HET HUWELIJKS AANZOEK,
den fatsoenlijken man die haar gebruikt en, wordt zij in de
betrekking van volksvertegenwoordiger gebezigd, zij dan tevens
vlekt de waardigheid van de Volksvertegenwoordiging zelve."
De hr. Eiesz zegt, zonder middellijk of onmiddellijk ooit eenig
voordeel van de gouvernementsculturen te hebben genoten, het
algemeen belang alleen in 't oog te houden, maar hij breekt
den staf over //de deloyale middelen, waarvan de heer Hu-
genholtz en de zijnen zich bedienen." De heer Itiesz voegt
hem nog toe: //Aan u, maar ook aan u alleen, zonder te
rugwerking op de overige leden eener achtenswaardige Ver
tegenwoordiging, verklaar ik, dat de bestrijders uwer rigting
op een hooger zedelijk standpunt staan dan Gij. Zij er
langen of verlangen voor hunnen arbeid geen loon. Die
arbeid gaf hun geene geldelijke winst, integendeel verlies.
Zij offerden arbeid en geld aan het algemeen belang. Zij
schreven de waarheiddie Gij niet ontzenuwen kunt. Gij
daarentegen ontvangt voor de vervulling vau uw mandaat
2000 gulden 'sjaars! Gij gebruikt dat a toevertrouwde man-
daat, hetwelk u, voor uwe adviezen, stelt buiten het bereik
van hem dien Gij daarbij aanrandt, om anderen, die Gij
niet weerleggen kunt, zonder grond of regt en sterk door
uwe onbereikbaarheid als volksvertegenwoordiger te bctig-
ten van vit baatzucht schaamteloos te lasteren. Gij, die
dit doet wat zijt Gij f
Op de groote vlakte tusschen Douai en Kamerijk,
waren in de vorige week twee jagers aan het jagenzij
zagen gendarmes aankomen en dadelijk ging de een dei-
jagers aan het vlugten, terwijl de andere dood bedaard bleef
staan. De gendarmes vervolgden den vlugtende en hadden
veel moeite hem te bereiken; eindelijk gelukte hun dit en
op barschen toon eischte zij de afgifte van zijn geweerdaar
dit was verbeurd verklaard, en de opgave van naam en
woonplaatsten einde procesverbaal tegen hem te kunnen
opmaken wegens het jagen zonder acte. De jager veegde
zichzonder zich in het minst te haastenhot zweet van
het gelaat en reikte daarna aan de gendarmes zijne jagacte
over, die volkomen in orde was. //Maar waarom zijt gij ons
dan ontvlugt? Waarom hebt gij ons zóó laten loopen?"
was de vraag dor gendarmes en het antwoord luidde//Wel,
om de eenvoudige redenom uwe aandacht van mijn jagt-
genoot af te trekkendie geen acte bezitDe gendarmes
waren woedend, zochten naar den anderen jager, doch deze
had zich uit de voeten gemaakt.
3ju0C5uiiiJai.
Aan de Redactie.
Mijn Heer
11c weetKeulen en Aken zijn niet op ceiien dag gebouwd.
Gij meet, de verlichting en bestrating tusschen de gebouwen op het land
komen ook niet op cencu dag tot stand.
Men weet, dat wij allen welwillend in staat zijn gesteld, dagelijks
(ZaturdagsZon- en feestdagen uitgezonderd) onze belastingen te kunnen
betalen.
Dat alleen wil ilc maar herinneren, wilt gij nu dit weinig je iu uwe Cou
rant plaatsen, wie weet, wat er dan toch niet gebeurt.
Een bewoner vau een huis in eene van die
straten zonder namen.
Willemsoord den G December 1SG2.
