Ronde van De Dinteloord Rest wor MET GELE TRUI EN PREMIES Het bieten feest in Stampersgat begonnen Onkerk wordt Voor fabrieksingang verkeersregeling door rijkspolitie Twaalfhonderd man Ovens als huizen Kruidenierswinkel GRIJPERS VULLEN SUIKERPOT OUDE NIEDC debatten in Oi meenteraad ove het toekennen van f 5000.a Kerkvoogdij vo van de kerk va Niedorp, hebbei Zonnen en r hun vreugde gi opbloei van he in dit deel van hadden duidel waargenomen, lijkheid tot sta: Zij brachten omdat het ra: de vraag gesteli Herv. Kerkvoog het kerkgebouw degelijk onde staan had kunne het hergeven va aan dit 13e et van invloed zou teliik leven. De daarvoor opgem dwijnen van dil wel voor het streek als de ge de Hervormder baar verlies zoi Monui verled Bii het beh: voorstel van B. i gemeester Kalb dat het degelijl de heer J. L. Monumentenzor tuigd, dat het h: gold van grote de. Hij kon nl. een van de weir nog uit de 13e i bouwmeesters v staat hun groo uiten in de lijn godshuizen. V spronkelijke scl iswaar door on teloor gegaan, het de moeite, eeuwen geteisf van een groots r reren. In eerste aai f 50.000.koste dat verre de dr kleine Herv. ge gaat. Gelukkig 3 van O.K.W. rei dat het Rijk 50 kening neemt, zal trachten eer te brengen. Ho is de Provincie te vergoeden, zc de ontbrekende bij te passen. P ratie zal blijker taal en hoe sc eigenlijk is. De heer Krill voorstel, dat de voor onoverkorm ties stelt, van ha gelukkig kunner het godsdienstig Niedorp nieuw geblazen. De d< Vele jongeren b dagsschool en c wijzen dat zij e gezien hebben, i ten liggen van G fatale gevolgen het restaureren zeer heilzame ir Wethouder v. de Kerkvoogdij 1 Ir. L. H. H wijst akker] gevaar vc BEEMSTER ring van de Akkerbouwers, v werd gehouden, Hartman, Rijksla te Purmerend e< houden over „De ger en nu". Na< hierbij in een inleiding had uit de loop der histoi gronden zijn onts het bijzonder g eveneens in het om verloren gaai den, door onoo bruik. Palestina land van belofte van melk en 1 landbouwstaat tei onoordeelkundig grond. „Erosie" de regen de gr naar de zee, waa ontstonden, ands onoordeelkundig bossen het gevol droge plekken or door verstuivinge grond het gevolg verstuivingen w land bedolven en en ook eenmaal bekende machtige In later op de films uit Amerik; der de film over Vallei, toonde h werking der erosi hoe deze onder 3 Landbouw voorlic] bestreden wordt, vaar voor erosie in onze omgevin, moeten we toch landbouwgronden loren gaan door r matig moet door stalbemesting, en den voor nieuwe grond, welke het Dan blijft de gre Met grote belang: lezing door de vei wie vele vrouwen Op de vergadei de prijzen uitgs leden der verenif de tentoonstelling Dit geschiedde Lieuwen, voorzit merendMarktsta Het was een z< vergadering. Herkr ZD. SCHARWC lid van het bestu ne Zd. Scharwouc eandidaatstelling heer A. Nol Pove HET grijze licht van een nieuwe herfst ligt over het landschap en in de grillig stromende Mark tjoekt een struis binnenvaartschip. De „Johanna Maria" met schipper Gerrit aan het roer koerst met een lading suikerbieten naar „De Dinteloord" in Stampersgat. Het is een pronte dag weer, zoals er nog meer mogen komen nu de suikercampagne alom in het land van wal is gestoken. Schipper Gerrit is één van wie weet hoevelen, die het mogelijk maken straks uw gasten te vragen of zij suiker in de thee gebruiken. Aan alle fabrieken in het land is het bietenfeest begonnen. Een suikerslag welke, nu de Indische rietsuiker tot de voltooid verleden tjjd behoort, met de energie van jongens van Jan de Wit gestreden wordt op alle fronten, waar