lioogd zijnde, het eene onbillijkheid was, dien op het bier nog te vermeerderen. De Kamer scheen 't gevoelen der Lim burgers te deelen. Zij benoemden toch drie Limburgers tot rapporteursde heeren de Lom de BergKerstens en de Ke- verberg. Ook de wet tot wijziging van den accijns op het zout, moet geen bijval bij de Kamer hebben ondervonden. Tegen Zaturdag ten 11 ure zijn eenige wetsontwerpen van ondergeschikt belang aan de orde gesteld, waaronder een tot verdaging van den termijn tot invoering der nieuwe regter- lijke organisatie, en een ander betrekkelijk het voorstel van den heer Cool c. s.om de schadevergoeding voor de slaven- eigenaren op St. Martin te verhoogen, en derhalve van f30 op ƒ100 te brengen. Na Pinksteren zal, naar men wilde Kamer achtereenvolgens behandelen: lo. de wijziging tc bren gen in de concessie Jager. 2o. de definitieve vaststelling van Hoofdstuk III. A. der Staatsbegrooting van 1861 (departe ment van Buitenl. zaken). 3o. de wet op het Indisch onder wijs benevens eenige andere kleine wettenwaarna zijnaar men verneemt, tot September zal uiteengaan; en het zitting jaar derhalve wat deze Kamer ten miaste betreftvoor goed geëindigd zal zijn De begrooting voor Buitenlandsche zaken iszooals van zelfs spreektgelijkluidend aan die van den minister Sombreff behalve dat het pensioen van dezen laatsten er op is gebragt en derhalve met eenige konderde guldens verhoogd. Belang rijke discussien zijn daarover dus niet te wachten en 't zou ook onbillijk wezen een Minister die pas is opgetredengeen gelegenheid te schenken aan 't werk te gaan, maar hem met ingewikkelde quaestien van staatsregten aan, de orde of niet, lastig te vallen. Heftiger tegenstand ontmoet daarentegen, naar men wil, de wijziging door de regering gebragt in één der artikelen van de concessie van de heer Jagertot doorgraving van 't kanaal van Holland op zijn smalst. De oorspronkelijke tegen standers van deze onderneming, grijpen deze op nieuw aan, Om het primitieve plan au fond te bestrijden. Zij beweren wederom dat het der Regering met de doorgraving nooit ernst is geweest, en dat, nu het zeker is, dat de onderneming van de zijde der kapitalisten schip breuk heeft geleden, ook deze wijziging geene vruchten zal opleveren en tot niets leiden. Wil men de doorgraving, dan moet Amsterdameven als Rotterdamvan staatswege ge holpen wordenmaar hetgeen thans geschiedt is een ij del werk. Bij de openbare discussie die eerlang volgen zalzal dus ook het voorname punt van beraadslaging wel loopen over de uitvoerbaarheid van het werk zelfeenige zullen zoo als vroeger geschieddezich wederom voorstanders verklaren van een verbeterd Noordhollandsch-Kanaal, en het doodvon nis van het Y niet willen onderteekenenanderen zullen ver klaren, dat het werk of onuitvoerlijk, óf ten minste voor de gevraagde som niet te maken isterwijl wederom anderen het regerings plan in bescherming zullen nemen. Uittreksel uit de Bredasche Courant Eenige in- en opgezetenen van de aloude Baronnie van Bredazicti dankbaar de vele weldaden herinnerendedievooral in vroegere dagen door hunne voorouders van de zijde van het steeds geliefde Stamhuis van Oranje mogtcn worden genotenhebben voorloopig het denkbeeld gevormd omter gelegenheid van het op den 18 Junij e. k. te vieren Zilveren Bruilofts-Feest van Z. M. onzen geëerbiedigde Koning en Hoogst deszelfs alom beminde Gemalineenig bewijs van eerbiedliefde en hoogachting aan Hen van wege die Baronnie aan te bieden bestaande in eenig zilveren of ander voortbrengsel van nationale nijverheid. Mogt echter weldra blijkendat dit denkbeeld alom in den Lande gedeeld en alzoo geheel Neder land geneigd bevonden wordt zich daaraan te willen aansluitendan is men gaarne bereid de zaak