Jpülitteïi $lteï3iijt. De Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft zich in hare laatste zittingen bezig gehouden, met de discussien over 't wetsontwerp betreffende de opheffing van het collatie-regt van den staatbij deze gelegenheid heeft de heer Thorbecke zich zeer ten gunste van deze voordragt verklaard, doch te vens inlichting verlangd, nopens de aangekondigde herziening der provinciale reglementen op het beheer der kerkelijke fondsen. Op de vragen van de heereu Elout en Mackaij heeft de Minister te kennen gegevenvoornemens te zijn om de opheffing van het collatie-regt, ook voor zooverre het aan bijzondere personen is toegekend, voor te bereiden. Nadat een amendement van den heer Thorbecke was aange nomen is het ontwerp met algemeene stemmen goedgekeurd. Daarna is de begrooting van de lands-drukkerij in behan deling genomen, terwijl nog verschillende minder belangrijke onderwerpen ziju afgehandeld. Bij het ontwerp ter verhoo ging der begrooting van Buitenlandsche zaken over 18G0 heeft de Minister op eene daarover gedane vraag verklaard dat het tot nog toe aan eene geschikte gelegenheid heeft ont broken om pogingen aan te wenden ten einde Limburg vrij te maken van den Duitschen boud. Gisteren zijn door de Kamer behandeld de ontwerpen 1° tot beheer der gelden bestemd voor den aanleg van staats-spoorwegenen 2° het vaststellen der begrooting van uitgaven voor de spoorwegen, dienst 1860 en 1861. Na eene discussie, waaraan voornamelijk de heeren Betz, van HeukelomHeemskerk en de Minister van Binneulandsche Zaken deelnamen, werd het eerste ontwerp met 49 tegen 10 stemmen aangenomen, terwijl de beraadslagingen over het tweede heden (Donderdag) zullen worden voortgezet. Het reeds vroeger vermelde berigt omtrent de erkenning van het koningrijk Italië door Belgie wordt thans officieel bevestigd. De Belgische Moniteur van Woensdag bevat dan ook de benoeming van den heer Soivijns tot Belgisch vertegenwoordiger aan het hof van Turijn. Wat de quaestie tusschen Frankrijk en Zwitserland, om trent de bezetting van het Dappendal aangaat, deze is nog verre van geschikt', Frankrijk weigert zijne troepen van daar terugteroepen alvorens de onderhandelingen met Zwitserland ziju aangevangen. De Zwitsersche gezant te Parijs, Dr. Kern, heeft per telegraaf den Bondsraad van dit antwoord berigt gegevendeze ontveinst niet dat het zijn voornemen is geweld met geweld te keer te gaan, en heeft reeds bij de Engelsche regering tegen deze eigendunkelijke handeling van 'tkeizerlijk bestuur geprotesteerd. Het officiële Frau- sehe regeriugsbladle Moniteurdeelt er heden een artikel over medewaarin 't verklaart, over het feit zelf nog niet genoeg ingelicht te zijndoch dat het geenszins het doel des kei zers ismet geweld van wapeneneen einde te maken aau eene quaestie, die reeds sedert 1815 tusschen beide mogend heden hangende is. De berigten uit Engeland zijn tegenwoordig zonder belang. De grootvorst en grootvorstin Constantijn van Busland zijn van het eiland Wight, waar zij verscheidene maanden de baden hebben gebruiktte Londen aangekomen en zullen eenige dagen te Windsor bij de koninklijke familie vertoe ven. Men zegt dat H. H. K. K. zich van Engeland naar Botterdam zullen begeven en misschien eenige dagen in ons land doorbrengen. Men spreekt te Berlijn veel over de toenadering die tusschen Pruissen en Frankrijk zou ontstaan zijn, sedert het bezoek van den koning te Compiègnehet laatste ver wekt steeds in Duitschland eene groote ongerustheidwant men vreest dat het isoleren van Oostenrijk daarvan het ge volg zal zijn; zoodat wanneer Victor Emmanuel in het aan staande voorjaar eene poging zou doen om Oostenrijk in "Venetie aantevallendit Bijk, zonder bondgenooten en in geldgebrek zijnde geene magt zou hebben aan dien vorst tegenstaud te bieden. Uit New-York wordt gemeld, dat er op 21 October nabij Leesburg een veldslag plaats gegrepen heeft, waarbij de troepen van de Unie eene groote nederlaag zouden ben geleden. Met verlies van 600 man, waaronder ge- Backerzouden zij genoodzaakt zijn geweest achter otomac terug te trekken. Met groote spanning ziet men de gebeurtenissen te Pe tersburg bij de terugkomst des Keizers van Busland te gemoet. Men wil weten, dat er bij die gelegenheid eene groote manifestatie zal plaats hebben met het doel om den Keizer op krachtigen toon eene constitutie te vragen. 