De heer A. van Dedem acht sommige I
zinsneden der Troonrede te optimistisch.
Zoo die aangaande den oogst en den
veestapel. Is die toestand op het oogen-
blik tamelijk bevredigend, er is aan
leiding om den winter niet zonder zorg
tegemoet te gaan. Van handel, nijverheid
en scheepvaart wordt gezegd, rlat „daarin
geen merkbare verandering is gekomen".
Is dit zoo, dan kan men dien toestand
niet anders dan slecht heeten. En van
waar dan de uitlating, dat de algemeene
toestand des lands „bevredigend" is?
Spr. zal geen nieuwe redactie voorstellen,
maar bepaalt zich tot een woord van pro
test.
De heer Pyttersen dringt met den heer
De Meyier aan op de herziening van het
Personeel. Doch men bedenke, dat in elk
geval het gevaar voor uitstel der behan
deling van de Kieswet moet worden ont
weken. Daarom zou het ongewenscht zijn,
om de urgentie van het Personeel al te
zeer op den voorgrond te plaatsen.
Verschuiving van de Kiesrecht-behande
ling zou spr. een groot gevaar achten,
waardoor tweedracht en ontevredenheid
zou worden gewekt. Daarom neme men
liefst de soberheid, door de Regeering be
tracht, tot voorbeeld.
De heer Bahlmann gelooft, dat de niet-
toezegging der herziening van het Personeel
groote teleurstelling, zoowel in als buiten
de Kamer, heeft gewekt.
Desnoods behoude men de tollen, als het
maar komt tot de zoo dringend noodige
verlaging van het Personeel.
De heer De Beaufort (Amsterdam)
voorzitter der Commissie van Redactie
heeft in de financieele paragraaf der Troon
rede eene zekere „rust van voldaanheid"
gevonden. Waarin vindt de aankondiging,
dat belasting-verhooging niet noodig zal
zijn, eigenlijk haar grond?
Is de Minister niet geneigd met zijn
hervormings-arbeid voort te gaan Deze
indruk zou zeker door de nadere verkla
ringen der Reg. worden weggenomen.
Om al deze redenen achtte de Commis
sie 't het best, een blooten weerklank op
de Troonrede te geven.
De Minister van Financiën wijst er op,
dat, waar de Troonrede zegt, dat geen
belastingen moeten worden verhoogd, daar
mee niet zou gezegd zijn, dat herziening niet
noodig is.
Aan rust denkt de Minister nieter is
op het gebied van belasting-hervorming nog
zeer veel te doen en de Min. aarzelt niet
op den ingeslagen weg voort te gaan.
Waarom is niet van het Personeel ge
waagd? Zoodra de Bedrijfsbelasting was
aangenomen, is de Min. aan het werk
gegaan om te onderzoeken, in welke rich
ting verlichting in deze zal kunnen worden
gevonden.
De Min. meent de moeielijkheid te
hebben opgelost, maar is er nog niet ge
heel zeker van. Daarom gewaagde de
Min. er in de Troonrede niet van.
De Min. ontkent, dat hij meer heeft be
loofd dan hij heeft gedaan. De Min. heeft
zijne uiterste krachten ingespannen.
De algemeene strekking van het adres
werd, ondanks de bezwaren van den heer
A. van Dedem, die ze nader ontwikkelde,
zonder stemming goedgekeurd.
Het geheele adres is aangenomen met
65 tegen 1 stem (die van den heer A. van
Dedem).
De vergadering is daarna gesloten.
Het ontwerp op de krijgstucht, bij de
Tweede Kamer ingediend, behoudt in
hoofdzaak de grondslager, der vigeerende
wetgeving. Het herstelt alleen de ge
breken, bevat aanvulling van de leem
ten of brengt wenschclijke wijzigingen aan.
