NEDERLAND. genomen plan door te zetten, omdat ik vreesde voor het bederven van den goeden geest binnen boord, en den nadeeligen indruk, die door het tijdelijk tenigkceren van de «Medusa" zou wor den te weeg gebracht. Ik vernam weldra, dat wij reeds 12 pond stoom hadden, zoodat de „Medusa" nu den toenemenden stroom gelukkig nog kon over winnen en al vurende de batterijen passeerde, die, naarmate wij de straat doorstoomden, achter geboomte eu rotsen hanr vuur op ons opende, zoodat wij door zeveu landbutte- rijen successivelijk werden beschoten en ge- ruimen tijd aan het kruisvuur van drie batte rijen behalve het vuur der schepen (dat even wel spoedig verzwakte), waren blootgesteld geweest; het was halt elf ure toen wij de laatste schoten beantwoordden, en de vijand ophield met vuren. Het schip heeft dus na genoeg anderhalf uur noodig gehad, om, tegen den sterken stroom opstoomende en zwaar be schoten wordende, met Gods hulp behouden de binnenzee te bereiken het is onbegrijpelijk en bijna als een wonder te beschouwen, dat er zoo weinig gesneuvelden en gewonden zijn gevallen bij dit op zoo betrekkelijk korten af stand doorgestaan batterijenvuur. De gesneuvelden waren matroos 1ste kl. A. Cornelis en matrozen 3de kl. H. van Eeu wen, T. A. de Koning en J. Keijzer. Ik liet daarop officieren en equipage op het dek komen, ten einde hen allen geluk te wenschen met den uitslag van dit gevecht, en mijne tevredenheid te betuigen over hun gehouden dapper en manmoedig gedrag, met de verzekering, dat ik Zijne Excellentie den Minister van Marine en den Schout-bij-Nacht May, bij de eerste gelegenheid rapport zou zenden van den uitmuntenden geest en de dapperheid, welke officieren en manschappen in deze zoo gevaarvolle oogcnblikken bezielden, en waardoor het den Almachtigen God behaagd had de „Medusa" voor een bijna wissen on dergang te behoeden. Dat zij allen er trotsch op mochten zijn de eer te hebben gehandhaafd van dien dierbaren grond onzer geboorte, voor welks behoud zooveel helden hun bloed deden stroomen, en dat zij er op konden rekenen, dat onze ridderlijke Koning dit hun schoon gedrag met vreugde zou venemen en naar waarde belooncn. De zoo verdienstelijke ollicier van gezond heid Hommel kreeg nu de handen vol hij had zich gedurende het gevecht bijzonder on derscheiden, hun zelf in persoon de batterij helpende uitdragen, en hoewel er slechts zeven waren, waaronder drie zwaar gewond, was het voor onzen zoo ijverigen dokter, die zelf door eene oogziekte was aangetast, en geene hulp had, dan die van den uitmuntenden oude zie kenoppasser Guijken, een zware taak. Een der zwaar gewonden, de inlandsche matroos Kerto Troeno, was getroffen door een eikenhouten splinter van eene halve el lengte, die dwars door beide e kaken heen aan weerskanten van 't hoofd uitstak. Dank zij de goede zorgen van onze Dr. Hommel, is deze man, zoowel als de overige gewonden, geheel genezen. Onder meerdere bijzonderheden behoort ver meld te worden de groote bedaardheid vnn mijn hofmeester de Wringer, die bij den aan vang van hel gevecht den Consul-Generaal een kopje thee op het dek kwam aanbieden alsof er niets gaande was, en zich daarna bijzonder onderscheidde met de kardoeshalers, (1) "waaronder er eenigen, is het wonder, wel eenigermate bevreesd begonnen te worden toen zij dooden en gewonden zagen vallen], aan te moedigen en met gevulde kardoeskokers naar