Loon- en inkomstenbelasting over de
hele lijn verlaagd
Ingrijpende correctie
aoor regering
Consumptiebeperking
wordt teniet gedaan
Regering komt financieel tegemoet
aan Indische oorlogslachtoffers
NIEUW BELASTINGTARIEF
Regeringsantwoord
in zeven punten
T egemoetkoming
aan middengroepen
VOOR FISCUS BIJNA 5 MILLIARD
Voorstellen van de C.A.B. nagenoeg
geheel overgenomen
5
6
Nieuws van Justitie
Te zwaar belast
Grens van f 10.000
verlaagd
aa„™.S\,ÏLStrfrrlS°?rve^ldbedr3g de
Directe verlaging nodig
Geen verlaging
vereveningsheffing
Binnenlandse Zaken
in vogelvlucht
Wederopbouw in een flits
Begrotingsallerlei
Oorlog en Marine
COMPENSATIE EN HUURVERHOGING
Verhoging van sociale
uitkeringen en
pensioenen
De regering heeft tegelijk met de Mil-
lioenennota geantwoord op de vragen, die
de Tweede Kamer heeft gesteld naar aan
leiding van de wetsontwerpen tot verho
ging van de huren en de daarmede ver
band houdende compensatievoorstellen. In
het kort komt het antwoord van de rege
ring neer op:
1 Verdergaande verlichting van de be
lastingdruk door een verlaging van
het tarief der loon- en inkomstenbelas
ting.
2 De mindere inkomsten aan loon- en
inkomstenbelasting wordt geraamd op
190 millioen gulden.
3 Voorgesteld is een lager tarief van
loonbelasting op tantièmes, gratifica
ties.
4 Ten behoeve van de kleine midden
stand zullen de kosten van nieuwe
machines boven ƒ3.000,op inkomsten-
en vennootschapsbelasting in mindering
mogen worden gebracht.
De regering kan niet besluiten tot
vrijstelling van het primair dividend.
De regering staat niet onvoorwaarde
lijk op het standpunt dat naar een
volledige compensatie van de huurverho
ging voor Ioontrekkenden moet worden
gestreefd. Aan door de overheid gepen-
sionneerden en aan degenen, die een uit
kering volgens sociale wetten genieten zal
een compensatie worden gegeven.
7 De regering staat niet afwijzend ten
aanzien van de opheffing van het
consumptie-offer, waarover onderhandeld
wordt in de Stichting van de Arbeid.
Reorganisatie rechtbanken. Nu de reorga-»
nisatie der griffies van de kantongerechten
reeds aanzienlijk gevorderd is, zal worden
overgegaan tot een onderzoek naar de orga
nisatie van de griffies der arrondissements
rechtbanken. Bijzondere aandacht wordt
voorts besteed aan de huisvesting van de
rechterlijke macht.
Onleiding jonge juristen. De minister van
Justitie zal binnenkort aan de Tweede Ka
mer een nota overleggen voor het perso
neelsbeleid bij de rechterlijke macht en het
openbare ministerie. In deze nota zal met
name de vorming en opleiding van ionge
juristen uitvoerig worden behandeld.
Concentratie opleldingscholen. De capaciteit
van de opleidingschool der rijkspolitie te
Nistelrode is niet voldoende om in de ko
mende jaren geheel te voorzien in de be
hoefte aan jong personeel. De maatregelen,
we]ke genomen zullen worden om hierin
verandering te brengen, zullen wellicht een
concentratie inhouden van de kaderoplei-
dingschool en de opleidingschool .der riiks-
^olltie in een. gebouwencomplex.
Scherper toezicht. Het verkeerstoezicht in
het bijzonder op de intercommunale wegen
zal gemtensifeerd worden. Daartoe zullen
enige wijzigingen in de organisatie der ver-
keersgroepen van de rijkspolitie worden
aangebracht.
Hulp aan gedetineerden. Bij gevangenisar-
beid wordt gestreefd naar de invoering van
moderne bedrijfsmethoden om de gedetineer
den bij hun terugkeer in de maatschappij te
helpen. Daartoe zal een aantal vernieuwingen
in het machinepark van enkele strafgestich-
ten worden aangebracht.
Psychopatenzorg. De Tweede Kamer zal
binnenkort in een speciale nota worden voor
gelicht over de problemen rond de psycho
patenzorg. Het gebrek aan asylruimte, waar
aan ondertussen reeds iets is gedaan, vormt
hier de voornaamste zorg.
Betere slaapplaatsen. De rijkspolitie zal niet
meer op oude bedkribben slapen maar op
opklapbare veldbedden. In 1954 zullen hier
van 250 stuks worden aangeschaft met 500
dekens.