Het krijgstuchtelijk recht voor zee- en
landmacht is in één ontwerp vervat. De
militaire disciplinaire vergrijpen worden in
twee klassen onderscheiden. Tot de eerste
behooren handelingen, die een schending
der militaire verplichtingen leveren, tot de
andere delikter., die disciplinair kunnen
afgedaan en ettelijke overtredingen tegen
de krijgstucht.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Het programma van het
negentiende zomerconcert, op morgen (Zondag),
des namiddags ten 2} u., door liet Staf-
muziekkorps der K. N. Marine in het „Park
Tiroli" nlhier te geven, luidt als volgt
1. 1848—1893. Peestmarsch, opgedragen
aan het Delftsch Studentencorps, ter gelegen
heid van haar 9de Lustrum, G. van Tien
hoven van den Bogaard. 2. Jubel-Ouverture
(met slot oud Wilhelmus van Nassauen, van
Marnix van St. Aldegonde, 1583), C. M.
von Weber. 3. Alpenhornklange am Rosen-
laui-Gletscher, Emile Kronach (mit Solo für
Cor Anglaise). 4. Grande fantaisie sur des
motifs de 1'opéra de G. DonizettiLa fille
du Regiment, F. Blumentritt. 5. Ouverture:
Soldatenleben, Kéler-Béla. 6. Eine Musik-
reise durch Europa, A. Conradia. Abfahrt
von Amsterdam b. Berlin c. Oesterreich
d. Schweize. Italicn (Tarantelle)f. Frank-
reich g. Spaniën (Bolero)h. Gewitter auf
See i. Schotland; j. Engeland; k. Rusland;
1. Polen m. Ungarn n. Zurückkehr in
Amsterdam. 7. La Sércnala, Valse Espagnole,
Olivicr Me'fra. Nos. 1, 2, 3, 4 en 5 eerste
uitvoering.
Marino en Leger.
De zomerschietoefeningen van Hr. Ms. artil
lerie-instructieschip „Bellona" aan de Hora zyn
voor dit jaar afgeloopen.
Dc ctat-major van Hr. Ms. fregat „De
Ruijter",dat bij gunstig weer morgenochtend te.
1 uren van hier naar zee zal vertrekken, be- I
staat uitkapt. ter zee C. HolTman, com-
mandantkapt-luit. ter zee L. C. Rovers,
lste ofï.luit. ter zee lstekl. W. J. Cohcn J
Stuart, id. P. Scholten; luit. ter zee 2de kl.
W. C'ornelis, id. O. Van Lennep, id. W. C.
B. Wintgens, id. A. J. Kleijnenberg adel
borsten lste kl. E. P. Westerveld, J. .1. M.
Baart, M. C. Koning, K. Zeeven, J. II.
Tours, F. H. Smit Kleine, A. W. lioeke, F.
K. J. Heringa, A. Waller, C. Aronstein, C.
J. P. Zaalberg, L. J. Quant, R. F. Muschart,
P. A. Arriëns, J. Arendsen de WollT, G. L.
Heeris, P. A. Van Rees, A. D. Muller, P.
H. Gnllé, C. Van Manen en F. B. Klaver
weiden ofï. v. gez. lste kl. T. Janssonius,
id. 2de kl. W. A. Stark, off. v. adm. 2de
kl. S. F. baron Van Heerdt tot Evcrsberg,
adj.-admin. A. A. Peereboom Voller.
Het machinekamer-personeel bestaat uit
mach. lste kl. v. k. J. G. H. Jordans, id.
2de kl. A. Aarsen, id. id. E. M. Bnijck, id.
3de kl. P. Ohmstede, id. id. P. L. Cocheret,
mach.-ll. lste kl. P. G. Gallas, id. A. B.
Engelbrecht, id. G. J. Conrad, id. C. A. I)e
Bode, id. J. W. J. Cleijpool, id. F. J. L.
Swüste.
De kapt.-luit. ter zee H. Van der Meer
wordt 1 Nov. a. s. als hoofd ven het vak
van uitrusting op 's Rijkswerf te Hellevoet-
sluis vervangen.
Er is bepaald, dat dag en nacht aan boord
van Hr. M«. opleidingsschip „Admiraal van
Wassenaer" te Amsterdam een officier van
gezondheid aanwezig zal moeten zijn, ten
einde desverlangdjhulp te verleenen bij plot
selinge gevallen van cholera aan boord van
Hr. Ms. schapen, in de mariniers-kazerne
of op 's Rijkswerf aldaar.
