Jtè 115.
T we ede Jaargang.
1862.
4)crr»cr, Ricumnïiej), IMfeinsoorö, enj.
ZATURDAG
5 J U L IJ.
VERKIEZINGEN
GEMEENTERAAD.
-L;
NIEUWE COURANT
VAN DO
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post „1.50 j
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-')
directeuren. Brieven franco aan dcnUitgever S. Gii.tjks.
De prijs der Advertentien is van 14 regels 40
Centsvoor eiken regel meer 10 Cents. Zegelrcgt voor
elke plaatsing 35 Cts. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12uur, gelieve mende Advertentien intczenden.
Ingezonden stukken een dag vroeger.
VOOR DEN
ii.
Reeds bij eene andere gelegenheid hadden wij aanleiding
om tc spreken van den grooten invloed dien de omwenteling
van '1848 op 't regerings-stelsel van verschillende landen
uitoefende; deze toch besliste het ecuwen lang geduurd heb-
beude problcma, den zooveel blocds gekost hebbenden strijd
van het aandeel dat het volk mogt en moet nemen in het
huishouden van den staat, waarvan 't vroeger bijna geheel
was uitgesloten. De revolutie van 1793 was daartoe de
eerste, die van 4S de tweede stap.
Want toch in de meeste landen was tot dit jaar dc groote
magtinde handen van weinigen; de verkiezingen, van welken
aard ookhadden niet plaats door het volkdat daarbij echter
't meeste belang had .maar geschiedde trapsgewijze; waarvan
't noodzakelijk en onvermijdelijk gevolg was, dat er eigenlijk
eene regering van enkele personen plaats greep.
Met de herziening der Grondwet veranderde alles. De
keuze voor afgevaardigden der sottsvertegenwoordigingge
schiedde nadien tijd door't geheele volk, onmiddelijk zonder
tusschenpersonende keuze voor leden der Provinciale Sta
ten geschiedde door de bevolking der provinciën; die voor den
Gemeenteraad door de inwoners der gemeente. Iedereen,
van welken stand, rang of beroep ook, kon dat regt uit
oefenen wanneer hij slechts eene zekere som voor de rijks-
of gemeente-belastingen betaalde. Zeker is het dat die maat
staf, om't kiesregt uit te oefenen, niet boven bedenkingen
verheven is, maar stellig is ze verkieselijk boven de vroegere,
waarbij de geboorte meerendeels op den voorgrond stonden
moeijelijk zou 't wezen een beteren te vinden daar eene ver
kiezing door 't geheele volk, zonderonderscheid, aan nog
grootere zwarigheden zou onderhevig zijn.
Het groote voordeel aan de vrije verkiezingen verbonden
is onmiskenbaar. Zonder ons met andere ligchamen opte-
houden zullen wij alleen die voor den Raad bespreken.
Zonder twijfel heeft de burgerij 't meeste belang bij den
bloei eu vooruitgang der gemeente. Voor het Rijk, voor
de Regering is dat belang ondergeschikt, daar meestal het
verval van de eene plaats de opkomst van eene andere
medebrengt, zoodat het rijk daarin weinig betrokken is.
De Regering echter krijgt door de vrije verkiezingen in
gemeenten, het groote voorregt van nooit beschuldigd te
kunnen worden van partijzucht of protectie. Gaat eene
plaats achteruit, ze zal bij eventuele klagten, antwoorden
dat het de schuld is harer inwoners die hunne eigene be
langen aan geene bekwamere handen toevertrouwden, ze zal
zich bij elk verwijt kunnen verontschuldigen en regtvaar-
digen met 't bekende gezegde van Molière, //tu 1'as voulu
Georgc Daudin". De hoogcre staats-instellingen kunnen
wel zorgen, dat cr geene besluiten genomen of uitgevoerd
worden die in strijd ziju met de wet, maar het is buiten
hunne magt de rigting waarin dc gemeente bestuurd wordt
te veranderen. Er zijn naar ons oordeel verschillende plaat
sen in 'trijk, waar de gemeentebesturen eene geheel tegen
overgestelde rigting zijn toegedaan, en we meencutemogen
betwijfelen of die tegenovergestelde rigting niet, na verloop
van tijd, zal uitloopen op den bloei van de eene ten koste
van de andere gemeente, 't //Variis modis bene fit" kan
hier geene toepassing vinden.
"Welke rigting gevolgd moet worden is niet moeijelijk
na te gaan. 't Is die van gematigden vooruitgang, waar
naar alles in de wereld streeft. Welke vcreischteu een lid
van den Raad moet bezitten, om dezen te bevorderen is
niet te bepalen, daar ze van persoonlijke gevoelens afhan
gen. Men vergunne ons echter hier aan te halen wat wij
met "t oog hierop reeds schreven, tijdens do verkiezingen
van den Raad in het vorige jaar; eene opinie welke wij
thans wederom geheel beamen.
//Wij mogen noch kunnen hier namen ter aanbeveling noe
men, want ieder kiezer zal, zoo hij zelfstandig is en denkt,
zelf wel kunnen beslissen welke der aftredende leden hij
dc eer eener herkiezing waardig achtof welke personen hij
anders in hunne plaats wcnscht te zienmaar toch meencu
wij er ernstig op te moeten aandringendat men voorname
lijk er op lette, of zijdie zij als hunne vertegenwoordi
gers afvaardigen, wel onafhankelijk zijn, en in zaken van
welken aard ook, naar hunne eigene overtuiging, zonder
invloed van anderen, hunne goed en afkeurende stem kun
nen uitbrengenwant daarvan hangt in vele omstandigheden
het lot en de toekomst der gemeente af.
Misschien is er hier nog een bezwaar, dat in grootere
gemeenten zelden wordt aangetroffen(en waaraan wij
ook naar ons oordeel de voorloopige raadsvergaderingen
toeschrijven) namentlijk, dat vele leden niet gewoon zijn in
het openbaar te spreken, en meenen, dat er eene bepaalde
welsprekendheid toe noodig is, om in eene publieke ver
gadering het woord te voeren, of hunne stem te motiveren,
indien dit het geval is, achten wij deze meening ten eene
male onjuist; enkelen zijn er, die van de natuur een groot
oratorisch talent ontvangen hebben, cn daardoor in staat
zijn onmiddelijk eene uitstekende rede te improviseren, doch
deze zijn uitzonderingen die slechts uiterst zelden worden
aangetroffen, die voor den bezitter hoogst aangenaam zijn,
doch volstrekt geen vereischte om een eerlijk cn onafhan
kelijk raadslid te wezen. Zóódanig lid toch, zegt zijne
meeningspreekt zijne overtuiging uitaltijd met in
achtneming der vormen cn zonder zich ooit tot personali
teiten te verlagen, en bekommert zich niets over de
meening en overtuiging zijner medeledendie wederom
hunne stem naar hunne opinie uitbrengen, zonder den last
van of ruggespraak met hendie benoemen".(Zic art 45 der G. w.)
Nog pleit er een andere grond voor dc verkiezing van
Wij verzoeken onzen lezers die daartoe in dc gelegenheid zijn, ook Ic
willen herlezen wat we schreven in Nos. 10, 17 cn 1U van deze Courant.