Reserve rijkspolitie. De sterkte van de re
serve rijkspolitie bedraagt thans 5010. Ver
wacht wordt dat dit aantal per 1 Januari
1954 ongeveer 6000 man zal bedragen.
Minder gedetineerden. Het aantal gedeti
neerden is gedaald. Voor 1953 werd rekening
gehouden met 7000 gedetineerden maar voor
1954 met 6000 te weten 5350 criminele en
650 politieke gedetineerden.
De loon- en inkomstenbelasting wordt over de hele lijn vrij belangrijk
verlaagd. Het ligt in de bedoeling om deze verlaging in te voeren met
ingang van 1 Januari 1954. Deze verheugende mededeling voor vier
millioen belastingplichtigen doet de regering in de Memorie van Antwoord
op het Voorlopig Verslag van de Tweede Kamer inzake het complex
van maatregelen. Aan de belangrijkste wens, die de Kamer in dat stuk
uitte, is daardoor tegemoetgekomen. Een nieuw desbetreffend wetsont
werp, waarin de reeds voorgestelde verlichtingen aan de voet voor de
kleinere inkomens verwerkt zijn, is tegelijk ingediend. Voor de schatkist
betekent deze gewichtige aanvulling van het complex van maatregelen
een verlies aan belastingopbrengst van 190 millioen per jaar. Het nieuwe
tarief is vooral voor de zogenaamde middengroepen van belang, omdat
in het bijzonder is gedacht aan een verlaging van het percentage, dat
over de laatste toevoeging aan het inkomen wordt geheven. Voor gezinnen
met kinderen is de belastingvermindering relatief iets groter dan voor
de andere groepen van belastingplichtigen. Het bijzonder tarief van de
loonbelasting (op tantièmes, gratificaties) gaat ook enigszins naar be
neden.
In de toelichting op deze aanvulling zegt
de regering, dat inmiddels meer zekerheid
is verkregen over de financiële vooruit
zichten. De in de Millioenennota verstrekte
gegevens tonen aan, dat de budgetaire
vooruitzichten voor '54, op zich zelf gezien,
geen aanleiding geven om tot verdere ver
mindering van de middelen over te gaan.
Daarbij dient echter in aanmerking te wor
den genomen, aldus de regering, dat dit
beeld ongunstig is beïnvloed door een fac
tor van tijdelijke aard, namelijk de lasten
van het herstel van de watersnoodschade,
welke zich slechts uitstrekken over '53 en
'54. Voorts is de monetaire toestand bij
voortduring als gunstig te beschouwen, ter
wijl de betalingsbalans ook gedurende het
voorjaar en de zomer nagenoeg aanhoudend
een overschot vertoont. Na deze factoren
nauwgezet overwogen te hebben is de re
gering tot de slotsom gekomen, dat een
algemene verlichting van de belastingdruk,
een alom levend verlangen, niet langer
mag worden uitgesteld
De regering herinnert in dit verband ook
aan de omstandigheden, die het thans te
wijzigen belastingtarief van '47 noodzakelijk
maakten. Toen moest het er om gaan een
zo hoog mogelijke belastingopbrengst te
krijgen. De middeninkomens leveren een
zeer beduidend deel van die belastingop
brengst en deze moesten dus, om dit doel
te bereiken, zwaer worden belast.
De eis van een zo rechtvaardig mogelijke
verdeling van de zware druk brengt mede,
dat hetgeen toenmaals door het gevaar
voor inflatoire verschijnselen werd ge
rechtvaardigd, wordt herzien, zodra dat ge
vaar verder terugtreedt.
De regering heeft mede in haar overwe
gingen betrokken, dat de loonsverhoging,
die met ingang van het volgend jaar valt
te verwachten, deze druk nog zou doen
toenemen. Buiten deze loonsverhoging val
len uiteraard velen met een particulier pen
sioen, een lijfrente of een klein kapitaaltje.
De thans voorgestelde verlichting kan ook
hen enigszins helpen om de stijging van de
kosten van levensonderhoud op te vangen
Een hoofdklacht van de Tweede Kamer
in het Voorlopig Verslag over het complex
van maatregelen was, dat de middenstand
hiervan slechts in zeer geringe mate zou
De regering heeft b|j de Staten-Generaal een belangrijke verlaging van de loon- en
inkomstenbelasting voorgesteld. Hieronder geven wjj een aantal van de voorgestelde,
nieuwe tarieven van de inkomstenbelasting. Met deze cijfers, die betrekking hebben
op jaarinkomens, kan een indruk gegeven worden op de bedragen der vermindering.
