ItlMliUH MD DEK KEDEED1K Uit. Meeuw, Zwaluw, Rotgans, Haan, Kraai, Moscli, Vink, Uil, Valk, enz. Van Makasser 9 Junij schrijft men het volgende: Gister kwam alhier ter reede Zr. Ms. stoomschip de Berkel, komm. de luit. t/z. 1° kl. II. E. Bunnik, terugkomende van een kruistogt. om den Noord, medebrengende 29 arrestanten en S Badjorezen (vissehers). Eerstgenoemdenzoo meldt men, zouden zeeroovers zijn en de laatsten getuigen tegen hen. Terwijl bovengenoemd stoomschip, op zijn kruistogt in die strekenin de maand April jl. onder Poeloe Darawen lagkwamen er op zekeren dag twee Badjo's (vissehers) met eene kleine Sampang aan boord. Een hunner was aan handen en rug gewond en verklaardedat zij behoord had den tot eene praauw met vijf opvarenden, die eene lading rijst, wapens, enz. van Labakan voor den Sultan van Goe- nong Tabor moesten overbrengen: doch dat zij des nachts van den 20den April op de hoogte van Samama door vier rooverspraauwen waren aangevallendat hun djoeragau was vermoord, twee der opvarenden, na klewangslagen bekomen te hebben, gevankelijk waren medegevoerd, en zij zeiven het nog gelukkig waren ontkomen. Voorts zeiden zij de praauwen op het eerste gezigt te kunnen herkennenen wel te kunnen vermoedenwaar zij zich thans bevonden. De kommandant liet hierop onmidde- lijk stoom makenom zich naar hunne aanwijzing te bege ven beoosten Poeloe Pajang. Uithoofde van liet onstuimig weder, en vooral van den grooten afstand, kon men niets van den wal zien, tot dat tegen den middag het weder op klarende, men twee praauwen onder den wal bespeurde. Onmiddelijk werden twee gewapende jollen en eene bar kas gestreken en op hen afgezondendoch deze praauwen dit bemerkende maakte van een zuchtje gebruik om om de Zuid te komen tusschen den wal en het rif van Poeloe Pajang. Door het vallende water en de vele droogtens werd men zeer belemmerd; eerst na zonsondergang mogt het hun ge lukken de praauwen te bereiken en ook te bemeesteren. Drie praauwen werden op sleeptouw genomen, terwijl men den volgenden dag nog de praauw van het hoofd der roovers Madjoe Loemi in handen kreeg. Een der roovers deelde mede dat de geheele bende vroe ger met 11 praauwen benoorden Borneo heeft gevaren, toen reeds 150 menschen, onder welke 10 vrouwen had geroofd en verkocht; doch dat een paar jaren geleden zes hunner praauwen door een stoomschip onder Laboean zijn vernield. Ondanks alle beleid en goeden wil mag het den op zee roovers kruisende stoomschepen zoo zelden gelukken, om dezen, die als een pest in den Archipel kunnen beschouwd worden, een gevoeligen knak toe te brengen. Het moet daarom ieder weldenkende verheugen, dat het Zr. Ms. stoomschip de Berkel heeft mogen gelukkendeze rooverbende onschadelijk te maken en aan de justitie te kunnen overleveren. Mogt gebrek aan voldoende bewijzen, waarvoor echter in dit geval waarschijnlijk geen vrees be staat thans maar niet den regter dwingenhet niet schuldig over hen uit te sprekenmaar de door hen ondergane straf tevens zoovele auderen afschrikken, dit verfoeijelijk bedrijf langer uit te oefenen. Wij wenschen de Berkel geluk met dezen belangrijke buit. Eene uitvinding, die men van den beginne af als een kolossalen humbug beschouwde, begint thans steeds meer de aandacht der wetenschappelijke kringen te trekken sedert verscheidene proefnemingen hebben getoond dat de zaak zoo belagchelijk niet is als men dacht, ofschoon men tot dusver nog niet in staat is haar te verklaren. Zekere Armand Domat zou namelijk hel middel hebben ontdekt om dépêches zonder eenigen geleidingsdraad langs groote af standen te verzenden. De aarde zelve zou het medium zijn. De