ZUIVER GELD
Ho e kan worden beschikt
KOMT GELEIDELIJK VRIJ
Niet verteren, maar sparen
Nieuwe belastingpolitiek
Nieuw NoordHollandsch Dagblad
over geblokkeerde gelden?
Zwart verdiende verdwijnt
Nederland moet de Staatsschuld
helpen verlichten
Donderdag 27 September 1945
QP de hoofdgedachte, die ik daarstraks formuleerde en die hierop
v neerkomt, dat niet meer geld in het verkeer wordt gebracht
dan noodig is voor loopende inkomensvorming en inkomensbesteding
uit arbeid en eerlijk verkregen vermogens, moeten echter een aan
tal correcties worden toegepast. In de eerste plaats is het noodig.
dat de huishoudingen en bedrijven zoo spoedig mogelijk weer de
beschikking krijgen over normale kasreserve. Het doorloopend in
kas hebben van een zekere hoeveelheid geld verschaft nu eenmaal
een zeker gemak en een zekere gemoedsrust, vooral omdat men in
dit geval bijzondere kansen, die zich kunnen voordoen om iets voor-
deelig aan te schaffen, benutten kan en voor onvoorziene omstan
digheden, die tot extra uitgaven nopen, iets achter den hand
heeft. Dit is een gemak en gemoedsrust, die waardevol zijn en die
men een ieder zooveel mogelijk moet laten.
Teneinde hieraan tegemoet te
komen zal terstond, wanneer met
de deblokkeering wordt begon
nen, op elke geldkaart, die tcn-
minste een zoodanig bedrag aan
wast, de somma van f 100
worden vrggegeven, welk bedrag
zal worden uitbetaald in bank
en muntbiljetten. Voor zoover
uw geldkaart dit bedrag niet
mocht aanwezen, maar gij wel
een saldo bezit wegens eerdere
storting, zal het inleverkantoor
uit dit saldo u een overeenkom
stig bedrag ter beschikking stel
len. Daarnevens zal ten behoeve
van hen, die by een bank, een
spaarbank of een giro een saldo
hadden uitstaan, een bedrag ter
grootte van i 1000.of 25% van
het saldo naar den stand van 12
September tot een gezamenlijk
maximum van f 10.000.in de
zen zin worden gedeblokkeerd,
dat daarover door overschrijvin
gen kan worden beschikt. Deze
bedragen zal men niet in bank-
of muntpapier kunnen oppne-
men, men zal er alleen over kun
nen beschikken voor wat men
pleegt te noemen „giraal ver
keer", d.w.z. door overschrij
ving van de eene bank- of giro
rekening op de andere.
Deze correctie is noodig omdat vele
particulieren met hoogere inkomens
en het meerendeel oer bedrijven en
instellingen hun kasreserves met m
contant geld' maar in: den vorm van
een banksaldo plegen aan te houden
en in de tweede plaats omdat de
hoeveelheid bank- en muntpapier.
waarover wij op het oogenblik Run
nen beschikken, nog onvoldoence is
om ten beloope der met deze groo-
tere kasreserves gemoeide bedragen
dit saldo in papiergeld' ter beschik
king te stellen.
Bovendien is het niet twijfelachr-
ig', dat er zich onder deze bank. en
girosaldi een zekere hoeveelheid' be
smet geld bevindt. Indien wij in de
gelegenheid waren om op zeer korten
termijn al deze saldi op hun ont
staan te onderzoekon, zou or op
zichzelf geen bezwaar tegen bestaai.
