Minister Ringers gaat bouwen
HET BOUWPLAN 1946
De grondbeginselen van
Nieuw Noordhollandsch Dagblad
3
Het moet lukken en
het zal lukken
HET CIJFER
Van de schoenenbon
Geen audiëntie
NAAR EEN BURGER
OORLOG?
ISRAëL OF SARAH
Qaatste nieuws
KARDINAAL TIEN
HEDEN IN ONS LAND
DE RAMP VAN DE
BETTY
VRIJDAG 15 MAART 1946
LI ET „BOUWPLAN 1946", van zoo diepingrijpende beteekenis
en waarop ons land wel haast hartstochtelijk heeft gewacht,
is thans openbaar gemaakt. In een hieronder afgedrukt inleidend
artikel geeft de Minister van Openbare Werken en Weder
opbouw, de pijlers aan waarop het plan is gebouwd en de richt
lijnen, volgens welke men op de minst kostbare, meest snelle en
toch solide wijze de uitvoering ter hand zal nemen.
Zonder gevaarlijke beloften en met open oog voor de reqliteit,
heeft hij als een kundig operateur dit zeer belangrijke vraagstuk
aangesneden, onder het veelzeggende motto: Het moet lukken
en het zal lukken.
Offers en medewerking.
De publicatie van het „Bouw
plan 1946" is een gebeurtenis van
bijzondere beteekenis. Zij legt op
nieuw met grooten ^nadruk vast,
hoe diep de overheid, door de om
standigheden genoopt, moet ingrij
pen in de bouwbedrijvigheid.
Door een doelmauge aanwen
ding van arbeidskrachten, bouw
materialen en kapitalen moet de
nood daar het eerste verholpen
worden, waar zulks het drin
gendst geboden is.
Meer dan ooit is thans een ver
antwoorde leiding en beheersching
der bouwbedrijvigheid noodzake
lijk. Wij staan immers aan het
begin van de uitvoering van een
ontzaglijk groot, vele jaren om
spannend, bouwprogram, dat
voorzien wil in het ontstellende
woning-tekort, een program, dat
vernieuwen en herstellen moet,
wat in den oorlog vernietigd en
gehavend werd, een program, dat
ons de uitvoering en voltooiing
moet brengen van vele groote
werken en deze taak moet vol
bracht worden met een minimum
aan materialen, met efficiënt ge
bruik van de beschikbare arbeids
krachten en met zoo weinig mo
gelijk verspilling van kapitaal.
Dit bouwprogram zal zich moe
ten uitstrekken over een periode
van minstens 10 jaren en de
bouwbedrijvigheid zal in die jaren
grooter moeten zijn dan zij ooit
geweest is.
Voor het jaar 1946 is het bouw
plan thans gereed. Snel en ra
tioneel bouwen met een doelma
tige aanwending van de beschik
bare arbeidskrachten, mate
rialen en geld, dat is het hoofd
motief voor het bouwplan 1946,
zooals het hoofdmotief zal moeten
zijn voor het bouwplan der vol
gende jaren.
Een opmerking moge mij daar
bij van het hart. Er zal voor ge
zorgd moeten worden, dat snel
heid en efficiency niet worden
opgevoerd ten koste van het
woonpeil en ten koste van de soli
diteit der uitgevoerde werken.
Nederland heeft opdit gebied
een goeden naam verworven en
dientengevolge ook een goeden
naam te verliezen. Het bouwplan
1946 is de vrucht van studie en
overleg. Het is tot stand gekomen
door moeizame overpeinzing en
nauwgezette bestudeering der
mogelijkheden het dankt zijn
totstandkoming aan een harmoni
euze samenwerldng tusschen over
heid en bedrijfsleven.
Het plan ligt voor u. Het mag
niet slechts het voorwerp zijn van
de belangstelling van een klein
deel van ons volk.
Wij gaan immers een nieuw
huis bouwen, dat door heel ons
volk bewoond moet worden en
voor den bouw waarvan wij de
hulp van heel ons volk noodig
hebben.
De Minister van Openbare Werken en
Wederopbouw, dr. Ir 3. A. Ringers,
die stoere Noordhollander, die vaart
wil zetten achter den wederopbouw
De uitvoering van een plan vraagt
van velen offers. In verschillende
der zwaarst getroffen gebieden zul
len arbeiders uit de overige, minder
of zelfs in het geheel niet getroffen
geb.eden, te werk worden gesteld.
Dwang ligt niet op onzen weg. De
arbeiders, evenals trouwens oe Inge
nieurs, aannemers en technici, zullen
dus vrijwillig de taak op zich moe
ten nemen, dikwijls gehuisvest in
kampen, vaak ver van huis en ge
zin, te gaan werken.
