.AS 514.
Vierde Jaargang.
1864i
$efóer, JïieumeDtep, WiffemsoorÖ, en 5.
WOENSDAG
I JU N IJ.
V E H K I E Z IN G E N.
NIEUWE COURANT
VA1V OEN
Verschijnt WOENSDAG cn ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maandenƒ1.30
Franco per post 9 1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren. Brieven franco aan den UitgevcrS. Gii-tjes
De prijs der Advertenties van 1—4 regels is 40
Centen; voor elke regel meer 10 Centen. Zegel regt voor
elke plaatsing 35 Centen. Voor des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur, gelieve mende Advertentièn iutezenden.
Ingezonden stukken een dag vroeger.
ii.
De taaie die wij in ons vorig artikel op ons namen de
politieke rigting aan te wijzen van den lieer v. Foreest is
niet moeijelijk. Niemand, die onbevooroordeeld is, zal dien
afgevaardigde kunde en bekwaamheid ontzeggenniemand zal
den heer v. Foreest beschuldigen van inconsequentie in zijne
uitgesproken oordeelenniemand zal met regt kunnen bewe
ren dat die lieer de vlag, waaronder bijvoer, ooit heeft ver
laten, of zich schuldig gemaakt aan politieke oneerlijkheid.
In dén woord, de heer v. Foreest is als afgevaardigde steeds
getrouw gebleven aan de beginselen die hij altijd heeft bele
den; onder geene omstandigheden, onder geene verandering
van Ministerie, heeft hij die verloochend. Nooit was eene
irenische politiekof eene transactie omtrent beginselenhet
doelwit van zijn streven; en toch bestrijden wij de candida-
tuur van den heer v. Foreest, met al de kracht die in ons is.
Wij bestrijden niet den heer v. Foreest, wij bestrijden
de door hem als afgevaardigde voorgestane principes; begin
selen, zóó verouderd, zóó reactionair, dat zelfs de hevigste
mannen der oppositie hem niet als bondgenoot kunnen opnemen.
Geen der tegenstanders van dit Kabinetnoch de heer van
Heemstra, noch de heer Wintgens, noch de heer v. Goltstein
gaan in hunne reactionaire denkbeelden zoo ver als de heer
v. Foreestenwat de koloniale politiek betreftis 't ontwij
felbaar, dat zelfs de heeren Rochussen en Mij er daarin libe
raler zijn dan de heer v. Foreest.
Het zoo strenge maar regtvaardige oordeel, door de Kam
per Ct. over dien afgevaardigde uitgesproken, moet worden
beaamd. De heer v. Foreest behoort tot die leden, op welke
wij in ons vorig artikel doelden, die de Grondwet beschou
wen als een dood woord, niet als eene levende kracht, die
het tijdvak van 18481864 met leede oogen aanschouwen en
ons zouden willen terugvoeren tot het ancien régimetoen
slechts enkele uitverkorenen in staat geacht werden het publiek
belang te kunnen bevorderen toen geboorte, afkomst en in
vloed meer werden geteld dan kundebekwaamheid en gees
telijke ontwikkeling.
Wij voor ons behooren volstrekt niet tot de blinde aanbid
ders van het Ministerie Thorbecke en gelooven ook niet aan
deszelfs onfeilbaarheid. Menigmaal hebben wij 't uit overtui
ging bestreden, waarschijnlijk zullen wij 't nog meermalen
moeten doen, omdat wij niet gelooven kunnen, dat cenig
Ministerie, welk ook en welken naam dragende, onfeilbaar
zoude zijn of verbeven boven de dwalingen waaraan zoowel
liberalen als conservativen blootstaan. Maar reeds vroeger,
vóór de benoeming van dit bestuurhebben wij er op gewezen
dat na alle proefnemingendie wij in ruime mate gehad heb
ben, de eenige weg waseen Ministerie Thorbecke. (zie No. 70
dezer Ct. A. 1862) en wij noemden later na de benoeming van
't toenmalig bewind »het optreden van het Kabinet en van
den uitstekenden staatsman, die sedert negen jaren door ka-
balen en intrigues van het staatstooneel werd verwijderd ge
houden een geluk voor het Vaderland." (zie No. 72 dezer Ct.