Mutatie op heden in de directie der Marine
te Hellevoetsluis op non-actief worden gesteld
de luits. ter zee 2de kl. W. C. A. Hoog en
D. E. Van Dijk, van Hr. Ms. „Nautilus",
W. H. Nolthenius, van Hr. Ms. „Prins van
Oranje" en W. A. J. Vau Diggelen, van Hr.
Ms. „Gier"; geplaatst: op Hr. Ms. „Nauti
lus" de luits. ter zee 2de kl. L. J. Van Helo-
ma, jhr. H. L. Quarles van Ufford en jhr.
H. J. A. Pompe van Meerdervoortop Hr.
Ms. „Gier" de luit. ter zee 2e kl. G. W. De
Leur; overgeplaatst: van Hr. Ms. „Nautilus"
naar Hr. Ms. „Prins van Oranje" de luit. ter
zee 2de kl. H. H. Del Court van Krimpen.
Omtrent het proefstoomen van den nieuw-
gebouwden monitor „Reinier Claeszen", den
grootsten monitor onzer Marine, bestemd voor
de verdediging van het Zuiderfrontier en in
conservatie te Hellevoetsluis, vernemen wij uit
goede bron het volgende
Op den eersten proeftocht, op 21 dezer,
wilde men de vaart bij weinig vermogen lee-
ren kennen en op deu tweeden, 2 3dezer, heeft
men het kolenverbruik bij 10 mijlsvaarl
nagegaan.
Na den kolenproef werd een uur met 150
slagen gestoomd, waarbij een vaart van 12
mijl behaald werd.
Jl. Donderdag zou de derde proeftocht (de
volle krnchtsproef) gemaakt worden langs de
gemeten mijl, maar eerst werd de „Claeszen"
in het droge dok te Hellevoetsluis opgeno
men, waar eene kleine verandering in de
afmetingen der voortstuwers gemaakt zal
worden, waardoor men nog beter resultaten
hoopt te verkrijgen.
De levering van p. m. 1,261,000 Kg.
pnntscrplaten, ten behoeve vau de in aan
bouw zijnde pantserschepen te Amsterdam,
Rotterdam en Vlissingen, is opgedragen aan
den heer Jacq. R. Dulilh, te Rotterdam, als
vertegenwoordiger der Compagnie des haute
fourneaux Forges et Américn de la Marine
et des chemins de fer te St. Chamond (T.oire),
Frankrijk.
Benoemingen, enz.
Tot lichtwachter te de Cocksdorp op Texel
is met 1 Oct. a. s. benoemd J. C. Ham, te
Egmond aan Zee.
De rijksveldwachter (brig.-titulair) R. Bot,
te Alkmaar, is, op zijn verzoek, met ingang
van l dezer eervol ontslagen.
Het overgroot aantal sollicitanten naar de
betrekking van rijksveldwachter maakt het
noodzakelijk, vooreerst geen niéuwe sollici
tanten daarvoor in aanmerking te doen komen;
mitsdien zal op de alsnog tot dat einde in
gediend wordendu verzoeken vooreerst geen
acht meer worden geslagen.
Onderwijs en examens.
Benoemd tot onderwijzeres te Heiloo, mej.
T. van Es, te Enkhuizen.
Kerknieuws.
Geslaagd voor het ndmissie-examen der
Theologische School te Kampen, de jongeling
Joh. Taal, leerling van den heer C. W. II.
Louws alhier.
Rechtszaken.
ATrondissements-rechlbank te Alkmaar.
Zitting van 26 Sept. 1893.
A. P., te Schagen, mishandeling, 8 dagen
gevangenisstraf.
M. P., huisvr. v. G. V., te Helder, dief
stal, f 5 boete, snhs. 3 dagen hecht.
H. F., te Helder, mishandeling, 6 dagen
gev.
C. H., te Hoorn, diefstal, 8 maanden gev.
P. d- G., A. d. G. en J. d. G., te Cas-
tricum, mishandeling, de eerste 4 weken, de
tweede 2 weken en de derde 1 week gev.