dit nodig is. Het gaat om vele tonnen, welke gewonnen worden uit de vracht van schipper Gerrit, uit de rijkdom van de natuur en het werk van de eeuwig voortploegende boer. Duizenden staan in slagorde en de machines daveren, dat horen en zien vergaat en zolang die campagne draait, is er nauwelijks tijd voor een sigaretje. Maar van die drift heeft schipper Gerrit niet zo veel weet. Hij tjoekert naar het enorme fabriekscomplex in het West-Brabantse land, dat zijn doel is: De Dinteloord, welke met de fabrieken in Roosendaal en Zevenbergen het machtige complex van de V(erenigde) C(oöperatieve) S(uikerfabrieken) vormt. Met deze schippers vaart uw verslaggever mee, opdat U er weet van zult hebben hoe de suiker slag gestreden en gewonnen wordt, of daarom trent althans een idee krijgt, want de Dinteloord heeft een oppervlakte van een en twintig hectare en wat zich daarop afspeelt laat zich niet van a tot z vertellen. Maar voor gij ons volgt, raden wjj U aan de kleine gids te raadplegen onder op dit blad uit de doeken gedaan. Lees het verslag van de „Ronde van De Dinteloord" eerst (we wachten wel even op U) dan komt ge beter be slagen ten ijs. De Johanna Maria meet twee honderd ton, ver telde schipper Gerrit, terwijl U weg was. Twee honderd van de dertig duizend ton, welke voor de V.C.S. varen met bieten uit alle delen van het land, behalve uit de drie Noordelijke pro vincies. Reken daar nog bij de onafgebroken aan voer per as de rijkspolitie regelt aan de fa brieksingang het verkeer en het is duidelijk, dat De Dinteloord voor een dagverwerking van zeven duizend ton bieten (per dag!) voldoende voorraad binnen krijgt. Schipper Gerrit zet ons aan wal aan het scheepsgor, vlak naast het boe- rengor gelegen, waar de bieten-per-as worden af geladen. Hier begint de campagne eigenlijk pas goed. Een grote splinternieuwe topkraan duikt in de Johanna Maria als een gulzig ondier en zwaait een gretige greep bieten het gor op. Een tweede kraan grijpt een halve vrachtwagenlading ineens; omdat de bieten op netten zijn geladen is dit mogelijk en in twee keer is de hele wagen door dit handigheidje leeg. veldheer én de oogopslag en hij marcheert aan het hoofd van de troep; door drie fabrieken, vaak tweemaal per dag in de aanvang van de campagne. Hij zal ons de eer aandoen van een super-deskundige rondleiding, maar we zullen er een stapje op moeten doen, want de Dinteloord telt een en twintig hectare, plus nog tien kilometer trapje op en af Behalve suikergeschiedenis maakt de V.C.S. nog een andere historie, zonder veel ruchtbaarheid en eigenlijk zo maar terloops. Rondom het oude fabrieksgebouw is én wordt een nieuw gebouwd. Naast de oude muren staan de nieuwe al, welke Rondom stijgen de bietenhopen, waartussen de hopen kalksteen, die elke suikerfabriek nodig heeft, een zacht grijze kleurafwisseling brengen. Het is een komen en gaan van trage paarden en ronkende automotoren. Kranen zwaaien, en her en der sissen de waterkanonnen, welke met drie en een half atmosfeer druk de bieten in de goten jagen om de voorfabriek aan werk te helpen. Her en der, want geen biet blijft langer dan drie dagen op het gor, omdat dit suikerverlies kan betekenen. hoger oprijzen en waaronder de oude fabriek wordt weggebroken. Een gigantisch karwei, waar bij tegelijkertijd de inventaris wordt vernieuwd, gewijzigd en gerationaliseerd. Dit alles is nog in gang en zal na de campagne weer op volle toeren doorgaan. Daarom loopt het hele fabricageproces nog niet in de volgorde van het boekje voorbij de ogen van de bezoeker, maar