Hein van Breenen en Adri Voorting
bij de voorsten in de zesde etappe'
RAD!
Pas als hij één berg achter de rug had.
begon Faber goed te klimmen
Algemeen
klassement
HEBa
Eerste Ki
wetsontw
In ploegenklassement werd
de tiveede plaats behouden
Teleurstelling
voor Jan Nolten
Vijftig jaar Tour de France (IV
1909: Belgische etappezege;
1910: de Pyreneeën!
Opnieuw
Petit-Breton
HIER KEEK BLAUWBAARD
DOOR 'T VENSTER
PLOEGEN
KLASSEMENT
Eerste zege van
onze Zuiderburen
Kr,
De tweede
Nieuwe gren
voor Utree
programr
--
Pasrina 4
Donderdag 9 Juli 1953
(Telefonisch van onze speciale verslaggever)
LE MANS, Woensdagavond Precies twee en een half
uur was de zesde etappe van de Tour de France aan de
gang, toen hel dorpje bereikt werd, waar de slag zou wor
den uitgevochten. Het was in de buurt van het stadje
Alengon. De beivoners hadden de straten vrolijk versierd
en de stoelen en tafels naar buiten gesjouwd, omdat op
zo,n zomerdag, waarop bovendien de Tour de France
langs komt, het leven buiten zoveel prettiger is dan in de
duistere Franse huizen met hun geringe comfort. De re
clamestoet was al enige uren geleden gepasseerd en in af
wachting van de komst van het rennersleger doodden de
inwoners van Alengon de tijd met het lezen van de kran
ten en weekbladen, die vanuit de reclamewagens waren
verkocht.
Plots loeiden de claxons van de
Tour-auto's, de fluitsignalen van
de Parijse verkeerspolitie. Daar
waren de renners dan en Alen-
gons kreeg wel waar voor de
geringe geldsom die het aan de
Tour-leiding had betaald. Op de
keien van dit stadje was de slag
juist in volle gang. Er werd her
haaldelijk gedemarreerd, renners
flitsten listig naar voren en be
loerden hun tegenstanders. Toen
voorbij het laatste huis van Alen-
gon de stoflaag, die als een wolk
met de renners meetrok, zich ook
over het veld kon uitspreiden,
bleken acht renners zich te heb
ben losgemaakt van de hoofd
macht. In Alengon begon dus de
aanval. Het is waard hun namen
te vermelden, want zij hebben in
de volgende twee en een half uur
van deze rit de voornaamste rol
len vertolkt. Het waren: Hein
van Breenen, die al vanaf de
start niet onder stoelen of ban
ken had gestoken dat hij vandaag
van plan was grote dingen te on
dernemen, Audaire en Mahe van
de ploeg van West-Frankrijk (ge
weet wel de Bretonnen, die Dins
dag voor een eclatante ploegen-
zege in Caen hadden gezorgd),
Bauvin van de Noord-Oost Cen-
tralen, Louis Caput, die een nieu
we poging ging wagen om zijn
belofte te houden, dat hij vóór
Pau een rit zou winnen, Lucien
Lazarides, de jongere broer van
de u vermoedelijk uit vorige
Tours nog wel in herinnering ge
bleven Apo, Frankrijks sterkste
sprinter op de weg oftewel:
Padolphe Deledda en de jonge
Belg Martien van Geneugden, die
in Frankrijk al enige vermaard
heid had verworven doordat hij
onlangs de sterkste tricolores ge
klopt had in de eindsprint van
Parijs-Valenciennes. Het achttal
liet er geen gras over groeien. En
vooral van Breenen verbaasde
iedereen door het geweld waar
mee hij aan de kop „sleurde" als
het zijn beurt was om te trekken.
De sprong van deze acht kerels
kon, hoewel de rit nauwelijks op
de helft was, wel eens 'n herha
ling betekenen van die van de
voorgaande dagen, waarop
immers telkens op een ongewoon
vroeg moment de grote slag be
gonnen was. Deze herinnering in
spireerde kennelijk de vluchtelin
gen en een kleine 25 kilometer
verder, toen we op de markt van
het stadje Hamers, waar de voed
selpakketten werden uitgereikt,
de tijd opnamen, bleken de stoere
acht reeds bij de drie volle minu
ten te zijn uitgelopen. De aanval,
begonnen in Alengon, was ge
slaagd. Straks zult ge de namen
van zeven der acht vluchtelingen
op de voorste plaatsen zien.
