Hein van Breenen en Adri Voorting bij de voorsten in de zesde etappe' RAD! Pas als hij één berg achter de rug had. begon Faber goed te klimmen Algemeen klassement HEBa Eerste Ki wetsontw In ploegenklassement werd de tiveede plaats behouden Teleurstelling voor Jan Nolten Vijftig jaar Tour de France (IV 1909: Belgische etappezege; 1910: de Pyreneeën! Opnieuw Petit-Breton HIER KEEK BLAUWBAARD DOOR 'T VENSTER PLOEGEN KLASSEMENT Eerste zege van onze Zuiderburen Kr, De tweede Nieuwe gren voor Utree programr -- Pasrina 4 Donderdag 9 Juli 1953 (Telefonisch van onze speciale verslaggever) LE MANS, Woensdagavond Precies twee en een half uur was de zesde etappe van de Tour de France aan de gang, toen hel dorpje bereikt werd, waar de slag zou wor den uitgevochten. Het was in de buurt van het stadje Alengon. De beivoners hadden de straten vrolijk versierd en de stoelen en tafels naar buiten gesjouwd, omdat op zo,n zomerdag, waarop bovendien de Tour de France langs komt, het leven buiten zoveel prettiger is dan in de duistere Franse huizen met hun geringe comfort. De re clamestoet was al enige uren geleden gepasseerd en in af wachting van de komst van het rennersleger doodden de inwoners van Alengon de tijd met het lezen van de kran ten en weekbladen, die vanuit de reclamewagens waren verkocht. Plots loeiden de claxons van de Tour-auto's, de fluitsignalen van de Parijse verkeerspolitie. Daar waren de renners dan en Alen- gons kreeg wel waar voor de geringe geldsom die het aan de Tour-leiding had betaald. Op de keien van dit stadje was de slag juist in volle gang. Er werd her haaldelijk gedemarreerd, renners flitsten listig naar voren en be loerden hun tegenstanders. Toen voorbij het laatste huis van Alen- gon de stoflaag, die als een wolk met de renners meetrok, zich ook over het veld kon uitspreiden, bleken acht renners zich te heb ben losgemaakt van de hoofd macht. In Alengon begon dus de aanval. Het is waard hun namen te vermelden, want zij hebben in de volgende twee en een half uur van deze rit de voornaamste rol len vertolkt. Het waren: Hein van Breenen, die al vanaf de start niet onder stoelen of ban ken had gestoken dat hij vandaag van plan was grote dingen te on dernemen, Audaire en Mahe van de ploeg van West-Frankrijk (ge weet wel de Bretonnen, die Dins dag voor een eclatante ploegen- zege in Caen hadden gezorgd), Bauvin van de Noord-Oost Cen- tralen, Louis Caput, die een nieu we poging ging wagen om zijn belofte te houden, dat hij vóór Pau een rit zou winnen, Lucien Lazarides, de jongere broer van de u vermoedelijk uit vorige Tours nog wel in herinnering ge bleven Apo, Frankrijks sterkste sprinter op de weg oftewel: Padolphe Deledda en de jonge Belg Martien van Geneugden, die in Frankrijk al enige vermaard heid had verworven doordat hij onlangs de sterkste tricolores ge klopt had in de eindsprint van Parijs-Valenciennes. Het achttal liet er geen gras over groeien. En vooral van Breenen verbaasde iedereen door het geweld waar mee hij aan de kop „sleurde" als het zijn beurt was om te trekken. De sprong van deze acht kerels kon, hoewel de rit nauwelijks op de helft was, wel eens 'n herha ling betekenen van die van de voorgaande dagen, waarop