J. D., te Enkhuizen, openbare dronken
schap, bevestiging van het vonnis van het
kantongerecht.
A. B., te Hoorn, diefstal, 6 maanden gev.
C. U., te Hoorn, heling, 6 maanden gev.
M. G., te Enkhuizen, diefstal, vrijgesproken.
P. v. R., T. S., J. S.. S. d. J. en M. B.,
allen te Hoorn, diefstal, de 4 eersten ieder
5 dagen gev., de laatste vrijgesproken.
Buitenland.
België. Jl. Donderdagmorgen werd
iu vele mijnen vau het bekken Charleroi
de arbeid gestaakt; het aantal werkstakers
bedraagt 1700. Men gelooft, dat de werk
staking zich zal uitbreiden, doch van
korten duur zal zijn.
In het bekken van La Louviére
breidt de werkstaking zich nog uit; men
telt daar nu reeds een 5000 werkstakers.
Enkele mijnen hebben versterking der gen
darmes of het zenden van troepen gevraagd;
daartoe is echter nog geen bevel gegeven.
Düitschland. De telegrammen die
tusschen Keizer Wilhelm en Prins Bismarck
gewisseld zijn, luiden vertaald als volgt
Güns, Sept. 19.
Aan Prins Bismarck, Kissingen.
Ik heb tot mijn grooten spijt eerst nu
vernomen, dat Uwe Hoogheid onlangs eene
vrij ernstige ziekte doorstaan heelt. Daar ik
te gelijker lijd, Gode zij dank, vernam,
dat een,voortdurend toenemende beterschap
ingetreden was, betuig ik daarover mijne
groote voldoening. Daar ik gaarne iets
zou bijdragen tot verder herstel uwer ge
zondheid, verzoek ik Uwe Hoogheid, met
het oog op het minder gunstige klimaat
van Varzin en Friedrichsruh, gedurende
den winter uwen intrek te willen nemen
in een mijner kasteelen inMidden-Duitsch-
land. Na overleg met mijn hofmaarschalk
zal ik Uwe Hoogheid den naam van het
meest geschikte kasteel doen weten.
Wilhelm.
Prins Bismarck zond het volgende ant
woord
Kissingen, Sept. 19.
Aan Z. M. den Duitschen Keizer
Met den meesten eerbied zeg ik Uwe
Majesteit dank voor uwe viendelijke be
tuiging van deelneming in mijn ziekte en
van voldoening over de pas ingetreden
verbetering in mijn gezondheid en niet
minder voor Uwer Majesteit's vriendelijk
verlangen om tot mijn herstel mede te
werken door mij een woonplaats te ver
schaffen in het gunstige klimaat. Mijn eer
biedige dank voor de vriendelijke plannen
van Uwe Majesteit wordt in het geheel niet
verminderd door de overtuiging, dat
mocht het Gods wil zijn dat ik herstellen
zal daarop waarschijnlijk de meeste kans
bestaat in den huiselijken kring en de om
geving, waaraan ik gewend ben. Daar mijn
ongesteldheid van zenuwachtigen aard is,
deel ik de meening van mijnen geneesneer,
dat het beste middel om mijn beterschap
te bevorderen is, den winter te midden
mijner gewone omgeving en bezigheden
door te brengen en dat de storing in mijn
zenuwgestel, die door een verblijf in nieuwe
voor mij vreemde omgeving en gezelschap
pen waartoe ik genoodzaakt zou zijn,
indien ik aan Uwer Majesteit's verlangen
gehoor gaf veroorzaakt zou kunnen wor
den, met het oog op mijn hoogen leettijd
vermeden moet worden. Professor Schwen-
ninger zal de eerste gelegenheid te baat
nemen om U deze overtuiging, die ook de
mijne is, schriftelijk mede te deelen.
Bismarck.
De hofmaarschalk van Keizer Wilhelm,
graaf Von Lehndorf, is volgens de „N.-Y.
Herald" (Parijsche uitgave), te Kissingen
aangekomen, naar het heet om over een
samenkomst tusschen den Keizer en den
gewezen rijkskanselier te onderhandelen.