Aan inkomstenbelasting is verschuldigd door personen, vallende in:
Hulp
tabel
Tariefgroep III in geval van kinderaftrek voor
Zuiver
Tarief
Tarief
kind.
1
jaar
groep
groep
Inkomen
I
II
1380
25
1410
30
1 500
45
1 620
65
1 710
81
1 800
98
1 920
121
24
2 010
139
36
2.100
157
48
2 220
182
64
2 310
202
77
2 400
223
90
2 520
251
107
34
2 610
272
120
45
2 700
294
138
56
2 820
325
151
72
2 910
349
165
84
96
3 000
373
180
3 120
405
199
112
3 210
429
213
124
3 300
454
228
137
3 420
487
248
155
3 510
512
263
169
3 600
537
278
183
3 720
571
299
201
3 810
596
314
215
3 900
621
330
229
4 020
656
351
249
4 110
682
367
263
4 200
709
383
277
4 320
745
405
296
4 410
772
421
311
4 500
799
437
325
4 620
835
460
344
4 710
862
477
359
4 800
890
495
374
4 920
928
518
395
5 010
956
536
411
5 160
1004
566
437
5 520
1119
639
503
6 000
1279
741
594
6 480
1446
848
692
7 080
1661
987
822
7 560
1840
1104
930
8 040
2025
1226
1044
8 520
2214
1351
1162
9 000
2410
1482
1284
9 480
2613
1618
1413
10 080
2875
1795
1580
10 560
3091
1942
1720
11 040
3313
2096
1866
11 520
3541
2254
2017
12 000
3775
2418
2174
12 480
4016
2587
2336
12 960
4262
2762
2504
13 560
4576
2988
2721
14 040
4834
3174
2902
14 520
5097
3367
3087
14 880
5298
3514
3230
kind.
kind.
3
kind.
4
kind.
5
kind.
6
kind.
7
kind.
8
kind
9
Aan
vullende
kind. kinder-
10 aftrek
- In geval van kinderaftrek voor meer dan 10 kinde-
ren wordt uit het zuiver inkomen het restinkomen be-
paald. Onder restinkomen wordt verstaan het zuiver
inkomen verminderd met 300 per kind waalvom
- aanspraak op aftrek bestaat.
Aan inkomstenbelasting js in dit geval verschuldigd:
- II, veranderd m!t°Ver he' restinkomen tariefgroep
b. het product van
- I- tA'bestaak T» °P af-
I hef'reaMrS? ™n kinderaftrek bij
- Geen inkomstenbelasting is verschuldigd:
Ie vanVSo'of mtde'ffi"8 "B bala^b^
38 -
72-IIIZZ---
96 26 -
112 34
124 43
136 5J
152 65
165 75
178 85
195 99 27
207 110 33 - - - -
220 121 39
237 137 51
251 149 61
265 161 72
283 177 86
297 189 97 25
321 211 116 36
378 263 161 67
460 335 222 118 27 -
547 410 287 174 75
666 514 378 248 137
765 606 459 320 196 74 -
870 702 548 400 266 131 - 108
982 804 644 484 342 198 69 113
1097 914 744 574 422 270 133 H?
1217 1027 848 669 509 349 205 62 122
1374 1171 985 796 627 457 302 144 - 127
1507 1294 1101 905 726 548 383 216 75 131
1645 1425 1223 1020 831 642 471 296 148 135
1789 1565 1352 1142 943 747 567 387 230 139
19.38 1707 1487 1270 1063 859 668 482 317 143
2093 1854 1628 1404 1188 976 779 581 405 147
2252 2007 1774 1542 1319 1099 894 688 500 150
2463 2204 1965 1722 1490 1261 1047 831 632 154
2636 2369 2124 1873 1633 1397 1175 952 746 157
2815 254.3 2286 2031 1786 1542 1311 1078 864 160
2953 2778 2415 2154 1905 1653 1418 1176 957 162
kunnen profiteren. De thans voorgestelde
wijziging van de inkomstenbelasting, vooral
van belang voor de middeninkomens, komt
aan deze klacht tegemoet, maar ook uit een
andere wijziging blijkt, dat deze klacht bij
de regering gehoor heeft gevonden. Een van
de voorstellen, die de bedoeling heeft om
het investeren, met het oog op de werk
gelegenheid, aantrekkelijker te maken,
schept de mogelijkheid om de kosten van
nieuwe machines e.d., boven de 10.000,
op de inkomsten en vennootschapsbelasting
in mindering te brengen. Om ook de klei
nere bedrijven van deze maatregel te laten
profiteren stelt de regering nu bij nota
van wijziging voor om de minimumgrens
tot 3000.te verlagen.