hunne divisicn terug te doen keeren. I De Consul-Generaal achtte het met mij voor zichtiger, nu eenmaal in de binnenzee zijnde, door het Buiigo-kananl de reis naar Tokohama te vervolgen, aangezien de politieke gezindheid van Japan alsnu niet te verklaren was, en de tocht naar het Kiuo-kananl het schip opnieuw zou kunnen blootstellen aan vijandelijkheden der Japanschc batterijen. Ik meen hier niet te mogen nalaten als I mijne overtuiging uit te spreken, dat de oude geest onzer voorvaderen bij het Nedeilandsche volk, in oogenblikben van groot getaar, en waar het de eer onzer vlag geldt, nog niet is uitgedoofd; en mocht eenmnal onze Yade.-land- sche bodem, door overmacht bedreigd, in gevaar komen, dnn zullen er, even als van ouds, won- deren van dapperheid te voorschijn komen wij zijn, God dank 1 als krijgshaftig volk bij geene natie der wereld ten achteren. Het is onmogelijk de sensatie te beschrijven, welke onze komst op de Engelsche vloot te weeg bracht, en de geestdrift, waarmede de „Medusa" door de Engelschen werd begroet ook van tien wal werd het schip als over- stroomd door alle autoriteiten der verschil- lende Mogendheden, die hunne bewondering j kwamen betuigen over den wonderlijken af- loop van ons gevecht. Den 3dcn September 1804 werd, zooals bekend is, revanche genomen door de geza menlijke zeemacht van Engeland, Frankrijk, Nederland en Amerika. Van onze zijde nomen nan dat bombardement vanSimonoseki ded, de schepen „Metalen Kruis", „Djambi'], „Amsterdam" en „Medusa" en de expeditie had zeer voldoende resultaten. De bevelhebbers dier schepen ontvingen de Militaire Willemsorde of werdeu daarin bevorderd, evenzeer de eerste officieren. Drie officieren der „Medusa", de heeren Wolterbeck j Muller, Wittop Koning en ïhurkow, ontvingen j de eerste het officierskruis, de anderen het ridderkruis der Eikenkroon, terwijl de schipper J. de Vogel tot broeder van den Ned. Leeuw werd benoemd. Jammer, dat geen gevolg is gegeven aan de belofte, te Batavia na terugkomst der expeditie gedaan, dat nl. van een der Tcrovcrde kanonnen kruisen zouden worden gemaakt voor het volk cn hun een deel der buit zon geschonken worden. Thans, na dertig jaar, doet het onnangenaam nan, te moeten con- stateeren, dat die belofte niet gehouden is. j HELDER, n Juli. Offlciëele berichten uit de „Staatscourant". Bij Kon. besluit is de heer S. O verdiep, arts, met ingang van 16 dezer benoemd tot off. van gez. 2de kl. bij de zeemacht. Bij Kon. besluit zijn de off. van gez. 2de kl. b(j de zeemacht W. H. C. G. Keyzer en G. O. Snijders met 16 dezer bevorderd tot off. vnn gez. 1ste kl. Bij Ministerieel besluit is benoemd tot adjunct-directeur van dc strafgevangenis te Alkmaar, J. E. Jalink, thans commies in de strafgevangenis te Rotterdam. Provinciale Staten van Noordholland. Zitting van Vrijdag 7 Juli, des voormiddags 12 uur. Aan de orde waren heden de rapporten over de verschillende adressen en voorstel len. Punt 11. Ontwerpbegrooting der kosten voor het provinciaal bestuur voor zooveel het rijksbestuur is voor 1894, met memorie van toelichting. Het totaal der begrooting is f77.965. Punt 12. Ontwerp-begrooting der enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven, dienst 1894, met memorie van toe lichting. Punt 13. Voorstel van Gedeputeerde Sta ten tot heffing van opcenten. Het aantal opcenten op de grondbelasting bliift daarbij onveranderd, maar