om bij gebleken „zuiverheid" deze
tot het bedoelde bedrag indien
hiervoor het noodige papiergeld aan
wezig was voor uitbetaling vrij te
geven. Het onderzoeknaar het be
smette geld, dat naar ik u verzeke
ren kan met groote nauwkeurigheid
zal geschieden, vereischt echter een
zekeren tijd. Dit pleit er zeer voor om
met betrekking tot deze saldi slechts
een overschrijving' var.- de eene re
kening op de andere toe te laten,
waardoor elk bedrag wordt vastge
legd en te allen tijde is na te speu
ren, wie er na de deblokkeerlng de
houder van was. Deze houder kar.-,
al heeft hij over bedoeld bedrag
van zijn saldo beschikt, te allen tijde
aan een onderzoek worden onder
worpen, d"e rest van zijn sald'o blijft
m ieder geval staan als onderpai.d
en ook voor het ontstaan van het
eerste gedeele waarover hij giraal
kan beschikken, blijft hij aansprake
lijk in dezen zin dat, indien komt
vast te staar.-, dat dit besmet geld
was, hij voor een overeenkomstig
bedrag zal kunnen worden aange
sproken te betalen uit andere ver-
ihogensbestanddeelen of eventueel
nieuw' te verdienen inkomen. Uit een
oogpunt van billijke invordering voor
den Staat heeft deze regeling onge
twijfeld' bezwaar, maar dit bezwaar
weegt stellig niet op tegen het groo
te voordeel, dat aan een spoedige
zij het gedeeltelijke deblokkeering
van een passend gedeelte der bank
en girosaldi verbonden is, in verband
met de wenschelijkheid' om ten be
hoeve van de hervatting van het
handels- en betalingsverkeer daaraan
een zekeren armslag te geven. Het
doel, dat met de geldvernieuwmg
wordt beoogd, mag niet op zoodanige
wijze worden bereikt, dat daardoor
het bedrijfsleven wordt onthand, de
geldvernieuwing zelf toch is er juist
op gericht om het bedrijfsleven weer
gezond te maken en dit moet, als t
er op aankomt, de voorrang hebbeu
boven een, overigens volmaakt ver
dedigbaar, streven naar een perfect
systeem. Als sluitstuk zal de belas
tinginspectie bevoegd zijn om in elk
geval, waarin zij reden heeft om te
veronderstellen, dat het geld besmet
is, een aanwijzing te geven, die er
toe leidt dat dit sald'o voor de volle
100 pCt. geblokkeerd blijft.
Een tweede correctie, die zal
worden toegepast, is er op ge
richt om voot hen, die door de
oorlogsomstandigheden hebben ge
leden in hun goederen, de moge
lijkheid te openen tot herstel en
aanvulling van het geroofde, be
schadigde of vernietigde over te
gaan Met betrekking tot bedrij
ven zal dit moeten worden uit
gebreid tot hetgeen noodig is
voor herstel van voorraden en
inventarissen
De uilkeeringen wegens gele
den materieele oorlogsschade zul
len dus, voorzoover daarvoor een
directe bestedingsmogelijkheid is,
op basis van de toelaatbare be
steding in vrij, nieuw geld wor
den beschikbaar gesteld, terwijl
het overige bij gebrek aan direc
te bestedingsmogelijkheid aanvan
kelijk op geblokkeerde rekening
zal worden hijgeschreven en in
de toekomst zal worden gedeblok
keerd naarmate er zich beste
dingsmogelijkheden voordoen.
Hetzelfde geldt voor kassaldi ge
kweekt uit afschrijvingen en bespa
ringen, die men in reserve heeft ge
houden om mettertijd daarmede de
uitgestelde aankoopen te betalen om
kapitaalbezit in den vorm van duur
zame gebruiksgoederen voorraden, in
ventarissen en gebouwen aan, te vul
len, te vernieuwen en op het ge-
wenschte niveau te brengen.
Intusschen zal wèl moeten wor
den voorkomer.', dat langs dezen
weg de geldstroom sterker aanwast
dan in overeenstemming' is met het
geen noodig is voor de financiering
van en beschikbaar is bij een vol
ledige inschakeling der beschikbare
arbeidskrachten- bij toelaatbare prij
zen en loonen. Voorshands bestaat
daarvoor geen gevaar, maar op den
cluur ligt hier een grens, die, als
men het prijs- en loonpeil in de
hand wil houd'en, niet mag' worden
overschreden.
