grond
DEENGEL
In de ontoegankelijkheid van het Noordelijk
her gland leeft het Geloof der Vaderen
Belangstelling voor onderwijs
komt langzaam op
Onwaardeerbaar bezit
Visserij-nota
op komst
Schietgaten-vestingtorens
Missionarissen
worden verdreven
Mgr Op de Coul bepleit rust en
continuïteit in vernieuwing
In Indonesië
werkt men weer
Voor Betsy en Paul zijn nu
de trouwkaarten de deur uit
Heilige Sclirif t en Hijbelse Geschiedenis
Pagina 8
Zaterdag 19 September 1953
ALBANIËomstreden
LONDEN. In geen land achter het IJzeren Gordijn met uitzondering wellicht van Litauen is de Katholieke Kerk
meedogenlozer vervolgd dan in Albanië, waar het Katholicisme tot op de tijden der Apostelen teruggaat. Reeds in 387
wordt Skutari als aartsbisdom vermeld. Ondanks deze vervolging leidt de Kerk er een zeer krachtig leven, dank zij de
toewijding en trouw van de kleine Katholieke minderheid. Officieel heeft de Katholieke Kerk in Albanië opgehouden te
bestaan. Er is nog één bisschop in leven, doch het is hem niet toegestaan zijn ambt uit te oefenen.
De kloosterorden zijn alle onderdrukt en hun bezittingen geconfis-
keerd Katholieke scholen, dag- of weekbladen bestaan niet meer.
De Katholieke Actie is onwettig verklaard en priesters, zusters en
broeders zijn in grote getale gedood, gevangen genomen of uit het
land verbannen. Ieder denkbaar wapen van terreur en vreesaanjaging
hebben de communisten gebruikt om het Katholicisme in Albanië
uit te roeien. Dat deze pogingen schipbreuk hebben geleden is te
danken aan de taaie vasthoudendheid en de moed van de Katholieken
in dit bergland, strategisch gelegen aan de Zuid-Oost kust van de
Adriatische Zee.
De Albaanse Katholieken in
getal weinig meer dan 150.000 op
de 1.000.000 inwoners, behoren tot
de stam der Gegen en wonen
hoofdzakelijk in de meest ontoe
gankelijke delen van het Noorde
lijke bergland.
De Christelijke Gegen in het
Noorden zijn grotendeels Katho
liek in tegenstelling tot de Tosken
in het Zuiden, die tot de Albanese
Orthodoxe Kerk behoren, welke
vijf jaar geleden de jurisdictie
van de Patriarch van Moskou der
Russisch Orthodoxe Kerk hebben
aanvaard. Geheel afgesloten van
Rome en van ieder contact met
het Westen vormen de Gegen
thans wel de geïsoleerdste groep
Katholieken ter wereld.
Onverbiddelijke tegenstand
Niettemin sijpelen nog steeds
genoeg berichten door van achter
het IJzeren Gordijn om de zeker
heid te geven, dat deze Gegen
onverbiddelijke tegenstand bieden
tegen de communistische pogingen
hen van him Katholieke overtui
ging te beroven. Volgens deze be
richten moeten de betrekkelijk
weinige nog actief werkende
priesters hun arbeid onder de
grootste geheimhouding verrich
ten. Doch waar zij ook de H. Mis
opdragen of andere godsdienstige
In rood-China
HONG-KONG, 18 Sept. 1953
(K.N.P.) Een en tachtig Ka
tholieke missionarissen zijn in de
maand Augustus uit communis
tisch China verdreven het
hoogste aantal per maand tot
dusverre van dit jaar.
De sterke toenemingen van het
aantal uitwijzingen doen Katho
lieke kerkelijke kringen te Hong-
Kong verwachten, dat de commu
nisten er naar streven voor het
einde van het jaar zo goed als
alle buitenlandse missionarissen
uit China te verdrijven. Op het
ogenblik bevinden zich nog 442
buitenlandse missionarissen in
het rode gebied.