De regering geeft tevens een nieuwe
omschrijving voor de toepassing van de
desbetreffende bepaling. Niet als bedrijfs
middelen zullen worden beschouwd „voor
werpen van geringe waarde, welker aan
schaffing of voortbrenging gewoonlijk tot
de lopende bedrijfs- of beroepsuitgaven
wordt gerekend". Daardoor is enerzijds, zij
het dan in mindere mate dan volgens de
aanvankelijke opzet, nog rekening gehou
den met de administratieve bezwaren, die
aan de uitvoering van deze maatregel zijn
verbonden, aldus de Memorie van Ant
woord, omdat in ieder geval vermeden
wordt, dat voor onbelangrijke bedragen
moeilijkheden worden geschapen. Ander
zijds schept de nieuwe begrenzing de mo
gelijkheid om deze faciliteit niet alleen in
industriële bedrijven, maar ook in andere
sectoren van het bedrijfsleven toe te pas
sen, in het bijzonder in de middenstands-
bedrijven. Wel wordt het nu nodig de eis
te stellen, dat de betrokkene voor zijn be
drijf of beroep regelmatig boekhoudt met
geregelde jaarlijkse afsluitingen.
Een andere tegemoetkoming van de re
gering aan de wensen van de Kamer be
treft toepassing van de investeringsbijtel-
iing. Deze zal niet meer worden toegepast
indien de vervreemding van het bedrijfs
middel rneer dan 10 jaar na de aanschaf
fing plaats vindt.
Het was kennelijk de P.v.d.A., die er zich
in het Voorlopig Verslag tegen verzette,
dat de belastingverlichtingen ten behoeve
van het bedrijfsleven reeds over '53 zullen
gaan werken. De regering blijft dit echter
noodzakelijk achten. De stimulerende wer
king op de investeringen moet zich zo spoe
dig mogelijk doen gevoelen. Onbillijk ten
opzichte van andere maatregelen acht de
regering zulks ook geenszins. Die maatre
gelen, aldus de Memorie van Antwoord,
hebben betrekking op de huurverhoging,
die ook eerst 1 Januari '54 gaat werken.
In het Voorlopig Verslag waren nog tal
van andere mogelijkheden aan de regering
voorgehouden om het bedrijfsleven tege
moet te komen, maar deze worden in de
Memorie van Antwoord, stuk voor stuk, te
licht bevonden. Van 'n vrijstelling van pri
mair dividend wordt o.m. door de regering
gezegd, dat daardoor het evenwicht tussen
N.V.'s en gewone bedrijven zou worden
verstoord. Een dergelijke maatregel zou lei
den tot een vlucht in de N.V.-vorm. Het
lichter belasten van ingehouden winst kan,
volgens de regering, evenmin het beleggen
in aandelen prikkelen.
Nog onder de werking van de dividend
beperking betoogt de regering thans, dat
een dergelijke maatregel een remmende in
vloed zou uitoefenen op het uitkeren van
dividenden. Ook het aantrekken van buiten
lands kapitaal zou er, in de gedachtengang
van de regering niet door worden bevor
derd. Voor een leniging van de moeilijk
heden van de middenstand acht de regering
(in duizenden guldens).
Omschrijving
Herziene
raming
1953
Raming
1954
I. Kostprijsverhogende belastingen.
a Vereveningsheffing 235.000
b Herkapitalisatie-superdividendbelastingMemorie
Motorrijtuigenbelasting 80.000
i nvoerrechten 400.000
i vccijns op mousserende gegiste dranken 6
i .ccijns op gedistilleerd110.000
l .ccijns op bier J-7.000
1 ccijns op suiker
ccijns op tabak 325.000
i elasting op gouden en zilveren werken
li Omzetbelasting 1-140A00
I 'echten van zegel 35.000
n techten van registratie 4o.000
Totaal 2.482.406
II Belastingen op winst, inkomen en vermogen
a inkomstenbelasting, na aftrek van voorheffingen 1.025.000
b Vermogensbelasting van natuurlijke personen 88.000
c Vennootschapsbelasting
d Loonbelasting 68°.C00
e Dividendbelasting 80.000
f Commissarissenbelasting D-OOO
g Rechten van successie, overgang en schenking85.000
Totaal 2.819.000
Totaal der sub I en II genoemde belastingen5.301.406
Aandeel Gemeentefonds
Aandeel Provinciefonds 33.354
Aandeel Landbouw-Egalisatiefonds8.250
688.764
Ten bate van de Rijksbegroting
een verbetering van het winstbegrip en af
schaffing van de vereveningsheffmg met
de juiste middelen.