De correctie, waarover ik hiér
sprak, zal ook moeten worden toe
gepast t.a.v. de uitkeeringen uit de
aanwezige saldi door liefdadige in
stellingen en door de diensten der
charitas, voorzoover deze behulp
zaam zijn om het oorlogsleed te
verzachten.
Een derde correctie, die tot op
zekere hoogte hij de vorige aan
sluit, Is gewensclst met betrek
king tot spaargelden van parti
culieren, die in de voorafgaande
periode zijn .gespaard, tot het
doen van grootere betalingen in
eens bij gelegenheid van belang
rijke levensgebeurtenissen zoo
als geboorten, huwelijken en
sterfgevallen, en dergelijke bij
zondere uitgaven.
Een vierde correctie komt in
aanmerking voor die gevallen,
waarin personen hij gemis aan
looninkomen aangewezen zijn
voor levensonderhoud op de
hoofdsom van hun kapitaal. Zoo
dit in den geld vorm aanwezig
was en door de blokkade is ge
troffen, zal bet in een mate, die
in verband met de levensomstan
digheden .van den betrokkene
redelijk Is te achten, worden vrij
gegeven.
Tenslotte zal er plaats moeten zijn
voor een grens in die gevallen, die
door het voorafgaande niet zijn ge
dekt, doch waarin een strikt hand
haven van de grondgedachte tot oi>
gewenscïrte individueele hardheden
zou leiden.
Heb ik hiermede de hoofdlijnen
sproken, die bij de deblokkee-
ring zullen worden gevolgd,
thans vraag ik nog enkele oogen-
blikken uw aandacht voor een
tweetal vragen die u stellig zeer
ter harte gaan en waarop ik u
eerlijk en onomwonden een ant
woord schuldig ben, nl.: Hoe
gaat het nu verder met het ge
deblokkeerde geld, en welke ver
wachtingen mogen wij koesteren
met betrekking tot het geld, dat
geblokkeerd blijft?
Ik stel er prijs op, dat bij u
allen t.a.v. het beantwoorden der
vragen geen enkel misverstand
ontstaat.
Hoewel de welvaart van een
volk tenslotte niet bepaald wordt
door de hoeveelheid geld, die in
omloop is, maar door de hoeveel
heid en hedanigheid van de goe
deren en diensten, die het tot be
vrediging zijner behoeften kan
aanwenden, is het in een maat
schappij, die op geldverkeer
steunt, nu eenmaal zoo, dat voor
ieder persoon, elk gezin en elk
bedrijf afzonderlijk de mogelijk
heid om in die goederen en dien
sten te deelen van de beschik
king over geld afhankelijk is. Ik
begrijp dus, dat gij allen ver
langt te weten, waar gij aan toe
zijt. Dat is met een enkel woord
gezegd.
Aan hen, die hun geld op on-
oirbare wijze hebben verkregen,
laat ik niet .de minste illusie.
Voor diegenen echter onder u,
die zich t.a.v. de wijze waarop
zij hun bezit hebben verkregen
niets hebben te verwijten, die
eerlijk hebben gewerkt en zui
nig hebben gespaard, die on
danks tegenwind er in zijn ge
slaagd hun geld te redden, of die
de wind hebben mee gehad en
daaruit op volkomen toelaatbare
wijze voordeel hebben getrok
ken, voor hen kan het antwoord
geruststellend zijn. Uw aanspra
ken op hetgeen u inleverde, blij
ven erkend. Dit neemt niet weg,
dat ook zij moeten beseffen, dat
in dit leeggeplunderde en voor
een deel verwoeste land, waarin
vele honderdduizenden weinig
meer bezitten dan hnn schamele
plunje, vrijwel geen huisraad on
der een lekken dak, van allen
die in een meer bevoorrechte po
sitie verkeeren offers, ja zelfs
groote offers zullen moeten wor
den gevraagd. En dit des te
meer, omdat moet worden voor
komen, dat de rouw, de armoe
de en de kommer, die door den
oorlog zijn veroorzaakt, op den
voet gevolgd door de ramp van
een geldontwaarding, waardoor
de basis van het stoffelijk be
staan van vele verdere honderd
duizenden worden ondermijnt!! en
de sociale rechtvaardigheid nog
meer in het gedrang zou komen.
