek van enquête afslaan, want er is eene gerechtelijke instructie geopend, wat de eenige normale weg is. De Fransche doctoren, naar Bourne- mouth gezonden, vereenigen zich met de conclusie der Engelsche doctoren, dat Herz niet kan worden vervoerd. De Engelsche ambassade spreekt in een nota aan Herz tegen, dat de documenten haar zouden zijn ontstolen. Duitschland. De clericale „Kölnische Volkszeitung" geeft het volgende lijstje van voor- en tegenstanders van het legerontwerp, die tot dusver gekozen zijn VóórConservatieven 50, nat.-liberalen 16, Rijkspartij 10, 1'olen 20, gematigd ra dicalen 3, anti-semieten 3, wilden 6, dus voorstanders 100. TegenCentrum 78, soc.-democr. 24, Elzassers 8, volkspartij 4, anti-semieten 1, wilden 3, dus tegenstanders 118. De herstemmingen moeten, naar het blad rekent, opleveren voorstanders 128, tegen standers 138. Van de rest (131 herstemmingen) is de uitslag onzeker. Daarvan moeten echter 71 ten gunste van de regeering uitvallen, wil het leger-ontwerp worden aangenomen. Dit is niet onmogelijk, daar de sociaal- deraoctraten in den regel bij de herstem mingen weinig geluk hebben. Het blad acht daarom de aanneming van het ont werp zeer waarschijnlijk. De „Norddeutsche" deelt uit zekere bron mede, dat de Keizer einde dezer maand naar Potsdam zal terugkeeren en in een der eerste dagen van Juli in per soon den Rijksdag zal openen. Rusland. De „Standard" verneemt uit Moscou, dat bij het ontdekken van brand in de kerk te Romano Borisoglebsk een paniek ontstond, die tot een vreese- lijke ramp aanleiding gaf; 126 vrouwenen 10 mannen zijn gestikt, 20 personen zijn doodelijk gewond en velen gedood bij het springen uit de ramen. Gemengd nieuws. Hr. Ms. monitor „Cerberus" heeft op de hoogte van het eiland Urk belangrijke schade aan de machine bekomen. Men zou trachten de schade te herstellen en naar Amsterdam terug te stoomen. Jl. Woensdag brandde te Callantsoog het huis van de weduwe J. Faber af. Van den inboedel werd niets gered. Be- lende perceelen heeft men kunnen behou den. Naar men zegt, is de brand ontstaan door het stoken met heet, een brandstof die aan de duinen groeit. Een iójarig jongeling uit Broek op Langedijk was jl. Maandag met eenige andere knapen onder Oudkarspel aan het zwemmen. Plotseling zonk hij in de diepte weg en, hoewel spoedig opgehaald, waren de levensgeesten gevloden. Alle aange wende middelen om die weder op te wek ken waren vruchteloos. De anarchist Methöfer is door de Haarlemsche rechtbank van rechtsvervol- 208 laatste woorden te binnen en in den geest zag hij hare schoone gestalte uitgestrekt op het bed liggen, gedood door vergif. Ijlings sprong hij op en liep naar de deur, doch deze was gesloten. Toen liep hij de gang op en ook daar was de deur gesloten. Hij zette er zijn schouder tegen en de deur vloog open. Met verschrikte oogen keek hij snel rond. De kamers waren verlaten. Op den grond lagen overal stukken goed en de kasten en laden stonden open. Zelfs de ijzeren casette, waarin zij haar vermogen bewaarde, stond geopend en ledig daar. Alles verried, dat zij hals over kop ver trokken was. Raimond's lippen krulden zich tot een verachtelijken glimlach. En ik kon vreezen, dat zij zich het leven zou benemen zeide hij. „Welnu, de wereld is weer een verworpene rijker." Terwijl hij langzaam op en neer liep, mompelde hij „Haar geliefde zal voor beiden boeten." TIENDE HOOFDSTUK. Mevrouw de Saint Maurice stond in de werkkamer van haar schoonzoon voor het raam en keek ongeduldig naar hem uit. Zij was zoo opgewonden, dat zij aan geen zitten, aan geen rust dacht. Vol angst wachtte zij op zijne terugkeer. Zij weende, maar haar oude klaaglied was zij geheel vergeten. Het onwaardige gedrag harer dochter, die sinds twee dagen met Leïla vertrokken was, zonder te zeggen waarheen, had de oude daine zi*er getroffen. Geen briefje, geen telegram, geen regel schrift had zij nog ontvangen en terwijl zij Rairaond diep beklaagde, deed zij niets dan weenen. Haar geheele vermogen had zij aangeboden, om Ploërné's financieele aangelegenheden te regelen. Gelukkig was dat echter niet noodig geweest, want Bernheimer had op Raimond's naam in alle stilte eene gewaagde speculatie uitgevoerd, die hem alles weer had doen terugwinnen, wat 209 hij verloren had. Vervolgens had hij hem gedwongen de zoo hoog noodige rust te nemen en zich kalm te houden voor het duel. Met een admiraal had hij alle3 geregeld. De Roquière was zeer bekwaam op het pistool en daarom hadden de getuigen gewihl, dat er met «len degen zou worden gestreden, maar Raimond had beslist geweigerd hij wilde niets anders dan het pistool en op vijf-en-twintig pas afstand, met het recht voor ieder, om vijf pas voorwaarts te mogen gaan. De getuigen hadden dit eerst niet gewild en ook gedacht dat Roquière zulke zware conditiën niet zou aannemen, doch deze stemde in alles toe. Wat Raimond betreft, hij had de vaste overtuiging, dat hij de Roquière zou dooden. Werd hij daarbij gedood, zooveel te beter. Zijn levensgeluk was nu toch verwoest. Nog altijd stond mevrouw de Saint-Maurice voor de ramen en waarachtige moederlijke bezorgdheid en angst voor Raimond benamen het goede mensch haast den adem. De pendule sloeg halftwaalfsedert een uur minstens moest het duel geëindigd zijn. Wat was er gebeurd Zou bij het verdriet over Lydia's vlucht ook nog de smart over Raimonds dood moeten komen? Was hij gewond, durfde men hem misschien niet vervoeren Daar klonk opeens het geratel van wielen. Een rijtuig kwam snel aangereden en hield voor het huis stil. Bern heimer sprong er uit en.... alleen. Mevrouw de Saint- Maurice liep hem in vertwijfeling tegemoet, zoo snel als zij in geen twintig jaar geloopen had en toen stak zij Bernheimer ontroerd beide handen toe, maar zij waagde het niet eene vraag te doen. „Stel u gerust, hij leeft zei Bernheimer. De opwinding van de oude dame was zoo groot, dat zij op den grond zou zijn gestort, indien Bernheimer haar niet had gegrepen. Hij zette haar in een stoel en verzocht haar zich kalm te houden. „O, mijn God, wat een geluk stamelde zij. Maar Bernheimers gelaat stond somber. „Verheug u niet te spoedig," zeide hij „hij leeft wel, maar is zwaar gewond. Laat zijn kamer in orde maken. Ik ben vooruitgereden om u «lat te verzoeken."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1893 | | pagina 2