Hetzelfde blad deelt mede, dat Bismarck
weinig eetlust heeft en slecht slaapt. De
rheumatische pijnen gevoelt hij thans in
den linkerschouder. Graaf Herbert von Bis
marck. voud zijnen vader veel veranderd
bij was zeer geschokt toen hij den Prins
terugzag.
Engeland. Gladstone hield jl. Woens
dagavond in de AlbertHallteEdinburgh eene
redevoering voor een publiek van 1200
personen, die hem bij zijn optreden met
groot gejuich begroetten. De redenaar ver
klaarde dat zijn streven ten gunste van
Home Rule niet zonder succes was geble
ven. Een ontbinding van het Parlement
wegens de verwerping van de Home Ru le-
voordracht zou tegen het beginsel der grond
wet zijn en verraad tegenover eene groote
natie, die het recht heeft zichzelveu te regee-
ren zelfs de quaestie van de opheffing van
het Hoogerhuis zou aan de kiezers worden
onderworpen. liet zal de plicht der meer
derheid zijn, een middel te vinden om het
doel te bereiken.
Spanje. Maarschalk Martinez Campos
maakt 't goed. Van alle zijden ontving
de generaal, door wiens toedoen vooral
de monarchie werd hersteld en die alge
meen voor den leider van Spanje in uren
van gevaar wordt gehouden, blijken van
sympathie. Ook generaal Perez Clemente
werd ernstig gewondin het geheel zijn
13 officieren en hoofdofficieren gewond.
Hoeveel personen uit de toeschouwers
wonden of kneuzingen bekwamen, is niet
bekend. Toen Pallas de bommen had
geworpen, gooide hij zijn pet in de lucht
en schreeuwde ik heb 't gedaan. Hij erkent
alles, maar voegt er steeds bij, dat hij, als hij
ter dood wordt veroordeeld, niet ongewroken
zal sterven. De man is typograaf, gehuwd
en vader van 3 kinderen. Maandagnacht
en Dinsdag zijn nog 20 anarchisten te
Barcelona gearresteerd; bij de huiszoekingen
is nog een bom gevonden. De bereden
j gendarme,die gedood werd, was op het
oogenblikder ontploffing vlak bij den
Maarschalkde grootste stukken van
de bom troffen hem en het dier, dat hij
bereed; was hij daar niet gewees.t dan zou
de Maarschalk ongetwijfeld gedood zijn.
De overheid vermoedde wel, dat onder
de anarchisten iets broeide; men dacht
echter niet dat zij onbeschaamd genoeg
zouden zijn te pogen den Maarschalk op
klaarlichten dag aan het hoofd der troepen
te dooden.
De toestand van den Minister-President
Sagasta (die jl. Donderdag zijn kuitbeen
brak) is verbeterd.
Griekenland. Te Thorikos, bij Lau-
rium, is een waar Pompei ontdekt, eene
stad die, na bedolven te zijn door eene on
bekende oorzaak, geheel geconserveerd is
gebleven met huizen, muren en straten. De
ontdekking maakt veel sensatie.
Brazilië. De opstandelingen hebben
zich meester gemaakt van het oude pantser
schip „Lozandes" en zijn daarmede de rivier
opgestoomd tot Rosario, het centrum van
den opstand. De regeering heeft hen een
kruiser en twee torpedobooten achterna ge
zonden. De generaals Reijalle en Arredondo
zijn uitgetrokken tegen de opstandelingen
111 de provinciën Cordoba, San Louis en
Tucuman, De regimenten nationale gardes
van de provinciën Entre-Rios en Buenos-
Ayres concentreeren zich voor Rosario.
Kolonel Espina, die beschuldigd wordt
de opstandelingen te hebben aangezet tot
den aanval, welke jl. Donderdag door tor
pedobooten op de vloot werd gedaan, is
tot den kogel veroordeeld. In Santa Fe
zijn de opstandelingen op de vlucht gedre
ven hun aanvoerders zijn krijgsgevangen
gemaakt.
Volgens een particulier telegram, te Lon
den ontvangen, is het bombardement van
Rio-Janeiro jl. Donderdagmorgen hervat.
