i
De zorgwekkende financieele
toestand
Van Mook over de komende
ontmoeting met Soekarno
JONGERENORGANISATIE
goedgekeurd na veel critiek
Nieuw Noordhollandsch Dagblad
Gemeentelijke uitgaven nog steeds
stijgende
De Republiek kan niet worden ontkend
Partijraad K.V.P. II
Bijna 72000 gerepatrieer-
MAANDAG 11 NOVEMBER 194B
Gelijkmatiger verdeeling
van de lasten
JN DE MEMORIE van antwoord
op het Voorloopig Verslag over
de Rijks be greeting herhaalt de
minister zyn reeds eerder uitge
sproken opvatting, dat de finan
cieele toestand yan het Rijk zorg
wekkend is. De minister deelt
nogmaals mede, dat met kracht
zal worden gestreefd naar ver
dere drastische verlaging van de
uitgaven van den buitengewonen
dienst en naar verbetering van
den gewonen dienst.
Als een der eerste middelen om
te komen tot bezuiniging ziet de
regeering het houden van een
taak-inventarisatie en een criti-
sche taakanalyse van de ver
schillende Bureaux van de mi
nisteries en hun buitendiensten
teneinde tot de meest doelmatige
formatie van de personeelsbezet
ting dier Bureaux te komen. In
krimping van het Rijkspersoneel
is noodzakelijk dat erkent ook de
minister en hij heeft een inter
departementale commissie inge
steld voor het geven van advies
in deze materie.
Moge het advies van deze com
missie niet al te lang uitblijven,
want vermindering van het
Rijkspersoneel is niet alleen in
het belang van de Rijksfinanciën
maar kan ook het bedrijfsleven
ten goede komen, dat zich al zoo
veel arbeidskrachten ziet ont
gaan door het omvangrijke mili
taire apparaat, dat momenteel
wordt opgebouwd. Waar opvoe
ring van de productiviteit een
belangrijke eisch is voor ons eco
nomisch en ook sociaal herstel, is
het te wenschen dat de Regee-
ring voortvarend' zal zijn bij het
geven van ontslag aan personeel
dat kan worden gemist. De mi
nister zegt verder, dat hij van
den aanvang van zijn optreden
met alle kracht heeft bestreden
de oorlogspsychose, dat geld geen
rol speelt. Dit kan worden toe
gegeven voor wat het eigen de
partement van den minister be
treft. Maar is dat ook het geval
bij de andere departementen?
Gaan de departementen van
Leger en Vloot ook zoo zuinig
met geld om? Wij gelooven, dat
niemand deze vraag bevestigend
zal willen beantwoorden. Het is
thans een gouden tijd voor het
militarisme, ondanks het feit, dat
wij een oorlog achter den rug
hebben, waarvan de gevolgen de
eerste tientallen van jaren zich
duidelijk zullen laten voelen.
Kan men constateeren, dat het
Rjjk reeds een begin heeft ge
maakt met bezuiniging, hetzelfde
kan niet worden gezegd van de
gemeenten, wier uitgaven,, vol
gens de Memorie nog steeds nei
ging tot stijging vertoonen. De
Regeering is voornemens, in af
wachting van de komende her
ziening der financieele verhou
ding tusschen Rijk en Gemeen
ten, de behulpzame hand te bie
den bij het overbruggen der te
korten,
In dit kader bezien, gelooven
wij niet aan een herstel van de
gemeentelijke autonomie. En ook
in de verre toekomst zal dit
Grondwettelijk recht der ge
meenten geen nieuw leven wor
den ingeblazen. De Minister
meent eerder dat een waarde
stijging van onze gulden tegen
over het buitenland ons nog
weinig tot een oplossing zal
brengen, hoewel de minister
verandering niet verwerpelijk
vindt.
Het buitenland, waar de prijs
stijging in verhouding met ons
land relatief grooter is dan in
eigen land, zal dus kunnen blij
ven profiteeren van onze goede
ren, terwijl wij bij het koopen
van buitenlandsche goederen
steeds meer in het nadeel zijn.
De minister is wezenlijk afge
stapt van zijn aanvankelijk
voornemen een spaarcampagne in
te voeren. Blijkbaar is zijne Ex
cellentie thans duidelijk geworden
dat het grootste deel van' het Ne-
derlandsche volk niets meer te
sparen heeft. Men kan natuurlijk
de gedachte van den minister èn
economisch èn ethisch waardee-
ren, maar-'t gaat naar onze mee
ning thans,in de eerste plaats om
een gerechtvaardigde verdeeling
van de lasten. En van dit soort
„distributie" merken wij nog wei
nig. Er is een groot deel van het
Nederlandsche volk, dat het bij
zonder naar „den vleeze" gaat in
der. na-oorlogstijd terwijl de
groote massa niet in staat is zich
de noodzakelijkste levensbenoo-
digdheden aan te schaffen. Loom-
correcties en winstcorrecties die
nen te worden aangelegd. Gelijk
matige verdeeling van de lasten.