Reeds lang werd vermoed, dat de rege
ring de vereveningsheffing vast wilde hou
den in verband met de komende definitieve
ouderdomsverzekering. Dit vermoeden
vindt thans bevestiging in de Memorie van
Antwoord. De regering geeft hierin met
zoveel woorden te kennen, dat zij beslist
afwijzend staat tegenover de suggestie om
de gevolgen van de te verwachten verho
ging van de lonen op te vangen door een
verlaging van de vereveningsheffing. Te
genover de opbrengst van die belasting
kunnen de uitgaven voor een aantal sociale
voorzieningen worden gesteld. De belang
rijkste daarvan vormen wel de uitkeringen
ingevolge de Noodwet-ouderdomsvoorzie
ning.
Het ligt gelijk bekend, aldus de Memorie
van Antwoord, in het voornemen eerlang
de indiening te bevorderen van een wets
voorstel, waarbij deze regeling door een
algemene ouderdomsvoorziening wordt ver
vangen. De premie, die het bedrijfsleven
daarvoor verschuldigd zai zijn, zal worden
gecompenseerd met een verlaging van de
'Vereveningsheffing.
De mogelijkheid om de inkomstenbelas
ting voor ondernemers met een sterk wis
selend inkomen te matigen door deze aan
te slaan naar een gemiddeld inkomen is
door de regering onderzocht, maar onuit
voerbaar gebleken. In 500.000 gevallen zou
een berekening van de heffingsvoet over
enkele jaren moeten plaats vinden. De per
sonele belasting kan, volgens het oordeel
van de regering, niet worden afgeschaft.
O.m. zou daardoor voor vele kleinere ge
meenten een belangrijke bron van inkom
sten verloren gaan. De aangevochten pro
gressie in de Vennootschapsbelasting wordt
met verschillende argumenten verdedigd.
Dit oplopend tarief zou vooral voor kleinere
en nieuwe bedrijven van belang zijn.
Ambtenaren. De bepalingen betreffende de
aanstelling en indiensttreding van ambtena
ren zullen opnieuw worden geregeld. Tevens
zal een regeling worden ingevoerd voor de
overgang uit de eontractdienst naar de pu
bliekrechtelijke dienst.
Wijziging pensioenwet. De voorstellen tot
wijziging van de pensioenwet 1920 voor amb
tenaren zal binnenkort bij de Staten-Gene
raal» worden ingediend.
Arbeidscontractanten. De verhouding tussen
de aantallen arbeidscontractanten en de in
ambtelijke dienst aangestelden zal ingrijpend
in gunstige zin worden gewijzigd. Het kabi
net heeft hier onlangs een principiële beslis
sing over genomen.
B.B. Voor de Bescherming Bevolking is
voor de jaren 1951 tot en met 1954 in totaal
negentig millioen gulden beschikbaar ge
steld. Van dit bedrag is door de Staten-
Generaal reeds 89.999.900 gulden gevoteerd
zodat er voor het komende jaar nog slechts
honderd gulden overblijft. Gelukkig voor de
B.B. is van de genoteerde gelden niet alles
opgenomen. Met de uit vorige jaren over
gespaarde begrotingsposten kan de B.B. toch
nog over ruim vijf millioen beschikken.
4.612.642
250.000
Memorie
85.000
400.000
7
110.000
17.000
60.000
340.000
1.140.000
37.000
47.000
2.486.007
940.000
90.000
825.000
630.000
80.000
11.000
85.000
2.661.000
5.147.007
624.488
32.185
8.250
664.923
4.482.084
Woningwetwoningen. In 1952 zijn 30.000
woningwetwoningen gereedgekomen. Voor
1953 wordt dit aantal geraamd op 45.000.
Krotopruiming. Vopr 1954 is 600.000 gulden
uitgetrokken als bescheiden begin in dé bij
dragen voor de krotopruiming en sanering.
Van dit bedrag zal de helft worden bestemd
voor het verlenen van tegemoetkomingen in
ie huur aan bewoners van krotten, die ge-
loodzaakt worden deze krotten te verlaten
•n duurdere woningen te betrekken. De an-
'ere helft gaat naar de gemeenten als bij
lrage in het te verwachten verlies bij de
itvoering van saneringsplannen,
nkers. Voor 1954 zal vier millioen extra
vorden uitgetrokken in verband met de
'oorgenomen versnelde ruimingen van zich
n zeedijken en zeeweringen bevindende bun-
ters, waarvan bij de watersnood is geble
ken, dat zij een gevaar voor een hechte
vaterkering opleveren.
'zenbouw rampgebied. Herstel en her
bouw van de in het rampgebied beschadigde
of vernielde woningen zal in 1954 een be
drag van vijftig millioen vergen.
