Wanneer de v eaan trekken ogels DE OVERWINNAARS NU IS HET HERFST... m i Zal de wereld warmte aan de zon onttreklten Hebt IJ 'n hoed nodig? Wees er dan snel bij it en Beurs rif het op rthy est-handel Pagina 3 'f Is weer tijd voor de borstrok Als onze brandstoffen opraken Mogelijkheid wordt onderzocht Als je nu 's morgens wakker wordt kan 't ge beuren, dat de dag je ra men dweilt met een natte grijze deken. Dat is de herfstmist. Soms hangt hij hele dagen over de stad en de bomen en dan is alles klef en vochtig. De mensen dragen jassen en sjawls en lopen niet meer rechtop, zoals in de zomer. Er wor den veel zakdoeken ver kocht en hoestdrankjes en wrijfpasta's tegen de rheu- matiek. Af en toe is er regen, drenzerig en fijntjes als een zeurend kind, dat. zijn zin niet krijgt. Dan likt alles: de bomen, de huizen, de mensen, de auto's en de paarden. Het leven in de stad wordt een schimmenspel van snel verschietende schaduwen Vele gezichten doemen op en verdwijnen weer, de auto's zijn geruisloze spo ken met licht op. Het ge luid van hun claxons is H gedempt en een beetje lachwekkend omdat ze zo langzaam rijden. Het paard van de brouwer is ver vaagd tot een vormeloos monster, maar moet toch wachten voor 't stoplicht, ffl dat als een cyclop^noog de mist in staart. Kleine kin deren die uit school ko men, strijken als katten langs je benen, hun natte kop jes glibberen soms langs je hand. Alle geluiden liggen in de watten en de mensen zijn zwijgzaam. Ze schijnen liever te hoesten, maar ook dat kun je amper horen. sverwachting eld door het K.N Je Bilt. geldig van htend tot Dinsdag- iXEER ZON half bewolkt en :er. Matige tot vrij j zuid-westelijke wind i :htend, maar in de j temperaturen iets i gisteren. 11 en 12 jaar (hoepe- Smit; 2 Jaap v. Die van der Gragt; 4 Arte tr. L3 en 14 jaar (spijker- ni Mast; 2 Fons Stoop; ikker; 4 Jaap Smit; 5 der Gragt; 6 Klaas SR, PURMEREND - middel 10.90—13; sla- lr. 2454; stoksnijbo- pronkbonen 1223; rs 827; tomaten A 21 ikool 8—25; rode kool ie kool 7—10; spruit- i; boerekool 5.50; spi- postelein 27; sla 2.50 ie 612; rode bieten 4 ieten 8—18; bospeen 10 een 814; uien 47; —12; prei 8—12; perzi- frankenthalers 7096; —90; suiker 1434; :edling 513; codlin -12; cox orange pippin inson's orange 2037 holland 6—24; graham 2; jacques lebel 412; 2041; manks cod- igne tillisch 619; ster- transparante de cron- zoete winterkroon 6 hardy 1637; bonne /ranches 1033; confé- 12; fertilon 1223; gie- an 1423; hertogin elsa nperveen 816; maag- •15: st. rémy 518; 'esperen 1224; triom- enne 16—38; william -22; zwijndrechtse wijn- IDAM, 28 September - 3se granen (Boerenno- Witte tarwe f 25,40, e f 25,40, wintergerst iver f 22.—22,60, groe- f 45,49.Capucii- 85.Bruine bonen Paardebonen f 32. /ebonen f 50.55. i f 65.-75.—, Blauw f 117.125.—, Geel id f 85.86.—. Alles ilogram. iNHUIZEN 4300 kg »n. Eigenheimers 12- ipmans Blauwe 9.70-10, 6; 2600 kg Peen 5, 500 en 20-31, 600 kg bieten 00 kg uien 4-4.70, Drie- Nep 8-10.20, 960 kg I 10.90, 93000 kg witte Sept. Rode kool 4 ne kool 11; andijvie 6— n 2034; sla 3 7; 820; bospeen 18; sla- -65; stoksnijbonen 86; 4.206.10; alicanten 68 tenthalers 6288; blau- eimers 13.20; midd. uien 8; maagdeperen 317; —48; schellinkhouter 10 ident loutr. 