Vrijdag den 5 Dee.kreeg ik ondergcteekencle de wacht als vice-korpo-
raal aan de hoofdwacht, des avonds ten 7 ure werd ik gekommandeerd dooi
den sergeant Ilobein, zijnde de kommandant van de. bovengenoemde wacht,
tot het doen der eerste ronde op 's Rijks Marine-werf, met de marinier
3e kl. van ltoonvan de 2c kompagnie, toen kwamen wij bij de sloepen-
loods daar stond in de nabijheid een waker van de marine met name
Dolstra. "Wij zagen in liet voorbij gaan op zijn post liggeueen groot eind
los touwwerkik zeide tegen bovengenoemden marinier dat ik dit niet regt
vertrouwde en dat ik des morgens, bij het doeu der laatste ronde, zou zien
of het touwwerk nog aanwezig was; maar weldra bedacht ik mijdat wauncer
het weg wasik geen verhaal meer had en zijn neen even goed was
als mijn ja, toen namen wij ons voor de ronde op de eigenste manier te
maken als in liet heengaan om mij des te beter van de zaak te kunnen
overtuigenwij kwamen w eder op de eerstgenoemde plaatsdaar vonden
wij de tros nog liggen maar den wakertoen besloot ik de tros aan het
einde te visiteren en bevond dat hij nog versch was afgesneden; daarna
gingen wij alle loodsen en gemakken die in de nabijheid waren onderzoe
ken en vonden nergens een wakertot driemalen riep ik zoo hard ik kou
naar hem, maar hij gaf geen geluid; toen was naar mijn oordcel liet ver
standigste het touw in arrest te nemen en in bewaring te doen stellen bij de
kommaudeur der wcrfwaclitik gebood den marinier van Roon het touwwerk
op te nemen nu waren wij ter hoogte vau het Torentje gekomen daar
ontdekte ik een manw ij gingen met den gvootstcu spoed op hem aan
toen vroeg hij waar wij van daan kwamen en ik antwoordde hem dat dit
beweesdat hij niet op zijn post was geweestwant dat hij anders gehoord
en gezien had wat er voorgevallen was toen vraagde ik of hij niet wist
hoe dat touwwerk op zijn post kwam te liggennu kon hij mij geen volledig
antwoord gevcu en later zeide hij hetzelve van den kommaudeur der sloc-
pcnloods in bewaring te hebben ontvangen toeu hij op post kwam daarop
heb ik hein geantwoordh'ct touwwerk in bewaring te zullen stellen aan de
hoofdpoortdat dan de kommandcur der slocpenloods en de waker zich
morgen ochtend maar moesten verantwoorden. Daarop heb ik liet voorge
vallene gerapporteerdeerst aan dei. kommandcur en toen aan onze wachts-
kommaudantdie er dan ook dadelijk een extra rapport van opmaakte en
later ging de sergeant ten 9 ure zich zeiven van de zaak overtuigen en
vraagde rapport vau het gebeurde aan den kommandeur der wacht aan de
hoofdpoort, en deze antwoordde hem dat hij morgen ochtend aan den kom
mandcur van de sloepenloods zoude vragenof hij somtijds vergeten had
hetzelve weg te sluitencu als dit het geval wasdat dan de sergeant
het er maar bij zou laten en schrijven er geen extra rapport over. .luist
toen wij hierover bezig waren kwam dc waker die afgelost wijs iu de
wacht en vraagde dadelijk aan den kommaudeur naar zijn huis te mogen gaan
tot kwartier over tien ure daar hij dc dagwacht ook had en zich niet vau
dc werf mogt verwijderenwerd hem dit dadelijk toegestaantoen zeide
de waker tegen de kommandcur dat er eeu korporaal en ecu marinier wareu
geweest die touwwerk van zijn post hadden gehaald van gedagten zijnde
«lit te willen stelen; daar vond ik mij zwaar door bclcedigd en verzocht
toen aan den sergeant niet te zullen wachten met het rapportmaar liet
onverwijld weg te zenden.