immers telkens op een ongewoon vroeg moment de grote slag be gonnen was. Deze herinnering in spireerde kennelijk de vluchtelin gen en een kleine 25 kilometer verder, toen we op de markt van het stadje Hamers, waar de voed selpakketten werden uitgereikt, de tijd opnamen, bleken de stoere acht reeds bij de drie volle minu ten te zijn uitgelopen. De aanval, begonnen in Alengon, was ge slaagd. Straks zult ge de namen van zeven der acht vluchtelingen op de voorste plaatsen zien. Ruïneuze gevolgen Al had de historie van de eer ste honderd kilometer van deze rit weinig betekenis voor de uit slag, ze is van grote invloed ge weest op de formatie van de Ne derlandse ploeg. De sectie Pelle- naars is namelijk nog slechts ne gen man sterk. De jonge Stevens, op wie men in de bergetappes nog zekere verwachtingen bouw de, heeft zijn eerste Tour de France beëindigd. Hij is niet het slachtoffer ge worden van de slag, die van Breenen, van Geneugden enzo voorts, ontketenden. Lang voor Alengon hing het bestaan van de Limburger als Tour-equipier al aan een zijden draadje. We wa ren er al zeker van na 32 kilo meter toen het leger door de straten van Falaise trok, het dorpje dat negen jaar geleden bij de doorbraak der geallieerden door de Duitse divisies met de grond gelijk werd gemaakt. Nu staan er fonkelnieuwe, pro pere huizen, de straten zijn ver breed en de bevolking bereidde de Tour een even hartelijk en enthousiast welkom als elke plaats die de eer geniet van vlak bü een brokje Tourgeschiedenis mee te maken. In Falaise dan namen we de situatie precies op. Een sprong van Suijkerbuijk met de Parijze- naar Tonello en de Luxemburger Kemp, even buiten Caen onder nomen, was ongedaan gemaakt, maar wel was de complete hoofd macht verbrokkeld. Vooraan zaten een heel stel Nederlanders en Zwitsers, Koblet incluis, en dit gezelschap hield zich aan de spits van het leger bepaald niet rustig. Ook de Fransen deden dapper mee aan het uitdelen van de la kens en zo zag men Teisseire en Lauredi in gezelschap van Adri Voorting, de Belg Adriaensens, de Luxemburgse veteraan Diederich en Dupont van de Z.W. ploeg een voorsprong van honderd meter nemen. Toen Koblet zich aan het hoofd van de achtervolgers plaatste, waren die honderd me ter weldra weer overbrugd, maar onmiddellijk gingen Hassenfor- der, die zijn gele pakje in gevaar zag komen, de Belg Close en Gerrit Voorting aan de haal. Weer nam Koblet de hem toe geworpen handschoen op, maar ditmaal kreeg hij een knaap ach ter zich, die niet van plan was de „mooie" Hugo voorlopig los te laten. Het was Hein van Breenen, de energie-renner, die iedereen verbaasde door zijn hoge tempo, zoals hij het straks ook van Alen gon tot precies in Le Mans zou doen. Met breed gebaar kwam de Amsterdammer naast Koblet, die weldra maar besloot zich door de Nederlander niet te laten afmat ten. Hij stelde zich dus tevreden met het terughalen van Hassen forder, Close en Gerrit Voorting en nam vervolgens zijn plaats weer, op wacht aan het voorste front. Dit alles had zich afgespeeld in de buurt van Falaise. Voorbij het dorp namen we de stand in de achterste gelederen op. Daar bleken de gevolgen van het voort durende hoge tempo in de hoofd macht