als hij op een gegeven moment vraag ons niet hoe we er kwamen op een platvorm staat en op de wriemelende, schokkende machines en transport banden neerziet, krijgt hij een indruk van wat da verbouwing beoogt. En hij vraagt zich ook af, hoe uit al dit geweld ooit de suiker te voorschijn komt. Achter hem hij krijgt het eerst behaag lijk en dan onbehaaglijk warm vliegen in een snijmolen de bietensnijdsels in het rond. De ar beider, die een stevig oogje in het zeil houdt, ziet van de warmte wat pips rond de neus en zijn hemd schijnt hem nog te hinderen. Het is de hoogte die het hem doet, want even later beneden in de hal is het een stuk koeler. De bietensnijdsels gaan over de transportbanden naar de diffusie batterijen. Van acht snijmolens naar zeven dif fusie-batterijen met in totaal vier .en tachtig ketels. De bezoeker speurt en ziet wat drabbig water in bakken, onder machines: het ruwsap. En hij ziet ook de pulp. En de pulpdrogerij. Dit is een hoge droge hal, waar directeur Van Malland een oude heer groet, die daar op zijn zeven gemakken kuiert of hij een straatje om is. In feite is hij dat. Het is Leen Breure uit Dintel oord, oud-hoofdcontroleur van De Dinteloord, vandaar zijn bijnaam „Leen Coöperatief", die twee en negentig jaar oud, iedere campagne nog komt kijken. En een beetje „controleren" na tuurlijk, of de zaak tóch nog wel draait Generaal Van Malland vindt daarin een aan leiding iets over zijn manschappen te zeggen: De bieten stapelen zich op aan weerszijden van de hoofdweg over het uitgestrekte terrein van „De Dinteloord" in Stampersgat. Wat hier op het gor bijeengebracht wordt is in minder dan drie dagen ver werkt tot de fijnste kristalsuiker die u zich maar denken kunt. beste werkers en vooral de oude getrouwen weten in de campagne maar van één ding: de cam pagne. En dan zegt hij met gerechtvaardigde trots: deze pulpdrogers staan er pas een week. Er heerst stilte in deze hal. In ovens zo groot en met het uiterlijk van huizen zonder vensters, laaien grote vuren op. De natte pulp wordt eerst uitgeperst tot er achttien procent droge stof in zit en gaat dan door een grote trommel. De warme lucht uit de vuren gaat er langs en met negentig procent droge stof gaat de pulp aan het einde van de enorme installatie in zakken om dit jaar voor een groot deel naar Amerika te worden geëxporteerd. Een vol-automatische gi gant van Duitse makelij, waarvan de vliegas cokesdeeltjes en lange tijd de grootste narigheid voor de omwonenden van suikerfabrieken weer in de vuurhaard wordt teruggeblazen. Door een luikje geeft generaal Van Malland de be zoeker een kijkje in het helse vuur. Maar even later lijkt het nog warmer: in de kalkoven, waar de kalksteen, die we gezien hebben nabij het boerengor, gebrand wordt en waarvan de kalk weer nodig is om het ruwsap te zuiveren. De chemie speelt in de suikerfabriek een eer ste viooi. En dat is dan ook de reden, dat een nieuw laboratorium los van de fabriek wordt gebouwd, zodat temperatuursinvloeden en het trillen van de machines geen roet meer in het onderzoek-eten kunnen gooien. De modernisering is een levensnoodzaak, zegt de heer Van Malland, we moeten mee en als het kan vooruit blijven. En zonder een spier van zijn gezicht te vertrek ken, zeilt deze directeur met de gewoonte als bondgenoot van de warmste plek van de fabriek naar de koudste, terwijl de bezoeker de gewaarwording krijgt of hij alle door meteo rologen uitgevonden klimaten in twee uur tijd over zijn wankel lijf gegoten krijgt: van sub tropische hitte tot de venijnige