ITIE TT 7T !5 T IJ D 11T 3 E 1T. Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 24 Junij 1864. Z. M. heeft met 1 Julij, wegens langdurige dienst, pensioen verleend, resp. van f 2400, f2400 en f1800, aan den vice-admiraal H. Wipff, adjudant van Z. M. in buiten gewone dienst, onder dankbetuiging voor zijne bewezene diensten, den scliout-bij-naclit B. Gr. Escher, op verzoek, en onder toekenning van den titulaireu rang van vice- admiraal; alsmede den kapt. t/z. W. H. A. AVesselink, aan wien de titulaire rang van schout-bij-nacht is toegekend. Z. M. heeft, met ingang van 1 Julij, bevorderd: tot viee- adm., HDs. adjud. in buitengewone dienst, den scliout-bij- nacht J. Maijtot schouten-bij-nachtde kapts. t/z. J. J. v. der Moore en G. Eabius; tot kapts. t/z., de kapt-luit. t/z. J. E. de Man, E. M. C. Baak, J. van der Meersch en H. Kemper; tot kapt.-luits. t/z., de luits. t/z. le kl. W. B. E. Escher, J. A. van de Velde, R. W. G. Arendsen de Wolft' en J. A. van der Muelen; tot luits t/z. le kl., de luits t/z. 2e kl. Jhr. J. H. P. vou Schmidt auf AltenstadtG.Bijl de Vroe, W. J. S. de Kanter, J. C. H. Beeloo en J. P. A. Lapidoth; be noemd: tot offic. v. administratie 3e kl., de adj.-admins. J. G. Bebelaar, G. I). van Werdt, M. 1). L. Hertzveld en C. II. S. Pastor; en bevorderd tot hoofd-ingenieurs der marine, de ingenieurs le kl. A. J. H. Beeloo en B. J. Tideman tot ingen. le kl., de ingen. 2e kl. L. C. P. W. Visser; en tot ingeu. 2° kl. den adsp.-ingen. J. L. von Leschen. Z. M. heeft HDs. adjudant in buitengewone dienst, den vice-admiraal H. Wipff, alsmede den schout-bij-nacht B. G. Escherop verzoekeervol ontheven als directeur en kom- mandant der marine, de eerste te Vlissingen en de laatste te Amsterdam, en die betrekking met 1 Julij opgedragen te Vlissingen aan den schout-bij-iïacht A. A. de Vrieste Amsterdam aan den schout-bij-nacht G. Eabius. Woensdag jl. heeft het examen voor adelborsten van de 8® kl.door de daartoe benoemde commissie, aan het Departement van Marine een aanvang genomen. Volgens berigt van Rio Janeiro van 21 Meilag Zr. Ms. fregat met stoomvermogeu Prinses Amelia in het dok aldaar. Men zou het van de buitenhuid en het koper ontdoenom enkele door den worm aangetaste plaatsen te voorzien. Men dacht daar nog 14 dagen te blijven om de reis voort te zetten. Overigens was de bemanning welvarende. - De luits. t/z. 2e kl. J. Saudt v. Nooten en jhr. W. M. de Gijselaar, laatst behoord hebbende tot het escader in Oost- Indië en met particuliere scheepsgelegenheid den 12 dezer in Nederland teruggekomenworden met dat tijdstip op non-activiteit gebragt. De luits. t/z. 1^ kl. H. B. Kip en jhr. E. P. E. de Stuers, worden met ult°. dezer eervol ontheven als ad judant, de eerste bij de dir. en komm. der marine te Am sterdam, eu de laatste bij den dir. en komm. der marine te Vlissingenen op non-activiteit gebragt. Z. M. heeft Jhr. D. C. de Dieu Eontein Verschuur van Heilo, op verzoek, eervol ontslagen als maj.-komm. der dd. schutterij te Alkmaar, onder dankbetuiging voor zijne langdurige en goede diensten, en met vergunning om de uniform der schutterij met de aan zijnen rang van majoor verbonden onderscheidingsteekenen te blijven dragentot maj.-komm. der dd. schutterij te Alkmaar benoemd S. A. de Lange, thans kapt. Op de, op 20 Junij 11. te Schagen gehouden jaarl. paar denmarkt werden aangevoerd 300 paarden eu eenige veulens, welke laatsten bij de moer werden verkocht; de prijzen lie pen voor rijpaarden van f200 tot 450 en voor werkpaarden van f50 tot 200. De handel was over het geheel niet zeer vlug. De paardenmarktvoor een paar jaren te Gorinchem opgerigtZaturdag 11. gehouden, is geheel mislukt. Slechts een dertigtal, waaronder onderscheidene goede paarden, wa ren ter markt aangevoerd. De verkoop was ook gering. Ter paardenmarkt, Diugsdag jl. te Rijusburg gehouden, muntte niet uit door de soort van paarden. De prijzen waren dan ook laag en de handel was niet levendig. Er waren ongeveer 200 paarden bijeengebragt. Den 21sten dezer heeft de regtbank te 1s Hertogen bosch drie van de vijf personen der familie H. uit Vlijmen, wegens het door gebaren beleedigen van ds. Gerritsen in de protestantsehe kerk aldaar, terwijl deze zijne bediening waar nam, veroordeeld ieder tot 7 dagen cellulaire gevangenisstraf en f 8 boete, en de overige twee vrijgesprokenomdat niet was gebleken dat zij de uitoefening van eene eeredienst hebben verhinderdvertraagd of onderbroken. - De prins van Oranje is den 21 Junij te Parijs aan gekomen en naar Eoutainebleau vertrokken. In de laatst gehouden voormiddagdienst in de Doops gezinde kerk te Veendammaakte haar geachte leeraar Ds. A. Winkler Prins, van den kansel aan de leden bekend, dat hij een beroep van den kant der kiezers had gekregen