van eenc brutale diefstal, gepleegd Woensdag avond 17
dezer, op de Achterstraat bij de Torensteeg, en bestaande
in 23 stuks mans, vrouwen en kiuder kleedingstukkcn.
Ook in het begin dezer week is een marinier gearresteerd
beschuldigd van diefstal met verzwarende omstandigheden
hij werd des nachts ontmoet door de wachts terwijl hij in
het bezit was van een stoel en een paar vrouwen kleeding-
stukken juist niet van liooge waarde. Daar hij te kennen
gaf aan het verhuizen te zijn, werd hij onmiddelijk door
de nachtwachts geadsisteerddie zelfs zoo beleefd waren om
kosteloos eene woning voor hem in te ruimen. De goederen
werden als haar eigendom erkend door eene dame bij
wie de gearresteerde als vriend des huizes sedert eenigen tijd
had verkeerd.
üingsdag jl. is bij den Iloogen Baad der Nederlanden
behandeld de zaak van de. Bedactie der Niemoe Courant van
den Helder enz., waarvan reeds vroeger melding is gemaakt,
als requirante van cassatie tegen een arrest van het llof in
Noordholland. Het gold hier voornamelijk de vraag, in
hoeverre de hoofdredacteur van een blad schuldig kan wor
den verklaard aan medepligtigheid aan laster, voor het geval
dat de schrijver van het geïncrimineerd artikel bekend is,
en vooral wanneer tusschen hem en den uitgever is overeen
gekomen, dat hij zicli verautwoordelijk stelt voor den in
houd van het blad. Men weet, dat èn in eersten aanlegèu
in hooger beroep die vraag bevestigend is beslist en de re
dactie tot eene geldboete van 25 is veroordeeld. Na het
rapport, uitgebragt door den raadsheer inr. J. II. v. d. Sande
droeg de advocaat van den requirant, inr. Jac. van Gigch,
drie middelen van cassatie voorhet eerste daarop steunende
dat tegen den hoofdredacteur gecue klagt was gedaan en het
Openb. Min. derhalve, volgens art. 22 Wetb. van Strafv.
niet ontvankelijk was in zijne actie; het tweede middel be
stond in schending van art. 4 van het Kon. besluit van 24
Januarij 1814 (Staatsbl. n°. 17), omdat ten eersten bij het
bekend zijn van den schrijver, zelfs des drukkers aansprake
lijkheid voor de strafwet ophield en ten andere, dat dit artikel
nergens spreekt van den redacteur, zoodat de strafwet bui
ten hare grenzen was uitgebreid. De pleiter deed daarbij op
merken, dat de overeenkomst, tusschen redacteur en drukker
aangegaan, de strafregterlijke verantwoordelijkheid niet kan
verplaatsen en dat zoodanige overeenkomstten aanzien van
het Strafregt, aandrujscht tegen art. 8 der Grondwet, het-
welkieders verantwoordelijkheid volgens de wet, dat is hier
volgens art. 4 van het Kon. besluit van 1814, vaststellende,
door geene bijzondere overeenkomsten krachteloos kan worden
gemaakt. Eindelijk werd als derde middel voorgedragen:
schending of verkeerde toepassing van art. 367, in verband
met de artt. 59 en 60 van het Wetb. van Strafr. en 206
en 211 van dat van Strafv., omdat nergensnoch in het
vonnis, noch in het arrest blijkt van het doel der req. oin
te lasteren of te beleedigenmaar integendeel de feitelijke
beslissing dat namelijk de req. had gehandeld met ligt-
vaardig vertrouwen op de goede bedoeling vau den schrijver
en op diens bezadigdheid, alle denkbeeld aan boos opzet
uitsloot, en dat in ieder geval dat punt niet was gemoti
veerd. Het Openb. Min. zal bij monde van den advocaat-
generaal mr. Bijnier, op Diugsdag 30 Sept. c. k., in deze
zaak conclusie nemen.
Op de begrooting vau uitgaven voor den aanleg vau
staats-spoorwegendienst 1863, wordt voor den weg Nicu-
wediepAlkmaar uitgetrokken de som vau ƒ1,040,284; het
totaal bedrag is ƒ16,000,000.
Men verneemt, dat de Zoutman, onlangs van hier
naar de West-lndiën vertrokken bestemd is om de Zeeland,
thans te Cura9ao gestationneerd, af te lossenwelke laatste
repatrieert en waarvan in dit najaar de binnenkomst wordt
te gemoet gezien.
De Minister van Finantiën heeft de provinciale di
recteurs der directe belastingenin- en uitgaande regten en
accijnsen in de verschillende provinciën, uitgeuoodigd om
order te stellendat geene plomberingen worden erkend
gedaan met den stempel N°. 1 in gebruik geweest bij de
visiteurs te Helder, maar dat, ingeval vaartuigen of goederen
daarmede geplombeerd mogten zijn, daarvan dadelijk kennis
worde gegeven aan den eersten ambtenaar ter plaatse van
waar het vaartuig of de goederen zijn gekomen, met uit-
noodiging om te onderzoeken en onverwijld te berigten
door wien de plombering in dit geval is gedaan.
Den lOden der volgende maand zullen aan boord van
het alsdan alhier liggend schip Java Jacket, gezagvoerder
D. Crap Hellingman, cmbarqueren de 2" luits. der Infant.
K. II. Uhlman, II. Gorter, W. V. vau Erp en W. Y.
Aussums, allen van het leger in O. I., ten einde met dien
bodem naar Java te vertrekken.
