<§e(Öer, JïieuroeÖiep, IMfemsoorÖ, enft.
J\o 425.
Vijfde Jaargang.
1865.
ZATURDAG
24 JUN IJ.
NATIONALE MILITIE.
JAARL1JKSC11E OEFEMXG MET DE BRANDSPUITEN.
NIEUWE COURANT
VAN DEN
Verschijnt WOENSDAG en ZATURDAG.
Abonnementsprijs voor 3 maanden ƒ1.30
Franco per post u 1.50
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-
directenren. Brieven franco aan den Uitgever S. Gilt/es.
De prijs der Advertentien van 14 regels is 40
Centcu voor eiken regel meer 10 Centen. Zegelregt voor
elke plaatsing 35 Centen. Vóór des Dingsdags en Vrijdags
middag 12 uur gelieve mende Advertentien intezenden.
Ingezonden stukken minstens een dag vroeger.
Door het Bestuur dezer gemeente wordt gepubliceerd
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente
HELDERbrengen ter openbare kennis
Dat het ONDERZOEK VAN DE VERLOFGANGERS
van de Militie te landbedoeld by art. 138 der wet op de
Nationale Militie, voor deze gemeente is bepaald op Maandag
den 26 Junij 1865, des voormiddags ten negen ure, in het
Algemeen Weeshuis.
Aan dat onderzoek moeten deelnemen AL DE VERLOF
GANGERS, DIE IN DEZE GEMEENTE VERBLIJF
HOUDEN en behooren tot de ligtingen van 186118621863
en 1864, voor zooverre zij vóór 1 April 1865 in het genot
van onbepaald verlof zyn gesteld.
De belanghebbenden worden herinnerd aan de volgende
wetsbepalingen
Art. 140 Dc verlofganger verschijnt bij het onderzoek in uniform
gekleeden voorzien van de kleeding- en uitrustingstukkeu hem bij
zyn vertrek met verlof medegegeven vau zijn zakboekje en van zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. 130 kan een arrest van
twee tot zes dagente ondergaan in de naastbij gelegen provoost of het
naastbij zijnde huis van bewaring of arrestdoor den militie-commissaris
w orden opgelegd aan den verlofganger
lo. die zonder geldige redenen niet bij het onderzoek verschijnt;
2o. die daarbij verschenen zijndezonder geldige redenen niet voor
zien is van de in het voorgaand artikel vermelde voorwerpen
3o. wiens klecding- of uitrustingstukken bij het onderzoek niet in
voldoenden staat worden bevonden
4o. die kleeding-of uitrustingstukken aan een en onder toebehoorende,
als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofganger, wien krachtens het voorgaand artikel arrest
is opgelegdbij liet onderzoek tegenwoordigdan kan hij dadelijk onder
verzekerd geleide in arrest worden gebragt.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij zich niet aan dc hem opgelegde
straf dan wordt hij op schriftelijke aanvrage van den militie-commissaris
te rigten aan den Burgemeester der woonplaats vau dien verlofganger
aangehouden en ouder verzekerd geleide naar de naastbij gelegen provoost
of het naastbij zijnde huis van bewaring of arrest overgebragt.
Art. 143. Onverminderd de straf, in art. 141 vermeld, is dc ver
lofganger verpligtop den daartoe door den inilitie-commissaris te be
palen tijd en plaats en op de in art. 140 voorgeschreven wijzevoor
hein te verschijnen om te worden onderzocht.
Art. 144. De verlofgangerdie zich bij herhaling schuldig maakt aan
het feit sub 4o. van art. 141 bedoeld of niet overeenkomstig art. 143
voor den militie-commissaris verschijntof aldaar verschenen zijndein
het geval verkeert sub 2o. en 3o. van art. 141 vermeld wordt onder
de wapenen geroepen en van drie tot zes maanden gehouden.
Art. 145. De verlofganger der militiedie niet voldoet aan eene op
roeping voor de werkelijke dienst wordt als deserteur behandeld.
Art. 130. Het Crimineel Wetboek en het Reglement van krijgstucht
voor het krijgsvolk te lande zijn op de manschappen der militie te land
die zich onder de wapenen bevinden van toepassing en met opzigt tot de
verschillende gevallen vau desertie op al de bij de militie te land ingelijfdcn.