verder uit te breidenen haar meer nog te beschou wen als eene dankbare hulde van geheel het Nederlandsche volk aan Hem en Haar, die nog onlangs openlijk verklaarden: „dat Oranje nimmer genoeg voor dat volk zal kunnen doen" en als een bewijs dat ook datzelfde volk steeds bereid is om den band die vorst en volk sedert eeuwen verbindtbij elke gelegenheid al naauwer en naauwer toe te halenin het bewustzijn dat uit die eendragt magt geboren wordt. De redactie der Bredasche Courant verklaart zich intusschen van nu af reeds bereid der gewis goede zaak bcvordelijk te willen zijn, en gaarne de bewijzen te zullen ontvangen dat het opgevatte denkbeeldzoo in de Ba ronnie als, liefst, in geheel Nederland, meer en meer ingang vindt, en alzoo op ondersteuning en medewerking velerzijds zon kunnen gerekend worden. Men vermeent dat het raadzaam zou zijn om de bijdragen zelfs tot het geringste bedrag, al dadelijk dankbaar te aanvaarden, opdat ieder Nederlander, van welken stand dan ook, in staat worde gesteld van zijne deelneming te doen blijken. Gisteren is Z. M. schroefstoomschip Prinses Maria van hier naar Hellevoetsluis vertrokken, ter afhaling van eenige manschappen en tevens ter verdere beproeving van dit nieuwe vaartuig. De laatste algemeene collecte ten behoeve der Luther- sche gemeente alhier, heeft de belangrijke som van ƒ108.60 opgebragt. De kerkeraad is er zeer dankbaar voor. Hij was nu in staat drie aandeelen der orgel-leeningNo. 5, 7 en 10, ieder groot ƒ50 uit te loten. In Aug. was ontvangen ƒ126, nu ƒ108, te. zamen ƒ234. Er zijn nu J 300 van de schuld groot ƒ900 afgedaan. 31nge3onhen JtfuMien. De Redactie onderschrijft niet altoos de gevoelens der inzenders. De Zangvereeniging EUTERPE. i. Onder de vele bijzondere vereenigingendie tot het veraan genamen van den wintertijd zoozeer bijdragen, mag ook voor het laatste saizoen het zanggczelschap Euterpe genoemd worden. Hoewel eerst sedert korten tijd geborenheeft het door zijne openbare uitvoeringen de duidelijkste blijken van leven gege ven en daardoor diegenen gelogenstraftwelke het bestaan van zulk eene vereeniging op deze plaats onmogelijk achtten. Het is naar aanleiding van die uitvoeringendat wij hier kortelings wenschen te bespreken, of die kenteekenen eene krachtige constitutie verraden en hoop geven op voortduren- den welstand en bloei, dan wel of zij slechts zijn verkregen door eene bovenmatige inspanning, om daarna door verval van krachten geheel op te houden. Daar dit laatste èn voor de vereeniging zelve, èn voor de gemeente, werkelijk zou te betreuren zijn, meenen wij hier geene ondienst te doen door eenige fouten en gebreken aan te wijzen, overtuigd dat het bestuur, dat wel door niemand van kleingeestigheid zal be ticht wordendeze wenken en opmerkingenindien zij waar heid mogten bevatten, zal ter harte nemen en ten voordeele van de vereeniging aanwenden. De eerste openbare uitvoering had plaats op een zekeren dag in het laatst der maand Maart. De verwachting was zeer gespannen. Men wist toch dat de vereeniging eerst voor weinige maanden tot stand was gekomendat zij bestond uit zeer heterogene bestanddeelenvooral wat de muzikale ont wikkeling betrof; dat de repetitiënhoewel wekelijks, wegens het ongunstige weêr of andere oorzakendikwijls waren uit gesteld en niet altijd getrouw door alle werkende leden be zocht. Al deze redenen bragten te weeg dat de toehoorders waren bezield met een gevoel van welwillendheid en toege vendheid die de stem der scherpe kritiek geheel verdrongen. Yan daar dat de uitvoering vrij wel aan de verwachting be antwoordde. Men maakte er geen verwijt van, dat het pro gramma slechts drie ensemble stukken bevatte en het overige door solo's moest worden aangevulddie anders