Z. M. heeft den luit. l/z. lc kl. C. A. A. Amand en den
luit. t/z. 2° kl. J. D. Hooglant, beiden thans in Oost-Iudië,
0]i verzoek, eervol uit du zeedienst ontslagen met den laat-
sten der maand, waarin dit besluit ter lmnner kennis zal
worden gebragt.
-Door Z. M. zijn onder meer anderen benoemd tot kapt.
bij het 7',c regiment de le luit. J. A. L. O. van der Monde
en tot kapt. bij het 4'1<! regiment de le luit. J. T. M. de Meer.
Men schrijft ons van Texel dd. 25 Sept.:
Bij de heden plaats gehad hebbende aanbesteding van
het bouwen eener Nieuwe Boomsche Kerk aan den Burg,
was de minste inschrijver de lieer Brugmans van Nieuwe
Niedorp, voor de som van ƒ27,000.
De gewone Koemarkt aan de Schagcrbrug valt dit
jaar in op Maandag den 20° October a. s.
Uit 's Dage schrijft men aan de Amsterd. Courant:
//Uit goede bron kan ik u melden, dat de wijzigingen,
waartoe de concessie der doorgraving van Holland op zijn
smalst, naar aanleiding der bedenking die van de zijde der
Staten-Generaal zijn gerezen, vatbaar is geacht, door de
Ministers van Binuenl. Zaken en van Eiuantiënmet den
lieer Jager zijn vastgesteld."
Maandag morgen jl. werd in het drooge dok te Ylissin-
geu, dat nu door liet nieuw gebouwde stoomgemaal geheel
was leeg gepompt, Zr. Ms. korvet met stoomvermogen de
Prins Manrits binnen gehaald om nagezien te worden.
Volgens gerucht wordt dit schip uitgerust, om nog vóór
den winter de reis naar Oost-Indie te aanvaarden.
Door kapt. de Boer, voerende het kofschip Jlise, 15
dezer te Oporto gearriveerd, is aldaar aaugebragt kapt. \Ve-
gener, diens vrouw en zoon, benevens 5 zeelieden, uitma
kende de equipage van de Nederl. kof Hendrike, welke bodein
op de reis van Genua naar Antwerpen, op 41° 47' NB. en
10° 17' WL. in zinkenden staat verlaten is.
Het schip Hïlton Maid, kapt. Eair, van het Nieu-
wediep te Suuderland gearriveerdis in aanzeiling geweest
met het schip Triton, van Shiekls naar Teigumontli, welke
bodem dien tengevolge gezonken is. De equipage is door de
Hilton Maid gered en aldaar geland.
Er openbaart zich te Botterdamvolgens de Jtott. Ct.
eene hevige afkeuring van het invoeren van een inkomend
regt op de koffij, gelijk dit door den Minister vau Finantiën
den lieer Betz, is voorgesteld, en verneemt men dat zulks
te Amsterdam eveneens het geval is. Men zegt ook dat de
Kamer vau Koophandel te Botterdam dezer dagen over de
zaak zal beraadslagen.
Uit Hoorn, dd. 23 Sept., schrijft ineu: Heden had
alhier in onze in rouw gedompelde stad de plegtige be
grafenis plaats van onzen gcachten burgervader, den heer
jhr. mr. P. van Akerlaken. Alle autoriteiten vereerden
deze plegtigheid met hunne tegenwoordigheid. Onze geachte
predikantds. ten Brummeler Andricssensprak met diepen
ernst aan den grafkuil en herdacht 's mans leven en werken
op gepaste wijze, waarna jhr. mr. D. van Akerlaken het
woord opnam en den spreker, benevens al de aanwezigen
dank zegde voor de betoonde belangstelling.
Bij den gemeenteraad te Amsterdam is ingediend een
adres, waarbij de aandacht vau den raad wordt gevestigd
op een toestel, waardoor het personeel voor eene brandspuit
tot 8 personen kan worden verminderd. Deze toestel is
uitgevonden door W. de Boer, timmerman aldaar.
Men schrijft uit Leeuwarden
»De Friesche landbouwers komen op tegen de beschuldi
ging, dat zij slechte boter gaan alleveren, en deze daarom
niet alleen uit J-ionden onverkocht terugkomtmaar den
naam van 't produkt in 't buitenland bederft. Een enkele
boer moge zich door een oogenblikkelijk voordeel laten
verleidende landman kent in 't algemeen beter zijn voor
deel, en stelt prijs op zijn eerlijken naam. liet zijn echter
kleinhandelaren die de zaak bedervenen die eeu mengsel
van allerlei goed in Friesche botervaten naar de Londensche
markt zenden.
Het blijkt, omtrent de ontdekking van den heer
Ilarben tot vervanging vau de katoendat de vezelen ver
kregen zijn uit het bekende zeegras (Zostera Marina) zonder
dat hij echter tot heden beproefd heeft, die vezelen tot
eenig weefsel te verwerken. Men schijnt echter zeer gunstig
over deze stof te oordeelen. Intusschen wordt ook van el
ders gemelddat door verschillende bewerkingenvezelen
kunnen worden verkregen, die op katoen gelijkenuit Jute,
uit Spaansch grasuit Niew Zeeland vlasgewonen hennep
Sisol hennep, Manilla hennep, brandnetelen enz.
Men meldt uit Frankfort 22 September:
Aan de domkerk alhier had lieden ochtend het volgende