Dat is het fundament dat in dezem
Ir. W. Hupkes, president-direc
teur der Ned. Spoorwegen, zal
per 1 Jan. 1947 als zoodanig
aftreden. (A.N.P. P.)
overgangstijd moet worden gelegd
en waarop een nieuwe welvaart
kan worden gebouwd.
M. P. JANSSEN
Wanhopige toestand
in Batavia
In een gisteravond te Bata
via uilgesproken radiorede
heeft dr. van Mook o.a. ge
zegd, dat het bereiken van
een overeenkomst niet het
einde van onze moeilijke
taak bel eekent In zekeren
zin is het slechts een begin.
De toestand te Batavia is
uiterst moeilijk. De invoering
van republikeinsch geld, gepaard
gaande met de stopzetting van de
voedseltoevoer uit de omliggende
streken, heeft een noodtoestand1
doen ontstaan, die binnen enkele
dagen moet worden opgelost. Het
is een van de voorwaarden voor
de verdere onderhandelingen,
omdat aan egn wanhopigen toe
stand als deze, hoe dan ook, een
einde moet worden gemaakt.
Inmiddels is er gegronde hoop,
dat de bijeenkomst te Cheribon
deze oplossing zal brengen, om
dat beide partijen van de nood
zakelijkheid ervan overtuigd zijn.
HET NIEUWE
PRAE5ID1UM
Geen „college" maar we!
„geregeld overleg"
QVER BE JONGEREN
ORGANISATIE zijn in de
Partijraadsvergadering van
de K.V.P. heel wat noten ge
kraakt. Reeds sedert Maart
is de beweging voor de Jon
gerenorganisatie aan den
gang, hier en daar met be
langrijk succes. Thans zou de
ze zaak officieele sanctie
krijgen als orgaan van de
Partij, door de goedkeuring
van een bijzonder reglement
op de Jongerenorganisatie.
Hier kwam nogal verzet tegen,
Vooral in Oostbrabant en Limburg
vond men 'n afzonderlijke organi
satie voor de jongeren niet noodig
Men vreesde splitsing en afschei
ding. Het doel wordt voorbijge
schoten. Er moet wel aan jonge
ren-opleiding worden gedaan,
maar niet apart. Niet een afzon
derlijke organisatie geeft de op
lossing van het vraagstuk, waar
om de jongeren niet geïnteres
seerd zijn voor de politiek, maar
een progressieve, radicale politiek.
Sommigen vreesden, dat de opzet
gedoemd was te mislukken, ande
ren, dat er nog verder moest wor
den gegaan. Velen waren wel
voorstander van het denkbeeld,
maar wilden een andere oplossing
in de uitwerking. De politieke ont
wikkeling noemde men een zaak
van het onderwijs. Dr. Korten-
horst betreurd^» hef verzet tegen
het voorstel en vertelde van goede
resultaten, bijzonder mef'Se jon
gerenorganisatie in Den Haag op
gedaan. De Jongerencommissaris,
de heer Robert, verdedigde het
voorstel en weerlegde verschil
lende bezwaren. Er is geen sprake
van een partij in de partij, maar
van een organisatie voor scholing,
vorming en propaganda. Het gaat
om kernvorming, nog niet om de
massa. Men kan reeds op 21-jari-
gen leeftijd lid zijn'van de partij
en uit deze leden worden de. jon-
gerenafdeelingen gevormd. Van
afscheiding en wegvluchten is
geen sprake. Ook de jongere ar
beiders voelen zich, naar geble
ken is, in dé Jongerenafdeelingen
uitstekend thuis. Dat de Jonge
ren afzonderlijk vergaderen, is
heel begrijpelijk, omdat als regel
't klimaat van de normale afdee- j
lingsvergaderingen hun niet aam. j
staat. Het onderwijs geeft natuur-
lijk alleen maar over de theorie
der algemeene beginselen de po
litieke ontwikkeling, nl. over eco
nomie en maatschappijleer e.d. in
algemeenen zin, maar dat is niet
wat met politieke vorming in den
huidigen tijd bedoeld wordt. Waar
er over paedagogiek gesproken is,
meende de heer Robert, dat de
voorname stelregel der paedago
giek, nl. die der zelfwerkzaam
heid, niet mag worden vergeten.
De Jongerenorganisatie loopt al,
en zal nog beter gaan, wanneer
de Partijraad er zijn sanctie aan
geeft. Dit geschiedde tenslotte in
dien zin, dat in principe besloten
werd, tot de stichting van een
Jongerenorganisatie over te gaan.
Het reglement zal in de Voor
jaarsvergadering aan de orde ko
men.