Onder de uitgedrevenen bevon
den zich drie Belgische Scheutis-
ten uit het aartsbisdom Soeiyuan,
de paters A. Jamart, F. Peeters
en C. de Schutter. Zij deelden
mede, dat de Chinese aartsbis
schop Mgr Toro Wang en 41 Chi
nese priesters 't apostolaatswerk
voortzetten onder moeilijke om
standigheden. Vier dezer pries
ters zijn in de gevangenis wegens
het bevorderen van het Legioen
van Maria, de Katholieke Actie-
vorm in dit gebied. Drie anderen
waren pas uit de gevangenis ont
slagen, maar waren totaal ge
broken door de ontberingen, on
dergaan tijdens hun gevangen
schap.
plechtigheden leiden, overal blijkt
uit de vurigheid, ijver en toewij
ding, dat wie het Katholicisme in
Albanië zou willen uitroeien,
moet beginnen met alle Gegen
om het leven te brengen. Niet alle
Gegen zijn Katholiek, maar wel
behoren alle Katholieken tot de
stam Gegen. De niet-Katholieke
Gegen echter geven loyale steun
aan hun stamgenoten. Het Katho
licisme blijft ook van leidingge
vende invloed op alle zaken, die
de stam der Gegen betreffen. De
vervolging der Katholieken in Al
banië kan naar de opvatting
der communisten zelfs niet tij
delijk worden' afgezwakt, omdat
zij nauw samenhangt met de te
genstelling tussen de stammen.
Minister-President Enver Hoxha,
hoofd van het communistische re
gime, behoort tot de Tosken, van
welke Zuidelijke stam het grootste
deel Mohammedanen en de rest
Oosters-Orthodox zijn.
Nationale Kerk een fiasco
Omdat hij de Gegen onmogelijk
kon uitroeien trachtte Hoxha
enige jaren geleden een Schisma
tieke „Albanese Katholieke Kerk"
te stichten. Deze strategie slaagde
er echter niet in aan de Gegen
hun trouw jegens de H. Stoel te
ontnemen. Hun enige reactie was
een duidelijke verachting voor
iedere poging hen een „Kerk"
binnen te loodsen, die met han
den en voeten aan de communis
tische regering gebonden zou zijn.
Door de dood kortgeleden van
Mgr. Nicola Vincenzo Prennushi,
de gevangen aartsbisschop van
Durazzo, is er nog slechts één bis
schop in het land: de 78-jarige
Mgr. Bernardine Shlaku van Pu-
latie, die huisarrest heeft en zijn
residentie te Koder Shen Gjergji
in het Noorden niet mag verlaten.
Twee andere bisschoppen, Mgr.
Fr. Jgini van Alessio en Mgr. G.
Volaj van Sappa zijn door de
roden geëxecuteerd. De zetel van
Scutari staat tenslotte vacant
sinds de natuurlijke dood in 1946
van de aartsbisschop Mgr. Thaci.
Een 50-tal ordesgeestelijken be
vinden zich op het ogenblik nog
op vrije voeten. Van de 200 we
reldgeestelijken toen de commu
nisten aan de macht kwamen is
nog slechts een handvol over.
Dg^e worden bovendien nauwlet
tend in het oog gehouden: zij
mogen niet preken noch gods
dienstonderricht geven. Dit alles
bjjeen plaatst de Katholieke Ge
gen voor de zeer moeilijke taak
onder uitzonderlijk zware om
standigheden het geloof der vade
ren en de Katholieke traditie te
handhaven.
Bolwerk van Christendom
Toch leeft het geloof in Albanië.
In het moeilijk toegankelijke
Noordelijke bergland, waar de
huizen schietgaten bezitten in
plaats van vensters en omringd
zijn van kula's of vestingtorens,
waar iedere man wapens draagt,
verdedigen de Gegen hun over
tuiging tegen het godloze commu
nisme. Zij vinden daartoe de in
spiratie en de moed in het voor
beeld van hun voorouders, die
eeuwenlang de Turkse pogingen
om hen tot het Mohammedanisme
te dwingen weerstonden. In de
14de en 15de eeuw slaagden de
Turken er in het grootste deel
van Albanië Mohammedaans te
maken. Alleen bij de Katholieke
stammen bleef de trouw aan het
Christendom gehandhaafd. Sterk
door deze roemrijke traditie strij
den thans de Gegen om hun gods
dienst gaaf en onaantastbaar te
bewaren tegenover een andere
vijand, die zelfs de naam van God
van deze aarde zou willen uit
wissen.