Dit is een offer dat de gemeen
schap van hen vraagt en dat zij voor
een belangrijk deel zelf reeds ge
bracht hebben. Duizenden hunner
werken reeds in de Betuwe en op
Walcheren, in Zeeuv/sch Vlaanderen
en in Limburg, in al de geteisterde
gebieden.
Ik besef ten volle dat het geluk
ken van het bouwplan 1946 niet ln
de laatste plaats afhankelijk is van
de vraag of de medewerking van de
arbeiders kan worden verkregen. Ik
doe een dringend beroep op hen die
medewerking van ganscher harte te
verleenen.
Ik wil geen beloften doen, want ik
weet niet, of ik ze zou kunnen na
komen, maar wel wil ik trachten al
het mogelijke te doen om den ar
beiders het verblijf "in den vreem
de" zoo dragelijk mogelijk te maken
De vraag, of het gelukken zal het
bouwplan 1946 te verwezenlijken ts
dus in sterke mate afhankelijk van
de medewerking van de arbeiders.
Maar het is eveneens afhankelijk
van andere omstandigheden, waarop
wij vaak slechts wein g invloed kun
nen uitoefenen. Zoo is het de vraag,
of wij over voldoende deviezen de
beschikking zullen hebben om de
noodige bouwmaterialen in het bui
tenland te koopen en zelfs als dat
het geval zou zijn, of wij dan over
d i e materialen de beschikking
kunnen krijgen, die wij dringend
noodig hebben.
Er is dus een aantal onzekere
factoren, die moeilijkheden bij de
uitvoering van he.t bouwplan kun
nen veroorzaken.
Maar de afloopende maanden
hebben reeds bewezen, hoezeer
wij in staat zijn geweest, ondanks
overstelpende moeilijkheden,
scheppend werk van grooten om
vang te verrichten. Wij putten
daaruit de zekerheid, dat ook het
bouwplan 1946 tot uitvoering zal
worden gebracht.
Het moet lukken en het
zal lukken.
De uitvoering van het bouw
plan 1946 is -inmiddels begonnen.
Mogen wij er in gemeenschap-
pelijken, harden arbeid in slagen,
dit plan volledig tot werkelijkheid
te maken.
Zooals bekend is, zal te begin
nen met 1 April 1946 het laatste
cijfer van het stamkaartnummer
bepalen, wie in de desbetreffende
maar,id een schoenenbon ont
vangt. Van officieele zijde wordt
medegedeeld, dat dit ciifer op 25
Maart zal worden bekend ge
maakt.
Z. H. Exc. de Bisschop van
Haarlem zal op Dinsdag 19 Maart
géén audiëntie verleenen.
DE BEURS EN DE MINIS1ER
De door Minister Lieftinck in
Amerika afgelegde verklaring dat
hij het telegrafisch protest van de
Vereeniging voor den Effecten
handel tegen een mogelijke iiqui-
datie van de Nederlandsche par
ticuliere beleggingen in de Ver-
eenigde Staten voor kennisgeving
aanneemt, daar hij zich aan zijn
oorspronkelijke verklaring houdt,
heeft ter beurze van Amsterdam
de noodige beroering teweeg ge
bracht. In beurskringen bestond
de opvatting, dat met de belangen
van den Effectenhandel geen
rekening wordt gehouden en al
dus had zich een gevoel v.an neer
slachtigheid van de Beursbezoe
kers meester gemaakt. Waar de
handel den laatsten tijd al zoo
bitter weinig te beteekenen heeft,
werd de meening uitgesproken,
dat het onder de bestaande om
standigheden weifiig zin heeft om
nog noteeringen te maken. Deze
kwestie was voor de Beurs zoo
alles overheerschend, dat feitelijk
eerst tegen het slot van de notee
ring nog wat zaken werden ge
daan.
Op "Gilles" met hun traditioneele
uitrusting en hun hoofdtooi van
struisveeren vormden het middelpunt
van de carnavalsfeesten in het Bel
gische plaatsje BInche, die door
duizenden werden bijgewoond. AP P
Griekenland is op weg naar een
nieuwen burgeroorlog, zoo meldt
de bijzondere correspondent van
de News Chronicle. Terwijl de
rechtervleugel er op staat, dat de
verkiezingen op 31 Maart gehou
den zullen worden, zij® de groe
pen van het centrum en links
even vast besloten uitstel van de
verkiezingen te verkrijgen. De
rechtschen hebben hun aahhani-
gers tot massavgrgaderingen op
geroepen. te houden op 17 en 24
Maart.