Ik zal tlians mijn antwoord' iets
verder verduidelijken.
Wat het gedeblokkeerde geld be
treft, dit blijft geheel ter beschik
king* van brem of haar die het in
handen krijgt. Uiteraard voorzoover
die handen zuiver blijken. De vrees,
die bij sommigen uwer, naar mij ter
oore is gekomen, heeft postgevat,
dat <de besteding der inkomens
geheel aan banden zou worden ge
legd, de vrijheid van verbruik en
bedrijfsuitoefening volkomen zou
worden opgeheven, is volmaakt on
gegrond'. Niemand zal intusschen de
nooGzaak betwisten dat zoolang t.a.v.
het meerendeel der goederen nog
zulk een pijnlijke schaarsclrte be
staat, het handhaven van 'n veel om
vattend distributiestelsel onvermij
delijk is. Ook voor de bedrijven zal
vooralsnog de aanschaf van voorra
den, hulpstoffen en machines aan
een stelsel var.' toewijzingen moeten
blijven gebonden. Deze maatregelen
zijn noodig om te zorgen, dat zij, die
over meer koopkracht beschikken
dan anderen, niet door prijsoverbie-
dir.gen een grooter deel van de be
schikbare goederen in handen zou
den krijgen dan met de billijkheid'
in overeenstemming' is. Tevens moe
ten de noodige waarborgen blijven
bestaan dat mindere goederen var.-
enkelen niet zullen voorgaan bij
meer dringende behoeften van ve
len. Bovendien is ons land' voor tal
var.1 goederen, vooral voor voedings
middelen en grondstoffen aangewe
zen op import uit het buitenland'.
De schaarschte aan buitenlandsche
betalingsmiddelen, die er toe leid't,
dat wij op grooten schaal bij andere
landen moeten leenen, vereischt bo
vendien een scherpe controle op al
datgene wat wordt ingevoerd'. Het is
een groot algemeen belang, dat deze
dikwijls duur gekochte invoer van
maatschappelijk oogpunt uit 'n doel
matige en verantwoorde bestemming
krijgt. Versterking van .het nationale
productievermogen staat daarbij
volstrekt op den voorgrond'. Dit al
les maakt het vooralsnog noodzake
lijk dat d'e regeering aan het econo
mische leven een krachtige en vér
gaande leiding geeft. De overgang
van een oorlosgeconomle naar een
vredeseconomie kan zonder een zoo
danige leiding niet zonder onrecht
en ontsporingen tot stand' worden
gebracht. Ik meen dat een ieder,
dïe zich op de basis der feiten stelt
en zich de bestaande problemen in
denkt, deze slotsom zal kunnen be
amen.
Wat de tweede vraag aangaat, die
betrekking heeft op de toekomstkan.'
het geld, dat geblokkeerd' blijft,
moet verschil worden gemaakt tus-
schen geld dat tijdelijk en geld dat
blijvend aan de circulatie zal wor
den onttrokken.
Terstond na. het einde van de
inleveringsweek komt de eerste
f 100.van de geldkaart. Het
ligt in het voornemen om het
geen daarna .op uw geldkaart
blijft staan, resp. een overeen
komstig bedrag, uit hetgeen uw
banksaldo aanwijst, op latere tijd
stippen en ln geleidelijken vrijen
geldomloop toe te laten. Het
tempo, waarin dit zal geschieden,
hangt eenerzijds af van den aan
voer van het bank- en muntpa
pier, dat nog in aanmaak is, an
derzijds van de verkeersbehoef-
te, die wij regelmatig zullen
peilen. Voor de bij de banken en
andere inleveringskantoren ge
storte bedTagen, naast die van
de geldkaart, zal op den duur
verdere deblokkeering kunnen
volgen, indien en voorzoover
daaraan reëele behoefte bestaat.