op zulk eene vereeniging niet tehuis behooren. Men duidde het niet ten kwade dat de koren minder voor een concert geschikt waren en de uitvoering van deze de noodige juistheid en fijnheid mistte. Kortom: »Men rekende de uitslag nietmaar telde het doel alleenDe kritiek zweeg dan ook verder over deze uitvoering en prees slechts den goeden wil en zamenwerking van het gezelschap. Het niet werkend gedeelte van de vereeni ging, keerde voldaan naar huis terug, en meende vooreerst niet meer tot het bijwonen eener uitvoering opgeroepen te zullen worden. Euterpe zou dacht menmet vernieuwde krachten hare oefeningen aanvangenom eerst na groote versterking en verbetering ten tweeden male op te treden. Dan behoefde niet meer de toegevendheid van het auditorium ingeroepen te wordenmaar kon men zich veilig aan eene regtvaardige beoordeeling onderwerpen. Dit ware ontegenzeggelijk de wijsste partij geweest, doch weldra bleek dat het bestuur eene andere meening was toegedaan. Op de eerste repetitie toch, na de genoemde uitvoering, werd door het bestuur meêgedeeld, dat van de muziek-ver eeniging Apollo een verzoek was ingekomenwaarbij de me dewerking van Euterpeop het eerstvolgend concert, het laatste van het saizoen, werd ingeroepen. Het bestuur van Euterpe ondersteunde dit verzoek, en geen wonder, want zoo als algemeen bekend is, de besturen der beide genoemde vereenigingen bestaan uit nagenoeg dezelfde leden, Apollo had de medewerking van Euterpe noodig, omdat zij anders buiten staat was het concert behoorlijk te doen plaats hebben. Ware nu het bestuur van Euterpe onafhankelijk geweest, dan zou het, wij zij er vast van overtuigd, geen oogenblik geaarzeld hebben, dit verzoek van de hand te wijzen. Het was toch geheel tegen het belang van Euterpe om op te tre den voor de leden van Apollo. Deze toch hadden niets geen reden om toegevend te zijn bij het beoordeelen der uitvoering en tegen eene onpartijdige kritiek kon deze nimmer bestand zijn. De zangvereeniging verblind door het succes op de eerste uitvoering behaalden vergetende de oorzaken waar aan dit moest toegeschreven worden, in welke dwalingen zij door het bestuur werd versterkt, nam het voorstel aan. De uitvoering had plaats slechts weinige dagen na de eerste. De uitslag was, zooals ieder kon verwacht hebben. Een mede lijdend schouderophalen of veel beteeken ende glimlach was de eenige belooning die Euterpe van de leden van Apollo mogt ontvangen. En dit oordeel was regtvaardig, want de uit voering was beneden het middelmatige. Vele ongunstige omstandighedendie allen echter konden voorzien worden en door het bestuur moesten voorzien zijn, werkten hiertoe mede. In de eerste plaatsdat op hetzelfde concert een uitstekend violist al den roem van den avond wegdroegvervolgens dat dezelfde stukken werden ten gehoore gebragt, die nog geen week geledenwerden uitgevoerd en voor het concert ten eenen male ongeschikt wareneindelijk dat de piano hooger was gestemd dan gedurende de repetitiën waardoor eene voortdurende botsing tusschen het gezang en het accom pagnement ontstond. Het bestuur was intusschen voldaan in qualiteit van direc tie van Apollowant het concert was aangevulddoch in qualiteit van directie van Euterpemoest zij zich mede aan het ongunstig oordeel der vergadering onderwerpen. Eene krachtige bevestiging van de bekende waarheid niemand kan twee heeren dienen Met reden kon men verwachten, dat door deze dure les, het bestuur van Euterpe wijzer zou zijn geworden, en voor eerst de vereeniging aan wier hoofd het is verkozen, aan geen nieuwe vuurproef zouden onderwerpen. In een volgend artikel zullen wij nagaanin hoever dit het geval is geweest.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1864 | | pagina 3