polderwinden van West-Brabant toe. Het dunsap wordt diksap gij hebt dit ge lezen hopen wij voor u en komt dan in de kookpan. Ook daar, evenals elders in de fabriek, heerst een weldadige rust. Nergens in dit bedrijf wordt geschreeuwd of gehold, wat je noemt ge ploeterd of gejaagd. Het is blijkbaar allemaal op rolletjes georganiseerd en iedereen doet rustig- aan zijn taak. Rustig-aan, maar daarom nog wel op topsnelheid, anders zou De Dinteloord Langs twee kanten borrelen snel stromende goten, de In; twee open riolen met de goede geur van vruchtbare aarde, welke later in de bezinkingsput- ten weer wordt terugge wonnen om te worden opgespoten en opnieuw in cultuur te worden gebracht. Een enorme verplaatsing van cutuurgrond; een toe vallige „bijzonderheid" in de suikerslag. Op dit enorme terrein vallen de kleine mandjes, waarin van iedere binnen komende lading wat bie ten worden gepropt, bijna niet op. Maar dit is toch de kern van de zaak; het zijn de monstermandjes, nodig voor het bepalen van het suikergehalte en de prijs. En terwijl steeds meer bieten het terrein worden opgereden, braakt ergens de fabriek uit twee goten al de natte pulp op boe renkarren, die afgeladen, met krakende wielen weer huistoe gaan. De suikerfabriek op volle toeren, twaalf honderd man personeel in slagorde, want De Dinteloord is een van de grootste fabrieken van W.-Europa. Om dit leger te laten marche ren moet er een goede generaal aan 't hoofd staan en zijn naam is directeur L. van Mal land. Hij heeft de rechte gestalte van een zo, door de grauwe bieten de fabriek Op de troon bij de op zakmachine houdt C. No- teboom een wakend oogje in het zeil. Zijn collega J. Deijkers zorgt er voor dat de zakken suiker hun weg naar de consument beginnen. ZODRA de bieten op het fabrieks terrein zijn aangekomen, begint de taak van de suikerfabrikant; een „ronde van tien etappes" van een goede, liefst gave vrucht van de natuur en dus van God, naar het zoete der aarde voor de mensen: de suiker. Daarover is een boek te schrijven en dit is .ook al gebeurd, maar in het korte bestek van deze kolommen moet het bij een klein en beknopt overzicht, een „stukje suikerwerk", blijven. Bezie daarom deze regels als een gids bij het be zoek aan de fabriek, waarover op deze pagina in kleuren en geuren voor zover ons dit gelukt is wordt verteld. EERSTE ETAPPE: De biet moet op de meest economische wijze ver werkt worden tot suiker, pulp en melasse en dit is de reden, dat alle mogelijke voorzorgen worden geno men om tijdens de verwerking het suikergehalte op peil te houden. Dit begint al bij het opslaan van de bieten; niet te veel en niet te wei nig, opdat de bieten niet te lang liggen en de campagne toch vlot kan draaien. Zodra de biet binnen komt wordt een monstermandje naar het tarreerlokaal gedragen, waar het suikergehalte wordt vast gesteld, welke de grondslag vormt voor deuitbetaling. „Zó'n goed begin is het héle werk", zegt de boer. TWEEDE ETAPPE: De biet wordt de fabriek binnengespoeld door een stroom warm water in een goot. Dit is tevens de eerste wasbeurt! Binnen wordt de biet middels de mammouthpomp mftt saam; lucht in de wasmoten „ge DERDE ETAPPE: De wasmolen geeft ieder bietje een beste beurt. Zogenaamde „vreemde voorwerpen" niet elke lading bieten wordt schoon geleverd! zakken in de grote trog met langzaam draaiende as en worden door „steenvangers" verwijderd. „Vreemde voorwerpen" zijn bijvoorbeeld, stenen, scherven en gebroken rieken. Op dit gebied zijn er altijd verrassingen mogelijk. VIERDE ETAPPE: Door een bie