ruïneuze gevolgen gehad te hebben. Ver achter de grote groep bewoog een escadron van goed vijftien man zich moei zaam voort. Daarin zaten liefst vier manschappen van de Franse Zuid-West ploeg, De jonge Bares die door de Nederlandse oud- tourrenner Anton van Schendel is opgeleid, Bastionelli, Desbats en Paret, voorts de Belg de Her tog, die nog maar amper zijn pe dalen kon rondkrijgen, en met enige Luxemburgers, Spanjaar den en Zwitsers ook de Nederlan ders Nolten en Stevens. Het was duidelijk dat Nolten de tol betaalde voor zijn over moedige rit van Dinsdag, toen hij tegen de sterke wind in op zijn eentje een vruchteloze poging had ondernomen om bij de drie ontsnapte Bretonnen te komen. Nolten leek volkomen leeggere- den, zoals dat in wielertermen luidt, zijn ogen stonden flets en hij trapte houterig. Stevens scheen er iets beter uit te zien, maar op onze vraag wat er aan scheelde zei hij ronduit: „Het is te veel voor me. Het gaat niet langer". Desondanks trachten de twee Limburgers met alle ge weld om het spoor van de overige acht te blijven volgen. Nolten kon gelukkig aansluiten toen ook dit allerlaatste groepje nog in tweeën splitste, maar voor Stevens was het niet meer moge lijk. Hij zakte met de Belg de Hartog, die amper nog beweging in zijn pedalen kon krijgen, steeds verder af en nog voor Valengon, dus voor dat de werkelijke vijan digheden 'begonnen, bedroeg de achterstand van het tweetal 12 minuten. De Hartog had zelfs de kracht niet meer om Stevens aan de leiding af te lossen. Op dat moment wisten we dat het in dit deel wel afgelopen was. De hoofd mars marcheerde immers in zul ke strakke pas verder dat 't tijd schema al lang niet meer klopte. Een kwartier vroeger dan ver wacht was, stormden we door Alengon. Audaire verstandiger En nu volgen we het achttal leiders verder op weg naar Le Mans. Veertig kilometer hadden ze samen de last van de harde temporit gedragen, toen een van hen met een lekke band aan de kant van de weg kwam te staan. Het was Armand Audaire, Robics teamgenoot en tegelijk rivaal (dat zijn zo van die dingen, die in de Franse Tourequipe mogelijk zijn) Wel, Audaire repareerde als een razende zijn fiets, was er binnen de minuut mee klaar en zette daarop de jacht in op zijn in middels voortgesnelde makkers. Maar de wind blies over dit vlak ke landschap weer uit de ver keerde hoek. Even vruchteloos als het zwoegen \ran Nolteri daags te voren, was de achtervolging van Audaire. Alleen was hij verstan diger dan de Limburger. De Tour duurt nog enige weken en waar om in een nutteloze jacht kost bare krachten verspillen? Deze Fransman liet zich netjes terug inlopen door. Wagtmans, die in gezelschap van Anzile, Meu- bier. Walkowiak en Rotta het hazenpad had gekozen. Ging Wout een poging onder nemen om de gele trui te be machtigen? Klaarblijkelijk voelde Hassenforder dit gevaar en dus zette hij met Schaer de Breda- naar achterna. 