ter reede van Brouwershaven en andere plaatsen in ons land
luiden de berigten van storm en onweder.
Wel is de lucht hier dagelijks donker en buijig, vooral
Woensdag waren de Maarsche buijen zeer hevig, doch de
winddruk zal niet hooger zijn geweest dan ongeveer 30 kilo,
echter heden neemt de wind krachtig toe en voorspellen de
weerkundige waarnemingen nog steeds stormweder.
Yan wege den heer P. Korf!' alhier, heeft dezer dagen
in deze gemeente eene lijst gecirculeerd ter inschrijving,
ten behoeve van de weduwen en weezen der bemanning van
vier verongelukte sloepen van Zwarte Waal, Pernis en
Middelharnisin den storm van December jl.op die lijst is
geteekend voor de som van f 194.20 en buiten inteekening
nog ontvangen van M. W. f 15.alzoo te zarnen f 209.20,
waarvoor wij namens den heer P. Korft' de milddadige ge
vers hartelijk dank zeggen.
Dezer dagen is alhier een granaatkogel gevonden in
een erf, achter een nieuw gebouwd huis, aan de Zuidstraat
op een diepte van 3 el, terwijl men bezig was met het
graven van een put.
De luit. t/z. van de 2e kl. M. P. Reeringh, thans non-
actief, wordt met den 1" April aanst. geplaatst op Zr. Ms.,
met dat tijdstip in dienst te stellen, schroefstoomschip
Prinses Maria.
De Minister van Finantiën maakt bekend, dat bij
hem, onder postmerk Helder ontvangen en in 's Rijks schat
kist gestort is, eene som van ƒ1170.-(zegge: elfhon
derd zeventig guldentot teruggave van door een onbekende
achtereenvolgens aan het Rijk ontnomen gelden.
Bij besluit van 8 Maart, No. 1. heeft Z. M. goed
gevonden
1°. met ingang van 15 Maart 1864 te benoemen tot
Minister van Buitenlandsche Zaken den heer Mr. E. J. J.
B. Cremersthans lid der Provinciale Staten van Groningen
2°. met hetzelfde tijdstip eervol van de tijdelijke waar
neming dier betrekking, onder dankbetuiging, te ontslaan
den heer W. J. C. Ridder Iluyssen van Kattendijke, Minis
ter van Marine.
In de Arnh. Cr. leest men aangaande den nieuw be
noemden minister:
Yan goed ingelichte zijde wordt gemeld, dat de heer
Cremers een perfect gentelman is. Hij heeft veel gereisd
en daardoor relatiën aangeknoopt aan de meeste hoven op
het vasteland. De nieuw benoemde Minister moet zich ge
makkelijk en vlug uitdrukken in onderscheidene talen. Hij
is katholiek van belijdenis.
Naar men verneemt, heeft jl. Maandag voor het pro
vinciaal geregtshof in Overijssel het verhoor plaats gehad van
mevr. de wed. D. Pruimers, tengevolge van het door haar
ingesteld hooger beroep tegen een vonnis der regtbank te
Zwolle, waarbij zij uit de voogdij van haar kind is ontzet.
Vroeger voor de regtbank gedagvaard tot het ondergaan
van dat verhooris zij aldaar niet verschenen thans in hoo
ger beroep is zij gecompareerden moet dat verhoor van
half elf tot één ure geduurd hebben.
Dezer dagen werd Jhr. J. Ij. C. Pompe van Meer-
dervoort, officier van gez. bij Z. M. zeemagt, benoemd tot
eerelid van de Société Impériale Zoölogique (T'acclimalion
te Parijs, als erkenning van de groote diensten, door hem
aan de wetenschappen en Eransche industrie bewezen, door
het uit Japan overbrengen van eene nieuwe soort van wilden
zijdewormwelke op den eikenboom in de vrije natuur leeft.
De. proeven, met dezen nieuwen worm in Prankrijk geno
men, hebben de beste resultaten opgeleverd en beloven eene
nieuwe hoogst belangrijke tak van industrie daar te stellen.
Dc zijde dezer wormen moet in pracht en kostbaarheid alle
tot nu bekende, soorten verre overtreffen.
Is men goed onderrigt, dan heeft Jhr. Pompe van Meer-
dervoort, ook aan onze regering van deze wilde zijdeworm-
eijeren ten geschenke aangeboden en komt het ons hoogst
wensehelijk voor, dat het publiek ten onzent ook worde in
gelicht, welke de resultaten der hier te lande genomen
proeven zijn, en of onze uitgestrekte en weelderige eikeu-
bosschen ook niet worden gebezigd voor deze kuituur, op
dat Nederland zelf ook het voordeel zoude hebben van deze
belangrijke nieuwe uitvinding, en zij niet weder geheel
worde overgelaten aan onze 1'ransche naburen.
Men verwacht eerstdaags de detachering van een tien
tal luitenants van de artillerie en infanterie bij den gene-
ralen staf van het leger, om dienst te doen bij eene nieuwe
topograpische opname van de Nederlanden uit een militair
oogpunt.
Men deelt mede dat dc 13 pCt., die bijgepast moe
ten worden voor den zich te Amsterdam bevindenden voor
raad gedistilleerd, meer dan eene tonne gouds bedraagt.
//Als wij," schrijft de Amsterd. Courantbelegerd worden
hebben wij dus rooreerst nog aan hoerasie-viater geen gebrek."