Siam. Op een conferentie met den Mi
nister van Buitenlandsche Zaken, nam gis
teren de Fransche gezant Le Myre de Vilers
een verzoenende houding aanhij schijnt
zijne eischen gematigd te hebben. Er be
staat nu veel hoop op een vreedzame op
lossing De onderhandelingen zullen Vrij
dag hervat worden.
CHOLERA.
Sedert onze vorige opgave deden zich
choleragevallen voor in de navolgende
gemeenten
12
de vlam en snoof met een alleraardigste beweging
van de neusvleugels den blauwen rook op.
„U rookt heerlijke sigaren," merkte zij op.
„Ja, 't is een goede sigaar," zeide hij, „anders, ik
heb er nog wel betere, waarvan ik u ook eens zal
laten genieten."
„'t Is of ik ook rook," lachte zij.
Deinniers lachte ookhij vond zijn gezegde en
baar opmerkingen even koddig en hij luisterde met
welgevallen naar baar helderen lach en keek met
zeker genot in haar vroolijk gelaat. Gedurig als hij
liaar aanzag, vertrok zij haar mond tot een lach en
hij lachte dan ook. E11 indien een derde hen zoo had
zien zitten, zou die wel gedacht hebben, dat mijnheer
Demmers en zijne huishoudster zich als een paar
dwazen aanstelden.
Een oogenblik later stond Demmers op en slenterde
den tuin in. Hij draaide een paar minuten daar buiten
rond als iemand, die niet weet wat hij doen zal, maar
stak toen zijn hoofd door het opgeschoven raam en
zeide
„Ik geloof waarlijk, juffrouw, dat u nog haast niet
in den tuin zijt geweest.'
„Ja toch, wel eens even."
„Achteraan ook?" vroeg hij.
„Achteraan? Neen, niet verder dan dat hekje."
„O, maar dan hebt u nog niets gezien," zeide hij.
„Hebt u lust, kom dan eens met mij, dan zal ik u
alles eens laten zien."
Zij legde haar werk neer en was een seconde later
aan zijne zijde.
13
„Dit voorste gedeelte is niets*, zeide hij, „die bloe
men beteekenen niet veel. Aan den achterkant moet
ge eens zien. O dat is zoo'n mooi gezichtWist u
dat niet, dat de tuin achter aan de vaart uitkomt
„Aan het water Neenik ben nooit zoover ge
weest," zeide zij.
Zij wandelden samen voort onder het zware lommer
van beuk en eik, van kastanje en linde, over de met
fijne kiezel vast aangestampte tuinpaden, elk oogenblik
stilstaande, om een bloembed, een perk heesters,
een sierplant of een boom te beschouwen.
Mijnheer Demmers zorgde voor de noodige ver
klaring en aan de juffrouw was eer te behalen. Zij
kende slechts van weinige gewassen de namen en de
hoedanigheden, en Demmers vond dat aardiger, dan
indien zij met alles bekend ware geweest. Nu kon hij
uitleggen en wijzen en hij zag zoo graag haar ernstig
luisterend gezichtje naar hem gekeerd.
Bijna waren zij aan het eind van den tuin, die
zeer diep was. Aan het eind was het geheel van de
vaart afgesloten door een hooge vlierhaag en een
daarachter staande rij geschoren linden, zoodat men
eerst om den laatsten hoek van de kronkelende paden,
daar waar zij zich vereenigden, door eene ope
ning in haag- en boomenrij de vaart en het aan de
overzijde gelegen landschap kon zien.
„Dus u is nog nooit hier geweest vroeg Dem
mers.
„Neen", betuigde zij, het hoofd schuddend.
„Doe dan de oogen eens toe, tot ik u zeg te kijken,"
zeide hij.
„Maar dan kan ik niet zien."
En beiden lachten luid en recht hartelijk over dit
dwaze gezegde.
„Maar dat hindert niet," zeide de heer Demmers, „ik
zal u leiden, geef mij een hand."
Suze sloot de oogen en gaf hem een hand.
Het was alsof beiden een schok kregen bij die
aanraking. Maar zij deden alsof zij er niets van merk
ten en haar bij de hand verder voerende, liep Dem-