429; du- -21. iteiten in Japan lieten en te Kobe lossen. Vo- :reeg, aldus het rapport en, 'n Nederlandse rtmij. toestemming om ■en naar hun land van terug te brengen Toen en te Antwerpen wer- t bleek, dat de lading waren uitgeschreven op i een Belgische firma, bekend was, dat zij wel de communisten han- f. De goederen wercen irladen in Poe.se sc.ie- ze naar Polen en ver aar communistisch Chi- en. chola Publico EXCURSIE S HALS-MUSEUM ^AR. De heer Baard, van het Frans Hals- te Haarlem, heeft zich verklaard leden van ^ublica met eventuele 's a.s. Zondag 4 Oct. om :rsoonlijk rond te leiden Haarlemse museum. Bij belangstelling vertrekt htend om 10 uur een f het Alkmaarse station isten f 2.50). g aan deze excursie wil n kan zich opgeven bij tariaat van Schola Pu- hriftelijk of telefonisch tot en met Donderdag- 1 October a.s. Wanneer er loende belangstelling is excursie niet door. g kan geschieden in de Men kan ook op eigen >id naar Haarlem gaan im 11 uur voor het mu- het gezelschap aanslui- r het is dan toch nodig te voren aan te melden secretariaat: J. Domini- mer Visscherstraat te telefoon 4506. ïarkt Amsterdam ;RDAM. 28 Sept. Aan- runderen: eerste soort I, tweede soort 2.40 le soort 2.25—2.35 per kg gewicht: 245 varkens: jort 2.39—2.41, tweede 5—2.37 per kg geslacht 13 nuchtere kalveren 1 oer kg levend gewicht: lf geen notering. Nu tooit de natuur zich met het goud en het hruin van het vallende blad. Laten we er niet aan voorbij-jachten wanneer de zon langs de wolkengevaarten glipt en het najaar tooit in zachte, stemmige tinten. T\E kleuren in onze tuinen zijn veel minder uitbundig geworden. Wij trouwens ook na al die regen. Zelfs de meest optimistische weerprofeet, die maar blééf roepen dat 't vast nog wel mooi herfstweer zou worden, houdt nu de kiezen op elkaar, 't Is allemaal stemmig paars en violet en hard geel en bruin en wat verlopen rood van dahlia's, cosmea's en zin nia's. Alleen de Afrikaantjes doen hardnekkig hun best nog een beetje fleur aan ons eigen lapje te schenken. Nou is oran je daar een dankbare kleur voor, zou ik denken. Maar waarom er nog langer omheen gepraat. U bindt immers elke morgen de regenpijpen op uw bagagedrager? U hebt de wollen das toch alweer uit de kamfer gehaald? En mevrouw sloft toch immers op haar over schoenen naar groente- en melk boer voor het vergeten bood schapje? De winter staat voor de deur, we willen hem alleen nog maar niet binnenlaten. We hopen immers nog steeds op een dagje zon, een uurtje weldadigheid, een ogenblik zonder buiendreiging? Maar let U eens op hoe gauw dat gaat. Sinterklaas, Kerstmis, oud-en-nieuw, Pasen en dan is het alweer lente. Nietwaar? Dan alweer, na het carnaval, na het tikken der eieren.... En ondertussen, ja, wat ook weer voor ondertussen? Tussen nu en dan? Krantje lezen bij de kachel? Borstrokken breien voor het raam? Bouwplaten plakken met de kinderen? Dat houdt U immers nooit vol. Elke dag een krant, avond aan avond die lijm aan uw vingers, uur-aan-uur in- steken-draad-om-slaan.Niks voor U nietwaar. U wilt er uit. U wilt verre verten zien en te gen de stroom optornen en U van de buien niks aantrekken. En dat is goed,. Begin er dus aan te wennen. Nü, dat de koters bladie willen schoppen in de bossen en kastan jes rapen en eikels en beuke- nootjes die er nog niet, zijn en waarvan er maar zo weinig zul len komen, waarschijnlijk. Doe dat allemaal, want van kastanjes kun je meer fabrieken dan van bouwplaten. Doe het nu, want bedenk, dat ginder, in Si berië en daaromtrent de sneeuw jacht al raast en het kwik bezig is tot beneden de twintig gra den onder 't nulletje te zakken. Denkt U zich dat eens in! Even maar en- vergeet dan niet bij het naar buiten stappen de kraag op te zetten en daarboven de hoed, de pet of het „klotje te Ïilaatsen. Waarmee we maar wil- en zeggen, dat u en u en u en wij allemaal ons kunnen kleden op wat