het tijdstip welligt niet meer verre is, dat hij onze hoofd posten zal overrompelenhet antwoord wordt gegeven in eene ernstige Stem van Borneos Zuid- en Oostkust, onder onze ingezonden stukken te vinden, liet ware aanvankelijk de onstaatkundige misslagen, het was vervolgens de onge noegzame troepemnagt, het zijn nog voortdurend de onver standige, willekeurige, ja! hardvochtige handelingen, die men zich, onder schijn van eene verstandige krijgsstaktiekver oorloofd, waardoor de oorlog te Bandjermasin zóó lang, zoo vernederend voor ons gerekten onze troepentelkens gedund en zelden afgewisseld, nu reeds lauge maanden aan gevaren en uitputtingjaaan verspilling hunner bewon derenswaardige dapperheid en volharding roekeloos worden blootgesteld. //Men leze de stem van Borneo's kust; men neme haar over in de vaderlaxidsclie bladenopdat Nederland wete, welke groote gevaren er ons gezag bedreigen, welke onophoudelijke daden van moed en trouw der onzen daar met onophoudelijke overrompelingenaftogten en mislukkin gen worden beloond!" JMiticfc aDtajigt. De berigten zijn zoowel wat het binnenland als wat het buitenland aangaat, grootendeels van belang ontbloot, en bepalen zich bijna uitsluitend tot losse geruchten. Wat het Ministerie betreft, schijut het, dat de tijdingwelke meldde dat sommige ministers hun ontslag hebben aangevraagd, voorbarig is. "Wel moet er in den boezem van het kabinet oneenigheid bestaan, en 't. als 't ware, in twee partijen ge splitst zijn, doch van aftreding van ministers is thans we derom geen sprake. De Haarlemsche Courant deelt mede dat de geruchten dier oueenigheden een' ongunstigeu indruk op de Parijsche beurs hebben te weeg gebragt. De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft hare discus- sien voortgezet over 't wetsontwerpbetreflende de zamen- stelling en de bevoegdheid van deu Raad van Statedeze zijn gevorderd tot art. 23. Uit Turijn wordt gemeld dat de Belgische regering tot de erkenning vau het koningrijk Italië is overgegaandaar de Belgische gezant in zijne geloofsbrieven bij den koning van Italië is geaccrediteerd. Het vroeger verspreide, gerucht, dat er ouderhandelingen zouden aangeknoopt zijn omtrent den afstand van Venetie door Oostenrijk, wordt door de Fransche bladen van heden bepaaldelijk weersproken. De zaak van Lucatélli wordt door de clericale en liberale bladen nog aanhoudend besprokende eersten hebben steeds beweerd, en wel op een toon die overtuiging en veront waardiging te kennen gaf, dat de ware schuldige was ter dood gebragt. Bij deze verklaringen kwamen later nog de getuigenissen van de H. H. de Goijon en de Grammont, benevens de brief van den heer Laroche-Jaquelein. De ge neraal de Goyou heeft in tegenwoordigheid van verscheidene personen verklaard, dat Lucatélli wel degelijk herkend was geworden door de als getuigen geroepen Fransche soldaten en dat juist hunne getuigenissen den jurij tot de schuldig verklaring hebben geleid. Wat het proces-verbaal der openbare debatten in deze zaak betreft, dat door eenige bladen is wereldkundig gemaaktmen zegt dat het een louter verzinsel is. De generaal Klapka bevindt zich nog steeds te Parijs en wordt iederen dag bij prins Napoleon toegelaten, die hem echter weinig gunstige, verzekeringen nopens Fraukrijks plan nen ten aanzien van Hongarije heeft gegeven. Bovendien beweren sommigen uit den mond van dien uit gewekene te hebben vernomendat de Hongaren te ver geefs hebben getracht zich met de Rumanen te verstaan daar dezen den Hongaren de hand willen leenenmits Rumanie en Hongarije alsdan een Moldo-Wallachijsch rijk vormen. Nog wordt uit Parijs gemeld dat de reis van keizer Napoleon naar Brussel en 's Ilage, zeer twijfelachtig is, en dat zc in geen geval voor den aanstaanden zomer zal plaats hebben. Wel was er vroeger geschreven dat die reis reeds op den 4 November bepaald was, doch juist cp dien datum beginnen te Compiègne de feesten ter eere van de hertogen van Oporto en Beia, broeders vau den koning van