Er is iets gaande met ons onderwijs en met het lager
onderwijs in het bijzonder. De belangstelling is losgesla
gen en wellicht hier of daar op drift. Aldus Mgr Mr Fr.
Op de Coul, directeur van het Katholiek Centraal Bureau
voor Onderwijs en Opvoeding, in zijn voorwoord op het
Jaarboek 1952 van het onderwijs en de 'opvoeding der
Katholieke jeugd in Nederland, deel II.
Hij ziet in de talrijke publi
caties over de meest uiteenlopen
de onderwerpen het onderwijs
betreffend, een bewijs voor het
feit, dat men in brede kringen
grieven heeft en gaarne ver
andering ziet aangebracht in het
onderwijssysteem. Mgr. Op de
Goul waarschuwt echter tegen de
gedachte, dat de bezwaren voor
namelijk van de zogenaamde out
siders zouden komen.
De structuur
Het tegendeel is waar; juist in
de kringen van degenen, die
hier de grootste verantwoorde
lijkheid dragen, aldus Mgr. Op
de Coul, is men reeds lang op
zoek naar een oplossing voor
datgene, wat als scheef in ons
onderwijs wordt aangevoeld en
met name wordt het vraagstuk
van de structuur aan een diep
gaand onderzoek onderworpen.
Het gaat hierbij over vaak zeer
principiële kwesties en bijna al
tijd over vraagstukken, die zo
innig met elkaar samenhangen,
dat een regeling van de ene sec
tor zonder ingrijpen in andere
niet mogelijk is. Zij raken steeds
het algemeen welzijn en daarom
moet de oplossing gezocht wor
den onafhankelijk van persoon
lijke grieven of belangen.
Dit alles is een werk te moei
zamer. aldus Mgr. Op de Coul,
omdat opvoeding en onderwijs
rust en continuïteit eisen en een
onderbreken van de lijn vaak
grote onzekerheid en onvastheid
bij de leerlingen veroorzaken.
Ook zal men rekening moeten
houden met het historisch ge-
wordene en de economische
mogelijkheden, welke vaak zo
een hinderpaal vormen tot ver
wezenlijking van nieuwe idealen
en ons noodzaken met verbete
ringen van de bestaande instel
lingen genoegen te nemen, waar
vervanging van deze door nieuwe
als meer gewenst wordt gezien.
Met dat alles voor ogen is het
duidelijk, dat lang niet elke
voorgestelde oplossing voor ver
wezenlijking vatbaar is. Niet
temin levert iedere eerlijke in
woord of geschrift geuite belang
stelling voor de oplossing van
onderwijsproblemen, welke thans
zovelen beroeren, een belang
rijke bijdrage in de verheldering
H.M. de Koningin
heeft Donderdagmid
dag op het Kerkplein
te Arnhem, het Na
tionale Oorlogsmonu
ment, vervaardigd
door G. Jacobs van
der Hof, dat de na
gedachtenis ee'rt van
alle geallieerde en
Nederlandse strijd
krachten, burgers en
ondergrondse strij
ders uit de tweede
wereldoorlog, ont
huld. Na de plechtige
onthulling legt H.M.
de Koningin een
krans aan de voet
van het monument.
van het gestelde vraagstuk en zo
tot de uiteindelijke oplossing. Al
zal deze uiteindelijke oplossing
nog veel studie en bezinning en
wijs overleg vorderen, dat wil
niet zeggen, dat er inmiddels
niets gebeurt. Mgr. Op de Coul
wijst op het besluit van het
Hoogwaardig Episcopaat over de
instelling van Oudercomité's; op
de activiteiten van het Paeda-
gogisch Centrum, van het K.O.V.;
op de oprichting1- van een Werk-
centrale voor Studie en Research
voor het Katholiek Onderwijs;
op commissies, welke verschil
lende der boven genoemde
vraagstukken in studie hebben
genomen; op het instituut der
schoolpsychologen, en dat van de
school-sociale werksters, die reeds
op sommige plaatsen zijn inge
schakeld; op de vele experimen
ten, welke er op gericht zijn het
onderwijs beter aan de indivi
duele behoeften en capaciteiten
van de leerlingen aan te passen.