Voor datgene, waaraan blijvend cle
toegang tot de circulatie moet wor
den ontzegd, staan in hooi
viertal bestemmingen oper»*:
1. Betaling van achterstallige be
lastingen;
2. Betaling van bijzondere heffin
gen ineens;
3. Inschrijving op staatsleenmgen,
en
4. Een omzetting in spaardeposi-
to's bij spaarbanken en banken.
Een ceel van dit geld zal derhalve
uiteindelijk naar de schatkist wor
den overgebracht, waarbij het voor-
zoov.er het voor het doen van in
schrijvingen op staatsleenmgen wordt
g'ebruikt, aan d'en bezitter een ren
te-inkomen zal schenken; dit laat
ste dat het een rente afwerpt is
ook toepasselijk op d'e spaardeposi-
to's. Op de vraag, of het zoo ver
kregen staatspapier en spaartegoed'
overdraagbaar zal worden gesteld,
kan ik u op dit moment nog geen
definitief uitsluitsel geven. Deze
overdraagbaarstelling' zal t.z.t. wor
den beoordeeld, wanneer wordt
overgegaan tot een hervatting van
het vermogensverkeer, in het licht
der dan heerschende omstandighe
den.
Op een beleenbaarstelling van dit
staatspapier bestaat weinig kans,
aangezien zoodoende d'e gieldomloop
weer zou kunnen vermeerderen bo
ven het toelaatbare maximum.
Nu ik u over de toegelaten be
stemmingen van het vrije geld
en van bet geld, dat tijdelijk of
permanent geblokkeerd zal blij
ven, zoo goed mogelijk heb in
gelicht, wil ik tot slot nog een
paar opmerkingen maken over
een onderwerp van wijdere
strekking, dat niettemin met het
voorafgaande ten nauwste in
verband staat.
Ik merkte reeds op, dat een
deel van het geld, dat door u is
ingeleverd, zijn bestemming zal
vinden in de schatkist, die daar
aan een meer dan normale be
hoefte heeft. Maar als het daar
is, wat zal er dan mee gebeuren?
Deze vraag is inderdaad van
het grootste belang uit geld
politiek oogpunt Immers, zou
dit geld in de naaste toekomst
door den staat opnieuw geheel
worden uitgegeven en op die
wijze weder in omloop worden
gebracht, dan. is het gevaar zeer
reëel dat wij na eenigen tijd voor
een herhaling komen te staan van
het vraagstuk, waarvoor de ope
ratie, die thans geschiedt, juist
een oplossing tracht te geven. Na
een zekeren tijd toch zou dan
opnieuw wanverhouding ontstaan
tusschen de goederenhoeveelheid
en de geldhoeveelheid bij het
door de regeering toelaatbaar
geachte prijsniveau. Het mooiste
zou natuurlijk zijn indien de
staat en ook de lagere publiek
rechtelijke lichamen waarbij
vooral aan de gemeenten te den
ken valt van nu af aan voort
aan van de loopende inkomsten
zouden kunnen leven, d.w.z. van.
de opbrengsten der normale be
lastingen.
De omstandigheden zijn echter
van dien aard. dat de staat
cm mij hiertoe te bepalen ge
durende den eersten tijd wegens
de noodzaak om op grooten
schaal hulp te bieden aan getrof
fenen, mede te werken aan het
herstel en een apparaat te for-
meeren tot handhaving der in
terne en externe veiligheid, hier
en in de overzeesche gewesten,
zeer groote uitgaven moet doen,
die onmogelijk geheel uit de in
komsten der belastingen kunnen
worden bestieden. Alleen reeds
de maatregel, waartoe de regee
ring besloten heeft ter overbrug
ging van het tijdelijk verschil tus
schen de buitenlandsche en de
binnenlandsche prijzen van een
aantal goederen, die tot de mid
delen ter bevrediging van eerste
levensbehoeften behooren, vor
dert een bedrag ten laste van het
Rijk, dat overeenkomt met de to
tale staatsinkomsten in de laat
ste vooroorlogsche jaren.
