JK 74.
Tweede Jaargang.
1862. Uv
<§efÖer, OTieuraeÖiep, RMemsoorÖ, enft.
WOENSDAG
12 FEBRUARIJ.
De Vrijheid van Drukpers.
ffc r-
NIEUWE COURANT
VAN DEi\
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post „1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan den Uitgever S. Gij.tjes.
De prijs der Adveiitkstien is van 14 regels 40
Centsvoor eiken regel meer 10 Cents. Zegelrcgt voor
elke plaatsing 35 Cts. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12uur, gelieve mende Advcrtciitién intczenden.
Inuezonden stukken een dag vroeger.
II. DE NEDEIIT.ANDSCHE DAGBLADEN EN HET
MINISTERIE THORBECKE.
In ons vorig nommer hebben wij getracht aan te toonen
(lat eene vrije drukpers een hoofdvereischte is voor alle con-
stitutionnele staten, en dat het publiek belang slechts be
vorderd kan worden, wanneer er eene vrije gedachteuwisseling
over aanhangige onderwerpen, zonder stoornis wordt toe
gelaten.
Van een' anderen kant echter kan men niet bewerendat
de voorstelling die door onze pers van verschillende zaken
gegeven wordtof de beoordeeling die zij in het licht zendt
alleen een uitvloeisel zoude wezen van de overtuiging des
schrijvers, of van zijne begeerte om de waarheid aan 't licht
te brengenmeestal slaatom zelfs niet van finautieel eigen
belang te sprekenpartijzucht, en vasthoudendheid aan prin
cipes nquand même" op den voorgrond.
Geen onderwerp is cr, dat door onze dagbladen zoo lang
durig besprokenbestredenverdedigd en aangevallen wordt
als de zamenstelling van het nieuwe Miuisterie. Voorname
lijk is de heer Thorbecke de man tegen wien de aanvallen
der behoudende organen gerigt zijn, die door de liberale
bladen wordt verdedigd, door de zoogenaamde //juste milieu"
wordt verlaten, uit vreeze dat hij te weinig ondersteuning
zal vinden bij de Kamer.
Wij meenen onzen lezers geene ondienst te doen, door
de mededecling van enkele beoordeeliugendie meestal on
derling strijdig zijn.
Verbazing wekte bij ons het oordeel van de Katholijkc
Noord-Brabanderdat als een hoofd-orgaan van de Roomsche
partij kan beschouwd worden. Indien er eene beschuldiging
is, die men herhaalde malen tegeu den heer Thorbecke
heeft ingebragt, en die zelfs bij velen in den lande ingang
heeft gevondendan was 't die van stelselmatig de Katho
lijken te protegeren en voort te helpende bissehops-quaestie
of liever het misbruik dat zijne tegenstanders daarvan maakten,
kostte den heer Thorbecke de Ministeriële portefeuilledoch
de bisschoppen, die men Daar den geest der Grondwet niet
weren kon, bleven.
En hoe begroet nu het R. K. blad de wederoptreding van
den staatsman, die, juist om de Katholijken de regten te
doen genieten, waarop ze volgens de Grondwet aanspraak
konden maken, is afgetreden? Zoo al niet slecht, dan toch
zeker op eene wijze, waaruit hartstogten spreken, en waaruit
men de bedoeling ziet doorschemeren in de regels, die be
trekking hebben op den Minister van Justitie.
Het is ons niet mogelijk dit artikel verkort weder te
geven en nemen dus het slot daarvan over:
„Na eenen geruiincn tijd hemel en aarde bewogen te hebbenom ecnen
anderen 6tand van zaken te doen geboren wordenna de krachtigste midde
len te hebben aangewend om zclven voet in den stijgbeugel te krijgen is
%hct der liberale partij eindelijk gelukt een ministerie naar haren zin een
'zoogenaamd ministerie Thorbecke aan het bewind te helpen. Dat deze ge
beurtenis bij zeer velen niet verwacht, onbewimpeld doorgezet worden en
belangrijke gevolgen in den nasleep hebben zalis bij niemand aan eenigen
twijfel onderhevig, maar of zij in alles aan eene billijke verwachting bcan
woorden zaldit wordt nog zoo gaaf niet toegestemd.