De regeering heeft deze bijeen
komsten verboden. Men verwacht
thans ernstige moeilijkheden
aangezien geheime instructies zijn
opgevangen aan organisaties van
den linkervleugel om „gereed te
zijn voor den strijd". Men acht
den toestand in feite gelijk aan
dien van December 1944 aan den
vooravond van de toen uitbreken
de revolutie.
Het lid der Tweede Kamer de
heer Goedhart heeft aan den
Minister van Binnenlandsche Za
ken de volgende vragen gesteld:
Is het den minister bekend, dat
Joodsche Nederlanders nog steeds
moeilijkheden ondervinden, door
dat verschillende gemeentesecre
tarieën er bezwaaF tegen maken,
de indertijd, op Duitsch bevel,
toegevoegde voornamen Israël of
Sarah uit de registers van den
burgerlijken stand te schrappen?
Is de minister niet van oordeel,
dat aan dit merkwaardige over
blijfsel van het Duitsche antise
mietisme in onze bevolkingsadmi
nistratie tersiond een einde ge-
maaki dient te worden?
Er worden besprekingen ge
voerd om deelen van de Philips.
industrie naar verschillende ge
meenten in den lande over te
brengen, dit in verband met het
tekort aan ruimte en werk.
krachten.
Hedenmiddag om kwart over
vier arriveert oP het vliegveld
Schiphol Z.Em. Kardinaal Tien,
Bisschop van Tsingtao. Namens
den Bisschop van Roermond zal
zijn Vicaris-Generaal, Prof. Dr.
Feron, ter verwelkoming aanwe
zig zijn, waarna de hooge gast
zich naar Roermond zal begeven,
waar hij ten paleize van Mgr.
Lemmens vermoedelijk eenige I
dagen zal verblijven. In Roermond
heeft vanavond om half tien een
feestelijke ontvangst plaats, waar
de Commissaris der Koningin in
Limburg den Kardinaal namens de
Nederlandsche Regeering zal ver
welkomen.
Het begin van de tenniscompe-
titie is verschoven naar Zondag
12 Mei, alleen de hoofdklasse zal
waarschijnlijk 28 April beginnen.
Een deel der bemanning
vermist.
Omtrent het Noorsche s.s.
„Betty" dat ter hoogte van Zand-
voort op een mijn is geloopen,
vernemen wij nog, dat van de be
manning, die uit 23 man bestond,
Woensdagmorgen 12 opvarenden
door de motorreddingsboot„Neeltje
Jacoba" te IJmuiden aan wal zijn
gezet. Toen echter Woensdag
avond de sleepbooten „Nestor" en
„Hector" alsmede de „Neeltje
Jacoba" bij de „Betty" aankwa
men om de boot weg te sleepen,
bleek, dat de achtergebleven be
manning niet meer aan boord was.
Aangenomen werd, dat zij met
een eigen reddingsboot het. schip
hadden verlaten en intusschen
aan land waren gegaan. Men
heeft echter sindsdien van deze
zeelieden niets meer vernomen.
De UITVOERING van het
„Bouwplan 1943" staat
nu dus op de helling. Het
zal ons land weer een on
geschonden aanzien moeten
geven. De planning getuigt
van een degelijken opzet en
is tot in de finesses uitge
werkt. ^Het zal echter voor-
loopig nog een open vraag
blijven of de uitvoering het
plan op den voet zal kunnen
blijven volgen. Bij een plan
van een dergelijken gróot-
schen opzet spreken immers
zoo talloos vele problemen
mede. die van de meest uit-
eenioopende factoren afhan
kelijk zijn en van schomxne-
lentien aard, waardoor be
langrijke onderdeden in het
tienjarenkadar wel eens in
het gedrang zouden kunnen
raken. Doch het Plan is er
en de uitvoering beleeft on.
middellijk haar stapelloop.
Dat op zich is reeds een
zevenmijlsstap op den weg
naar herstel.
Het was te verwachten, dat de
te nemen maatregelen op veler
lei terrein van zeer diepgrijpen.
den aard zouden zijn. Ook daar
in stelt het plan zeker niet te
leur De inschakeling van alle
beschikbare bouwvakarbeiders,
de verplaatsing van een perso.
neelsurplus van minder getrof
fen naar zwaar getroffen gebie
den, de economie in de verplaat
sing der arbeiders, het opvangen
van stagnaties door de soepel
heid van materiaalaanvoer zijn
vraagstukken, waarvan de op
lossing slechts dan tot gunstige
resultaten, kan leiden, wanneer
het Nederlandsche volk zijn
offerbereidheid en zijn uiterste
medewerking zal demonstreeren
in krachtige daden.
De grondbeginselen
Het bouwplan gaat uit van de
volgende grondbeginselen:
1) Inschakeling van alle be
schikbare bouwvakarbeiders.