voor weer ook. Maar bu de dieren is dat heel wat anders. Goed, die krijgen een dikkere vacht, als ze een bontje bezitten en voor de rest Ja, voor de rest nemen ze de benen. De een duikt in een win terslaap, de ander trekt weg. En de planten doen ook wat ze kunnen om aan de kou te ont komen, die laten het bladeren I regenen. Dat zeggen wij nou wel zo gemakkelijk: die laten de bla deren vallen, maar in wezen is dat een formidabel proces. Ten minste zo ingenieus als die win terslaap en zo wonderbaarlijk als de vogeltrek. Hebt u er eigenlijk al eens bil stilgestaan hoe het toch komt, dat al het groen omstreeks deze tijd zo heel anders gekleurd is dan 's zomers? Wel, dat zit m in het hamsteren. Planten, bomen, strui ken, allemaal slaan ze in de over winterende delen reserve-voedsel op. Bladgroen, chlorofiel, is een voornaam bestanddeel van de proviand, 't Zit in alle groene Plantendelen, vooral in de bla- eren. En omdat die bladeren toch afvallen, haalt de plant die chlorofielkorrels eruit, zodat al leen de andere kleurstoffen over blijven. Vandaar al dat oranje en rood en geel in de bomen. Vandaar ook, dat onze parken en plantsoenen met al dat goud aan de zwarte stammen iets van het buitenland weg hebben. Van Parijs zouden we zeggen, omdat er maar één Parijs is. Intussen krijgt elk blad nog mondjesmaat voedsel dat echter zoetjesaan ophoudt, omdat de vaatbundels verkurken. Dan gaat het tijd worden voor het blad om naar beneden te dwarrelen. Waar uit u kunt leren, dat niet alles zomaar „fasellef" gaat. Vogeltrek en winterslaap is een kwestie van hormonen, heel iets anders dus. Weer moeilijker. Zo moeilijk, dat men er eigenlijk nog maar kort geleden achter is ge komen. Overigens kan het zo in gewikkeld niet zijn of er is wel een knappe kop, die ons op een goeie dag alles haarfijn uiteenzet. Daar wij niet over zo'n knappe kop beschikken, zullen we het hierbij laten. Maar wel willen wij u nog opwekken ook eens langs het strand te tippelen. Of alleen maar door 't duin. De West- of de Oost duinen, zo ge wilt. Dan kunt ge ze zien trekken, de vogels. Geen rugzakjes met proviand, nee. Ze vinden overal wel iets te eten. Neem de spreeuwen eens, die in grote wolken op en weer neer vliegen. Die komen wel aan de kost, geloof dat maar. Neèm dat vooral maar aan, als u van die paarse strepen op uw Zondagse jas ontdekt. Van de spreeuwen, lieve men sen, en van de vlierbessen. Lang niet leuk, nee, maar wees getroost met het denkbeeld, dat die vlier bessen opraken. Nu gaan ze over op de oranje duindoornbessen. Ook gemeen goedje overigens. Kans op bijzondere ontmoetingen hebt u tevens in onze hobbelige kuststrook. Klein grut allemaal, of groot, zoals de ruigpootbuizerd of zelfs de visarend! En aan het strand moet u zijn met een lauw Zuidwesten briesje. Dan trekken de vogels graag, moet u weten. Tegen de wind in, jazeker. Misschien kunnen ze dan beter koers bepalen. Ranke witte vogeltjes trekken vissend naar 't Wij moesten het dorp aanvallen. De jonge luitenant riep ons bijeen en zei het ons. „We moeten het dorp aanvallen," zei hij. We stonden in een wijde kring om hem heen en keken zwijgend naar de twee sterren op zijn kraag, die hem het recht gaven ons bijeen te roepen en te zeggen wat wij doen moesten. „We moeten het dorp bezetten," ging hij verder. „Het ligt bij een kruising van wegen, die straks van belang zal zijn als de hoofdmacht hier is. Dat zal niet lang meer duren. Daarom is het noodzakelijk, dat wij het dorp veroveren en zo de wegen in handen houden." Wij allen kijken naar beneden, naar het