DE NAAMLOOZE ZANGER. Dezer dagen heeft een marinier, behoorende tot de equipagie van Zr. Ms. stoomschip Zoutmanzich twee vin gers afgesneden of afgehakt, teu einde op die wijze een hem opgelegde straf te ontduiken. Hij wordt thaus in het hospitaal verpleegd en zal ongeschikt zijn voor verdere dienst, omdat het de voorste \ingers van de regterhand zijn. De wetsontwerpen tot wijziging der concessie voor de doorgraving van Holland op zijn Smalst, en tot herziening der tafel, betrekkelijk de, verdeeling van het Rijk in kies districten (vermeerdering van het aantal leden der Tweede Kamer) hebben gisteren onderwerpen van overweging uitge maakt in de afdeelingen van de 2e Kamer der St.-Generaal. Gisteren werd voor den Hoogen Raad der Nederlanden bepleit de zaak van den heer Mr. K. A. Poortman, advoc. en notaris te Schiedam, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal voor het kiesdistrict Alkmaar, eischer in cassatie, contra de algemeene commissie van liquidatie der zaken van de voormalige wees-en momboirkamers, gevestigd te 's Gravenhage, verweerderesse. In 1841 werd bij Koninklijk besluit de heer Poortman aangesteld tot liquida- teur der weeskamer te Schiedam, en den 24n Novemb. 1852 werd hij opgeroepen om aan do algemeene commissie voor meld rekening en verantwoording te doen, waaraan door hem den 18n Januarij 1853 gevolg is gegeven. Hierover echter verschil, niet omdat er twijfel bestoud over de juist heid en opregtheid van zijn beheer, maar wel omtrent den vorm, waarin die rekening werd voorgedragen. De heer Poortman legde eene rekening over van hetgeen hij had gevonden bij zijn optreden, bestaande in 44,000 nominale inschrijving 2'- pCt. Werkelijk Schuld, mitsgaders aan con tanten overgenomen van den heer Loopuijt, die voortdurend zich belast heeft met het ontvangen der renten en de verdere administratie daarvan, de som van ƒ269, en vervolgens van zijn eigen beheer. De algemeene commissie daarentegen wilde overlegging eener rekening en verantwoording van eiken boedel, van den aanvang af dat de boedel ter wees kamer was opgebragt, en dus geen massale rekening. De heer Poortman beweerde toen en beweert nog hier aan niet te kunnen toegeven, doordien bij zijn optreden in 1S44 de schromelijkste verwaring heerschte in den toe stand der weeskamer te Schiedam, zoodanig, dat sedert het jaar 1809 niets daarvan gevonden werd in het archief, zijnde de weeskamer destijds beheerd geworden door den secretaris, die later gefailleerd is, en dat het hem onmoge lijk was specifieke opgaven te doen van alle boedels, waar onder zich zelfs vijf bevinden die reeds voor 200 jaren zijn aangebragt. In Mei 1856 werd desniettemin de heer Poortman, als eenig overgebleven administrateur en liquidateur, namens de algemeene commissie, gedagvaard tot het doen van rekening en verantwoording wegens gehouden beheer der weeskamer te Schiedam, en bij vonnis der regtbank te Rotterdam veroordeeld tot het leveren van eene rekening, bevattende verantwoording van elke in de weeskamer te Schiedam opgebragt en boedel van den aanvang af. Het Hof in Znidholland heeft bij arrest van den 20sten April 1863 insgelijks den heer Poortman in het ongelijk gesteld. Hiertegen thans voorziening in cassatie, waartoe namens den heer Poortman, door zijnen advocaat, den heer Mr. G. M. van der Lindenzes middelen werden voorgedragen en toegelicht, welke allen door den heer Mr. G. Delprat, voor de algemeene commissie optredende, bestreden zijn. Na dertien vruchtelooze beroepingen, is de kerkeraad der Hervormde gemeente te Wolfaertsdijk er eindelijk in geslaagd een beroep uit te brengen dat opgevolgd zal worden. Ds. P. Hagepredikant te Nieuw-Loosdrechtheeft toch het beroep naar die gemeente aangenomen. - Te Haarlem werd onlangs, meldt het Handelsblad een hulponderwijzer, die zich nu en dan aan misbruik van sterken drank overgaf, genoopt zijn ontslag te vragenhij vroeg dat met 1 Maartmaar bekwam het reeds met 1 Pebruarij. Hij is daartegen eerst bij den raad en nu bij den Minister opgekomen, en beroept zich op de wettelijke bepalingendat er geen verslag is uitgebragt door den schoolopziener, volgens art. 22, zoodat het raadsbesluit zou moeten vernietigd worden. Er was in den raad door een der leden op gewezen, doch zonder baat. Een auder geval is, dat er voor Spaarnwoude een ver gelijkend examen plaats greep voor hoofdonderwijzer. Van 10 sollicitanten wilde burg. en wetli. eene nominatie der 6 die 't meest voldaan haddendit was echter niet voldoende toen het bleek, dat een der sollicitanten zelfs niet onder de 6 eersten behoorde. Het is nu tot geene nominatie ge komen. Maar wat beduidt zoo een vergelijkend examen Als een voorbeeld hoe lang de scheepvaart op de Zuiderzee door het ijs wordt belemmerd, schrijft men van Harlingen dd. 14 Pebr. het volgende: De communicatie met onze haven, is thans als geopend te be