2) 25 pet,, der arbeiders uit de
minder getroffen gebieden
zullen ter plaatse van hun
nieuwen werkkring worden
gehuisvest. Een gelijk per
centage zal dagelijks tus
schen huis en werk heen en
weer reizen.
3) De rest.eerende 50 procent
zullen primair het herstel
2-E schrokken er van. „Zoo zoo, dus jullie wenschen filmrepor
ters te worden?! Nu dat komt net van pas, want in Ne
derland moeten eenige documentaire films gemaakt worden.
Jullie lijken me nog al handig en geschikt daarvoor." Boebi
Trep en Jippie Jee dachten dat ze droomden na deze woorden
van den commandant en nadat ze twee formulieren en nog
één ingevuld hadden, konden ze inrukken.
der lichte schade in eigen
gebied ter hand nemen.
>e herbouw zal geschieden
op basis van: 25 pet woning,
bouw, 55 pet. industriebouw,
boerderijen en bedrijfsge
bouwen, 20 pet. overige ge
bouwen.
5) Het openbare-werken.pro-
gram wordt nog slechts in
ruwe trekken bepaald in
verband met de elasticiteit
der samenstellende factoren.
6) Aan de hand van het boven
staande wordt, de materiaaL
behoefte bepaald. Hout zal
in aanzienlijke mate door
ander materiaal worden ver
vangen. In beperkte mate
zal het mogelijk zijn, werk
zaamheden uit, te voeren
waarbij het schaarsche ma
teriaal minder noodig is.
Uit de geheele planning blijkt
de volstrekte prioriteit van de
zwaarst getroffen gebieden. Als
werkvolgorde is bepaald: licht
herstel, zwaar herstel, herbouw
en nieuwbouw.
Uit de volstrekte prioriteit van
de zwaarst getroffen gebieden
vloeit de eisch van volstrekte
mobilisatie van het arbeiders,
corps voort
Dit. is echter én uit een oog
punt van huisvesting én uit so
ciale en gezinsoverwegingen on
aanvaardbaar, zoo heet 't in het
plan.
Er moest dus een redelijke
maatstaf aangenomen worden
voor de maximaal op grondslag
van vrijwilligheid te verwachten
mobiliteit.
Nor dit jaar zal, voor zoover
het de provincie Noord-Hol
land betreft, met den bouw
van 1750 woningen, w.o. 100
voor den Noord-Oostpolder,
worden aangevangen, zoo is
in het pian uitgestippeld. De
kosten van liet totale bouw
plan zullen rond 790 millioen
gulden bedragen
Registratie en
vakopleiding
Voor de planning voor volgende ja.
ren zal een scherpere benadering
van de aantallen vaklieden in de
verschillende beroepen noodig zijn.
Aanredrongen moet women op een
duidelijke registratie van de beroe
pen.
Voor de stucadoors zal overwerk-
arbe.d bevorderd moeten worden
Verdere richtlijnen voor de con
structieve samenstelling zijn noodig.
De opleiding van vaklieden spe
ciaal timmerlieden, metselaars,, stu
cadoors en betonijzervlechters moet
op groote schaal ter band genomen
worden. Voorloopig kan dit zonder
beperking geschieden. De vraag of
er animo zal zijn, hangt echter niet
alleen af van de directe mogelijkhe-
nen; maar ook van de toekomstpers
pectieven.
Noodig is dus een globale uitstip-
peling van het toekomstige woning-
beleid. W.I men gedurende een ze
kere periode (b.v. 10 jaar) boven de
normale toeren werken en dan te
rugvallen, dan kan uiteraard geen
scholingsprogramma uitvoerbaar wor
den geacht, dat op de topjaren is be
rekend.
Wil men na de inloopperiode ook
verder gaan met op groote schaal
'oude woonwijken te saneeren en dus-
de volkshuisvesting meer dan tot nog
toe zien ais een voortdurend vernieu
wingsproces; dan behoeft van een in
sterke mate terugvallen van de bouw-
bedrijv.gheid' geen sprake te zijn. In
dat geval wordt de scholing dus ge
richt op een blijvende bouwbedrijvig
heid van grooter orde dan de "nor
male'* vóór-oorlogsche.
Een dergelijk vèr-strekken r' 1 o-
ningbeleid vraagt echter reec- - a
maatregelen om de groote san er n-
gen na afloop van de herstel, en
wederopbouw-periode en na de vol
tooiing van den "normalen" achter
stand ook economisch mogelijk te
maken.
Uiteraard zuilen ook bij het
richten van de scholingspolitiek op
'n blijvend grooter bouwvolume
verschuivingen optreden in de ver
houding van de aantallen voor de
verschillende beroepen.