De meer gecompliceerde sa
menhang en de steeds hogere
eisen door de maatschappij ge
steld enerzijds, en de groei der
problemen in omvang en diepte
anderzijds, zo besluit Mgr. Op
de Coul, maken de samenwer
king van allen, die op onder
wijsgebied een taak hebben, tot
een dwingende noodzaak. Studie
en experiment dienen hand in
hand te gaan om het gebouw
van het katholieke onderwijs te
voltooien.
Nationale Novene ter ere
van de kl. H. Theresia
Bij het naderen van de eerste
herfstdagen die voor ons telken
male een beeld zijn van de ver
gankelijkheid van 't leven, gaan
onze gedachten naar de Kleine
Heilige van Lisieux, die in deze
dagen haar korte leven beëindig
de met de woorden: Ik ga mijn
hemel doorbrengen met goed te
doen op aarde".
Door haar grenzenloos Godsver
trouwen is de H. Kl. Theresia
juist de „Heilige" van onze tijd.
kinderlijk eenvoudig volgde zij
de H. Maagd na. De enkele
woorden van Maria: „Zij hebben
geen wijn meer", op de bruiloft
van Cana, waren voldoende om
't eerste wonder van Jezus in
Zijn openbaar leven te verkrij
gen.
Zo ook deed de H. Kl. There
sia en haar vertrouwen, dat een
geloof was in Gods Liefde en
juist daarom zo aangenaam aan
God, werd nooit teleurgesteld.
In welke nood -wij ook verkeren
met welke moeilijkheden en zor
gen wij ook te kampen hebben,
laten ook wij geloven in Gods
Liefde voor ons en vragen wij vol
vertrouwen de H. Kl. Theresia
onze voorspreekster te willen zijn
bij de goede God.
Maar bidden we toch vooral de
grote intenties van de H. Vader,
opdat mede door de voorspraak
van onze lieve Heilige aan alle
volkeren de vrede, en aan de
Kerk van Christus de vrijheid
zal worden geschonken. Laat dit
de algemene intenties zijn van
deze novene.
Zoals altijd kan ieder zijn per
soonlijke intenties zenden, welke
dan geplaatst worden bij de beel
tenis en relikwieën van de Heili
ge in 't koor der zusters, die ge
durende de novene hun gebed en
offer, hun boete en werken aan
God opdragen voor alle aanbe
volen intenties.
Op aanvraag worden gratis no
veneplaatjes toegezonden, even
wel wordt zo mogelijk 'n kleine
vergoeding voor onkosten gaarna
dankbaar aanvaard.
Zrs. Carmelitessen
Egmond a. d. Hoef (N.H.).
Giro no. 39730.
(Van onze parlementaire
redactie)
De Minister van Landbouw,
Visserij en Voedselvoorziening
zal de Staten-Generaal binnen
kort een nota aanbieden over het
visserijbeleid. Een deel van de
in het rapport-Tinbergen aange
geven grondslagen zullen het uit
gangspunt vormen voor deze no
ta. Op enkele punf-u zullen
thans maatregelen worden voor
gesteld.
Ten aanzien van de afzet van
vis- en visserijproducten is met
de Amerikaanse regering over
eenstemming bereikt over de be
steding van 2.000.000 uit het zo
genaamde „Moody Fund" voor de
verbetering van de afzet van
deze producten. Ook aan de ver
betering in de distributie van vis
zal in 1954 meer aandacht wor
den besteed. Voor de minimum
prijs voor verse vis en zoute ha
ring is verder voor 1954 een
nieuwe regeling getroffen. De
overheid zal de prijzen van vis
meel en haringolie op een be
paald niveau garanderen, waaruit
een prijs resulteert, welke de re
derijen zullen ontvangen voor die
haring, die de minimumprijs niet
zal bereiken.