25 km voor de fi nish was de hoofdmacht weer aaneengesloten. Op een kwartier volgde de groep Nolten, een dik ke vijftien minuten daarachter volgden Stevens en De Hertog. Drie minuten voor de hoofd macht uit stormde de groen Van BreenenVan Geneugden voort. Als ze die voorsprong konden behouden tot het bekende auto mobiel-circuit van Le Mans was Er kwam dus een derde Tour de France! Maar Des- grange ging nu meer rekening houden met de athleet in de wielrenner. Het beulenwerk van zes enorme ritten was de eerste twee jaar in het voordeel geweest van de zwoe gers. Voortaan zouden ook de renners, die vooral soepel heid als voornaamste kwaliteit telden, een kans moeten krijgen om hun naam te schrijven op de erelijst van het sportevenement, dat reeds in het buitenland belangstelling begon te trekken. In 1908 schreef Henri Desgrange zijn zesde Tour de France uit. Behalve Fransen waren er nu ook Belgen van de partij en eveneens de vermaarde Luxemburger Faber. Van nationale ploegen was echter in de verste verte nog geen sprake. De fabrieken, Alcyon, Peugeot, Automoto. La Franqaise, enz., stelden de equipes samen, wezen een kopman aan en de rest van de ploeg moest zich onvoor waardelijk in zijn dienst stellen. In feite ging de strijd dus tussen enkele kopstukken en in 1908 waren dat Petit- Breton, de winnaar van 1907, en Franz Faber. Enkele maanden vóór deze Tour was Pottier, die in de eerste Ronden van Frankrijk een grote rol had gespeeld, op zeer trieste ivijze aan zijn eind gekomen Faber was een zeer merk waardige klimmer in die Tom- van 1908. Hij was sterk als een leeuw, maar aan de voet van elke berg leek het of zijn be nen plots werden afgesneden. Dan klom hij naar boven op zo'n stuntelige wijze en hij moest zo dikwijls afstappen om zjjn zware fiets aan de hand te duwen dat wel dertig ren ners hem voorbij gingen vóór hij op de top was. Maar als hij eenmaal een berg had geno men, dan vlóóg hij gewoonweg tegen de volgende op. En toen dan ook in een der etappes dx-ie bergen moesten bestegen worden (Desgrange had de Tour weer wat zwaarder ge maakt!) verloor de Luxembur ger, die, kopman van een Fran se fabrieksploeg was, alle con tact met zijn tegenstanders. Tot hun grote verbazing ech ter reed hij hen op de helling van de tweede berg als een razende voorbij en bij de over tocht van de derde pas telde hij vele minuten voorsprong. Vier etappes won Faber, maar het was toch niet vol doende voor de eindoverwin ning. Die ging opnieuw naar de fameuze Petit-Breton, die een gemiddelde snelheid haal de van 28 km. 740 m„ de hoog ste, die tot nu toe ooit in de Tour bereikt was! Van Hauwaert De zevende Tour de France, die van 1909, trok nog grotere belangstelling dan die der voorgaande jaren. In het bui tenland ging men zich zelfs speciaal op de Ronde voorbe reiden, met name in Luxem burg en België. En de eerste etappe weer al uit dat het met de Franse opperheerschappij in de course van L'Auto afgelo pen was. Want die rit werd gewonnen door een Belg: Cy- riel van Hauwaert! Hij is later een bekend fabrikant gewor den en nóg siert zijn naam de trui van menige Belgische coureur. Van Hauwaert was de eerste van het beroemde geslacht der „Flandriens", de Vlaamse ren nersclub, die onder leiding van mijn vriend Karei van Wynen- daele, de strijd aanbond met elke willekeurige coalitie. Tot in Amerika toe hebben deze coureurs de roem van de Vlaamse wielrenner verbreid Cyriel van Hauwaert. Hij was zo'n ijzersterke kerel, dat hij zich twee jaar tevoren op zijn eentje