Alzoo naar waarheid opgemaakt door C. IIeyt
Marinier lc kl.
naar 't Iloogduitsch door L. A. Laueeij.
Verrolt/ van No. 159.)
«Gekheid! Men zou u dc kleuren niet geschreven hebben, zoo ze ge
vaarlijk waren."
Kort daarna naderde ecu oud man met Oosterscbe gelaatstrekken dc
dc beide vrienden. «Heb ik de eer te spreken met den heer Leb Ilcrz-
1'cld?" vroeg bij zeer beleefd den hoed afnemende. «Ik heet Leb llerzfeld en
deze is mijn vriend lierman Levisolm!" «En raiju naam is Meijer, Meijer
zoon en compagnie!" hernam de oude. «Ik verheug mij, persoonlijk ken
nis met u gemaakt te hebben. Ik kom iu naam en op last van den ouden
lieer Rosenstcin. Verhinderd zelf met zijn rijtuig te komen, beeft hij mij
verzocht ecu rijtuig voor u te huren."
Leb's voorhoo!d werd duister. Mat zoude den beer Rosensteiu kunnen
verhinderen aan zijne vrijwillige belofte te voldoea welke gewigtigerc be
stemming kou ltoscusteius rijtuig heden hebbendan den aanstaanden
schoonzoon lc halen
«Ik dank usprak hij. „"Wij waren juist vau plan een rijtuig te huren
om ons naar een logement tc laten krengen. Kunt gij ons eeu goed ver
blijf aanbevelen
«Gij wilt iu een hotel gaan?" vroeg Meijer. «Dat zal den lieer Rosen
steiu niet bevallen. Evenwel ge licht niet geheel en al ongelijk. Gij zijt
in elk geval ongegeneerd, gij kunt van de vennoeijenis der reis een weiuig
uitrusten voor gij u bij den lieer Rosensteiu begeeft. Ik weet ook eeu
zeer goed hotel, 'lis namelijk het hotel de 1'Europe! Daar is het zeer
zindelijk! Dc fijnste wijn, de leste tafel! Als let u aangenaam is zal ik
er u heen leiden
Hermans oogen fonkelden van blijdschap over het te wachten genot.
Leb echter slaakte ecu zucht hij de gedachte aan de rekening die hij in
het «zindelijke hotel" te wachten had. lutussclien waagde hij liet niet
ccuigc aanmerking te maken maar hij schikte zich iu het noodlot. Hij
was immers op reis en Rebckka Rosenstcin zoude immers alles weer goed maken!
Na verloop van weinige minuten zaten dc vrienden, benevens hun ge
leider iu ecu schoon huurrijtuig.
De vreemdelingen werden iu 't hotel de 1'Europe goed ontvangen. De
goede Leb had nog nooit zulk ccne prachtige inrigtiug gezien hij was nog
nimmer zoo snel en beleefd bediend geworden en wanneer hij juist niet aan
het eindresultaatde als een spook dreigende rekening dachtgevoelde hij
zich zeer wel op de zachte kussens van den divan en het scheen hem als
ot hij door dc reis afgematiu Abrahams schoot lag. Het bezoek bij dcu
lieer Rosenstcin werd tot den volgenden voormiddag uitgesteld. Heden nog
wilde Leb zijn eigen meester ziju hij voelde behoefte zich te restaureren.
Morgen lieb ik nieuwe krachtenzei hij dau gaat alles veel heter. Nadat
hij vroegtijdig zijn avondeten had genuttigd, legde hij zich tc bed en sliep
ouder de schoonste droomen.
Hij was reeds wakker, toen zijn vriend nog in de diepste rust lag. Dc
schoonc morgenzon die door de zijden gordijnen scheen, lokte hem toch niet
om op tc staanintegendeel hij rekte zich nog eens uit en sliep weder in
droomcrijcn waarin dc schoone nicht vau Louis Seligman dc minste rol niet
speelde, llij ontwaakte toen Herman Levisolm gelaarsd cu gespoord hem
op de schouders tikte.