Die manschappen worden geacht ouder de wapenen te zijn
lo. zoo lang zij zich bij hun corps bevinden;
2o. gedurende den tijd dien het in art. 138 bedoeld onderzoek duurt;
8o. in het algemeen wanneer zij in uniform zijn gekleed.
Helderden 6 Junij 1865.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Helder
STAKMAN BOSSEBurgemeester.
L. VERHEY, Secretaris.
LOT11G "VOOR DE SCHUTTERIJ.
Het PLAATSELIJK BESTUUR der gemeente BELLER roept bij deze
op de personen die zich in dit jaar hebben doen inschrijven om te ver
schijnen in het Weeshuis alhier, in te gaan door de Oostelijke Poort
op Woensdag den 28Junij 1865 des namiddags ten zes ureten
einde voor de SCHUTTERIJ te loten.
Wijders wordt kennis gegeven dat de Alphabetische Naamlijst der inge
schrevenen van heden af tot den dag der loting toe, op do gewone kantoor
uren aan het Raadhuis ter inzage is nedergelegd.
Beiderden 20 Juny 1865.
Bet Hoofd van het Plaatselijk Bestuur
STAKMAN BOSSE.
De BURGEMEESTER der gemeente HELLER brengt ter kennis van de
bij de Brandspuiten geplaatste personen dat de jaarlijksche oefeningen ziju
bepaald als volgt
Met spuit No. 1 op Maandag 26 Junij 1865, 'snam. 7 ure.
p 2 p Lingsdag 27 Junij 1865, 7
3 Woensdag 28 Junij 1865, 7
w 4 ft Londcrdag 29 Junij 1865, In
De manschappentot die oefeningen schriftelijk opgeroepen worden
ernstig aangemaamd daaraan stipteiyk te voldoenzullende aé naiatigen
worden vervolgd.
Beiderden 20 Junij 1865.
De Burgemeester voornoemd
STAKMAN BOSSE.
De eerste indrukken van den slag bij Waterloo,
uit Sonstral's Verlossing van Nederland;
een weerklank op bet boofd-artikel
voorkomende in de nom-
mers 422 en 423.
Vervolg en slot.
Niet alleen de krijgsman, maar gansch Nederland heeft
zich voor de groote zaak bij gansch Europa verdienstelijk
gemaakt. Het voedde een groot gedeelte der strijderszonder
eenige vergoeding, en verzorgde de gewonden met Christelijke
liefdeen het getal was zoo grootdat er zelfs naar Amster
dam moesten vervoerd worden. De Prins van Oranje werd
in Brussel door zijne onvergetelijke moeder zelve verpleegd,
en het gebed der natie klom tot den besten Geneesmeester.
Gelukkig dat herstel spoedig volgde. Die wond was den Prins
een schitterend eereteeken, hij werd nu het troetelkind der
natie, en menigeen, die in 1813 Oranje boven geroepen had
uit haat tegen de Franschen, stemde nu in dien kreet uit
liefde voor den Prins.
Geene eer was groot genoeg voor den kweekeling van Wel
lington den telg der Willems. De Staten-Generaalzoo ver
haalt Bosscha, te 's Gravenliage vergaderd, namen in het
eind der maand Junij het besluit om den Prins niet eene
belooning aan te bieden, «want die vond," gelijk zij zich
uitdrukten, »het edel hart van den Prins in de bewustheid
van de redder zijns vaderlands geweest te zijn," maar een
blijk van liefde en dankbaarheid. Zij besloten op den 8sten
Julijdat dit blijk van nationale erkentelijkheid bestaan zou
in het domein van Soestdijk het jagtslot ten koste van den
lande vorstelijk gestoffeerd en de domaniale aanhoorigheden
waarin een eereteeken zou worden opgerigt tot gedachtenis
der verdediging van Quatre-Bras in naam van het Ne-
derlandsche volk den Prins van Oranje aangeboden om door
hem en zijne Erfgenamen als patrimonieel goed in vollen ei
gendom bezeten te worden."
Van hetgeen de Belgen te Brussel in September den Prins
aanbodenspreek ik nietomdat zij hunne dankbaarheid
hebben uitgewischt met 15 jaren later de feestgave terug te
nemen, en zich zelve van de lijst der Nederlanders uit
schrappen.
Toen de Prins op den 2den July zijn dankgebed over z
aanvankelijke herstelling in de Hervormde kerk ten he