Men schrijft het volgende uit Boskoop: De Deensch-
Duitsche oorlog, doet reeds in deze gemeente zijn nadee-
ligen invloed bespeuren. De anders zoo belangrijke verzen
ding van boomen en planten naar Denemarken en Duitschland
beteekent dit jaar weinig of niets. Vele kweekers zien met
vrees de toekomst te gemoet. Onze plaats die haar hoofd
middel van bestaan in boomkweekerij vindten haar welvaart
daaraan verschuldigd is ziet reikhalzend uit naar het oogen-
blik, waarop het Sleeswijk-Holsteinsche pleit zal zijn beslist.
De tegenwoordige onvrijheid der Duitsche vlag in
de Oost- en Noordzeeenz. heeft aanvankelijk voor de zoo
belangrijke koopvaardijvloot van Groningen reeds het gun
stige gevolg gehad, dat die schepen zeer gezocht en hunne
vrachtprijzen zeer gerezen zijn.
Overwegende, dat lotelingen der nationale militie, die
niet op den bestemden tijd aan de oproeping ter inlijving
hebben voldaan, bij latere opkomst niet bij de zeemilitie
toegelaten, maar bij de militie te land ingelijfd worden;
en dat het zoowel in het belang der zeemilitie als in dat
der zeevarenden van beroep wensehelijk is, zoodanige lote
lingen niet onvoorwaardelijk van de zeemilitie uit te sluiten
heeft de regering een wetsontwerp aangeboden, houdende
bepalingen, dat de loteling, die zich heeft aangemeld of
doen aanmelden om bij de zeemilitie te dienen, doch aan
de oproeping niet heeft voldaanen in dienst moet gesteld
worden, voor vier jaren bij de zeemilitie kan worden inge
lijfd, tenzij het cijfer, in art. 5 der militiewet als maximum
bepaald, voltallig ware. Hiervan is uitgezonderd de loteling,
omtrent wien Gedep. Staten hebben beslist, dat geene om
standigheden van zijn wil afhankelijk hem hebben belet aan
de oproeping te voldoen.
Te Beerta is het huis van Lameyer Zondag avond
afgebranddit is reeds het derde huis dat van dezen man
afbrandt. Hij is op nieuw, met huis en goederen, in de
Adelaar verzekerd en hoopt dus ook nu het weer op te bouwen.
Een huismoeder te Elburg verliet in de vorige week des
avonds, voor eenige oogenblikken hare woning en liet de
jongste kinderen aan het opzigt van een ander, schoon ook
nog jeugdig kind over. Op het angstgeschreidat weldra tot
de straat doordrong, schoten de buren toe en vonden een
kind, tusschen de 2 en 3 jaren oud, op de plaat, bij een
helder vlammend vuur deerlijk gehavend en gebrand. Dit
is reeds het derde kind van die oudershetwelk dit jam
merlijk lot treft.
Voor een paar dagen was te Zutphen de politie in
rep en roer, over niet meer of minder dan over een kin-
moord. Men had eene meid zien loopendie angstig rond
kijkende iets onder haar voorschoot droeg; na weinige
oogenblikken kwam een manook al benaauwde blikken om
zich slaande, naar haar toe, en nain haar een in doeken
gewikkeld langwerpig pak af. De waakzame politie had
het in de gaten en was op het punt van de misdadigers te
betrappen, toen er plotseling een plomp in het water werd
gehoord, en beiden op den loop gingen. Er werd den ge-
heelen nacht gevischt, en tegen den morgen haalde men
iuderdaad het corpus delicti op; de misdaad was nu duidelijk
want uit de doeken ontwikkelde zicheene kruik ge-
never, die de beide hardloopers gewis hadden willen smokkelen.
Hamburger kooplieden hebben Engelsche stoombooten
uitgerust, die in het kanaal kruisen en aan de Duitsche
vaartuigendoor middel van een reusachtig bordmededee-
len dat Denemarken en Duitschland in oorlog zijn. Op die
wijze zijn deze handelsvaartuigen gewaarschuwd en kunnen
de vereischte maatregelen nemen om het gevaar te ontsnappen.
Dezer dagen is te Parijs een politic-verordening uit
gevaardigd, houdende verbod aan de vrouwen om alleen in
koffijhuizen te komen. Thans wordt hieraan uitvoering ge
geven, hetgeeu natuurlijk komieke tooneelen en zelfs mis
handeling ten gevolge heeft. Eenige dier koffijhuis-bezoekende
dames hadden kinderen medegebragt, doch zelfs dat geleide
werd onvoldoende geoordeeld en men zette haar buiten de deur.
Men verhaalt dat voor eenige dagen keizer Napoleon
in een gesprek met een hooggeplaatst persoon over de Deen-
sche kwestie en Fraukrijks houding, gezegd heeft: //De toe
stand is deze: Denemarken zal niet toegeven; Duitschland is
te ver voorwaarts gerukt oin te kunneu teruggaan; derhalve
zal ik genoodzaakt wezen tusschen beide te komen."
Dat menigeen zijn eigen geluk niet kent, is onlangs
te Berlijn ten duidelijkste gebleken. Bij de laatste trekking
van de Pruisische loterij leening had zich de winner van het
lot van 100,000 niet aangemeld. Toevallig vond men echter
bij eene rivisie, dat een der beambten van eene provinciale
bank het loterijbriefje van 100 daalders waarop het hoogste
lot gevallen was, onder de staatspapieren gedeponeerd had,
die hij als borgtogt had gegeven. Het bestuur der bank
meldde hem nu, dat hij 100,000 daalders rijker was dan hij
tot nog toe gemeend had.