Militaire productie. Uit de tegen^aardegel-
den zal een bedrag van 13,2 millioen wor
den bestemd voor de financiering van de
bouw van 5—14 straaljagerstrainers en 82
millioen voor de bouw van dagjagers. De
resterende tegenwaardegelden ad 235.5 mil
lioen denkt men te gebruiken voor de aan
schaffing van nachtjagers, vuurleidingsappa
raten en verbindingsmiddelen.
Verviervoudigd. Medio 1947 telde het leger
1375 beroepsofficieren en 3500 beroepsonder
officieren. Thans zijn deze aantallen 5740 en
14500. Dit betekent dus een verviervoudiging
in zeven jaren.
Pensioen reserve-officieren. Een ontwerp
van wet inzake de pensionering van reserve
officieren zal binnenkort aan de Staten-
Generaal worden aangeboden.
Weinig zijn uitverkoren. Van de 407 can
didates die dit jaar voor de selectiecom
missie van de Koninklijke Militaire Acade
mie zijn verschenen zijn er tenslotte 170
toegelaten. Dat was 20 meer dan in 1952.
Lichting 1954. Voor de lichting 1954 zijn
82.000 dienstplichtigen ingeschreven. Van hen
werden er 17.000 afgekeurd bij de keuring.
Van de goedgekeurden zal ongeveer 8
vrijstelling krijgen.
Schilloon. Het leger betaalt per jaar 800.000
aan de vrouwen die in de kazernes de aard
appels voor de soldaten jassen.
Begrafeniskosten. De post begrafeniskosten
op de begroting van de luchtmacht is van
42.400 tot 68.200 gulden verhoogd in verband
met de grotere sterkte aan Elitair personeel.
Nieuwe schepen. De beid»3 nieuwe kruisers
zullen dit jaar nog in dienst worden ge
steld De schepen zullen in 1954 enige maan
den in de vaart zijn. Na de eerste vaar-
oeriode zal apparatuur, welke niet tijdig ge
reed kon komen, aan boord worden gemon
teerd. De eerste twee onderzeeboot jagers
zullen in 1954 in dienst worden gesteld.
U*fc de vaart. Omstreeks 1955 zullen Hr. Ms
Tromp en Hr. Ms Jacob van Heemskerck
uit de operatieve sterkte worden afgevoerd.
Tn de vaart. Hr. Ms. vliegkampschip ..Karei
Doorman" zal tegen het einde van dit jaar
weer in de vaart worden gebracht en in 1954
in de vaart worden gehouden. In 1955 zal
het schm zo gemoderniseerd worden, dat
ook geallieerde onderzeebootbestrijdings- en
gevechtsvliegtuigen van het dek van het
schip kunnen starten. Deze modernisering
zal ongeveer 11 millioen gulden kosten.
Tweede startbaan. De tweede startbaan op
het vliegveld Valkenburg zal dit jaar nog
gereed komen.
De Kpov is klaar. Het marineluchttechni-
sche bedrijf op het vroegere vliegkamp „De
Koov" zal tegen het eind van dit iaar vol
tooid zijn.
Marinehaven. De werkzaamheden aan de
nieuwe marinehaven in Den Helder vorde
ren zodanig, dat deze in 1954 ligplaats kan
bieden aan de kruisers en jagers welke dan
gereed gekomen zijn. benevens aan een deel
der te Den Helder gestationeerde vloot.
valkenburg krijgt comfort. Op het vliegveld
Valkenburg zullen een eetzaal, kombuis en
carttme worden gebouwd, kosten 7,5 ton.
^'sen beroepspolitie. Een algemene maat
regel van bestuur inzake de bevorderings-
en bekwaamheidseisen voor de beroepsnoli-
lie, zomede een regeling van de geneeskun
dige verzorging van gepensionneerde politie
ambtenaren en hun gezinnen is in voorbe»
reiding.
uvakingskernen. Er kan een nieuwe rege
ling worden verwacht ter vervanging van
het besluit reserve-, rijks- en gemeente
politie. Dit is mede nodig met het oog op
het oprichten van bewakingskernen.
'leer bewakers. Met de bewaking van ge
vangenissen en dergelijke wordt in 1954 een
bewakingscorps van 3252 man belast, het
geen vergeleken met 1953 een vermeerdering
met 168 man betekent. Deze vermeerdering
is een gevolg van de instelling van een bui
tenbewaking bij de maximaal beveiligde ge
stichten en de strafgevangenis Nieuw-Vosse-
veld te Vught en van een uitbreiding van de
bewaking bij niet-maximaal beveiligde straf-
gestichten.