Ruïneuze gevolgen
Al had de historie van de eer
ste honderd kilometer van deze
rit weinig betekenis voor de uit
slag, ze is van grote invloed ge
weest op de formatie van de Ne
derlandse ploeg. De sectie Pelle-
naars is namelijk nog slechts ne
gen man sterk. De jonge Stevens,
op wie men in de bergetappes
nog zekere verwachtingen bouw
de, heeft zijn eerste Tour de
France beëindigd.
Hij is niet het slachtoffer ge
worden van de slag, die van
Breenen, van Geneugden enzo
voorts, ontketenden. Lang voor
Alengon hing het bestaan van de
Limburger als Tour-equipier al
aan een zijden draadje. We wa
ren er al zeker van na 32 kilo
meter toen het leger door de
straten van Falaise trok, het
dorpje dat negen jaar geleden bij
de doorbraak der geallieerden
door de Duitse divisies met de
grond gelijk werd gemaakt.
Nu staan er fonkelnieuwe, pro
pere huizen, de straten zijn ver
breed en de bevolking bereidde
de Tour een even hartelijk en
enthousiast welkom als elke
plaats die de eer geniet van vlak
bü een brokje Tourgeschiedenis
mee te maken.
In Falaise dan namen we de
situatie precies op. Een sprong
van Suijkerbuijk met de Parijze-
naar Tonello en de Luxemburger
Kemp, even buiten Caen onder
nomen, was ongedaan gemaakt,
maar wel was de complete hoofd
macht verbrokkeld. Vooraan zaten
een heel stel Nederlanders en
Zwitsers, Koblet incluis, en dit
gezelschap hield zich aan de spits
van het leger bepaald niet rustig.
Ook de Fransen deden dapper
mee aan het uitdelen van de la
kens en zo zag men Teisseire en
Lauredi in gezelschap van Adri
Voorting, de Belg Adriaensens, de
Luxemburgse veteraan Diederich
en Dupont van de Z.W. ploeg een
voorsprong van honderd meter
nemen. Toen Koblet zich aan het
hoofd van de achtervolgers
plaatste, waren die honderd me
ter weldra weer overbrugd, maar
onmiddellijk gingen Hassenfor-
der, die zijn gele pakje in gevaar
zag komen, de Belg Close en
Gerrit Voorting aan de haal.
Weer nam Koblet de hem toe
geworpen handschoen op, maar
ditmaal kreeg hij een knaap ach
ter zich, die niet van plan was de
„mooie" Hugo voorlopig los te
laten. Het was Hein van Breenen,
de energie-renner, die iedereen
verbaasde door zijn hoge tempo,
zoals hij het straks ook van Alen
gon tot precies in Le Mans zou
doen. Met breed gebaar kwam de
Amsterdammer naast Koblet, die
weldra maar besloot zich door de
Nederlander niet te laten afmat
ten.
Hij stelde zich dus tevreden
met het terughalen van Hassen
forder, Close en Gerrit Voorting
en nam vervolgens zijn plaats
weer, op wacht aan het voorste
front.
Dit alles had zich afgespeeld
in de buurt van Falaise. Voorbij
het dorp namen we de stand in
de achterste gelederen op. Daar
bleken de gevolgen van het voort
durende hoge tempo in de hoofd
macht ruïneuze gevolgen gehad
te hebben. Ver achter de grote
groep bewoog een escadron van
goed vijftien man zich moei
zaam voort. Daarin zaten liefst
vier manschappen van de Franse
Zuid-West ploeg, De jonge Bares
die door de Nederlandse oud-
tourrenner Anton van Schendel
is opgeleid, Bastionelli, Desbats
en Paret, voorts de Belg de Her
tog, die nog maar amper zijn pe
dalen kon rondkrijgen, en met
enige Luxemburgers, Spanjaar
den en Zwitsers ook de Nederlan
ders Nolten en Stevens.