in plaats van vier, stel len Gedep. Staten voor, vijf opcenten te heffen op de personeele belasting. Dit wordt noodig geacht tot versterking der provinciale fondsen, vooral in verband met het voorstel tot ontheffing van de admini stratie van Meerenberg, van de rente en af lossing der geldleening, ten behoeve van de uitbreiding van dat gesticht aangegaan. Punt 25. Ontwerp suppletoirebegrooting van de provinciale en huishoudelijke inkom sten en uitgaven voor 1893, met memorie van toelichting, groot f5809. De C. v. R. adviseerde bij monde van den heer Coninck Westenberg gunstig ten opzichte van deze drie punten. Punt 14. Voorstel tot het verleenen van een subsidie van f 2000 jaarlijks voor den tijd van 3 jaar aan de industrieschool voor vrouwelijke jeugd te Amsterdam. Punt 15. Voorstel tot het verleenen van een subsidie, groot f 2000 jaarlijks, voor den tijd van 3 jaar aan de kweekschool voor ma chinisten te Amsterdam. Punt 16. Voorstel tot het verleenen van een subsidie van f 1000 per jaar, voorden tijd van 3 jaar, aan het conservatorium te Amsterdam. Punt 17. Voorstel tot het verleenen van een subsidie van f 800 voor het jaar 1893, ten behoeve der zeevaartkundige school in het Zeemanshuis te Amsterdam. Punt 18. Voorstel, om aan de gemeente Edam, ten behoeve van hareteekenschooi, een jaarlijksch subsidie van f 1000 toe te kennen voor den tijd van drie jaar, onder voorwaarde dat het steeds ten genoege van Ged. Staten zal moeten worden aan gewend, uitsluitend ten bate der school. Ged. Staten konden zich niet vereeni gen met het voorstel van den inspecteur van het M. O., om ook een som van f 500 in eens te geven tot aanschaffing van leermiddelen. Namens de C. v. R. adviseerde de heer Portielje ten gunste van de aanneming dezer voorstellen. Punt 19. Subsidie-aanvrage van kerk voogden der Hervormde Gemeente te Nederhorst den Berg, waarin zij verzoeken een subsidie van f 8000 a f 10,000, ter voltooiing van de restauratie van kerk en toren. Gedep. Staten adviseeren hierop ongun stig, er op wijzende, dat een dergelijk verzoek in 1872 gedaan voor herstel van kerk en pastorie te Watergang, werd afge wezen, evenals eene herhaalde missieve van den Minister in 1875 voor restauratie der St. Bavokerk te Haarlem. Wel is waar achten Ged. Staten het bevorderen en on dersteunen van kunst en kunstzin niet in strijd met de roeping van het provinciaal bestuur, maar is h. i. het veld te ruim voor de beperktheid der provinciale fondsen. Bij meerderheid van stemmen heeft de C. v. R. zich met dit praeadvies vereenigd. Punt 20. Voorstel tot het aankoopen eener belangrijke verzameling op de ge schiedenis der waterschappen in deze pro vincie betrekking hebbende documenten uit de nalatenschap van wijlen mr. H. Jacobi, den vroegcren griffier der Staten, voor de som van f 1000. De C. v. R. adviseert tot goedkeuring. Punt 21. Adres van het bestuur der afcl. Amsterdam van de Vereeniging ter be vordering van fabrieks- en handwerksnij- verheid in Nederland, omtrent een subsidie verleend ten behoeve van een op te richten Museum van voorwerpen ter voorkoming van ongelukken en ziekten in werkplaatsen en fabrieken. Om reeds uitvoerig door ons vermelde reden stellen Ged. Staten voor, op het verzoek om de subsidie onder intrekking dier voorwaarde alsnog toe te kennen, af wijzend te beschikken. Eenparig vereenigt de C. v. R. zich met het voorstel van Ged. Staten. Punt 