Portugal. Particuliere brrieven uit Frankrijk spreken van toenemende ongeregeldheden wegens de duurte en het gebrek der levensmiddelen, deze zouden in den laatsten tijd zelfs een dreigeud karakter hebben bekomen, doch daar den dagbladen van regeringswege het stilzwijgen is opgelegd, zijn er nog slechts weinige bijzonderheden vau bekend. In eene te Parijs verschenen brochure, getiteld "Engeland, Oostenrijk en de bijeenkomsten te Compiègneworden eenige bijzonderheden medegedeeld omtrent het doel der reis van 1111. MM. Wilhelm en Willem 111 naar Parijs. Naar luid dier brochure zou keizer Napoleon met den eersteu vorst eene overeenkomst hebben gesloten omtrent den afstand vau Saarlouis en Landau aan Frankrijkterwijl ook onze Ko ning, als groot-hertog van Luxemburg, in deze moest worden geraadpleegd. Wat de waarheid van die brochure betreft, daarover is moeijelijk te oordeelen, zoolang men niet weet of dezelve al of niet een' offlcielen oorsprong heeft. Welligt ook is ze alleen geschreven, om te zien welken indruk ze te weeg brengt, ten einde op deze wijze de publieke opinie te polsen. 1TIS U TT S T IJ D 11T 3" S1T. Helder, Nieuwediep, Willemsoord, 1 November 1861. Het maken der kunstwerken voor den spoorweg alhier is gisteren aangenomen door den heer D. Tool te Wognum, voor ƒ31,590. Heden voormiddag werd alhier door een der loods- booten aangebragt, de equipage, bestaande uit 7 personen van het gisteren nacht tussclien Petten cn Callantsoog gestrandde brikschip Shincliffe, beladen met steenkolen, komende van Sunderland. De schipbreukelingen hadden met de sloep het schip verlaten, en werden in den vroegen morgen van heden door de loodsboot in de Noordzee opgevischt. Wij vernemen dat het door sommige bladeu vermelde berigt, aangaande eene aanzienlijke vermeerdering vau het personeel op 's Rijks werf alhier, met regt voorbarig kan genoemd wordendewijl in alle gevallen de voltooijing van eenige iu aanbouw zijnde werken afgewacht zal worden en ook nog veel afhangt van de definitive opheffing van de werf te Vlissingen. Op Zondag 1 December a.s. des voormiddags ten 10 ure, zal de bij de Doopsgezinde Gemeente alhier beroepen Leeraar, als zoodanig door Ds. P. van der Goot, van Am sterdam, worden bevestigd. En des namiddags 2 ure, zal de beroepene zijne intrée-rede houden. Het is ons aangenaam te kunnen berigten dat de WelEerw. Heer I. VLedeboerweder zooverre hersteld is, dat ZWEW. Zondag-voormiddag aanstaande weder iu de Nieuwe Kerk zal optreden. De officieren van gezondheid A. A. Grondhout en J. Idsingade eerste gedetacheerd op de Pro Patria, en de laatste bij het hospitaal der Marine alhierworden op non-activiteit gebragt. De adjunct-administrateur C. Lenting dienende op het Wachtschip alhier, wordt met den 11 November over geplaatst naar het Wachtschip te Ylissingen. Naar men verneemt zal de uit Oost-Indie verwacht wordende stoom-korvet Prinses A m e 1 i a alhier binnen vallen. Op den 26 dezer bevond zich op de stoomboot Stad Alkmaar, varende vau Zaandam naar het Nieuwediep, een zestien jarig jongeling, welke te Amsterdam voor ver schillende personen gelden had ontvangen ten bedrage van p. m. 250 in zilver geld en zes muntbilletten a ƒ10. Behalve deze jongeling bevonden zich als passagiers aan boord der boot S militairen. Onderweg had de jongeling de ouvoorzigtigheid zijn geld na te tellen; hij was daarme de gereed, toen men ter hoogte der kalkoveus gekomeu w-asdeed het geld in twee zakjes en de muntbilletten in een schrijfboekje, bergde toen alles in een katoenen zak dien hij digt bond, vervolgens ging hij naar 't dek en legde de zak op eene bank neder, terwijl hij zich ter hoogte vau de machine kamer begaf. Het scheen dat door het zien en tellen van dat geld, de begeerlijkheid van twee soldaten was opgewekt geworden. Al spoedig vervoegde zich een van dezen bij den jongeling, hield hem aan de praat en wist het daar heen te leiden

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1861 | | pagina 3