Het was duidelijk dat Nolten
de tol betaalde voor zijn over
moedige rit van Dinsdag, toen hij
tegen de sterke wind in op zijn
eentje een vruchteloze poging
had ondernomen om bij de drie
ontsnapte Bretonnen te komen.
Nolten leek volkomen leeggere-
den, zoals dat in wielertermen
luidt, zijn ogen stonden flets en
hij trapte houterig. Stevens
scheen er iets beter uit te zien,
maar op onze vraag wat er aan
scheelde zei hij ronduit: „Het is
te veel voor me. Het gaat niet
langer". Desondanks trachten de
twee Limburgers met alle ge
weld om het spoor van de overige
acht te blijven volgen.
Nolten kon gelukkig aansluiten
toen ook dit allerlaatste groepje
nog in tweeën splitste, maar voor
Stevens was het niet meer moge
lijk. Hij zakte met de Belg de
Hartog, die amper nog beweging
in zijn pedalen kon krijgen, steeds
verder af en nog voor Valengon,
dus voor dat de werkelijke vijan
digheden 'begonnen, bedroeg de
achterstand van het tweetal 12
minuten. De Hartog had zelfs de
kracht niet meer om Stevens aan
de leiding af te lossen. Op dat
moment wisten we dat het in dit
deel wel afgelopen was. De hoofd
mars marcheerde immers in zul
ke strakke pas verder dat 't tijd
schema al lang niet meer klopte.
Een kwartier vroeger dan ver
wacht was, stormden we door
Alengon.
Audaire verstandiger
En nu volgen we het achttal
leiders verder op weg naar Le
Mans. Veertig kilometer hadden
ze samen de last van de harde
temporit gedragen, toen een van
hen met een lekke band aan de
kant van de weg kwam te staan.
Het was Armand Audaire, Robics
teamgenoot en tegelijk rivaal (dat
zijn zo van die dingen, die in de
Franse Tourequipe mogelijk zijn)
Wel, Audaire repareerde als een
razende zijn fiets, was er binnen
de minuut mee klaar en zette
daarop de jacht in op zijn in
middels voortgesnelde makkers.
Maar de wind blies over dit vlak
ke landschap weer uit de ver
keerde hoek. Even vruchteloos als
het zwoegen \ran Nolteri daags te
voren, was de achtervolging van
Audaire. Alleen was hij verstan
diger dan de Limburger. De Tour
duurt nog enige weken en waar
om in een nutteloze jacht kost
bare krachten verspillen? Deze
Fransman liet zich netjes terug
inlopen door. Wagtmans, die
in gezelschap van Anzile, Meu-
bier. Walkowiak en Rotta het
hazenpad had gekozen.
Ging Wout een poging onder
nemen om de gele trui te be
machtigen? Klaarblijkelijk voelde
Hassenforder dit gevaar en dus
zette hij met Schaer de Breda-
naar achterna. 25 km voor de fi
nish was de hoofdmacht weer
aaneengesloten. Op een kwartier
volgde de groep Nolten, een dik
ke vijftien minuten daarachter
volgden Stevens en De Hertog.
Drie minuten voor de hoofd
macht uit stormde de groen Van
BreenenVan Geneugden voort.
Als ze die voorsprong konden
behouden tot het bekende auto
mobiel-circuit van Le Mans was
Er kwam dus een derde Tour de France! Maar Des-
grange ging nu meer rekening houden met de athleet in
de wielrenner. Het beulenwerk van zes enorme ritten was
de eerste twee jaar in het voordeel geweest van de zwoe
gers. Voortaan zouden ook de renners, die vooral soepel
heid als voornaamste kwaliteit telden, een kans moeten
krijgen om hun naam te schrijven op de erelijst van het
sportevenement, dat reeds in het buitenland belangstelling
begon te trekken.
In 1908 schreef Henri Desgrange zijn zesde Tour de
France uit. Behalve Fransen waren er nu ook Belgen van
de partij en eveneens de vermaarde Luxemburger Faber.