tenophaler een telg van de fa milie baggermolen komen de bie ten in de snijmolens, waarin de biet in zo gunstig mogelijke vorm wordt klein gesneden. Blad en onkruid, vuil en, nóg erger, de zaadbiet, zijn bij de snijmolens soms de oorzaak van hartige verwensingen. Want het werk van de snijmolens vormt de grondslag voor de goede werking van heel de fabriek. VIJFDE ETAPPE: Begin van de suikerfabricatie in de diffusiebat terij; een serie ketels, waarin de suiker aan de snijdsels onttrokken wordt. Als oplosmiddel wordt water gebruikt en de inhoud van de ketels moet verwarmd worden. De suiker oplossing wordt van de ene ketel naar de andere gedrukt. Hier komt het nodige bij kijken. Omdat de aard van de bieten elk jaar ver andert, en zelfs tijdens één cam pagne, moet dit werk zeer zorgvul dig gecontroleerd worden. Uit dit diffusieproces komt te voorschijn 't ruwsap en de ontsuikerde snijd sels, zijnde de bekende pulp. ZESDE ETAPPE: Het ruwsap, dat behalve suiker nog andere bestand delen bevat, moet worden gezui verd. Eerst wordt kalk uit eigen kalkovens aan het donker ge kleurde ruwsap toegevoegd. Chemi sche reacties volgen en het sap wordt lichtgeel. Een behandeling met koolzuur want de kalk moet er weer uit volgt, waardoor de carbonatatie plaats vindt. Wat zich precies afspeelt, laat zich niet een, twee, drie in eenvoudige kranten taal vangen, maar er blijft dunsap over en afgescheiden uitgeperste schuimaarde. ZEVENDE ETAPPE: Uit het dun sap moet het water nu verwijderd worden, hetgeen geschiedt in het verdampingstation. Het sap moet by het verlaten van dit station zo zwaar mogelijk ongeveer zestig procent suikergehalte zijn. Het heet dan diksap. ACHTSTE ETAPPE: Dit diksap kan na de verdamping een vol komen heldere vloeistof zijn, maar is meestal enigszins troebel en een filtratie is dan nodig. En dan komt er iets zeer belangrijks: het diksap wordt gekookt in de kookpannen door een (ervaren) koker, waar door de suiker zich in kristalvorm kan afscheiden. De koker moet vak man zijn, want zijn taak is het de kristalvorming en kristalgroei zo te leiden, dat er zo veel mogelijk suiker uitkristalliseert en de kris tallen een bepaalde grootte hebben en regelmatig gevormd zijn. Uit de kookpan komt tenslotte de kristal brij. NEGENDE ETAPPE: Deze brij, een mengsel van kristallen en stroop, komt dan terecht in de cen trifuges. Daarin wordt de stroop van de kristallen gescheiden en krijgt het product eindelijk een be kend gezicht: witte suiker. TIENDE RONDE: Die witte sui ker wordt nog eens met noriet ge zuiverd, een zwarte geschiedenis, waaruit de zogenaamde blanke stroop te voorschijn komt, waaruit de geraffineerde suiker wordt ge kristalliseerd, die in uw kopje thee terecht komt. Dit is „De ronde van De Din teloord", een ronde met een echte gele trui voor de ploeg, die de hoogste productie maakt. Een gele trui met de daaraan verbonden premies. Alle ploegen van De Dintel oord buigen zich daarvoor graag dieper over het stuur en men kan erop rekenen, dat het einde van de campagne een felle sprint zal zijn om van de nodige tussensprintjes nog maar niet te praten. niet de trotse draagster van de Blauwe Wimpel zijn met de hoogste gemiddelde verwerking over de gehele campagne. Bij de kookpannen staat een suikerkoker en op verzoek van de baas neemt hij een monster. Op een glaasje smeert hij een bruin stroopje, waarin ook de leek de zich vormende kristallen kan herkennen. „Je moet vooral letten op té kleine kristallen", zegt de koker, die dit vak al twintig jaar beoefent, „en aan de hand