Aan. de opvoering der belastingen
die weliswaar met de verwachte
toeneming der geldinkomen rij
kelijk zullen gaan vloeien, zijn
bepaalde grenzen gesteld, zij
mogen niet van een zoodanigen
aard zijn, dat zij den prikkel tot
arbeid en den ondernemingslust
verminderen. Voorts moet men
rekening houden met de helaas
geldende psychologische wet
volgens welke bij verzwaring
met name van directe belastingen
en accijnzen, de belastingfraude
toeneemt. Deze factor maakt het
zeer gewenscht, dat zoo snel mo
gelijk een belastingherziening tot
stand komt, die in sommige bui
tensporige heffingen, welke de
bezetter heeft ingesteld, een zoo
danige wijziging brengt dat deze
niet alleen van on-Nederlandsche
bestanddeelen worden ontdaan,
maar dat zij daarenboven geen
belemmering meer vormen voor
de zoo gewenschte ontplooiing
voor het herstel. Al zal hier voor
in andere onderdeelen van het
belastingstelsel een compensatie
moeten worden gevonden, toch
ziet het er zelfs voor den meest
optimistischer! beschouwer naar
uit, dat de staatsbegrooting voor-
loopig niet sluitend zal zijn te
maken.
Onder deze omstandigheden be
staat er slechts één aanvaardbare
uitweg. De Staat mag zich de
benoodigde middelen, boven het
geen de belastingen aan inkom
sten poleveren, niet gaan ver
schaffen door het laten draaien
van de bankbiljettenpers. Deze
methode, op ruime schaal door
den bezetter toegepast en die ons
de armoede, waarin zijn schan
delijke roof- en vernielzucht ons
heeft gestort, ook nog met een
enorm teveel aan geld heeft op
gescheept, is on-Nederlandsch, en
wij mogen er trotsch op zijn. dat
wij dit zoo mogen noemen. Van
mij, landgenooten, is niet te ver
wachten, dat ik dezen weg vrij
willig zal betreden en ik hoop
het werk te hebben verricht om
het inslaan van dit spoor te ver
mijden.
Ik herhaal, als men de bank
biljettenpers niet wil, is er on
der de omstandigheden, die ik
schetste, slechts één uitweg, die
verantwoord is en die bij een
voorzichtig beleid op het gebied
der Staatsuitgaven tot het ge
wenschte doel kunnen leiden, n.l.
de weg der besparingen, d.w.z.
van het niet-verteren, doch door
storting van een deel van uw
inkomen, om dit aan den Staat
of te zijner ontlasting voor zoo
ver zulks wenschelijk is, recht
streeks of via beleggingsinstel
lingen, die zich bezighoudep met
de financiering van het herstel,
aan het bedrijfsleven ter be
schikking te stellen. Ik weet, dat
er bepaalde bevolkingsgroepen
zijn, voor wie het sparen niet of
slechts in zeer beperkte mate
mogelijk is; maar daartegenover
staan ongetwijfeld groote groe
pen, die daartoe wel in staat zijn.
Vooral gedurende den eersten
tijd, nu de aanvoer van goede
ren ddie men gaarne zou wen-
schen ter aanvulling of vernieu-
(Vervolg pag. 3, le kolom)
Done
De
hield*
te Alk
handel
zaak
waarv<
en drij
wegenj
Piet
De
van D
■werd
van cc
op 5
menie
neerge
hij is
Er b
weldig
zijde
bliek;
bliek
Hoev
uitgesc
12 nog
noodig
om
ters
garetje
blauwe
rechtsz
De
geopen
De
als vo
Doomt
Plugg'e
teur-m
Vries;
meskei
Mr. A.
•wing
ging,
gering
lijkhei
volk
spaarz
zoover
maar