Van nationale ploegen was echter in de verste verte nog
geen sprake. De fabrieken, Alcyon, Peugeot, Automoto.
La Franqaise, enz., stelden de equipes samen, wezen een
kopman aan en de rest van de ploeg moest zich onvoor
waardelijk in zijn dienst stellen. In feite ging de strijd
dus tussen enkele kopstukken en in 1908 waren dat Petit-
Breton, de winnaar van 1907, en Franz Faber. Enkele
maanden vóór deze Tour was Pottier, die in de eerste
Ronden van Frankrijk een grote rol had gespeeld, op zeer
trieste ivijze aan zijn eind gekomen
Faber was een zeer merk
waardige klimmer in die Tom-
van 1908. Hij was sterk als een
leeuw, maar aan de voet van
elke berg leek het of zijn be
nen plots werden afgesneden.
Dan klom hij naar boven op
zo'n stuntelige wijze en hij
moest zo dikwijls afstappen om
zjjn zware fiets aan de hand
te duwen dat wel dertig ren
ners hem voorbij gingen vóór
hij op de top was. Maar als hij
eenmaal een berg had geno
men, dan vlóóg hij gewoonweg
tegen de volgende op. En toen
dan ook in een der etappes
dx-ie bergen moesten bestegen
worden (Desgrange had de
Tour weer wat zwaarder ge
maakt!) verloor de Luxembur
ger, die, kopman van een Fran
se fabrieksploeg was, alle con
tact met zijn tegenstanders.
Tot hun grote verbazing ech
ter reed hij hen op de helling
van de tweede berg als een
razende voorbij en bij de over
tocht van de derde pas telde hij
vele minuten voorsprong.
Vier etappes won Faber,
maar het was toch niet vol
doende voor de eindoverwin
ning. Die ging opnieuw naar
de fameuze Petit-Breton, die
een gemiddelde snelheid haal
de van 28 km. 740 m„ de hoog
ste, die tot nu toe ooit in de
Tour bereikt was!
Van Hauwaert
De zevende Tour de France,
die van 1909, trok nog grotere
belangstelling dan die der
voorgaande jaren. In het bui
tenland ging men zich zelfs
speciaal op de Ronde voorbe
reiden, met name in Luxem
burg en België. En de eerste
etappe weer al uit dat het met
de Franse opperheerschappij in
de course van L'Auto afgelo
pen was. Want die rit werd
gewonnen door een Belg: Cy-
riel van Hauwaert! Hij is later
een bekend fabrikant gewor
den en nóg siert zijn naam de
trui van menige Belgische
coureur.
Van Hauwaert was de eerste
van het beroemde geslacht der
„Flandriens", de Vlaamse ren
nersclub, die onder leiding van
mijn vriend Karei van Wynen-
daele, de strijd aanbond met
elke willekeurige coalitie. Tot
in Amerika toe hebben deze
coureurs de roem van de
Vlaamse wielrenner verbreid
Cyriel van Hauwaert. Hij
was zo'n ijzersterke kerel, dat
hij zich twee jaar tevoren op
zijn eentje waagde in Parijs-
Roubaix tegen een sterk veld
van Franse kopstukken met
gangmakers. Datzelfde jaar
reed hij Bordeaux-Parijs, waar
in hij zich de naam verwierf:
„L'homme de la boue, de man
die door het slijk ploetert"!
Maar hij zegevierde in deze
monsterrace en van zijn over
winning heeft Karei van Wy-
nendaele eens geschreven, dat
ze het uitgangspunt is geweest
van het opleven der wieler
sport in Vlaanderen.
Wel, Van Hauwaert begon
dus in 1909 met de eerste etap
pe van de Tour de France op
zijn naam te schrijven. Toch
kon hij het niet bolwerken te
gen Faber, die een versnelling
op zijn fiets had om bang van
te worden!
Geen enkele andere renner
zou een dergelijk „verzet" heb
ben kunnen hanteren! Maar
Faber? Hij kreeg in de tweede
etappe een lekke band. Zin
gend begon hij zijn fiets te re
pareren. Het werkje kostte
hem een half uur en toch
won hij met 30 sec. voorsprong
de rit!