Dat gevoelen is in de twee verloopen jaren niet veranderd,
en daarom houden wij de vervanging van den heer v. Foreest
door een liberaler lid noodzakelijk. Wie het Ministerie wil
steunenkan onmogelijk zijne stem uitbrengen op een man
die bij het optreden van dit Kabinet zijne stem uïtbragt tegen
alle hoofdstukken der staatsbegrooting, alleen omdat ze door
het Ministerie Thorbecke waren ingediend; die, zonder dcu
inhoud er van in aanmerking te nemenze verwierp
omdat het Bewind niet zijne politieke geloofsbelijdenis
was toegedaan; eene belijdenis, die in de Kamer een geïso
leerd standpunt inneemt, want zelfs de heer Groen is deleer
toegedaan in théoriehoewel hij ze niet in praktijk brengt
dat men geene begrooting mag afstemmen, om redenen buiten
die begrooting gelegen.
En de <heer v. Foree3t is getrouw gebleven aan de woorden
waarmede hij dit bewind begroette woorden die wij straks
zullen mededeelen en heeft onveranderlijk geholpen eiken
maatregel, hoe nuttig en noodzakelijk ook, af te stemmen,
omdat ze door 't Kabinet Thorbecke was voorgesteld.
Alvorens echter over te gaan onze lezers uittreksels mede
te deelen uit de redevoeringen door den heer v. Foreest, bij
verschillende gelegenheden gehouden, uit welke redevoeringen
wij de krachtigste argumenten putten zijne candidatuur t(#
bestrijdenen waaruit wij hopen onze liberale lezers aan te
toonen dat zijne herkiezing eene onmogelijkheid is, houdemen
't ons ten goede, wanneer wij een korten blik werpen op de
door dien afgevaardigde beleden politieke gevoelens in 't al
gemeen.
De heer v. Foreest behoort tot eene staatkundige rigting,
die Goddank in ons Vaderland nog slechts zeer enkele
aanhangers en voorstanders vindt, en die men in Pruisen
bestempelt met den naam van Jonkerpartij. Tot die partij
behoort de bekende minister van Bismarck, en wat ze uit-
rigt als ze aan het bewind isis uit het voorgevallene in de
Kamer der Pruisische vertegenwoordiging genoegzaam geble
ken. De Deensch-Duitscke oorlog werd hoofdzakelijk thans
slechts in het leven geroepen om een einde te maken aan de
verwikkelingen, die noodwendig moesten geboren wordeu uit
de oneenigheden tusschen dat gouvernement en de kamer. De
spanning, ontstaan uit de tweedragt tusschen 't bewind en
de kamer zou daar al zeer ligt aanleiding gegeven hebben tot
een burgeroorlog of revolutieliadde 't gouvernement niet de
aandacht van 't volk van de binnenlandsche politiek afgeleid
door een buitenlandschen oorlog te doen ontstaan. Het
absolute koningschap, door Gods genade, is 't hoofdbeginsel
dier partij. Het bekende woord, door Bodewijk XIV uit
gesproken »r état c' est moi" is de grondslag liarer politieke
belijdenis. Deelneming van het volk, op welke wijze dan ook
aan de staatkundige belangen, directe verkiezing der verte
genwoordiging, is in hare oogen een gruwel. Een abso
luut koningschap, gesteund door het leger en den adel, is
haar eldorado. De tijden van Lodewijk XV, toen een Latude
veertig jaren in den kerker versmachten moestomdat hij eene
satyre geschreven had tegen 'skonings maitresse, is het non
plus ultra van haar streven. De terugkeer van die eeuwen
toen een enkel woord des konings genoegzaam was om iemand
zonder vorm van proces uit de rij der levenden te doen ver
dwijnen, toen de koningen zonder rekenschap of verantwoor
ding uit 's lands finantiën putten en belastingen konden op
leggende terugkeer van dien tijd, is, wij herhalen liet, het
doelwit harer wenschen.
Wij behoeven onze schets niet uit te breiden. De partij
van den heer van Foreest kan met een enkel woord worden
geschilderd. Het is de partij van voor 1793. Het is de partij
die de groote resultaten der staatsomwenteling miskennende,
het volk zon willen terugvoeren tot dien toestand van onder
drukking en slavernijwaaruit het zich ten koste van zooveel
edel en onschuldig bloed heeft verlosthet is de partijdie
niet alleen de grondwets-herziening van 1848, maar ook elk
ide'e van eene vertegenwoordiging des volksbeschouwt als
een inbreuk op 't koninklijk regt.