In het Voorlopig Verslag, dat de Tweede
Kamer over het complex van maatregelen
uitbracht, werd algemeen om een verder
gaande compensatie voor de huurverhoging
gevraagd. In de Memorie van Antwoord
zegt de regering dat zij het standpunt, dat
in beginsel naar een volledige compensatie
voor allen moet worden gestreefd, niet
onvoorwaardelijk kan delen. Elke stijging
van de kosten van levensonderhoud, welke
voortvloeit uit een soepeler beleid op het
stuk van de beheersing van de prijzen,
kan niet voor rekening van de staat ko
men. Voor de ioontrekkenden zal vooral
van belang zijn hoe in dit verband de
onderhandelingen in de Stichting van de
Arbeid zullen verlopen en waarbij ook de
opheffing van de consumptiebeperking in
overweging is. De regering verwijst dan
ook naar dit overleg en zegt al van haar
kant, dat zü tegenover voorstellen om het
consumptie-offer bij deze gelegenheid on
gedaan te maken, niet afwijzend zal staan.
Het overleg met de ambtenarenorgani-
saties zal worden geopend in aansluiting
op het overleg binnen de Stichting van de
Arbeid. Deze mededeling is duidelijk. De
hoogte van die loonronde moet eerst be
kend zijn vóór de regering deze ook voor
het overheidspersoneel kan effectueren.
Omtrent een eventuele verhoging van de
De regering is bereid de in het rapport van de Commissie Achterstallige Betalingen
vervatte voorstellen nagenoeg geheel over te nemen. Dit blijkt uit een wetsontwerp,
dat vandaag bij de ^Staten-Generaal is ingediend. De door de C.A.B. opgestelde ramin
gen wijken echter in enkele opzichten af van die der regering. Naar de stellige over
tuiging van de regering is zij met de vervatte voorstellen, waarmede een bedrag van
185 millioen gemoeid is, tot de uiterste limiet, waartoe zij in redelijkheid zou kunnen
worden verplicht, gegaan.
De regering ste^t voor de betaling van
rehabilitatie-uitkeringen aan particuliere
werknemers in de weinige gevallen waarin
geen betaling van de werkgever kon wor
den verkregen. Verder de betaling van
rehabilitatie-uitkeringen aan overheids
dienaren, voorzover deze nog niet hebben
plaats gehad volgens een bepaalde maat
staf. Binnen enkele begrenzingen zullen
voor rekening van het rijk kunnen de lasten
der ouderdomsvoorziening voor particuliere
werknemers en zelfstandigen. Voor reke
ning van het rijk zal ook komen een bedrag
voor verdere rehabilitatie van de categorie
zelfstandigen en een bedrag ter toekenning
van initiële en eerste deel slotrehabilitatie.
uitkering aan die overheidsdienaren, die
naast hun pensioen nog ambtelijk salaris
genoten voor werkzaamheden van niet af
lopende aard en over dit salaris rehabili
tatiegerechtigd waren totdat hun dit recht
met terugwerkende kracht werd ontnomen.
De regering stelt voor aan hen wier
backpay-pensioen in Nederland is uitge
keerd door een der- daartoe aangewezen
overheidsorganen, voorzover deze uitkering
niet a pari is geschied, dan wel alsnog in
Nederland door een dezer organen niet
a pari zal worden uitgekeerd, een aanvul
lende uitkering te geven, waardoor het
totale pensioen alsnog op pari-basis wordt
gebracht. Hierbij zal de waarde van de tot
betaling gestrekt hebbende 3 procent obli
gaties der Republiek Indonesië in aftrek
worden gebracht, onderscheidelijk over
dracht van deze papieren aan Nederland
mogelijk worden gemaakt. Overeenkomstig
de taxatie van de C.A.B. raamt de regering
de kosten van deze maatregel op 4.500.000
Delegatieschulden
De regering stelt de vergoeding voor van
delegatieschulden over de periode der
Japanse bezetting met de volgende beper
kingen:
De beperking voortvloeiende uit de vast
gestelde maxima voor bepaalde delegatie-
begunstigden, uitsluiting van vergoeding
aan die particuliere werknemers, die na de
oorlog van hun werkgever integrale be
taling hebben ontvangen; en van die ge
wezen overheidsdienaren wier overheids
inkomsten op 1 Mei 1940 in hoofdzaak uit
pensioen bestonden en voorzover zij dit
pensioen over de oorlogsperiode hebben
uitbetaald gekregen.
Uitsluiting van vergoeding van dat ge
deelte der delegatieschulden dat door de
werkgever voor zijn rekening is genomen.
