slissing zich niet wel zonder schade langer zou kunnen doen wachten". De heer Beijma scheen ook het gevoelen te deelen dat die woorden te kennen gaven dat de werkzaamheid van dat departement wel wat te wenschen overliet immers hij wenschte die woorden weg te laten omdat men van eene goede regering niet anders kan verwachten, dan dat zij zich niet zal laten weerhouden van de regeling der noodzakelijke be langen. De minister gaf naar aanleiding van verschillende interpellatiën wel is waar te kennen dat het personeel voor de wetgeving bij zijn departement zeer gering is, doch, naar ons bescheiden oordeel is die verontschuldiging zeer zwak. Immers eene vermeerdering van personeel komt ons voor wenschelijker te zijn, dan dat gewigtige wetsontwerpen jaren lang op derzelver voltooijing moeten wachten. Het amende ment van den heer Beyma werd dan ook verworpen met de overgroote meerderheid van 66 tegen 2 stemmen. In ons volgend artikel komen wij ten slotte op de behan deling der linantiële aangelegenheden. STI B U 1T S T IJ D 11T 3 E 1T. Helder, Nieuwediep, Willemsoord, enz. 18 Oclober 1864. Op Zondag 13 November zal bij de Hervormde gemeente alhierde bevestiging plaats hebben van den beroepen leeraar Dr. Lamping. - Naar wij vernemen zal de aanbesteding van de herstelling van het nieuwe droog-dok alhier, ten spoedigste plaats hebben. Heden morgen werd op Zr. Ms. wachtschip, door den kommandant, kapitein t/z. C. P. de Brauw, aan den opper- constabel van het vaste corps dek- en onder-officieren der Marine J. P. Wagenaar, de gouden medaille voor 50jarige dienst uitgereikt, voor het front van de gcheele bemanning van genoemd wachtschip. Heden morgen heeft de kommandant en directeur der Marine alhier, de viee-admiraal G. Yogelpoot, de gewone inspectie gehouden op Zr. Ms. wachtschip. Zr. Ms. stoomschip Prinses Mariawordt hier met den meesten spoed uitgerust voor eene reis naar de Kust van Guinea. Zr. Ms. stoomschip Watergeusliggende thans te Amsterdam, zal naar hier komen om tijdelijk de Prinses Maria te vervangentot dat het stoomschip de Valkdie voor de dienst alhier bestemd is, gereed zal zijn. Zr. Ms. fregat met stoomvermogen Adolf Hertog van Nassau, onder bevel van den kapt. t/z. O. A. Uhlenbeek is in den morgen van den 15" dezer van de reede van -Vlissingen naar zee vertrokken ter opvolging zijner bestem ming naar Oost-Indië. -Het kleine scheepje de Coneurentkapt. Wytenhorst, dat den 10 Julij jl. van hier naar de kust van Guinea is ver trokken, heeft den 7 Sept. het eiland Goree aangedaan. Door de Ned. Handelmaatschappij zijn de navolgende twee schepen bevrachtals voor AmsterdamCornelia Geer- truida, kapt. G. G. A. Wielema; voor Schiedam: Henriëtte Plisaleth Susanne, kapt. A. Meijboom. Te Amsterdam is de deelname geopend in eene leening van 5 millioen gulden, tot uitbreiding der stad aan de zijde van den Amstel; de ondernemers stellen zich voor het aan bouwen van betere en meerdere woningen, het verfraaijen van den omtrek van het paleis van volksvlijt en het voltooijen van het in aanbouw zijnde amstel-hótel. De commissaris des konings in de provincie Noord holland heeft ter algcmeene kennis gebragtdat krachtens inagtigingdoor den koning verleendaan de nieuwe schut sluis aan den ingang van het Noordhollandsche kanaal bij het IJ, gebouwd ten oosten van de Willemsluis, denaam is gegeven van schutsluis Willem ITT, en dat de oude sluis voortaan den naam zal dragen van schutsluis Willem I. Blijkens de Staals-Courantis bij het ministerie van koloniën ontvangen een regerings-telegram, gedagteekend 14 Sept., meldende o. a.//De korvet Prinses Amalia aan gekomen goede tijdingen van Sintang. Belast met de waarneming der betrekking van boots man bij het mariue-magaziju te Batavia, de 1° zeilenmaker in het vaste korps dek- en onderoffic. der kon. ned. marine J. Evers. HAAGSCHE CORRESFONDENTIE. 'sHage, 16 October. Mijnheer de Redacteur Ik had niet gedacht dat er vóór de behandeling der be grooting nog reden zou bestaan, uwe lezers met de hande lingen der Kamer bezig te houden, maar de zitting van Vrijdag was te belangrijk om ze met stilzwijgen voorbij te gaan. Niet wegens het adres van den barbier, die zich tot den Kamer had gfewend met verzoek tot verwerping der onteigenings wet, voor de verbreeding eener straat te Maastricht, als nadeelig en schadelijk voor de uitoefening van zijn hoogst belangrijk beroepeene klagt die echter weinig impressie te weeg bragt, maar andere voor uwe lezers meer gewigtige onderwerpen zijn ter sprake gebragtdie ik meen hen n, te mogen onthouden. Vooreerst werd do verhooging van hoofdstuk VI der be grooting voor 1861voor het herstel van het drooge dok a costij eene hevige tegenkanting van den heer Begram, die de onuitvoerbaarheid van het werk trachtte te betoogen, zelfs tegen verhoogde aannemingssommen. De heer Storm en de minister verdedigden het voorstel, zonder echter voor het goed slagen der onderneming in te staan. Het is mijne taak niet de discussiün