22. Voorstel tot het verleenen eeuer subsidie van 1000 's jaars, ingaande met 1894, aan den stoombootdienst Enkhuizen Urk—Kampen. De C. v. R. stelt voor het subsidie niet voor drie doch voor één jaar te verleenen (rapporteur de heer Surrurier). Punt 23. Rekening van het gesticht Meerenberg over 1892 en van het pensi oenfonds voor ambtenaren, bedienden en vaste werklieden in het gesticht over het zelfde jaar. Deze rekening bedraagt in uit gaven f 418.7S3 59$ en in ontvangsten f41413830 en sluit derhalve me', een nadeelig saldo van f 4.645.29L Punt 24. Suppletoire begrooting van Meerenberg voor 1893 ad f 20 809. Punt 26. Voordracht tot vrijstelling over i8!»4 van het gesticht Meerenberg van de verplichting tot teruggaaf aan de provincie van het bedrag der rente en aflossing van de ten behoeve van het gesticht gesloten geldleening. Punt 27 Begrooting van het gesticht Meerenberg voor 1894, ad. f 141.195.20. De C. v R. (rapporteur de heer Kalff) verklaart zich voor goedkeuring der pun ten 22, 23 24 en 27. Punt 29. Het bestuur van den Stommeer polder verzoekt dat art. 3 van het bijzonder reglement van bestuur zóódanig worde gewijzigd, dat voortaan in plaats van een grondbezit van 3 hectaren, hef bezit van 1 hectare worde gevorderd als verkiesbaar heid tot lid van het bestuur. Dit verzoek is gegrond op de tegenwoordige beperktheid van het aantal verkiesbare ingelanden. Ged. Staten stellen voor, conform het verzoek te besluiten. De C. v. R. beaamt het voorstel van Ged .Staten. Punt 30. Het bestuur van het ambacht van West-Friesland, genaamd Drechterland, verzoekt de jaarwedde van den dijkgiaaf van f 1500 te verminderen tot f 1200. Ged. Staten zijn hier tegen, daar zij eene jaarwedde van f 1500 niet te hoog achten. Voorts stellen zij voor, te doen vervallen de bepaling dat de heemraad die den dijk graaf in geval van nood moet bijstaan, f 500 ontvangt. I11 de plaats daarvan wenschen zij, dat de beide heemraden elk f 300 zullen ontvangen. Hiermede kunnen Ged. Staten zich vereenigen. Onnoodig achten Ged. Staten het voor stel om te bepalen, dat de maxima der schrijf- en bureaubehoeften van den secre taris en den penningmeester elk met f 25 worden verminderd en alzoo gesteld op 1 75. Bovendien worden nog enkele reglements wijzigingen van weinig aanbelang voorge steld. De C. v. R. (woordvoerder de heer Groen van Waarder) vereenigt zich met het advies van Ged. Punt 31. Voordracht tot wijziging van bestuur voor het hoogheemraadschap van den Hondsbossche en Duinen tot Petten betreffende opname daarin van het hoog heemraadschap Mijzen. Punt 32. Voorstel tot wijziging der bijzondere regiementen van bestuur voor: a. Het hoogheemraadschap van de Strijkmolen van de Schagerkogge, strekkende tot verhooging van het traktement van den dijkgraaf met f 20. b. l)e banne Sijbekarspel, strekkende tot toelegging aan de leden van het bestuur eener bezoldiging van f 300. c. Banne en polder Schagen, strekkende tot verhooging van 's voorzitters-traktement met f 40 en dat van elk der leden met f 10. d. Banne of polder Obdam, strekkende tot verhooging van de jaarwedde des voor- zttters met f 20, die der leden met f 10, het presentiegeld met f 1 en der maximum der huishoudelijke kosten met f 2. Ten opzichte van de punten 31 en 32 adviseert de C. v. R. tot goedkeuring. De C. v. R. adviseert ook gunstig op het voorstel van Ged. Staten om voor de beharding