Materiële oorlogschade
De regering is bereid aan de Indische
oorlogslachtoffers, voorzover dezen zich
duurzaam in Nederland hebben gevestigd
en op 1 Januari 1953 hier te lande woon
achtig waren een tegemoetkoming te ver
strekken in de kosten van wederinrichting.
Deze vergoeding zal variëren van 10 tot
18 maanden salaris, afhankelijk van de
inkomstenklasse waarmede een redelijke
basis voor een sobere wederinrichting
wordt geboden
De regering is tenslotte bereid om in
schrijnende gevallen, waarin zodanige ern
stige materiële schade is geleden, dat als
gevolg daarvan betrokkenen in hun verdere
bestaansmogelijkheden ernstig zijn aange
tast, aan hier te lande gevestigde gedu
peerden de helpende hand te bieden en
voor dit doel een brdrag van ten hoogste
een millioen beschikbaar te stellen.
kinderbijslag en een versterking van de
progres e naar het aantal kinderen, wacht
de regering eveneens in eerste aanleg de
voorstellen van de Stichting van de Arbeid
af.
Onevenredige achteruitgang
Huurbeleid
Bij dat overleg zal zich stellig tevens de
gelegenheid voordoen, aldus de Memorie
van Antwoord, om het vraagstuk van de
onevenredige achterstand der grote gezin
nen, als gevolg van de consumptiebeper
king, en waaromtrent door de regering bij
haar optreden bepaalde toezeggingen zijn
gedaan, tot een oplossing te brengen. Ook
deelt de regeling mede, dat bij haar be
reidheid bestaat om bij het bepalen van
de compensatie voor de huurverhoging
rekening te houden met de in het alge
meen hogere huren, welke door de grote
gezinnen moeten worden betaald.
Met betrekking tot de z.g. „vergeten
groepen" staat de regering op het stand
punt, dat voor degenen, die van rijkswege
pensioen genieten of sociale uitkeringen
ontvangen, een zekere compensatie zal
moeten worden gegeven. Voor andere groe
pen kan de regering een zelfde verant
woordelijkheid niet aanvaarden. Ook in
dit verband wijst zij echter naar de voor
gestelde verlaging van de inkomstenbe
lasting.
Welke maatregelen voor gepensioneer
de rentetrekkers, etc. zullen worden ge
nomen, kan in de Memorie van Antwoord
nog niet exact .vorden medegedeeld. Ook
hierbij speelt het accoord, dat in de Stich
ting van de Arbeid moet worden bereikt,
een rol. De renten voor personen beneden
de 65 jaar, krachtens de Invaliditeitswet,
en de- Ongevallenwet, zullen moeten wor
den verhoogd Hetzelfde geldt voor de
uitkeringen krachtens de noodwet-ouder
dom :iening. De kinderbijslagen voor
rentetrekkers en kleine zelfstandigen zul
len in samenhang met de wijziging van de
Kinderbijslagwet worden herzien. Voorts
wordt overwogen een verhoging van de lo
pende uitkeringen krachtens de Ziektewet,
de Ongevallenwetten en de Werkloosheids
wet. Tenslotte wordt voor de van over
heidswege gepensionneerden een vorm van
compensatie gezocht, die afgestemd is op
de wijze, waarop deze pensioenen worden
vastgesteld. Wat dit alles aan de schatkist
zal kosten, kan uiteraard eerst worden
medegedeeld als het overleg binnen de ge
noemde colleges is beëindigd.
„Geen van beiden hebben recht"
Over de huurverhoging zelf zegt de re
gering, dat de huidige huren met 130 pCt
zouden moeten verhoogd om op grond
van de huidige bouwkosten tot „een renda
bel huurpeil" te kunnen komen. Maar het
is niet mogelijk om vast te stellen hoe de
bouwkosten zich in de naaste toekomst
zullen ontwikkelen. Er van uitgaande dat
de arbeidslonen nominaal niet zullen da
len, lijkt het niet onwaarschijnlijk aan te
nemen dat een rendabele huur lager zal
komen te liggen dan 200 pet van het peil
van '40. Het lijkt de regering geenszins
wenselijk om met wettelijke huurverho
gingen zo ver te gaan, dat een theoretisch
gemiddeld marktevenwicht wordt bena
derd. Zij sluit intussen niet uit, dat nog
een wettelijke huurverhoging noodzakelijk
zal zijn. De huren kunnen eerst worden
vrijgelaten als het woningtekort is aange
vuld. De hoogte van de thans voorgestelde
verhoging kon de regering niet los zien
van de beperkte compensatie-mogelijkhe
den. Ook de doorwerking van de compen
satie in het kostenpeil speelt een rol.