DJAKARTA, 18 Sept. (Pi Ane-
ta). De Sarbupri heeft Vrijdag
bekendgemaakt, dat zij geen re
den meer ziet de staking voort te
zetten, in afwachting van de her
ziening van de beslissing van de
commissie ter beslechting van ar
beidsgeschillen.
Zoals bekend was de staking
begonnen als protest tegen deze
beslissing.
Vice-premier Wongsonegoro
heeft Donderdagavond over de
staking aan Pi Aneta medege
deeld, dat de regering te kennen
heeft gegeven, dat zij bereid is
pogingen te doen, opd'at de bij
de Sarbupri aangesloten arbei
ders loonsverhoging krijgen,
„doch", zo voegde hij hieraan toe,
„de regering wenst niet, dat er
druk op haar wordt uitgeoefend
en zij laat zich niet intimideren
door wie dan ook."
Aan het bevel om 2 uur te sta
ken werd door vele bij de Sar
bupri (vakbond van onderne
mingsarbeiders) aangesloten ar
beiders op de ondernemingen in
Java en Sumatra gevolg gegeven,
aldus blijkt uit een der Vrijdag
ochtend in Djakarta ontvangen
berichten. Op enige ondernemin
gen werd evenwel de gehele dag
gewerkt.
ST PAUL (Kansas U.S.A.).
Drie jaar geleden werd door
een verlegen boerenzoon uit
Kansas een brief gepost aan
een onbekend meisje ergens in
Nederland, van wie hij het
adres gekregen had via een
penclu'b.
En nu zijn de trouwkaarten
de deur uit.
Het meisje, de 20-jarige
Betsy van der List uit Zeven
bergen, is, na acht maanden
verloofd te zijn geweest met
Joseph Paulie zonder heim ooit
gezien te helbben, naar St Paul
gereisd, waar dezer dagen de
huwelijksplechtigheid voltrok
ken zal worden.
In 1950 zond Joseph aan
Betsy een kerstkaart en daar
is alles mee begonnen. Twee
jaar later kenden ze elkaar zo
goed dank zij de uitgebreide
correspondentie, dat er met
Kerstmis niet alleen een kaart,
maar ook een diamanten ver
lovingsring uit Amerika in
Zevenbergen bezorgd werd.
Betsy is samen met oom
Adriaan Beljaars naar Kansas
gereisd, op een bezoekers
visum voor zes maanden.
„Mijn ouders waren bang
dat ik heimwee zou krijgen,
zodra ik eenmaal uit Zeven
bergen weg zóu zijnZe
kijkt even naar Joseph en ver
volgt dan: „Maar ze hebben
het mis".
Het enige waar Joseph en
Betsy zich bezorgd over ma
ken is, hoe zij zich zo snel
mogelijk door de rijstebrijberg
van administratieve beslom
meringen heen moeten wer
ken, om een permanente ver
blijfsvergunning voor de toe
komstige mevrouw Paulie te
bemachtigen.
Bijbelse geschiedenis is geen
vertaling der Heilige Schrift zelf.
Er bestaat zelfs een zeer groot
verschil tussen beide. De laatste
moet de eigen tekst van de Hei
lige Boeken zo getrouw mogelijk
en zoveel als het kan, in letter
lijke nauwkeurigheid weergeven;
de eerste mag de gewijde ver
halen met eigen woorden vertel
len en er zelfs menige verklaring
en verdere uitweiding aan toe
voegen.
Maar beide hébben zij gemeen,
dat zij ons de geschiedenis van
het Hhil voor ogen stellen dat
God ons heeft voorbereid in
Patriarchen en Profeten en in
volheid ons heeft geschonken in
Jesus Christus, Zijn Zoon. Deize
geschiedenis vormt de grondslag
van ons menselijk bestaan en de
basis van ons christelijk geloof.