De „man met het grote mes"
nam ook de eerste plaats in
van het eindklassement. Van
Hauwaert, die het met zijn hel
pers niet te best had getroffen,
eindigde op de vijfde plaats.
Over de Aubisque!
In 1910 verzwaarde Des
grange de Tour opnieuw.
Maanden vóór de start had het
met schreeuwende koppen in
L'Auto gestaan: „De ,Tour de
France gaat dit jaar over de
Pyreneeën!"
Aanvankelijk protesteerden
de fabrieken. Desgrange moest
nu niet het onmogelijke gaan
vergen van de renners! Waren
de Ballon d'Alsace en de Gran
de Chartreuse niet zwaar ge
noeg?
Maar als Desgrange eenmaal
iets in zijn hoofd had, dan was
er dat met geen voorhamer uit
te krijgen: de Tour ging inder
daad over de Pyreneeën. De
Peyresourde, de Aspin, de
Tourmalet en de Aubisque
kwamen op het programma!
En de directeur-hoofdredacteur
van L'Auto deed slechts één
concessie: in plaats van 14 zou
den de 4600 km. in 15 etappes
moeten worden afgelegd.
J
de zaak bekeken. Op de smalle
racebaan, elf kilometer lang. die
het einde van de etappe vormde,
zouden immers de koplopers
hun voorspring ongetwijfeld con
solideren.
Zo geschiedde het ook. Op de
kaarsrechte baan streden Caput
en Deledda zii aan zij om de
etappezege. maar op het juiste
moment sprong Van Geneugden
langs hen heen en bezorgde zo
doende ook België een eerste
plaats. Van Breenen werd vijf
de, een nieuw goed resultaat
voor de Nederlandse ploeg. De
slimme Adrie Voorting n^eende
zijn equipe ook de dagprijs in
het ploegenkhvsement te kun
nen verschaffen door mee te
gaan met Hein (Luxemburg)
die de laatste kilometers de
grote groep vaarwel had gezegd.
Hij misrekende zich echter, want
Van Geneugden kreeg een
minuut bonificatie en dat was
voldoende om de beloning naar
Silvere Maes' mannen te laten
gaan.
Goede vier minuten na Van
Geneugden kwam de onder aan
voering van Magni staande
hoofdgroep binnen met zes Ne
derlanders. alle kopstukken en
Ledier Hassenforder. Juist op
het moment dat Nolten aan hel
begin van het circuit arriveerde
om nog elf kilometer af te leg
gen. Hij passeerde een en twin
tig minuten na de winnaar de
finish. Ruim tien minuten later
werd de controle gesloten en
toen de duizenden inwoners van
Le Mans de weg naar hun stad
weer waren opgegaan, reden
Stevens en De Hertog het circuit
op. Hun laatste meters van deze
Tour de France.
Uitslag zesde etappe
1. Van Geneugden (Belg.)
5.10.53; 2. Caput (lie de France)
z. t.; 3. Deledda (Fr. Nat.) z. t.;
4. Mahe (Fr. N. West) z. t.; 5.
Van Breenen (Ned.) z. t.; 6.
Bauvin (Fr. N.O. Centr.) z .t.; 7.
Lazarides (Fr. Z.O.) z. t.; 8. Hein
(Lux.) 5.14.06; 9. Adri Voor
ting (Ned.) 5.14.55; 10. Magni
(Ital.) 5.15.06; 11. Geminiani
(Frankrijk) z. t.; 12. Koblet
(Zwits.) z. t.; 13. Robic (Frank
rijk West) z. t.; 14. Schaer
(Zwits.) z. t.
Op de 15e plaats ex aequo met
dezelfde tijd als Magni (5.15.06)
volgde het grote peloton met de
Nederlanders Jansen, Suyker-
buyk, Roks, Van Est, Wagtmans
en Gerrit Voorting. Voorts zaten
in deze groep de Italianen Astrua
en Bartali, de Belgen Impanis,
Van der Stockt, Close en De-
bruyne, de Franse nationalen
Bobet, Lauredi, Teisseire, de re
gionalen Bober, Diot, Renaud,
Anzile, Hassenforder, Meunier,
Audaire en Mallejac.