waagde in Parijs- Roubaix tegen een sterk veld van Franse kopstukken met gangmakers. Datzelfde jaar reed hij Bordeaux-Parijs, waar in hij zich de naam verwierf: „L'homme de la boue, de man die door het slijk ploetert"! Maar hij zegevierde in deze monsterrace en van zijn over winning heeft Karei van Wy- nendaele eens geschreven, dat ze het uitgangspunt is geweest van het opleven der wieler sport in Vlaanderen. Wel, Van Hauwaert begon dus in 1909 met de eerste etap pe van de Tour de France op zijn naam te schrijven. Toch kon hij het niet bolwerken te gen Faber, die een versnelling op zijn fiets had om bang van te worden! Geen enkele andere renner zou een dergelijk „verzet" heb ben kunnen hanteren! Maar Faber? Hij kreeg in de tweede etappe een lekke band. Zin gend begon hij zijn fiets te re pareren. Het werkje kostte hem een half uur en toch won hij met 30 sec. voorsprong de rit! De „man met het grote mes" nam ook de eerste plaats in van het eindklassement. Van Hauwaert, die het met zijn hel pers niet te best had getroffen, eindigde op de vijfde plaats. Over de Aubisque! In 1910 verzwaarde Des grange de Tour opnieuw. Maanden vóór de start had het met schreeuwende koppen in L'Auto gestaan: „De ,Tour de France gaat dit jaar over de Pyreneeën!" Aanvankelijk protesteerden de fabrieken. Desgrange moest nu niet het onmogelijke gaan vergen van de renners! Waren de Ballon d'Alsace en de Gran de Chartreuse niet zwaar ge noeg? Maar als Desgrange eenmaal iets in zijn hoofd had, dan was er dat met geen voorhamer uit te krijgen: de Tour ging inder daad over de Pyreneeën. De Peyresourde, de Aspin, de Tourmalet en de Aubisque kwamen op het programma! En de directeur-hoofdredacteur van L'Auto deed slechts één concessie: in plaats van 14 zou den de 4600 km. in 15 etappes moeten worden afgelegd. J de zaak bekeken. Op de smalle racebaan, elf kilometer lang. die het einde van de etappe vormde, zouden immers de koplopers hun voorspring ongetwijfeld con solideren. Zo geschiedde het ook. Op de kaarsrechte baan streden Caput en Deledda zii aan zij om de etappezege. maar op het juiste moment sprong Van Geneugden langs hen heen en bezorgde zo doende ook België een eerste plaats. Van Breenen werd vijf de, een nieuw goed resultaat voor de Nederlandse ploeg. De slimme Adrie Voorting n^eende zijn equipe ook de dagprijs in het ploegenkhvsement te kun nen verschaffen door mee te gaan met Hein (Luxemburg) die de laatste kilometers de grote groep vaarwel had gezegd. Hij misrekende zich echter, want Van Geneugden kreeg een minuut bonificatie en dat was voldoende om de beloning naar Silvere Maes' mannen te laten gaan. Goede vier minuten na Van Geneugden kwam de onder aan voering van Magni staande hoofdgroep binnen met zes Ne derlanders. alle kopstukken en Ledier Hassenforder. Juist op het moment dat Nolten aan hel begin van het circuit arriveerde om nog elf kilometer af te leg gen. Hij passeerde een en twin tig minuten na de winnaar de finish. Ruim tien minuten later werd de controle gesloten en toen de duizenden inwoners van Le Mans de weg naar hun stad weer waren opgegaan, reden Stevens en De Hertog het circuit op. Hun laatste meters van deze Tour de France. Uitslag zesde