toestel bestaat uit bolronde platende eene van tinde andere van koper. Deze wordende bolle zijde naar elkaar gekeerd loodregt in de aarde gegraven onge veer een mijl van elkander. Eenedépêchemet behulp van een electromaguetischen toestel op de eene metalen schijf overgebragt, wordt terstond op den anderen toestel teruggegeven. Op den Mont Valerien en in het Bois de Vincenneszijn reeds in tegenwoordigheid van deskundigen proeven genomen, die naar wensch moeten zijn geslaagd. In de Kamper Cr. van Zondag jl. leest men het volgende (als ingezonden opgenomen): Op 22 Augustus overleed eeu mau, die in de geschiedenis onzer marine een waardige bladzijde beslaat en het beste gedeelte zijns levens in de dienst besteedde. Wij bedoelen den gepensioneerde schout-bij-nacht Nicolaas An- dries de Vries. Vele zijner tijdgenooten zullen even als hij reeds het tijdelijke met het eeuwige verwisseld hebbenmaar voor diegenen die nog leven en in wier nagedachtenis hij zeker wel zal blijven voortleven achten wij het niet ondienstig" in korte trekken zijn levensloop mede te declen Nicolaas Andries de Vries werd geboren op 8 Julij 1780 op het eiland Vlieland. Zijn geboorte kostte aan zijn moeder het leven en zijn vader die kapitein ter zee in de O.-Indische compagnie was werd hem spoedig daarna ingelijks ontnomen daar hijbij de groote mast staandedoor de bliksem doodelijk werd getroffen. Nicolaas Andries werd toen verder bij zijne groot ouders opgevoed en trad in 1795 ïn de zeedienst. Als kadét van de 1c kl. woonde hij in 1797 de slag van Kamperduin bij, waar hij wouden ontving, een in den hals en eeu in liet beenvan welke hij echter spoedig genas. Na korten tijd in Engeland krijgsgevangen te zijn geweest, werd hij uitge wisseld en bleef ouder de verschillende gouvernementendie ons vaderland tot in 1813 hebben bestuurd in de diensten werden hem dikwerf belang rijke commissiën opgedragenwaaruit ons blijkt dat hij het vertrouwen en de achting zijner chefs ten volle genoot. Na de omwenteling van 1S13 trad hij in dienst van koning Willem I, onder wiens vlag hij weldra gele genheid had zich gunstig te onderscheiden in den slag bij Algiers als leoiïic. aan boord van de Amstelbij welke gelegenheid zijn borst met de millitairc Willemsorde werd versierden daarna het bevel aanvaardde over de oorlogs brik Irene met welke bodem hij in 1818 in het vaderland terugkeerde. In 1822 aanvaardde hij de betrekking van directeur der marine te Willemsoord, in welke betrekking hij steeds groote werkzaamheid aan den dag legde en de vollcomene tevredenheid en goedkeuring van zijn vorst, die groot belang in de schepping aldaar steldemogt inoogsten. Toen N. A. de Vries zich met der woon in Nicuwediep en den Helder vestigde werd onder zijne leiding de werf aldaar aangelegdde haven verbeterd eu vele andere nuttige zaken tot stand gebragt, waardoor dc bevolking steeds toenam. Loffelijk kweet hij zich bij het stranden van de Waterloo in den winter van 1820 te Eg- mondwelk linieschip met troepen naar Java vertrokken was, en is het waar schijnlijk aan zijne tegenwoordigheid van geest en welberaden maatregelen te danken dat nagenoeg alleu gered werdeu. Tot belooning voor de vele goede diensten in zijn betrekking werd hij tot ridder van den Nederlandscheu leeuw benoemd. In 1845 trad hij met den rang van schout-bij-nacht in het rustige leven terug en mogt bij zijn vertrek uit Willemsoord ondervindendat hij dc algemeenc achting in hooge mate genoot. Hij vestigde zich met der woon in Kampenwaar hij even als eldersieder die hem leerde kennen voor zich innam en dan ook steeds ruime bewijzen van vriendschap en belangstel ling mogt ondervinden.' 