Een familie-boek
Zo schrijft ongeveer de Aarts
bisschop-coadjutor van Utrecht,
Z.H.Exc. Mgr. Dr. Bernard Al-
frink, als hij in een voorwoord
de nieuwe zesde druk van de
grote Bijbelse Geschiedenis van
Keulers (een uitgave van Romen
en Zonen te Roermond) inleidt.
En de Aartsbisschop, zelf een
vooraanstaand Bijbel-geleerde in
ons land, vervolgt:
„Wie moeite heeft oim de ge
schiedenis van het heil te lezen
in de Heilige Boeken der Schrift
zelf, neme een Bijbelse Geschie
denis ter hand; die zal hem de
wev wijzen waarlangs de Voor
zienigheid de mens heeft geleid,
totdat Christus verscheen in het
vlees. Hij die God is, boven alles
gezegend in eeuwigheid" (Rom.
9, 5).
Als geen ander boek heeft het
Boek der boeken de Bijbel, waar
de voor het godsdienstig leven,
niet slechts in het algemeen.
Kort verhaal van de Deense sprookjesschrijver
CHRISTIAN ANDERSEN
Altijd, wanneer er een goed
kind sterft, komt er een Engel
Gods naar de aarde, die het dode
kind in zijn armen neemt en met
uitgestrekte witte wieken vliegt
over alle plekken waar het kind
van hield. De engel plukt op deze
plekken bloemen om mee te ne
men voor God, opdat ze in de
hemel nog mooier zullen bloeien
dan op aarde.
De goede God is zeer tevreden
met dit geschenk, maar de bloem
die Hem het liefste is, geeft Hij
een kus en dan krijgt zij een
stem, zodat zij mee kan zingen in
het grote koor der gelukzaligen.
Dit alles vertelde een engel
Gods. terwijl Hij een dood kind
naar de hemel droeg. Het kind
hoorde alles aan als in een droom
en toen ze over de lievelings
plekjes vlogen, zagen ze ook tui
nen met vele mooie bloemen.
„Welke zullen wij nu meene
men en in de hemel planten?"
vroeg de engel. Het kind keek
naar een slank, rijk-bloeiend ro
zenboompje, waarvan het stam
metje door vernielende hand ge
knakt was, zodat de takken vol
grote, half-geopende knoppen
verflenst neerhingen.
„Dat boompjezei het kind,
„neem dat mee naar God!"
De engel nam het en kuste het
kind. Toen plukte ze van de
prachtige bloemen uit rijke tui
nen, maar vergaten ook het ver
achte boterbloempje en het wilde
viooltje niet.
„Nu hebben we bloemen." zei
het kind en de engel knikte, maar
ze vlogen nog niet omhoog naar
God. Het was nacht, heel stil,
zelfs in de grote stad waarboven
zij zweefden. Toen kwamen zij
boven een nauwe steeg waar oude
rommel, dozen, stro en as lagen
en scherven van borden, brokken
gips, lompen en ander weggewor
pen afval.
De engel wees in die warboel
op een paar scherven van een
bloempot en op een klomp aarde
die er uit gevallen was, maar nog
bij elkaar werd gehouden door de
wortels van een grote, verdorde
veldbloem die nergens meer voor
deugde en daarom op straat ge
worpen was.
Die nemen we mee," zei de
fel, „ik zal je vertellen waar-
als we omhoog vliegen." En
terwijl ze hoger en hoger stegen
vertelde de engel:
„Daar beneden in dat nauwe
straatje, in de kelderwoning,
woonde een arme zieke jongen,
die van jongs af het bed had moe
ten houden en hoogstens een en
kele maal op een paar krukken
door de kamer kon strompelen.