etappe 1. Van Geneugden (Belg.) 5.10.53; 2. Caput (lie de France) z. t.; 3. Deledda (Fr. Nat.) z. t.; 4. Mahe (Fr. N. West) z. t.; 5. Van Breenen (Ned.) z. t.; 6. Bauvin (Fr. N.O. Centr.) z .t.; 7. Lazarides (Fr. Z.O.) z. t.; 8. Hein (Lux.) 5.14.06; 9. Adri Voor ting (Ned.) 5.14.55; 10. Magni (Ital.) 5.15.06; 11. Geminiani (Frankrijk) z. t.; 12. Koblet (Zwits.) z. t.; 13. Robic (Frank rijk West) z. t.; 14. Schaer (Zwits.) z. t. Op de 15e plaats ex aequo met dezelfde tijd als Magni (5.15.06) volgde het grote peloton met de Nederlanders Jansen, Suyker- buyk, Roks, Van Est, Wagtmans en Gerrit Voorting. Voorts zaten in deze groep de Italianen Astrua en Bartali, de Belgen Impanis, Van der Stockt, Close en De- bruyne, de Franse nationalen Bobet, Lauredi, Teisseire, de re gionalen Bober, Diot, Renaud, Anzile, Hassenforder, Meunier, Audaire en Mallejac. N o 11 e n kwam in de zesde etappe als 89 te Le Mans aan in de tijd van 5.31.00 tezamen met een dozijn andere renners. Stevens arriveerde met de Belg De Hertog bijna een kwar tier na het sluiten der controle. In de zesde etappe hebben drie renners de strijd gestaakt: Gaul (Lux.), Baffert (Fr. Zuid West) en Desbats (Fr. Zuid West). 1. Hassenforder (Fr.N.O.Centr.) 33.56.27; 2. Schaer (Zwits.) 33.57.15 op 0.48; 3. Wagtmans (Ned.) 33.58.17 op 1.50; 4. Renaud (He de Fr.) 34.00.45 op 4.18; 5. Roks (Ned.) 34.01.10 op 4.43 6. Bauvin (Fr. N.O.C.) 34.01.55 op 5.28; 7. Meunier (Fr.N.O.C.) 34.01.58 op 5.31; 8. Van Est (Ned.) 34.02.41 op 6.14; 9. Close (Belg.) 34.02.54 op 6.27 10. Robic (Fr. W.) 34.03.15 op 6.48; 11. Ex Aequo Astrua (It.) en An zile (Fr. N.O.C.) 34.03.15; 13. Ernzer (Lux.) 34.03.20; 14. Gerrit Voorting (Ned.) 34 03 23* 15. Diot '(lie de Fr.) 34.04.22; 16. Mahe (Fr.West) 34.04.36; 17. Lauredi (Fr.) 34.05.03; 18. Caput (lie de France) 34.05.17 19. Impanis Belg.) 34.05.20; 20. Serra (Sp.) 34.05.39;; 27. Van Geneugden (B.) 34.09.07; 28. Ex aequo Bobet (Fr.), Koblet (Zwits.), Magni (It.) en Bar tali (It.) 34.09.52; 32. Buchaille (Fr.N.O.C.) 34.10.27 33. Mallejac (Fr. W.) 34.10.28; 45. Van Breenen (Nederl.) 34.14.40; 46. Lazarides (Fr. Z.O.) 34.15.49; 48. Jansen (Ned.) 34.17.13; 61. Adri Voorting (Nederl.) 34.22.58; 65. Suykerbuyk (Nederl.) 34.26.39; 74. Nol ten (Ned.) 34.32.10; 106. en laatste Stevens (Ned.) 35.20.57. De classificatie van Stevens in het algemeen klassement is voor lopig en in afwachting van de be slissing van de wedstrijdcommis sarissen. BWBB?.-. I 'M&i&i "i-a Nantes: Het Kasteel van Blauwbaard. IIV September van het jaar 1440 keek Gilles de Laval, baron de Rais, voor de laat ste maal door het venster. Het was een hennepen ven ster en het is wel bekend, wat dat doorgaans zeggen wil. Ook meneer de baron overleefde het niet en er ging een zucht van opluch ting door de hele land streek: Blauwbaard was dood. Er was wel reden tot vreugde. Zijn kastelen Ma- checoul en Tiffanges waren complete martelkamers ge weest waar hij met een krankzinnig sadisme alche mie bedreef, zwarte kunst, die honderden mensen levens eiste. Op het ogen blik zijn het alleen nog maar bezienswaardigheden die door de lugubere ge schiedenissen overigens een interessanter aspect gekre gen hebben dan de oude