schouwen. Gisteren kwamen als bijleggers binnen de schepen Johanna Gezinakapt. B. van der Veen, met hout van Riga en Zeeploegkapt. Reuthcr, met rogge van St. Petersburg, beiden bestemd naar Amsterdam. Het eerste vaartuig was vertrokken 2 Dec. Heden kwamen binnen de schepen Bor deauxM. Ouendag, Maria, M. Meinsma; Mercurius, J. Oldenburger, alle met hout uit Noorwegen en reeds vóór den Novemberstorm derwaarts vertrokken. Ook arriveerde weder voor het eerst na den winter de stoomboot Burge meester Zijlstra, uit Amsterdam, terwijl verwacht wordt de Harlingen. Nog vertrok heden morgen de Stad Leeuwar den der Zuiderzee-reederij die voor het eerst dienst zal doen. Verder schrijft men van daar: Gaf ten vorigen jare klagt over slechte boter aauleidiug tot veel geschrijf en gesprek alhier onder handelaars en boeren, thans wordt er geklaagd over den invoer van zeer sterk vervalschte boter, die door de ingezetenen onzer stad zeiven geconsumeerd wordt. Naar men zegt, komt deze slechte waar uit Kampen en Groningen en bestaat de vervalsching in de bijvoeging van een betrekkelijk groot gedeelte aard appelmeel, waarvan men soms tot 1/1 onder de boter mengt. In het doorsnijden is de vervalsching gemakkelijk te her kennen. Het zou niet kwaad zijn indien de politie iets tegen deze brutale opligterij kon doen. Te Breda heeft een zekere Adam, dronkeu Adam bijgenaamd, na reeds wegens mishandeling zijner vrouw, Eva geheeten tot 3 maanden correctionele gevangenisstraf te zijn veroordeeld, zijne mannine dezer dagen weer zoo toe getakeld, dat daarop eene veroordeeling tot 2 maanden cel lulaire gevangenisstraf voor hem gevolgd is. Het Deensche fregat Heil Juil heeft den 17 jl. de haven van Plymouth verlaten en kruist in het kanaal, om Duitsche schepen te nemen. Men gelooft dat het trachten wil slaags te geraken met het Pruisische fregat Thetis. In de vorige week is in een bergpas in Oostenrijk sneeuw gevallen, die hef, voorkomen had van geheel zwart te zijn, doordien er zich millioenen zwarte stipjes op be wogen zoo kleindat ze met het bloote oog naauwelijks te onderscheiden waren. Onder het mikroskoop vertoonde zij een ronden kop en het lijf van een vlieg, twaalf uren later was er niets meer van te zien. Naar 't Hoogduitsclidoor Yerual Jr. Vervolg van No. 184. Tegen wil en dauk was Amantia, geheel in den schoonen droom verzonken, hare moeder tot de huisdeur gevolgd. Eenige bedienden waren bezig uit den wagen koffers en kisten te dragen terwijl twee lagchende en vrolijke personen naar de barones en Amantia toesnellen. «Mijne dochter, mijne Albertine, zijt gij het?" riep me vrouw von Hochau, terwijl zij de vrouwelijke gedaante in hare armen sloot; daarna wendde zij zich tot de mannelijke gestalte, die zoo even Amantia gekust had, en begroette hem met de volgende woorden «Mijn lieve graaf, gij had ons niet beter kunnen verras sen wees duizendmaal welkom Nu kwam ook de baron en leidde de gastenna hen hartelijk begroet te hebbenin de zaalwaaruit zoo even de kunstenaar verdwenen was. Amantia's oogen doorzochten het vertrek. Zij begreep alles, doch zweeg. «Mijn waarde Curoni," sprak de baron, opzettelijk zeer luide, «bijna zoude onze eerste ontmoeting bij zulk eene lange scheiding onaangenaam gestoord zijn geworden door de komst van een vreemden gast, de naamlooze zanger van Italië." «Hoe," zei de graaf, «deze wereldberoemde jonge kunste naar bevindt zich in Duitschland en wel hier in onze nabij heid: zeidet gij?" Een weinig verlegen, hernam de baron: «Nu ja, hij zingt voortreffelijkdaar valt niets op te zeggenmaar «Maar uwe brieven uit Italië," viel de graaf hem in de rede«uwe ontboezemingenvol geestdrift en bewondering hoe en nu deze koele toon «Dat is alles goed en welhernam de baronzijdelings een blik op Amantia slaande, «maar het jonge menscli bezit den trots, die bijna alle kunstenaars eigen is, en gelooft dat de bewondering die zijne stem ook in hoogere standen ten deel valtook op zijn persoon van toepassing is." «Ja, denk eens hoe onbeschaamd hij issprak de barones «doch ga eerst zitten waarde graaf, opdat wij aan 't souper gaanheden avond hooren wij eensklaps een lied zingen in ons park, een lied, zoo teeder en liefelijk, als ooit een verliefd ridder zijne donna zoude kunnen doen hoorenmaar de stem was helaas want zij is in de daad schoonechter een wei nig te zoet naar mijn smaakniet die van een edelman of ridder, maar van een operazanger zonder stand of naam." «Had hij het hierbij nog maar gelaten, 't ware vergeeflijk geweest, doch zijne stoutheid ging nog veel verder: hij trad onaangemeld in deze zaal en maakte naauwelijks eene kleine verontschuldiging. Niettegenstaande dit alles, werd hij door mijnen echtgenoot hartelijk ontvangen, maar hij maakte van deze onderscheiding in den loop van den avond misbruik en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1864 | | pagina 2