dorp. Het lag diep beneden ons in het dal en bestond uit houten huisjes, die groen waren geschilderd, en sommige wit. In de twee weken, dat wij in de heuvels lagen en ge- wacht hadden op een bericht van het hoofdkwartier, hadden wij er dik wijls naar gekeken; en we vonden dat het daar zo rustig lag alsof het door de oorlog was vergeten. „We moeten onverwachts aanval len," ging de jonge luitenant ver der. „Een overrompeling is reeds een halve overwinning." En hij wees naar de heuvels in het Westen en vervolgde: „We zullen ons in twee groepen verdelen, en we zullen veel vuren en snel; dat zal hen doen schrikken." Wij allen keken opnieuw naar zijn twee sterren en daarna weer naar het dorp. We zagen kinderen spelen in de straten en vrouwen water halen bij de dorpspomp; zij droegen het in aarden kruiken op hun hoofd. Nie mand van hen wist, dat wjj hier boven waren en naar hen keken. „We moeten er rekening mee hou den," zei de jonge luitenant weer, „dat de mannen van het dorp ver sterkingen hebben gebouwd^ en dat zij die zullen gebruiken. Wé mogen dus geen enkel risico lopen en moe ten met verbetenheid aanvallen." Daarna zweeg hij. Wij keken nog steeds naar het dorp. Het begon in het Oosten reeds halfweg de heuvelrug en hield op bij de beek. Pas veel verder, aan de andere kant van de beek, begon het centrum met het kerkje en het dorps plein; daardoor schenen het eigen lijk twee dorpen. We zagen dat er meisjes en ook enkele jongens uit het dorp kwamen om de geiten te melken bij de beek; en we hoorden hen lachen en praten en het geluid van de smidshamer hoog opklinken en zichzelf herhalen tussen de heuvels. Daarna keken we weer naar de twee sterren op de kraag van de jonge luitenant en toen naar elkaar. We droegen khaki uniformen en onze gezichten waren bruin. Diezelfde middag vielen we het dorp aan. Wij, met Mathias als oudste sergeant, kwamen uit het Oosten; daarom moesten wij eerst het ge deelte op de heuvelrug veroveren. Daar zou de luitenant zich bij ons voegen en samen zouden wij het centrum aanvallen. De luitenant kwam uit het Westen. Allen tegelijk begonnen we plotse ling te vuren. We wisten hoe we vuren moesten: men zei van ons, dat we ervaren soldaten waren. We vuurden snel en verbeten en bestreken de hele heuvelrug. In het dorp brak toen een paniek uit. We zagen dat zij, die in de straten waren, plotseling stilstonden en verbaasd naar boven keken, in onze richting. Anderen kwamen uit hun huizen ge lopen en keken ook naar boven. En sommigen hieven hun armen om hoog en vielen neer en bleven stil liggen. We hoorden de meisjes bij de beek gillen en zagen hen wegvluchten; maar enkelen waren gevallen en lagen stil in het gras. Er lagen ook geiten in het gras We dachten dat zq gestorven moes ten zijn, zonder te weten waarom en waardoor. Later kwamen de mannen van het dorp. Zij betrokken hun stellingen en vuurden terug. Het waren goede schutters, maar zij hadden oude kara bijnen, die dikwijls weigerden. Wij, in de heuvels, schoten met semi-automatische geweren en vier mitrailleurs. We waren modern uitgerust. Toen de weerstand scheen te bre ken, daalden we af en ondernamen een stormloop. We deden dat, zoals men ons dat in de opleiding had ge leerd en zoals we het later nog dik wijls. hadden moeten doen. Telkens, wanneer we een tiental meters ge lopen hadden, vielen we neer en vuurden. Dan sprongen we op, liepen en vielen opnieuw. De vier mitrailleurs op de heuvel dekten ons. Zo veroverden wij het gedeelte dat op de heuvelrug lag; nu moesten wij het centrum aanvallen. De jonge luitenant