N o 11 e n kwam in de zesde
etappe als 89 te Le Mans aan in
de tijd van 5.31.00 tezamen met
een dozijn andere renners.
Stevens arriveerde met de
Belg De Hertog bijna een kwar
tier na het sluiten der controle.
In de zesde etappe hebben drie
renners de strijd gestaakt: Gaul
(Lux.), Baffert (Fr. Zuid West)
en Desbats (Fr. Zuid West).
1. Hassenforder (Fr.N.O.Centr.)
33.56.27;
2. Schaer (Zwits.) 33.57.15 op
0.48;
3. Wagtmans (Ned.) 33.58.17
op 1.50;
4. Renaud (He de Fr.) 34.00.45
op 4.18;
5. Roks (Ned.) 34.01.10 op 4.43
6. Bauvin (Fr. N.O.C.) 34.01.55
op 5.28;
7. Meunier (Fr.N.O.C.) 34.01.58
op 5.31;
8. Van Est (Ned.) 34.02.41 op
6.14;
9. Close (Belg.) 34.02.54 op 6.27
10. Robic (Fr. W.) 34.03.15 op
6.48;
11. Ex Aequo Astrua (It.) en An
zile (Fr. N.O.C.) 34.03.15;
13. Ernzer (Lux.) 34.03.20;
14. Gerrit Voorting (Ned.)
34 03 23*
15. Diot '(lie de Fr.) 34.04.22;
16. Mahe (Fr.West) 34.04.36;
17. Lauredi (Fr.) 34.05.03;
18. Caput (lie de France) 34.05.17
19. Impanis Belg.) 34.05.20;
20. Serra (Sp.) 34.05.39;;
27. Van Geneugden (B.) 34.09.07;
28. Ex aequo Bobet (Fr.), Koblet
(Zwits.), Magni (It.) en Bar
tali (It.) 34.09.52;
32. Buchaille (Fr.N.O.C.) 34.10.27
33. Mallejac (Fr. W.) 34.10.28;
45. Van Breenen (Nederl.)
34.14.40;
46. Lazarides (Fr. Z.O.) 34.15.49;
48. Jansen (Ned.) 34.17.13;
61. Adri Voorting (Nederl.)
34.22.58;
65. Suykerbuyk (Nederl.)
34.26.39;
74. Nol ten (Ned.) 34.32.10;
106. en laatste Stevens (Ned.)
35.20.57.
De classificatie van Stevens in
het algemeen klassement is voor
lopig en in afwachting van de be
slissing van de wedstrijdcommis
sarissen.
BWBB?.-. I
'M&i&i "i-a
Nantes: Het Kasteel van Blauwbaard.
IIV September van het jaar
1440 keek Gilles de Laval,
baron de Rais, voor de laat
ste maal door het venster.
Het was een hennepen ven
ster en het is wel bekend,
wat dat doorgaans zeggen
wil. Ook meneer de baron
overleefde het niet en er
ging een zucht van opluch
ting door de hele land
streek: Blauwbaard was
dood.
Er was wel reden tot
vreugde. Zijn kastelen Ma-
checoul en Tiffanges waren
complete martelkamers ge
weest waar hij met een
krankzinnig sadisme alche
mie bedreef, zwarte kunst,
die honderden mensen
levens eiste. Op het ogen
blik zijn het alleen nog
maar bezienswaardigheden
die door de lugubere ge
schiedenissen overigens een
interessanter aspect gekre
gen hebben dan de oude
kastelen, die hoogstens eens
een spook of een gevangen
jonkvrouw geherbergd heb
ben, bezitten.
Nantes zelf bekommert
zich weinig om oude ge-
,sv 'eden i en, want de dag
van vandaag eist haar aan
dacht volledig op. Toch zijn
er in de oude stad nog vele
monumenten die aanleiding
zouden kunnen zijn voor een
mijmering over vervlogen
eeuwen. Maar dat is historie
en Nantes is een welvarende
stad met een drukke han
del. Zij was er toe voorbe
stemd om een rijke koop
mansplaats te worden. Niet
voor niets hadden de stich
ters de monding van de
Loire gekozen als nederzet
ting. En bovendien splitst de
rivier zich daar in de buurt
in enkele niet onbelangrijke
stromen die een heel ach
terland bestrijken.