Een paar dagen in de zomer vie
len de zonnestralen korte tijd in
de kelder en als de zieke jongen
daar dan zat en de warme zon
voelde en door zijn vingers zag
schijnen, zodat hij het rode bloed
kon onderscheiden, dan vertelde
hij later, dat hij die dag buiten
geweest was. Hij kende het bos
met het prachtige voorjaarsgroen
alleen door de jonge beukentak,
die een buurjongetje hem elk
jaar bracht. Hij hield deze dan
boven zijn hoofd en droomde, dat
hij in een bos ravotte waar de zon
scheen en de vogels zongen. Op
een mooie voorjaarsdag bracht het
jongetje hem ook een bos veld
bloemen en daarbij was er toe
vallig één die een wortel had en
daarom in een bloempot geplant
werd. Vlakbij zijn bed werd de
bloempot in het raamkozijn ge
plaatst. De bloem was geplant
door een gelukkige hand, zodat zij
groeide, groter werd en elk jaar
meer bloemen droeg.
De jongen had nu een bloemen
tuin om hem heen, zijn grootste
schat op deze wereld. Hij gaf zijn
kostbaar bezit op tijd water en
lette er op dat zij de laatste zon
nestraal kreeg, die over het lage
raam naar beneden gleed. De
bloem zelf groeide samen met zijn
dromen, want zij bloeide alleen
voor hem en streelde zijn oog.
Naar haar keek hij nog toen
God hem voor eeuwig opriep."
Nadat de engel even gezwegen
had. ging hij voort:
,Een jaar is hij nu bij God, een
jaar is de plant vergeten en ver
kommerd in het raamkozijn. Ver
welkt en uitgedroogd is zij nu op
de vuilnisbelt geworpen. Toch
nemen wij haar mee in ons boeket
want ze heeft meer vreugde ge
bracht dan de kostbaarste bloem
uit tuin van een koning".
„Maar hoe weet je dat alle
maal" vroeg het kind. dat door de
engel naar de hemel werd gedra
gen.
„Zou ik het niet weten?" zei de
engel, „ik was immers zelf die
kleine jongen op krukken. Mijn
bloem ken is toch zeker wel!"
Het kind opende zijn ogen hele
maal en keek de engel in het
mooie, blijde gezicht en op het
zelfde ogenblik wacen ze in de
hemel, waar vreugde was en ge
lukzaligheid. God drukte het dode
kind aan Zijn hart en gaf het
vleugels opdat het hand in hand
met de andere engelen zou kun
nen vliegen. God drukte ook alle
bloemen aan Zijn hart, maar de
verdroogde veldbloem kuste Hij
en toen kreeg zij een stem en
zong ze mee met alle engelen, die
in steeds wijder kring Om de Lie
ve Heer zweefden. En allen zon
gen zij, groot en klein, eens arm
of rijk; het goede, gelukzalige
kind en de verwaarloosde veld
bloem. die verdord in de vuilnis
had gelegen tussen de rommel
van het nauwe, donkere slop.
(Ontleend aan ..De Zonzij"
maandblad van „De Zonne
bloem")
maar ook zeer persoonlijk en on
middellijk voor een ieder afzon
derlijk. Het gaat hier immers
om het eigen geluk en welzijn,
de eigen zaligheid en het eigen
heil van ieder individueel. Wat
God voor een ieder van ons in
het bijzonder heeft gedaan en
wat Hii nog steeds in ons blijft
voortdoen, dat alles, deze hele
zeer persoonlijke en zeer con
crete geschiedenis van onze ver
lossing. vinden wij verhaald in
de Heilige Boeken.
En de Voorzienigheid heeft
bovendien gewild, dat dit heilige
geestelijke Brood van Gods
Woord zou gebroken worden tot
brokjes en kruimels voor wie
niet in staat zouden ziin het op
andere wijze tot zich te nemen.
Zoveel is er aan gelegen dat de
mens zich laat voeden door God!
Hier raken we, om zo te zeggen,
met de vinger het belang van de
Bijbelse Geschiedenis. Zii geeft
op een bevattelijke manier de in
houd van de Heilige Schrift
weer. Het is het verhaal van
Gods barmhartigheden met Zijn
uitverkoren volk, met ons.