zei het ons. „Het ging prachtig, jongens," zei hij. „Het ging prachtig, Alles is ver lopen zoals we gedacht hebben; en dat zonder verliezen." Wij allen zwegen. We waren het dorp binnengeko men als overwinnaars en liepen met onze khaki uniformen door de nau we straten. Aan onze schouders hin gen de semi-automatische geweren, die nog warm waren en rookten; en boven in de heuvels stonden de vier mitrailleurs. Daarom zwegen wij. De dorpsbewoners, die langs de kant stonden keken naar ons; maar we keken niet naar hen. We voelden de warmte van de geweerlopen in onze hals. En ook daarom zwegen wij. De jonge luitenant wees naar het centrum van het dorp. Het lag er heel stil. Er was niemand in de straten, maar we wisten de mannen in hun stellingen, wachtend tot wij zouden komen. „Nu is dat aan de beurt," zei hij. „De zaken staan nu anders: men is van onze komst op de hoogte. Boven dien is onze positie nu ongunstiger, doordat we bijna geen dekking heb ben. We moeten dus meer op de huizen vuren. Onze kogels gaan door het hout en door de vele gewonden zal het moreel breken." We zwegen nog steeds en dadhten aan de gewonden die wij hadden ge zien. Het waren veel vrouwen en kin deren. Zij lagen in de straten en sommige op de drempel van hun wo ning. Wij, met Mathias, zagen hen. Er was een oud vrouwtje bij ge weest, dat Mathias, in de tijd dat wij in de heuvels lagen, iedere morgen water had zien halen bij de beek Hij had haar opgenomen en haar wonden verbonden en haar daarna naar haar woning gedragen. „Mis schien zal ze blijven leven." zei hij De jonge luitenant tekende in het stof op de grond de situatie waarin wij verkeerden. Hij legde ons uit hoe we moesten aanvallen en hoe te vuren. Rondom ons, op enige afstand, ston den de dorpsbewoners, die naar ons keken met stugge gezichten. We weten nu wat ons te doen staat," zei de luitenant. „Het doel is de huizen, niet de stellingen. Twee van de vier mitrailleurs op de heuvel zullen daarvoor zorgen. Wij allen keken naar de twee ster ren op zijn kraag en daarna naar de gewonden die nog steeds werden weg gedragen. Toen keken we naar elkaar. We droegen khaki uniformen en onze gezichten waren bruin. „Het is oorlog," zei Mathias einde lijk. „Laten we dus aanvallen." We zochten dekking bij de beek en begonnen allen tegelijk te vuren. We wisten hoe we vuren moesten. We waren ervaren soldaten. LEO DERKSEN Zuiden. Telkens tjoept er zo'n sterntje in het kille water en hebt u geluk, dan zitten er grote pieten tussen: Jan van Genten of Jan nen van Gent, zo u wilt. Gierzwaluwen om de minaretten En de meeuwen krijsen. „Dat doen ze altijd" zult U me tegen werpen. „Maar niet zo klagelijk als nu" zeg ik dan weer. „Kijk maar eens hoe ze achter de broek worden gezeten door die vlieg kunstenaars daar". En ik wijs en U ziet een bruine vogel achter een meeuw aanjagen, die juist 'n lekker hapje heeft bemachtigd. De meeuw probeert te ontkomen, maar geen kans, de bruine piet jaagt hem net zo lang achterna tot de meeuw het lekkere hapje laat vallen met een laatste klage lijke schreeuw. Dat is de grote jager. Omstreeks deze tijd zijn er een viertal soorten langs onze kust op jacht. Vandaar die herrie. Op het strand en de golfbrekers wemelt het ook al van de pieten. Zilvermeeuwen, die hier blijven en bonte pieten, die zich hetzelfde hebben voorgenomen, hoewel ze op een dag opeens weg zijn. Zoals de welpen en de kanoets en al die anderen, waaronder ook de grappige balletjes veren, de strandlopertjes, die het hier even wel lang kunnen uithouden. Nog even wil ik U weemoedig