Nantes was 'n uitgezochte
plaats voor een haven. En
daaraan heeft de stad haar
welvaart dan ook te danken.
Maar in de vorige eeuw
werd de stad plotseling in
haar krachtigste, maar zoals
bleek, ook meest kwetsbare
plaats getroffen. Het zand
kwam. Het slibde tot aan de
kaden en de schepen moes
ten een andere ankerplaats
zoeken. Nantes liet zijn wel
vaart echter niet zonder
meer verzanden. Met enor
me graafmachines werd de
bedding verdiept en ver
zwaard en de haven werd
gered.
Daarna bracht de oorlog
een ramp over deze stad als
over zovele. Zware bommen
vernielden de kaden op vele
plaatsen.
Maar u zult in het haven
kwartier van Nantes geen
puin meer vinden.
Het algemeen ploegenklasse
ment luidt:
1. Frankrijk Noord Oost Cen
traal 101.38.15.
2. Nederland 101.43.36.
3. Frankrijk West 101.47.08.
4. Ile de France 101.52.22.
5. België 101.57.54.
6. Frankrijk 101.58.38.
7. Italië 102.09.24.
8. Zwitserland 102.14.55.
9. Luxemburg 102.26.51.
10. Frankrijk Zuid West
102.29.11.
11. Frankrijk Zuid Oost
102.37.29.
12. Spanje 102.39.51.
Martien van Geneugden heeft
België hoop gegeven. Het werd
Brussel de straten al volkalkten
met vriendelijkheden als „Sylvaer
Maes go home" eens met een
succes voor de dag kwamen in de
Tour.
Dat is dan in de zesde etappe
geschied. Van Geneugden, die
met zijn 21 jaren de benjamin is
van de Flandriens, won de rit
naar Le Mans en vooral in Bel
gisch Limburg zal dat wel fel
bejubeld zijn.
Van Geneugden is volgens de
Belgen geen potentiële Tourwin
naar, maar voor een etappezege
werd hij in de voorbeschouwin
gen van de dagbladen alom ge
tipt. En dat is zo'n wonder niet,
want de jonge prof heeft een
glorieuze staat van dienst achter
zich en men weet nu eenmaal
dat hij eer- en heerszuchtig is.
Van Geneugden maakte in 1946
zijn debuut bij de nieuwelingen
en won zijn twee eerste wedstrij
den. In 1947 werden dat 5 over
winningen, in 1948: 24 overwin
ningen en in 1949: 33 overwinnin
gen. Tegen het einde van het sei
zoen zwaaide hij over naar de
amateurs en won prompt drie
wedstrijden. 1950 was zijn 'grote
seizoen met 18 overwinningen,
waaronder het kampioenschap
van Limburg en dat van België.
Ook in 1951 en 1952 (het jaar
waarin hij prof werd) stond zijn
naam meermalen bovenaan bij
de uitslagen.
De Belgische sportpers, die bjj
tijd en wijle onvriendelijke din
gen over de explosies van Van
Geneugden debiteert, weet dat hij
niet alleen een fel coureur is,
maar ook de pen weet te hante
ren. Geen opmerking over zijn
persoontje of Martien schrijft een
papier vol geladen proza onder
de aanhef „Geachte redactie...."
DIEPPE
DINSDAG 7 JULI
CAEN
(WOENSDAG 8 ftJU
LE MANSLEE
DONDERDAG 9 JUU fgfc»Y>>
(Van onze parlementaire
„De industrialisatie is
enige motief voor het
van een tweede teclinisi
school. De vorming var
komstige ingenieurs, die
massificatie van Delft ii
drukking dreigt te kome
het wenselijk de hogeri
sche opleiding te spreid
Dit verklaarde de min
Onderwijs, Kunsten en
schappen, mr. Cals, V
middag bij de behande
het wetsontwerp tot het
baar stellen van gelden
voorbereiding van een
Kamer aanvaar
Het wetsontwerp tot
ziging van de gemeente
en randgemeenten is g
dag door de Tweede Ka
58 tegen 26 stemmen j
Vóór stemden Pvd/
CPN, drie leden van
mevrouw Fortanier-de
de heren Oud en Korthi
Tegen A.R., C.H. (me
dering van freule Wttev
Stoetwegen), de Staatku
reformeerden, de heer
(groep Weiter), de rest
VVD en van de KVP,
van Koeverden en de
Rijckevorsel.