Nu zijn wij in Nederland zo
gelukkig in Dr. Jos. Keulers, pro
fessor in de Heilige Schrift aan
het Groot-Seminarie te Roer
mond, een evenzeer knap schrij
ver als uitstekend geleerde ge
vonden te hebiben die in staat
is een „Bijbelse Geschiedenis"
aan ons volk te geven, welke bij
uitstek het familieboek van onze
katholieke gezinnen genoemd kan
worden. Reeds vijf drukken heeft
dit werk gekend, de zesde is nu
bezig bij Romen en Zonen te
Roermond te verschijnen, om- en
bijgewerkt door een ander Ne
derlands bijbelkundige. Mgr. Dr.
Jan Olav Smit te Rome.
Het werk verschijnt in losse
maandelijkse afleveringen, het
geen de aanschaffing vergemak
kelijkt. Om practisch te ziin: een,
twee pakjes sigaretten of iets
dergelijks minder per maand, en
men stelt zich in het blijvend
bezit van een prachtig werk!
DE KLEINE PROFETEN
De Heilige Schrift, de Bijbel
se Geschiedenis in onze katho
lieke gezinnen: dat is een doel
waarnaar met alle krachten ge
streefd moet worden. De mens
leeft niet van stoffelijk brood al
leen. Alleen hogere, geestelijke,
op God gerichte genoegens kun
nen zijn hart bevredigen. Altijd
zal er in ons de behoefte zijn
aan God. Het contact met Hem,
in het gebed en de stilte, is de
ademhaling der ziel. Zij vraagt
om voedsel.
Het zuiverste manna
van Gods Woord
(Theresia)
Dan is daar het zeer zuivere
manna van Zijn Woord zoals het
staat opgetekend in de gewijde
Boeken van het Oude en Nieuwe
Vertoond. Onize voorouders heb
ben daarvan geleefd. In de
vorige eeuw waren er meerdere
katholieke Bijbelse vertalingen in
omloop, in haast iedere familie
trof men ze aan.
De katholieke Bijbelgeleerden
van onze dagen bieden onze
landgenoten een eigentijdse ver
taling uit de grondtekst, voorzien
met een uitleg, aan in de reeks
„De Boeken van het Oude Testa
ment", wederom bij Romen en
Zonen te Roermond uitgegeven.
Ook dit is een onderneming van
grootse allure, waarmee katho
liek Nederland ten volle kan
wedijveren met het buitenland.
Wij mogen met recht trots wezen
op deze uitgave.
Voor ons ligt het eerste boek
van het twaalfde deel dat de eer
ste zés der zogenaamde Kleine
Profeten bevat. Het is te danken
aan de bekwame hand van pater
Dr. D. Deden S.C.J. dat wij nu
beschikken over een geheel
eigentijdse vertolking van de
oude profetieën. Uiteraard vra
gen deze om een verklaring: de
uitleg die wij hier vinden, weer
spiegelt geheel de stand der
hedendaagse Bijbelwetenschap.
Ditzelfde is ook het geval met
de inleiding tot iedere profeet
afzonderlijk: geen enkel pro
bleem dat zich op dit terrein
voordoet, wordt buiten beschou
wing gelaten. De tekst zelf wordt
verder op logische wijze onder
verdeeld en gegroepeerd al naar
gelang door de gedachtengang
wordt vereist. Door dit alles
wint wat duister is aan helder
heid. Men krijgt inderdaad een
groter en klaarder overzicht over
het geheel.
Deze Nederlandse katholieke
Bijbel-uitgave bewijst door deze
editie van de Kleine Profeten
haar hoge waarde voor de weten
schap en tevens haar grote be
tekenis voor het godsdienstig
leven. De Heilige Schrift is door
God niet aan ons mensen ge
geven als een Object ter bestude
ring alleen, maar opdat wij er
naar zouden leven. De weten
schap heeft ook hier slechts een
dienende rol. Zij helpt ons bij
het eerbiedig en biddend door
dringen in Gods Woord. Romen's
Bijbel-commentaar is het weerga
loos hulpmiddel daartoeH, J„ pr.