stemmen. U eraan herinneren, dat onze semi-huisgenoten van de zomer, de gierzwaluwen nu hun krijsen om de minaretten weven in^ warmer oorden, de ooievaars en reigers Afrikaanse kost kau wen en ook onze fitis en tjif-tjaf in warmer oorden toeven. Zonder borstrok, zonder oorkleppen of alpinopetje. Waarom zijn wij geen trekkers? Daar moet ge eens diep over nadenken, als het buiten re gent, of sneeuwt of nog erger doet. - -■< - - *«-£* -' - f .i?,. Duizenden en duizenden spreeuwen verzamelen zich tegen de avond en houden complete jaarvergaderingen met notulen en ingekomen stukken en al MADISON, WISCONSIN Sommige deskundigen op het ter rein van de zonne-energie zien mogelijkheden voor 't construeren van een „zonne-motor voor de kleine man," maar zij lieten door schemeren, dat zulk een appa raat onder de huidige omstandig heden alleen economisch zou zijn voor de „kleine man" in zonrijke en niet geïndustrialiseerde stre ken van het land (de V.S.) of de wereld. De deskundigen deden evenwel ook uitkomen, dat zulke motoren, ofschoon duurder dan de huidige producenten van energie, uit ge wone brandstoffen, handige din gen zouden zijn om bij de hand te hebben als de bronnen van economisch winbare gewone brandstoffen en zelfs van atoom brandstoffen uitgeput zouden rsksn Van het apparaat voor ,.de kleine man" werdgewag ge maakt in een overzicht van drie daagse discussies over het gebruik van zonne-energie op de universi teit van Wisconsin, die door meer dan 40 deskundigen uit de V.S. en verscheidene andere landen werden bijgewoond, doch niet toegankelijk waren voor de pers. Wel werd een persconferentie ge houden en gelegenheid gegeven voor interviews. Op de zittingen kwam naar vo ren, dat belangrijke inleidende vorderingen zijn gemaakt in de richting van huisverwarming door de zon, de productie van zonne- energie en de verdamping van zeewater en dat diepgaand on derzoek zeer wel kan leiden tot vorderingen van betekenis in de toekomst. Wat betreft de vooruitzichten ten aanzien van verwarming van huizen door de zon wordt in het overzicht gezegd, dat men tot de algemene conclusie is gekomen, dat „belangrijke verbeteringen" zullen moeten worden aange bracht in de apparaten voor het absorberen van de zonne-energie, voordat, naast de zonnewarmte geen enkel gebruik van gewone brandstoffen meer nodig zal zijn. Over de vooruitzichten betref fende het onttrekken van bruik bare energie aan de zon wordt in het door dr. Farrington Daniels van de universiteit van Wiscon sin samengestelde en gepubli- tot een commercieel uitvoerbaar ceerde overzicht gezegd: „Met de huidige wetenschap kan wellicht zonne-energie in kleine eenheden worden geproduceerd in bepaalde delen van de wereld, o.a. het Zuid-Westelijke deel van de V.S., tegen twee tot driemaal de huidi ge kosten van energieproductie uit kolen en petroleum. Het voor naamste nadeel is, dat de energie met tussenpozen en uitsluitend gedurende zonnige uren zou wor den voortgebracht. Over 175 jaar. In een der vergaderingen deel de ir. Palmer Putnam uit Was hington, adviserend ingenieur van de regering, mede, dat het moge lijk is, dat de economisch te ex ploiteren bronnen van gewone brandstoffen binnen 70 en de atoomstoffen binnen 175 jaar uit geput zullen zijn en dat 't daar om nodig is, dat de wereld pro beert energie te onttrekken aan de zon. Op de persconferentie werd door dr. George Lof, een weten schappelijk adviseur van de Ame rican Window Glass Company, medegedeeld dat deze onderne ming geld tot een bedrag van zes cijfers heeft uitgegeven aan wetenschappelijk