van een gedeelte van den weg over den dijk langs het zijkanaal C een bijdrage van f 1700 te verleenen. Rappor teur de heer De Boer. Over al deze voorstellen zal Dinsdag e. k. worden beslist. Aan de orde werd gesteld het ontwerp van een reglement op de wegen in Noord- Holland, opgemaakt door Ged. Staten en geamendeerd door eene speciale commissie uit de Prov. Staten. Deze amendementen werden door Gedep. Staten overgenomen. Algemcene beschouwingen weiden hier over niet gehouden. Algemeen was men dus van oordeel, dat het maken van een reglement op de wegen in Noord-Holland gewenscht is en Prov. Staten daartoe be- bevoegd zijn, terwijl de rechtskracht van den ligger aan de beslissing van den rechter J is overgelaten. Op voorstel van Mr. van Nierop werd besloten, dat niet dc gemeenten maar de provincie de kosten van het maken der liggeis zal dragen. Verworpen werd een motie van orde van mr. Van Lennep, om de ingebrachte amendementen te stellen in handen van Gedeputeerde Staten om advies uit te bren gen in de Najaarsvergadering. Verschillende sprekers betreurden met hem, dat deze zaak niet in de afdeelingen is behandeld, maar gesteld in handen eener commissie. Nadat de Provinciale Staten tot onge veer 4 uur van gedachten hadden ge wisseld over het voorstel tot vaststelling van een reglement op de wegen in Noord- Holland, is de verdere behandeling van het voorstel tot Dinsdagmorgen verdaagd. Van Mesdag ontving „Het Vad." het volgende bericht „Het totaal der verkochte kunstwerken van Hollanders op de tentoonstelling te Chicago steeg in dc week, eindigende 23 Juni, tot het aanzienlijk bedrag van f 57,273, voor 47 werken. „Tot juryleden, afd. Schoone Kunsten, werden door de Regeerir.g benoemd de heeren Huber en Vossalhier; deze laatste vertrekt morgen naar Chicago." De Groothertog van Saksen- Weimar zal weder een gedeelte van het seizoen te Scheveningen doorbrengen, waar hij tegen 1 Augustus in het Kurhaus wordt verwacht. Binnenland8ch nieuws. Helder. De Vrijzinnige Vereeniging „Vooruitgang" vergaderde gisterenavond, tot het stellen van twee candidaten voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad, in plaats van de heeren die voor de candidatuur hadden bedankt. In plaats van den heer dr. P. P. C. Hoek werd gekozen de heer C. S. de Wit, commies der telegrafie alhierin plaals van den heer F. P. Schilling het aftredend lid, den heer J. Hoogenbosch. De candidatenlijst van „Vooruitgang"is nu dus samengesteld uit de heerenC. A. Beukenkamp, dr. P. C. F. Frowein, P. van Twisk, I. Korver, C. S. de Wit en J. Hoogenbosch. Wieringerwaard. Als raadsleden treden dit jaar af de heeren J. L. T. Groneman, J. Bakker Jz. en J. D. Schenk. Schagen, 7 Juli.In de jl. Vrijdagmorgen gehouden vergadering van den Raad dezer gemeente werd den heer Kloeke, hoofd der openbare lagere school, wegens zijne be noeming als zoodanig te Haarlem, eervol ontslag verleend tegen 15 Augustus e. k. Besloten werd van sollicitanten naar de vacante betrekking de acte voor Fransch, Duitsch en Engelsch te eischen en het salaris (f 1500 met vrije woning) onveranderd te laten. Alkmaar, 11 Juli. Door de Liberale Kiesvereeniging „Eensgezindheid" alhier wer den de heeren J. de Lange Gz. (lib.), C. W. Bruinvis (lib.), F. L. Koorn (R.-K.), J. M. de Sonnaville (R.