De artikelen, die bi
hadden op de instelling
gemeenschapsraad van
waren voordien met 55
stemmen aangenomen.
De heer Schouten (A
klaarde vóór de einds
dat de zijns inziens niet
vaardigen opheffing va:
het ernstigste bezwaar is
fractie. Minister Beel we:
loop van vele kanten
gewenst.
VRIJDAG 10 JUI
HILVERSUM I
7.00—24.00 NCRV
NCRV: 7.00 Nieuws; 7.11
7.15 Gym; 7.30 Gram.; 1
woord voor de dag; 8.00
weerber.; 8.18 Gewijde n
Gram.; 9.00 Voor de ziel
Voor de vrouw; 9.35 Gra
Morgendienst; 11.00
piano; 11.30 Gram.; 12.3
en tuinb.meded.; 12.33
12.59 Klokgelui; 13.00
13.15 Vocaal ens.; 13.45
15.15 Voordr.; 15.35 Gra:
Tuinb.praatje; 16.15 Altvi
rinet en piano: 16.40 Gra
Idem; 17.30 Mil. vraaf
17.40 Gram.; 17.45 Frie.
18.00 Gram.; 18.30 Ka
strijkkwart. en orgel
Nieuws en weerber.; 19.:
ringsuitz.: „Verklaring en
ting"; 19.30 Gram.; 20.01
krant; 20.20 Vocaal ens. i
21.00 „De Tognetti's
hoorspel; 21.35 Gram.; 21
en piano; 22.00 Holland
..Collegium Musicum li
22.45 Avondoverdenkins
Nieuws en SOS-ber.; 2!
Evangelie in Esperanto
24.00 Gram.
HILVERSUM II
7.00 VARA: 10.00
10 20 VARA; 12.0i
16 00 VARA; 19.3(
21.00 VARA; 22.4(
23.00—24.00 VAR,
VARA: 7.00 Nieuws; 7.1!
8.00 Nieuws; 8.18 Gram.; f
de huisvrouw; 9.00 Gvn
Gram.; 9.35 Waterst.; 9.40
kleuters; VPRO: 10.00 ,1
en mensen", causerie; 10
genwijding; VARA: 10.2
en zang; 10.50 Radiofe
11.10 Gram.; AVRO: 12j
piano's; 12.30 Land- en
mededelingen; 12.33 Spor
12.48 Gram.; 13.00 Nieuv
Meded. of gram.; 13.20 M
orkest: 14.00 Kookkunst
Israëlische liederen; 14.5C
15.10 Kamermuz.; 15.30
VARA: (16.00—18.00 Roi
Frankrijk); 16.00 Orgelsp
Muz. causerie: 17.10 Voor
deren: 17.40 Gram.; 18.00
18.15 Felicitaties; 18.45 In
van het Congres van he
Verbond v. Vrije Vakvi
gen; 19.00 Gemengd koi
Pianospel; VPRO: 19.30
bezoek"; 19.45 „Op be;
anderen", causerie: 20.00
20.05 Boekbespreking; 20.
drachten met piano: 20.
Verenigde Naties", caus.
Aanpassing", caus.: VAD
Cabaret: 21.30 ..Het le
toapt"; 21.50 Ronde van I
22.00 Lichte muziek: 22
tenl. overzicht: VPRO
„Vandaag", caus.; 22.45
wijding: VARA: 23.00
23.15 Rep.; 23.25—24.00
VRIJDAG 10 JULI
NCRV 20.15—21.45
1. Journaal
2. Weerbericht
3. Dwars door Europa,
slag
Pauze
4. „Van stokpaardjes en
len"
5. Dagsluiting