kastelen, die hoogstens eens een spook of een gevangen jonkvrouw geherbergd heb ben, bezitten. Nantes zelf bekommert zich weinig om oude ge- ,sv 'eden i en, want de dag van vandaag eist haar aan dacht volledig op. Toch zijn er in de oude stad nog vele monumenten die aanleiding zouden kunnen zijn voor een mijmering over vervlogen eeuwen. Maar dat is historie en Nantes is een welvarende stad met een drukke han del. Zij was er toe voorbe stemd om een rijke koop mansplaats te worden. Niet voor niets hadden de stich ters de monding van de Loire gekozen als nederzet ting. En bovendien splitst de rivier zich daar in de buurt in enkele niet onbelangrijke stromen die een heel ach terland bestrijken. Nantes was 'n uitgezochte plaats voor een haven. En daaraan heeft de stad haar welvaart dan ook te danken. Maar in de vorige eeuw werd de stad plotseling in haar krachtigste, maar zoals bleek, ook meest kwetsbare plaats getroffen. Het zand kwam. Het slibde tot aan de kaden en de schepen moes ten een andere ankerplaats zoeken. Nantes liet zijn wel vaart echter niet zonder meer verzanden. Met enor me graafmachines werd de bedding verdiept en ver zwaard en de haven werd gered. Daarna bracht de oorlog een ramp over deze stad als over zovele. Zware bommen vernielden de kaden op vele plaatsen. Maar u zult in het haven kwartier van Nantes geen puin meer vinden. Het algemeen ploegenklasse ment luidt: 1. Frankrijk Noord Oost Cen traal 101.38.15. 2. Nederland 101.43.36. 3. Frankrijk West 101.47.08. 4. Ile de France 101.52.22. 5. België 101.57.54. 6. Frankrijk 101.58.38. 7. Italië 102.09.24. 8. Zwitserland 102.14.55. 9. Luxemburg 102.26.51. 10. Frankrijk Zuid West 102.29.11. 11. Frankrijk Zuid Oost 102.37.29. 12. Spanje 102.39.51. Martien van Geneugden heeft België hoop gegeven. Het werd Brussel de straten al volkalkten met vriendelijkheden als „Sylvaer Maes go home" eens met een succes voor de dag kwamen in de Tour. Dat is dan in de zesde etappe geschied. Van Geneugden, die met zijn 21 jaren de benjamin is van de Flandriens, won de rit naar Le Mans en vooral in Bel gisch Limburg zal dat wel fel bejubeld zijn. Van Geneugden is volgens de Belgen geen potentiële Tourwin naar, maar voor een etappezege werd hij in de voorbeschouwin gen van de dagbladen alom ge tipt. En dat is zo'n wonder niet, want de jonge prof heeft een glorieuze staat van dienst achter zich en men weet nu eenmaal dat hij eer- en heerszuchtig is. Van Geneugden maakte in 1946 zijn debuut bij de nieuwelingen en won zijn twee eerste wedstrij den. In 1947 werden dat 5 over winningen, in 1948: 24 overwin ningen en in 1949: 33 overwinnin gen. Tegen het einde van het sei zoen zwaaide hij over naar de amateurs en won prompt drie wedstrijden. 