onderzoek naar de mogelijkheid van het gebruik van zonne-energie voor de ver warming van woningen en andere doeleinden en dat zij vertrouwt, dat een dergelijke wijze van ver warming binnen tien jaar te ver wezenlijken zal zijn. De bekende zon-onderzoeker van het Smithsonian Institute, dr. Charles Ab'bot, verklaarde te ver trouwen, dat een door hem enige tijd geleden geconstrueerd model van een „zonne-motor" verder zou kunnen worden ontwikkeld Niet altijd is de herfst zo. Soms heb je de neiging om „U" tegen hem te zeggen, om dat hij er zo netjes uitziet. Dat begint dan 's morgens wel met de grauwe misère van de mist maar tegen de middag komt de zon met tastende vingers de gordijnen door en opeens is er plechtig, getemperd licht als op een deftig feest met kandelaars op tafel. De straten en de huizen schuiven uit de grauwe kilte te voorschijn en gaan proper staan blinken. Er fluit iemand „Frühlingsstimmen" van J. Strauss. Het klinkt toch niet, ondanks de zon, de blaren zijn te bruin en er hangt een wee moedige geur van rottend groen rond de bomen van het park. Op de vijver vaart een gore zwaan in bruin water. De zon schijnt, maar de lucht blijft grijs. Op het schelpen- grint van de paden tikken druppels van de verkouden bomen. Af en toe zweven er natte blaren tussen de takken uit en laten zich voorzichtig neer op het doorweekte gras. Een kleine hond wroet een zaam en doelloos in een mols hoop en blaft schel en onrede lijk lang. Er rammelt een kar voorbij vol lege melkbussen. Het lawaai trilt over de spie gelende ruiten van een kleine villa. Verder is het stil. Je moet dit beeld maar vast houden; weemoed, stilte, on grijpbare kleuren en 'n zacht blank zonlicht, dat huivert over de gevels en door de stervende bomen. Dit is de herfst op zijn schoonst. Straks buldert de wind en zwiept de regen. Dat is ook herfst, maai dan is de winter al zó dicht bij apparaat van twee tot vijf paar- dekracht, dat ongeveer 10Ó0 dollar zou kosten en de energie voor verwarming, verlichting, pompin- stalatie en bevloeiing voor ,.een kleine boerderij" zou kunnen le veren. Abbot deelde mede, dat hij op het ogenblik in onderhandeling is met een kapitaalkrachtige on derneming en dat, als deze de zaak ziet zoals hij. de mogelijk heid bestaat, dat over ongeveer een jaar 'n werktuigkundige proef met het apparaat zal worden ge nomen. Hij wilde de betrokken firma niet noemen. Dr. M. L. Ghai van het nationaal Natuurkundig Laboratorium van India deelde mede, dat een „zon- ne-fornuis" dat nog geen 15 kg. weegt en is uitgerust met een zon - reflecterende parabolische spiegel die ongeveer 1.22 meter breed en iets minder lang is, be loften schijnt in te houden voor het voorzien in de behoefte aan warmte om te koken voor gezin nen van gemiddelde grootte in het zonrijke India. Hij zeide, dat het apparaat reeds in de handel is en 14 dollar kost. AMSTERDAM Dat de haarvilten herenhoed van konij nenhaar gemaakt is, weten vele heren. Dat in een hoed ongeveer vier konijnenvellen zijn verwerkt is minder be kend. Tengevolge van de myxomatose, de zo gevreesde ko nijnenziekte, zijn honderden konijnen gestorven, waardoor in de landen van de grootste haarleveranciers, zoals Austra lië, Frankrijk en België, de prijzen van het haar de laatste maand met 50 procent zijn gestegen. De hoeden zijn daardoor schrikbarend veel duurder geworden, zo deelt men van de zijde der Nederlandse hoedenfabrikanten mede.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Noordhollands Dagblad : dagblad voor Alkmaar en omgeving | 1953 | | pagina 3