daarvan de maatregelen nemen om de kristalvorming zo goed mogelijk te laten verlopen door toevoegen van sap of aandikken". De bezoeker knikt en eerlijk gezegd wil hij toch ook wel eens suiker zien. En of deze gedachte geraden is: even later staat hij bij de centrifuges. Een oorverdovend lawaai en een geluid of de Amsterdamse gemeentetram de bocht voor het Centraalstation injankt. „Deze centrifuges", schreeuwt de directeur, „zijn vol automatisch met veertienhonderd toeren per minuut. Er zit geen bodem in. De brij komt erin, valt op een hoed en wordt meteen rondgeslin gerd. De stroop wordt er uitgegooid en de witte suiker blijft over en valt als de machine stilstaat onder op de goot. Dit is een Duitse machine. De Engelse, die we ook gebruiken, hébben wél een bodem en draaien duizend toeren, met een duur van zes, zeven minuten. Deze Duitse machines draaien maar twee en een halve minuut. Het remmen gebeurt electrisch; net als bij een tram wordt de energie terug in het net gegooid". Kijk, we zijn thuis met die tram; dat bekende geluid was dus geen vergissing. Achter elke machine staat een schakelkast. De heer Van Malland opent een deur. En we knikken maar bescheiden: handeltjes, draadjes, knopjes. De moderne suikerfabriek. De moderne suikerfabriek: een complex van een en twintig hectare. Met magazijnen en een eigen machinefabriek, met 'n electrische kracht installatie, die de centrale kon zijn van een kleine stad „Nog in ombouw, maar overal komen keurige tegels langs de wanden", zegt de directeur en we zien wéér machines, waar de noriet bij de suiker gaat om deze te zuiveren tot blanke stroop, welke tenslotte geraffineerde sui ker wordt. En we zien weer magazijnen en het kantoor van de accijnzen, waar vier ambtenaren van minister van der Kieft hun boterhammen uit een trommeltje eten, terwijl zij voor hun baas dertig millioen gulden verdienen aan be lasting in de drie V.C.S.-fabrieken. En we zien de melasse-afdelingen met acht en twintig ma chines en de stroop-reservoirs. En eindelijk de bekende Dinteloord-bekers en de blauwe suiker pakjes. Tenslotte komen we in grote, witte suiker magazijnen, waar de vriendelijke sfeer van een kruidenierswinkel al te proeven is. Als een prins op zijn troon zit de man, die daar de automa tische opzakmachine bedient. Als er vóór hem een rood lampje gaat branden, kan hij een pa pieren zak van vijftig kilo gaan vullen met heldere, witte, beste, brave suiker. Als de zak vol is, wordt deze met een ventielsluiting voor vocht en stof afgesloten. De biet is suiker ge worden. We hebben het gezien. Na een wandeling van dik twee uur schepen we ons weer in op de „Johanna Maria" van schipper Gerrit, die zijn ruim inmiddels vol gestouwd heeft met bruine papieren zakken. Zakken met suiker! Langzaam varen we huiswaarts. Generaal van Malland blijft achter op het slagveld met zijn zor gen over zes stoomketels die twee en dertig ton stoom per uur halen, over de zestig kubieke meter water, welke per minuut door de fabrifek gaat, over dui zend en één zaken, met als doel: een nóg hogere productie. Want met recht en reden: die Blauwe Wimpel is de trots van De Dinteloord, een van de voornaamste suikerfabrieken van ons land. Jammer dat u niet kunt zien hoe de oteien versneden worden. De fotograaf kan het ook niet helpen, want het hele proces speelt zich in de molen en op de achtergrond af. Wat u wel ziet is, beneden op de foto, het snijdsel, dat als een soort zuurkool op de transportband komt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1952 | | pagina 4