mede te deelendie uwe lezers in alle bladen uitvoerig kunnen vindenmaar zeker is het dat de begrooting voor Marine, voor het volgend jaar, in de afdeelingen, een' zoodanigen tegenstand heeft gevondendat men hier hare ver werping te gemoet ziet. Dit wordt te meer waarschijnlijk als men er op let dat zelfs leden, die onvoorwaardelijk dit kabinet steunentegen de verhooging hebben gestemdals de heeren Westerlioff, Kappeijne (de steller van het adres van antwoord), Viruly, Limburg Brouwer en van Heukelom; neemt men daarbij in aanmerking dat bij de begrooting de geheele oppositie zal tegenstemmen (immers anders verloochend zij haar karakter), dat er zijn zullen die tegen het eindcijfer bezwaar hebbendan geloof ik dat de minister groot gevaar loopt zijne portefeuille te moeten nederleggen, zooal3 mij ook van eene goed onderrigte zijde wordt medegedeeld. De Kamper Courant ziet ook in de aanneming van het be kende amendement Dumbar, het voorteeken van de verwerping van het budget van oorlogik vereenig mij volkomen met die voorspelling, en zou het weinig betreuren zoo ze bewaarheid werd. Immers de heer Blanken is de illiberaalste minister die ooit in een liberaal kabinet heeft zitting genomenen alleen het gevoelen dat hij geen politiek minister isheeft hem zoo lang op den ministeriëlen zetel bevestigd gehouden. Komt de voorspelling van de Kamper Crt. uit, dan zal de generaal van Muiken zijn vermoedelijke opvolger zijn. De adressen van den heer Stieltjesnopens den aanleg van den spoorweg Samarang-Vorstenlandengaven van de zijde der oppositie aanleiding tot uitvoerige discussienvoorname lijk waren de heeren J. K. van Goltstein Wintgens en Storm de woordvoerders. De commissie in wier handen de stukken van den heer S. gesteld waren, had zich van een eind-oordeel onthoudenen voorgesteld haar verslag te doen drukken ronddeelenen bij afschrift aan den minister van koloniën te zenden. Nu wilde en verlangde de oppositie een eindoordeel. Waarover Dit verklaarde zij niet. De heer Storm zeide in zijne rede: »Stel dat er eene ongunstige conclusie wierd voorgesteld. Wat zou dit baten? Ze zou zeker worden verworpen. Gij begrijpt M. d. R.dat die woorden terugsloegen op de behandeling van de koloniale aangelegenheden, tijdens het adres van antwoordtoen de meerderheid aan het regerings-beleid des ministers haar zegel hechttehij wilde daarmee te kennen ge ven dat elke ongunstige conclusie geen ingang zou vinden bij de Kamerhoewel hij ze verlangde. Immers bij 't adres van antwoord, had de heer Wintgens verklaard dat hij eiken dag dien de minister langer aan het bewind bleefbeschouwde als een ramp voor het land." 't Is dus niet te verwonderen dat de minister die oppositie aanspoorde een votum van wantrouwen tegen hem uittelokken werd dat zelfs maar half aangenomen hij zou zijne portefeuille neerleggen. Geen der heftige bestrijders des mi nisters, gevoelde daartoe echter opgewektheid. Het bleef bij insinuatiënzelfs zonder hoofdelijke stemming werd dan ook de conclusie der commissie aangenomen. De heer v. Lijnden heeft nog inlichtingen gevraagd, nopens de met de laatste mail ontvangene berigten van Borneo's westkust. De wijze waarop de vragen des heeren v. Lijnden waren ingerigt, bevatten eene valstrik die de minister echter met gevatheid vermeed. Immers wat zou men gedacht heb ben als de minister verklaard had dat er tijdingen ontvangen zijn die niet voor openbaarmaking geschikt zijn. Welke ge volgen zou het Dagblad daaruit getrokken hebben Het zou met zijne gewone geslepenheid, daaruit de valschsteoverdre- venste conclussien gehaald hebben. Zoo als gij weet ver klaarde de minister dat er op dit oogenblik geene redenen van ongerustheid bestaan voor het behoud van Sintang. Bijzonder residentie nieuws is hier niets. De hertog van Brunswijk zal onze stad verlatenen zich te Amsterdam vestigen. Zijn proces met den heer Sorel zal waarschijnlijk nog een geruimen tijd duren, en het schijnt Z. D. H. hier niet te bevallen. Ik geloof echter niet dat de Hagenaars de Amsterdammers de eer benijden zullen, hem in hun midden te hebben. Dingsdag a. s. wordt het Hollandsch tooneel, onder direc tie van den heer Valois geopend. Het krijgt natuurlijk geen subsidie van de stad omdat het nationaal is. Hopen wij dat de Hagenaars daarom deze onderneming steunen zullen, op dat toch niet alles wat niet uitheemsch en vreemd is, hier onherroepelijk te gronde ga. 3Jn0e30nïiini JitiiftUcn. De Redactie onderschrijf t niet altoos de gevoelens der inzenders In de vergadering van den gemeenteraad van 11 dezer, zie ik uit het verslag de beruchte zaak der belegging van de gemeente gelden ter sprake gebragt. Wat daarin mijne aandacht trok, was de uitdrukking des heeren Beeringh, dat omtrent die zaak «hatelijkheden en on waarheden" zijn verspreid. Als ZEd. do woorden: pikante aanmerkingen liad gebruikt, gewis, ieder zou er vrede mede

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Courant van Den Helder | 1864 | | pagina 2