Het zal de vraag zijn of door de optreding van dit ministerie het algemeen
belang al dan niet gebaat, of de Grondwet, door dezelfde thans bovendrij
vende partij in het leven geroepeneindelijk geheel en al eene waarheid
worden of een stuk papier blijven zalmet hetwelk men ten gunste van
partij gen ooten of geestverwanten naar welgevallen omspringen kan Dc
Protestantendie zclvcn in het genot van het vette der aarde zijnof naar
waardighcdcuambten en bedieningen voor zich zclven of voor zoontjes of
neefjes hunkeren, houden ons deze insinuatie ten goede. Zij zouden, wan
neer zij zich verongelijkt oordeelden, even zoo doen; neen, nog veel harder
schreeuwen en misschien nog meer om de partijdigheid te brandmerken en
herstel van grieven ingang tc doen vinden. Wij Katholieken die van ons
regtmatig erfdeel grootendeels verstoken zijnhopen van deze ministeriële
verandering het beste, omdat wij ons in schipbreuk aan elke plank ons
toegeworpen, zoo gaarne vasthouden, maar vreezea niet weinig, uithoofde
wij ook nu wederom verschijnselen ontwaar wordenin staat om onze hoop
aanmerkelijk den bodem in te slaan. Wij willen de redenen van onze be
kommering voor onze lezers geenszins verbergen. Wij gaan de vraag voorbij,
of liet kind, thans zoo mocijelijk gehaald, wel een langer levensloop zal
beschoren blijven en of de zoo noodzakelijke eensgezindheid wel altijd door
lofwaardige welwillendheid zal worden gcruggesteund Want vasthouden aan
beginselen moge onder zekere omstandigheden oorbaar zijneigenzinnigheid
in bijzaken is zulk voorzeker niet. Maar dit is ons uit de pen gevallenwij
stappen daarover heen Wat dan r Wat anders dan dat de zamenstelling
van dit ministerie al wederom bet bew ijs levertdat er op de Katholijken,
die toch twee vijfde gedeelte der bevolking van Nederland uitmaken, zeer
weinig acht geslagen is. Zou men misschien denken dat deze het hout, uit
welke men staatslieden snijdt, niet kunnen aanvoeren? Onmogelijk! de on
dervinding heeft dit anders en wel voldingend bewezen. Al de nieuwe mi
nisters zijn on-Katholiekenliet is alsof het Protcstantismus dc groene tafel
en de ministeriele banken in pacht genomen heeft. Wacht 1 dc tijdelijke
Minister van de Roomsch-Katholicke Ecredienst is Katholiek.
Nu ja liet zou daarenboven toch wel eene bittere bespotting geweest zijn
voor deze betrekking een ou-Katholiek op te zoeken. O hoe schoon w are
nu dc gelegenheid geweest, aan een verouderde maar toch geneesbare grief
welke zoo menigmaal voor de voeten geworpen is, tc gemoet tc komen, en
ecu verfoeijenswaardig monopolie aan echte vrijzinnigheid op te offeren
Deze is verwaarloosd het Protcstantismus is zoo niet dejtcre dan toch defacto
hccrschende godsdienst gebleven het Kalholicismus beeft nieuwe stof tot
ontevredenheid opgedaan. Welk gevolg zal deze beschikking op al de raderen
van het Staatsbestuur uitwerken dat de lagere bew indsmannen het voorbeeld
van boven gegevengelijk van ouds, getrouw zullen navolgendat dc troe
telkinderen andermaal op den voorgrond geplaatst, stiefkinderen wederom
achteruit zullen w orden geschoven in een woorddat Nederland op nieuw
door ecnige protestantsche familicn zal geregeerd worden die elkander den
bal zullen welen toe te kaatsen. Er is nog meer: de benoeming van den
heer 01 i vier tot ministèren wel tot Minister van Justitie heeft onze bekom
mering nog aanmerkelijk verzwaard. De liberale Mr. N. Olivicr, dc mede
eigenaar van de zoo hatelijke als inconstitutionnele Arnhemsche Courant
Minister van Justitie: welk eene stof tot nadenken! Van de hatelijke courant
zeggen wijdie zich niet ontziet laster en spot tegen dc Katholie
ken uit te stootcnen er eene eer in steltdezen laag- en gemeenheden in
het aangezigt tc werpen. Van dc inconstitutionnele hernemen wij, die bij
al haar gezwets over vrijzinnigheid, de verongelijkingen, aan welke dc
Katholijken in Nederland in liet algemeen en in de stad Arnhem in het
bijzonder zijn blootgesteld, ignoreert en onbesproken haren gang laat gaan.
Zou het Vaderschap niet eenig vermogen op dat oudeugend kind hebben
kunnen uitoefenen Wij halen de schouders opdoch erkennen rondborstig
w eg, dat wij tegenstrijdigheden van dien aard met elkander niet kunnen vcr-
ecuigen. Deze dingen schrijven wij niet om het ministerie Thorbecke, dat
evenwel genoeg zal te kampen hebben te bcmocijclijkeumaar om het op
anoinaliën aandachtig tc makenwelke tot dusverre als een kanker aan ons
aller levensadem geknaagd hebben en den dood meer cu meer nabij doen
komen. Wil men ons dan met het geliefde axioma antwoorden: Wacht op
onze dadenWij leggen den vinger op den mondzwijgen en begroeten
den uitroep als eene betuiging, dat cr dan toch eenmaal een einde aan onze
vernedering komen zal. Wij zullen zien
De grief dus, die de lt. K. schrijver tegen het Ministerie
Thorbecke heeft, is, dat zijne partij naar zijn gevoelen
niet genoegzaam in den ministerraad is vertegenwoordigd,
en dat de minister van Justitie medeëigenaar is van de