3jn0C30ni3rn Jjttüilien. Be Redactie onderschrijft niet altoos dc gevoelens der inzenders. IEDER VOGEL ZINGT ZIJN LIEIL Als men in aanmerking neemt het ingezonden stuk van Texel, in de Oude Heldersche Courant van Donderdag 25 Augustus, zou men zeggen, wat zijn die arme wiermaaijers daar in beklagover het hun aangedaan onregt. Edele schrijver voorwaar indien de belangen van den armen wiermaaijer door hem wezentlijk bedoeld worden. Maar zou er ook eigenbelang achter het masker van me delijden schuilen Immersin zaken die werkelijk het be lang der bedoelde maaijers gelden, blijkt het weinig dat zij zoo in beklag zijn; zoo als gebleken is bij de aanvraag om liefdegiften voor hen, die bij den storm van December 11. hun vaartuig verloren hebben: niettegenstaande de aanzienlijke giftendie van elders zijn ingekomenhebben Texels ge goede ingezetenen het vereischte bedrag niét eens vol ge maakt, om de geledene schade te herstellen. Als bij bewuste adressanten het eigenbelang niet op den voorgrond stond, zouden zij eerst werkzaam zijn om de hin derpalen weg te ruimen welke die beklagenswaardige wier maaijers hier op het eiland in den weg staan, b. v. verzoe- kenderwijze Dijkgraaf en Heemraden te bewegen om vrijheid te geven tot het oplossen van wier, waarvoor aan die arme lieden thans geld wordt afgeperst, en ten anderen, aandrin gen bij genoemd bestuurdat geen zeewater ingelaten worde ter wille van enkele personen, die door dat middel gebaat worden om eenig geld te besparenhetwelk zij zouden moe ten uitbetalen aan arbeidersindien het zeewater hunne sloo- ten niet vol zettezonder hierbij te letten op de schade welke andere lieden daardoor lijdenen inzonderheid de wier- waaijersdie daardoor van de gelegenheid verstoken zijn om hun wier versch en droog te maken, en zoodoende niet aan de noodige vereischten kunnen voldoen. Alvorens de goede burgers zich door schoonschijnende woorden laten verleiden, verwijst schrijver dezes hen terug op het verledene, op den toen beklagenswaardigen vrijen wierhandel. Texel, Aug. 1861. MAKKTBERIGTEN. ALKMAAR 27 Augustus. Aangevoerd 3 Paarden f CO a 100, 3 Koeijeu f 80 u 180, 1 Ezel f50, 730 Schapen f10 a 28 110 Lammeren f8 h 12, 80 Magere Varkeus f 10 a 10, 114 Biggen f3 a 7, Nuchtere Kalveren f10 a 12. Boter per kop 67^ a 75 et. HOORN 27 Augustus. Aangevoerd 7 mud Rogge f7, 54 mud Gerst f 6.2524 mud Haver f5 17 mud Vale Erwten f7.75, op monster verkocht 65 mud Mosterdzaad f 17, en 31 mud Karweizaad f 15.50, 19 Paardcu f30 a 160, 13 Kalveren f6 a 12.50, 90 Schapen f 11 a 19.50, 66 Varkens f6.50 a IS, 5 Zeugen f 13 a 36, 260 Biggen f3 a 5.50, 165 Kippen f0.25 a 1.20, 5500 Kip-Eijercn f2.30 a 2.40, 3100 Eend-Eijcren f3.25 a 3.50 per 100, 2000 koppen Boter 55 a 63 et. per kop. 705 mud Aardap pelen f2 a 3 per mud, 3100 manden Appelen fl en 6000 manden Pce- ren f0.75 a 1.10 per mand, 9000 Ned. fg. Roodc Aalbezien f6.50 a 7.50 per 100 ffl. Van 19 26 Augustus 1864. ONDERTROUWDS. Bakkerbroodbakkeroud 33 jaren cn T. Smit oud 15 jaren. P. Verschoor, aannemer oud 32 jaren cn G. Vader oud 20 jaren. A. Heijdenrijkschilder, oud bijna 23 jaren en L. van Sfci- priaanoud 20 jaren. J. Dienstkctelmakeroud 23 jaren en J. Rus- temeijeroud 21 jaren. J. Jongmanwerkmanoud 28 jaren en J. Huisman, oud 34 jaren. GEHUWD: K. de Ruiter en G. Quak. R. C. Gomes en A. Koning A. K. Timmers eu D. Vennik. BEVALLEN: T. Arpeau geb. SpigtZ. H. Schröder geb. van den Boom D. H. Spigt geb. Zwaan D. M. Vrijman geb. Zwaan D. N. Smit geb. Grooff Z. E. Schenk geb. Eilmer D. J. dc la Houssaijc

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1864 | | pagina 3