-K.), W. F. Stoel (rad.) en J. de Wit Dz. (lib.) wedir gekozen als can didaten voor leden van den Gemeenteraad. Verder werd besloten te trachten deze Vereeniging te maken tot eene Centrale, voor zoover betreft de verkiezing van leden voor de Provinciale Staten. 12 „Gij zoudt niet verlangen uwe vrijheid terug te hebben, als ge Gerard ooit had bemind," zeide zij. „Maar niemand heeft u gedwongen, met een leugen op de lippen voor het altaar te treden." „Met een leugen ik Natuurlijk is dat de opvat ting van den „goeden kameraad" en dat doet u alle eer aan. Maar gij zult mij wel veroorloven van eene andere meening te zijn. Niet ik heb gelogen, maar hij en gij allen, die van mijne onervarenheid partij hebben getrokken, om mij met vleiende overreding en bedriegelijke voorspiegelingen in mijn ongeluk te doen loopen. Of beging ik een misdaad, toen ik in mijne onschuldige phantastische meisjesdroome» de verbeelding verwisselde met de werkelijkheid, dat ik tastbaar en levendig voor mij meende te zien, wat slechts bedrog en hersenschim was Is de bekwame landheer van Groenheide, die aan niets anders denkt dan aan zijne paarden en koeien, gewassen en land, soms dezelfde ridderlijke dragonder-officier, die niet door zijn schitterende uniform, maar door zijne gehui chelde belangstelling voor al het hoogere schoone en goede mijn onervaren hart zocht te winnen Is dit melan cholisch, troostlooze land soms het Paradijs, dat men mij voorspiegelde Neen, zeg ik u, neen en duizendmaal neen Men heeft met mij een ongehoord bedrog gepleegd en thans boet ik voor mijne kinderlijke lichtgeloovigheid met een verwoest leven „En zijt ge nooit op de gedachte gekomen, dat gij zelf de schuld daarvan kunt dragen. Hebt ge ooit moeite gedaan met zachte hand de zorgen van den arbeid des daags van Gerard's voorhoofd te wisschen. Hebt gij er ooit aan gedacht zijne omgeving tot een Paradijs voor 13 hem te maken Met een bitter lachje wierp de jonge vronw verachtelijk het hoofd in den nek. „Ik heb gedurende mijne verloving nooit deemoed of volmaaktheid gehuicheld, die hem het recht zouden hebben gegeven, dat in mijn huwelijk van mij te verwachten. En het kan best zijn, dat ik geen talent heb voor goede fee te spelen# Wat ik aan rijkdom des harten te schenken heb, moet op ridderlijke wijze verkregen of stormender hand genomen worden. In den vorm van gewone aalmoezen schenk ik mijne gunsten niet." „En wat verstaat gij onder „op ridderlijke wijze Komt de brutale hofmakerij van dezen schilder u als zoodanig voor?' Editli maakte eene snelle beweging, alsof zij met groote heftigheid wilde antwoorden, doch zij wist zich snel te bedwingen en het klonk zelfs ijzig koel toen zij antwoordde „Misschien En als Werner Burghardt in uwe strenge rechtersoogen ook al niet het ideaal van een volmaakt man is, zoo hebben mijne echtelijke ervaringen mij geleerd, op dat punt minder veeleischend te zijn. Ik loochen het niet, dat ik hem als mensch even hoog schat, als ik hem als kunstenaar bewonder. Of zijn mij soms sedert mijn huwelijk zulke dingen niet meer geoorloofd „Slechts uw eigen geweten kan u daarop antwoord geven, Edith. Maar ah gij mij vraagt of Burghardt uwe hoog achting werkelijk verdient „Daarnaar vraag ik u niet!" viel de jonge vrouw haastig in, „want ik weet te goed, hoe ge hem haat, en ik wensch bovendien bij het kiezen mijner vrienden de stem van mijn eigen jhart te volgen. De weinige zonnestralen, welke

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1893 | | pagina 2