1950 was zijn 'grote seizoen met 18 overwinningen, waaronder het kampioenschap van Limburg en dat van België. Ook in 1951 en 1952 (het jaar waarin hij prof werd) stond zijn naam meermalen bovenaan bij de uitslagen. De Belgische sportpers, die bjj tijd en wijle onvriendelijke din gen over de explosies van Van Geneugden debiteert, weet dat hij niet alleen een fel coureur is, maar ook de pen weet te hante ren. Geen opmerking over zijn persoontje of Martien schrijft een papier vol geladen proza onder de aanhef „Geachte redactie...." DIEPPE DINSDAG 7 JULI CAEN (WOENSDAG 8 ftJU LE MANSLEE DONDERDAG 9 JUU fgfc»Y>> (Van onze parlementaire „De industrialisatie is enige motief voor het van een tweede teclinisi school. De vorming var komstige ingenieurs, die massificatie van Delft ii drukking dreigt te kome het wenselijk de hogeri sche opleiding te spreid Dit verklaarde de min Onderwijs, Kunsten en schappen, mr. Cals, V middag bij de behande het wetsontwerp tot het baar stellen van gelden voorbereiding van een Kamer aanvaar Het wetsontwerp tot ziging van de gemeente en randgemeenten is g dag door de Tweede Ka 58 tegen 26 stemmen j Vóór stemden Pvd/ CPN, drie leden van mevrouw Fortanier-de de heren Oud en Korthi Tegen A.R., C.H. (me dering van freule Wttev Stoetwegen), de Staatku reformeerden, de heer (groep Weiter), de rest VVD en van de KVP, van Koeverden en de Rijckevorsel. De artikelen, die bi hadden op de instelling gemeenschapsraad van waren voordien met 55 stemmen aangenomen. De heer Schouten (A klaarde vóór de einds dat de zijns inziens niet vaardigen opheffing va: het ernstigste bezwaar is fractie. Minister Beel we: loop van vele kanten gewenst. VRIJDAG 10 JUI HILVERSUM I 7.00—24.00 NCRV NCRV: 7.00 Nieuws; 7.11 7.15 Gym; 7.30 Gram.; 1 woord voor de dag; 8.00 weerber.; 8.18 Gewijde n Gram.; 9.00 Voor de ziel Voor de vrouw; 9.35 Gra Morgendienst; 11.00 piano; 11.30 Gram.; 12.3 en tuinb.meded.; 12.33 12.59 Klokgelui; 13.00 13.15 Vocaal ens.; 13.45 15.15 Voordr.; 15.35 Gra: Tuinb.praatje; 16.15 Altvi rinet en piano: 16.40 Gra Idem; 17.30 Mil. vraaf 17.40 Gram.; 17.45 Frie. 18.00 Gram.; 18.30 Ka strijkkwart. en orgel Nieuws en weerber.; 19.: ringsuitz.: „Verklaring en ting"; 19.30 Gram.; 20.01 krant; 20.20 Vocaal ens. i 21.00 „De Tognetti's hoorspel; 21.35 Gram.; 21 en piano; 22.00 Holland ..Collegium Musicum li 22.45 Avondoverdenkins Nieuws en SOS-ber.; 2! Evangelie in Esperanto 24.00 Gram. HILVERSUM II 7.00 VARA: 10.00 10 20 VARA; 12.0i 16 00 VARA; 19.3( 21.00 VARA; 22.4( 23.00—24.00 VAR, VARA: 7.00 Nieuws; 7.1! 8.00 Nieuws; 8.18 Gram.; f de huisvrouw; 9.00 Gvn Gram.; 9.35 Waterst.; 9.40 kleuters; VPRO: 10.00 ,1 en mensen", causerie; 10 genwijding; VARA: 10.2 en zang; 10.50 Radiofe 11.10 Gram.; AVRO: 12j piano's; 12.30 Land- en mededelingen; 12.33 Spor 12.48 Gram.; 13.00 Nieuv Meded. of gram.; 13.20 M orkest: 14.00 Kookkunst Israëlische liederen; 14.5C 15.10 Kamermuz.; 15.30 VARA: (16.00—18.00 Roi Frankrijk); 16.00 Orgelsp Muz. causerie: 17.10 Voor deren: 17.40 Gram.; 18.00 18.15 Felicitaties; 18.45 In van het Congres van he Verbond v. Vrije Vakvi gen; 19.00 Gemengd koi Pianospel; VPRO: 19.30 bezoek"; 19.45 „Op be; anderen", causerie: 20.00 20.05 Boekbespreking; 20. drachten met piano: 20. Verenigde Naties", caus. Aanpassing", caus.: VAD Cabaret: 21.30 ..Het le toapt"; 21.50 Ronde van I 22.00 Lichte muziek: 22 tenl. overzicht: VPRO „Vandaag", caus.; 22.45 wijding: VARA: 23.00 23.15 Rep.; 23.25—24.00 VRIJDAG 10 JULI NCRV 20.15—21.45 1. Journaal 2. Weerbericht 3. Dwars door Europa, slag Pauze 4. „Van stokpaardjes en len" 5. Dagsluiting

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1953 | | pagina 4