„Sta op, luiaard!" riep de vriend lagchend. „Ge gaat met dc kippen
op stok cu slaapt nog ecu gat iu den dagDe koilij wacht ons reeds
lang ze is kostelijk zeg ik u. D.m rooken we eene havanna repeteren
nogmaals onze lesversterken ons in een oesterkuis voor liet groote werk
cu wagen dan den eersten storm!"
„Ik beu uit verveling weder gaan slapen geeuwde Leb. „Gij waart nog
in diepen rust en ik durfde u niet wekken. Nu wij hebben toch niets
verzuimd
Leb klccdc zich zorgvuldig, door zijnv riciul daarbij geholpen; daarna dron
ken zij kotlij rookten een sigaar cu de ccrcmouicu vau liet bezoek werden
nogmaals gerepeteerd; waarbij Herman de rol van Rosenstcin en Rebckka
op zich nam. Het liep voortreffelijk af, en Leb voelde zich door do lof—
tuitingeu vau zijn vriend dusdanig aangemoedigd, dat hij eensklaps moed
kreeg en van sehoone meisjes en veroveringen sprak als een Don Juan.
Arm in arm liepen dc twee vrienden in den oudcraardschcii lekkernijen
kelderdien Herman reeds den vorigen avond in de nabijheid van huil
hotel ontdekt had. Men bestelde eeu kostelijk ontbijt en de geurige Bor
deaux goot Leb eeu levcustroom in de aderen zoo dat bij dcu moed tot de
gevaarlijkste daad in zich voelde.
Eindelijk werd het toch tijd om aan het cigculijkc doel der reis tc denken,
liet uur was genaderd waarop men den ouden lieer Rosensteiu liet eerste
bezoek brengen wilde; aangaande het resultaat zoude men des middags aan
Meijer bcrigt gevenom alsdan het verdere tc helpen gereedmaken. Ecu
huurrijtuig bragt dc vrienden naar de tamelijk verre woning van den ouden
lieer Rosenstcin. Het huis, dat hen aangewezen werd bad een eerbied
wekkend uiterlijk, 't Mas smal cu hoog en de muren reeds van ouderdom
zwart geworden; de getraliede vensters droegen weinig bij om bet uiterlijk
vriendelijk te doen schijnen. Op eeu klein koper bordje stond dc
naam: J. Rosenstcin, gegraveerd. Daarhecu liepen dc vrienden. Over
den tamelijkcu brecdeu opgang met stccncn trappen versierd kwamen zij
voor ceuc gesloten deur waar insgelijks de naam J. Rosenstcin gegraveerd stond.
„"NV acht nog een oogenblikzei Leb, toeu Herman bellen wilde. „Nog
slechts een oogenblik Dus ik buig mij groet hem,
„Zoo als wij het reeds twiutig maal gedaan liebbeu viel Herman hem
ongeduldig in de rede.
„Mijn hart klopt verschrikkelijkvervolgde Leb, „Daar is toch iets
plegtigs in als men een stap voor liet ganschc leven denkt te doen.
„Daar behoort slechts een klein weinig moed toe!" hernam Herman.
„Het zijn immers ook menschcn en al heeft de oude heer Rosenstcin wat
meer geld wij behoeven ons tocli niet voor hem te schamen."
„Voor hem is dat niets maar voor Rebckka zei Leb. „God mijner
vaderen als ze oogen heeft als de nicht van Louis SeligmanDie dringen
door merg en heen
„Des te beter!" lachte Herman. „Dc vrouwen zien gaarne dat men door
hen betooverd wordt. Allons moed I"
Herman trok hevig aan de belkoord en onmiddelijk sprong dc deur open.
Zij traden in een balfdonkercn voorzaal. Ecu bediende stond plotseling
voor dc vreemdelingen en vroeg hunne bevelen.