1TIS TTTrS T 2J D 11T Helder, Nieuwediep, Willemsoord, 8 November 1861. In de Luthersche kerk aan den Helderzal op a. s. Zondag avond half acht ure, Bs. Sonslral optreden. Wij brengen dit op deze wijze ter algemeene kennisomreden het verzuimd is te vermelden op het predikbeurten briefje der Protestansche gemeenten. Gisteren avond had alhier de eerste voorstelling van het abonnement plaats, der tooneelisten van den Amster- damscheu Schouwburg, ouder directie van de heeren IRoohol en Tjasink. Een vrij talrijk publiek woonde deze represen tatie bij. Yoornamelijk mogten de heer lloobol in de rol van Chrvsale, en mevrouw Thiensma-Rinkes in die van Philaminte den bijval der aauwezigen verwerven, terwijl ook de overige tooneelisten zóódanig de algemeene goedkeuring wegdroegen, dat zij na het einde van het stuk allen werden teruggeroepenonder een herhaald applaudissement. In het nastukje, dat wezenlijk alleraardigst mag worden genoemd, was vooral de heer A. Vink Jr. als comiek regt op zijue plaatswij twijfelen niet of de volgende voorstel lingen zullen niet minder dan deze de algemeene belang stelling vau 't publiek opwekken. Woensdag jl. is alhier terug uit zee op de reede ge ankerd het Ned. barkschip Mentor, kapt. Huinker. Bij een in de Noordzee doorgestauen storm, heeft een droevig voorval aan boord van dit schip plaats gehadeen der manschappen had het ongeluk uit den mast te vallen en wel zoodanig met het hoofd op een pen, dat hij korten tijd daarna aan de gevolgen is overleden. Het lijk is aan wal gebragt en op verlangen der familie naar Amsterdam ge transporteerd. Z. M. heeft benoemd tot directeur van het postkan toor te Sittard, den heer T.Tomei, thans directeur van het postkantoor te Schagen. Men schrijft ous uit Amsterdam Hier heerscht tegenwoordig eene manie tot het oprigten van philanthropische maatschappijen. Dezer dagen heeft zich weder eene aardappelen-maatschappij geconstitueerd. Wij zijn thans in het bezit van eene vleesch-, brood-, water- en aardappelen-maatschappij, en nog ziet men te gemoet, gesteund op hetzelfde idee: eene turf- en hout-maat schappij eene vereeuiging tot het leveren van goedkoope verlichting, ja zelfs eene waar men tabak en sigaren bijna voor niet zal kunnen bekomen; en waar zal het nog eindigen, welligt met vrij genever en vrij beijersch in het Grand Café Bestaurant. Eene schoone toekomst niet waar, voorden Amsterdamschen handwerksman; wanneer al die maatschappijen met zulke edele en belangelooze be- bedoelingen in werking komen, blijft er niets te wenschen over, zelfs de doorgraving zal dan niet eens meer verlangd worden. Door sommigen wordt hier wel beweerd, dat die maat schappijen, nadeelig zullen werken op de belangen van bak kers, slagers, winkeliers en zoo vele andere nerindoende, maar wat maakt dat uit? die menschen behooren immers tot de nijvere klasse! die nijver is kan immers overal zijn brood verdienenwanneer hij ziet dat voor hem aau IJ en Amstel het getij verloopt, ik vertrouw hij zal wel zoo wijs zijn om de bakens te verzetten, hij zal wel in tijds elders een heenkomen zoeken; maar wanneer hij het niet doet? wat zwarigheid dan; zijne zaken ja ze kunnen verloopen en hij daardoor verarmen, maar wanneer het zoover is, wel nu dan behoeft hij ook niet meer te zorgen, de philantropen zijn immer daar! Gelukkige Amsterdammer niet waar? Men berigt: dat vele boeren, door den hoogen prijs der aardappelen verlokt, hunne aardappelen gaan kuilen, om later nog meer te maken. De aanvoer van buiten 'slands zou hunne verwachtingen wel eens kunnen doen falen. De landman moet zijne eischen niet te hoog opdrijven. Te Amsterdam is de heer Toméde aartspriester van Deïr-el Kamer, (gouv. van den Libanon) aangekomen, die bij den moord in Syrië 33 leden zijner familie, waarondey

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1861 | | pagina 2