om zitting te nemen als volksvertegenwoordiger in 's lands vergaderzaalen dat hij den termijn van beraad zou ge bruiken om te overleggenwat hem met het oog op de algemeene-lands-, gemeentelijke- en persoonlijke belangen in deze te doen stond. Uit Groningen schrijft men //Meu weet dat reeds sedert geruiinen tijd verwikkelingen tusschen een groot aantal burgers en de officieren, te Gro ningen in garnizoen, gerezen zijn, verwikkelingen, die de verhouding voortdurend zeer onaangenaam doen zijn. Naar men thans verneemt, is de overeenkomst tusschen de ge combineerde commissie aldaar voor de feesten van September e. k. en het muziekcorps der artillerie gesloten, door de bemoeijugeu van genoemde officieren verbroken. Men is te Groningen zeer verbolgen over de handelwijze van die offi cieren. Van enkele zijden wordt reeds gezegd, dat men zich regtstreeks tot den koning diende te wendenom er op te wijzen, dat Groningen reeds zooveel last heeft eene vesting te zijn, dat het werkelijk daarbij geen overlast moest hebben van de aanwezigheid van officieren, die daarvoor 's lands penningen niet genieten." De parijsche Presse behelst een hoofdartikel, ouder- teekeud door Alfred Darimon, lid van het wetgevend lig- chaamover het te Amsterdam te houden internationaal congres der vereeniging ter verspreiding van de sociale we tenschappen. In dat opstel brengt de schrijver veel lof aan de Nederlandsche vrijheid, welke hij voor Erankrijk benijdt, en hij raadt zijne landgenooten zich in grooten getale naar Amsterdam te begeven. Eerstdaags zal te Parijs eene brochure verschijnen van den heer Lavallée, hoogleeraar aan de school te Saint Cyr, getiteld: //De grenzen van Erankrijk." De schrijver zegt daarin, dat Karei de Groote, Henri IY, Richelieu, Mazarin, Louis XIY, de Eransche Republiek en Napoleon I steeds naar hetzelfde doel gestreefd hebbennl. Erankrijk te vergrooten, dus, Erankrijk moet vergroot worden. Tot hoe ver? tot zijne natuurlijke grenzen. De natuurlijke grenzen zijn volgens den schrijver, in het zuiden volmaakt, na de aanhechting van Nizza eu Savoye, in het Noorden zijn het natuurlijk de rijngrenzen. Dan, zegt hij, zal Erank rijk voldaan en de wereldvrede verzekerd zijn. De Patrie zegt van deze brochure, dat zij der Eransche diplomatie eens tot wapen zal dienen en aan een buitenlandsch blad wordt geschreven, dat de keizer er voor veertien dagen kennis van genomen en de uitgave niet gestuit heeft. Die brochure is van een staatsambtenaar, een hoogleeraar in de aardrijks kunde en de statistiektoegejjast op de krijgswetenschappen zij is volgens des schrijvers voorrede //de ontwikkeling van eenige zijner lessen van St. Cyr." Is zij welligt te houden voor een dier kanonschotendoor den keizer nu en dan ge lost, om de gemoederen op eene of andere groote onder neming voor te bereiden Te Parijs is de heer Eugèue Peletan bezig met een antwoord op en eene wederlegging van het werk des heeren Renan. Dit boek zal sensatie maken. De Engelsche dagbladen deelen het besluit mede, hetwelk de president der republiek Honduras ter bevordering der katoen-cultuur aldaar heeft uitgevaardigd en waarin o. a. de navolgende bepalingen voorkomen: Alle werklieden in dienst bij eigenaars of bestuurders van katoenplantaadjen zijn vrij van militaire dienst. Ook zijn daarvan vrijgesteld de arbeiders in dienst van ondernemers, die een terrein van 100,000 vierkante meters voor de katoenteelt zullen bezaaijen. De uitvoer van katoen, gekweekt binnen het gebied der republiek, is aan geen enkel regt onderworpen. Betreffende het gevecht tusschen de Aldbama en de Kearsage geeft men de volgende schets De Kearsage een korvet le klasse der Noorderlijken, met eene veel sterkere bemanning en bewapening dan de Alabama, was ter reede van Cherbourg verschenen oin het kaperschip te surveilleren. Weldra werden van boord van beide schepen uitda gingen gewisseld, die ten gevolge hadden dat kapitein Sem- mes van de Alabamamet erkenning van zijne mindere sterkte, den strijd aanvaardde tegen Zondagvoor den middag. Kapt. Semmes had inmiddels eene memorie doen drukken, waarin hij zich verheft tegen de aantijgingen der Engelsche pers en betoogt, dat hij nooit dan Noord-Amerikaansche schepen heeft aangetastdat hij ze heeft moeten vernielenomdat hij ze door de blokkade der Zuidelijke havens niet kon op brengen, en dat de equipages steeds met menschlievendheid behandeld werden. Vóór hij den dood inging, verklaarde de kapitein op die wijze zijne nagedachtenis van een blaam te willen zuiveren. Terwijl eene onafzienbare volksmenigte allen hoogten bezet hadom getuigen van het zeegevecht te zijnliep de Aldbama ten 9 ure uit, geëscorteerd door de Couronneeen Fransch ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1864 | | pagina 2