Het voerzk terschap
Ook het voorstel van het Partij
bestuur inzake de nieuwe regeling
van het voorzitterschap passeerde
niet zonder critiek de revue. Men
weet, dat het P. B. voorstelde, het
reglement zoodanig te wijzigen,
dat er naast den voorzitter, twee
ondervoorzitters zouden komen
die dan een ooilege zouden vor
men, waarin met behoud van
ieders verantwoordelijkheid over
leg gepleegd zou worden over den
gang van zaken met betrekking
tot de leiding van de Partij. Tegen
dit „college" richtten verschil
lende afgevaardigden hun criti-
sche pijlen. Men meende, dat het
een bron van oneenigheid zou
worden in de partijleiding. De
voorzitter deelde die vrees niet en
legde er den nadruk op, dat er
geen sprake is van een drieman
schap met collectieve verantwoor
delijkheid. Ieder der drie heeft
zijn eigen verantwoordelijkheid,
en dan meer speciaal voor de on-
derdeelen van het werk, dat hem
wordt toebedeeld. Maar de voor.
zitter is de voorzitter van de Par
tij en heeft zijn veranwoordelijk-
heid als zoodanig. De ondervoor
zitters staan hem bij. Hun taak is
een geheel andere dan die van
den vroegeren ondervoorzitter,
die alleen maar den voorzitter bij
ontstentenis verving. Onjuist is
ook de meening, dat de nu voor
gestelde oplossing gekozen zou
zijn, om de verschillende stroo
mingen in de partij te verzoenen.
Van stroomingen is niets bekend,
aldus mr. Witteman! De Kring
Den Helder (door den voorzitter
als een der meest-actieve kringen
geprezen) had eenige amende
menten ingediend, om duidelijker
te doen uitkomen, dat t.z.t. desge.
wenscht weer tot de eenhoofdige
leiding zou kunnen worden terug
gekeerd. Bovendien meende men,
dat het de bedoeling was, ook in
geval er één onder-voorzitter was,
van een college van overleg te
spreken. De voorzitter betoogde,
dat dit geenszins de bedoeling
was en achtte het eerste overbo
dig. Toen het woord .college het
struikelblok bleef, en pogingen tot
de keuze van een ander woord
faalden, bracht de kring Den Hel
der uitkomst met een voorstel,
he woord geheel weg te laten en
de redactie overigens zoo te doen
luiden, dat geregeld overleg tus
schen den voorzitter en de onder
voorzitters, als in het voorstel be
doeld, toch reglementair zou wor
den vastgelegd. Dit werd einde
lijk als de uitkomst aanvaard.
Daarna werden volgens de
voordracht tot voorzitter en on
dervoorzitters resp. gekozen de
heeren W. J. Andriessen te
Utrecht, Chr. Matser, Arnhem en
mr. E. M. J. A. Sassen te Vught.
De nieuwe voorzitter, de heer An
driessen nam nu de leiding van de
vergadering over en bracht aller
eerst dank aan den heer mr. dr.
Witteman. voor de wijze waarop
hij anderhalf jaar lang de leiding
van de partij heeft gevoerd. Ver
volgens bracht hij dank aan mr.
Frans Teulings, die afgetreden is,
in het bijzonder in verband met
huiselijke omstandigheden. Hij
verdient grooten dank ,voor het
werk, dat hij gedurende zooveel
jaren voor het werk van de staat
kundige organisatie der katholie
ken heeft gedaan.
Ir. F. Q. den Hollander, die
ir. W. Hupkes zal opvolgen
als president-directeur der
Ned. Spoorwegen. (A.N.P. P.)
Over het bestand zei Dr. van
Mook, dat inderdaad op de mees
te fronten het vuren is gestaakt,
terwijl de overneming van Pa-
lembang door Nederlandsche
troepen zonder incidenten is ver-
loopen. Eveneens is de water
kwestie van Soerabaja zonder
moeilijkheden tot een oplossing
gekomen.
In de besprekingen, die op het
bestand volgden, kon de commis
sie-generaal verklaren, dat de
oplossing van onze problemen be.
vredigend en eervol voor beide
partijen is.
In Cheribon zal de commis
sie-generaal waarschijnlijk
Soekarno en HaUa ontmoe
ten, op welk punt veel on
gerustheid en verwarring be
slaat. Maar na eenig dieper
nadenken moet men wel tot
de conclusie komen, dat de
realiteit van de republiek
niet willekeurig kan worden
ontkend, De beoordeeling
van de leidende figuren van
een volk berust uiteindelijk
bij' dal volk zelf.
Als wij mogen uitgaan van het
feit, dat de leidende figuren aan
beide zijden eerlijke menschen
zijn, bezield van den oprechten
wensch om tot een behoorlijken
en duurzamen vorm van samen
werking te komen, dan meen ik
veilig te mogen verklaren, da!t
wij op een gunstig resultaat kun
nen hopen."
President en leden van
den Hoogen Raad
benoemd
Tot president van den Hoo
gen Raad der Nederlanden is
benoemd mr, dr. J. Donner,
thans raadsheer in den Hoogen
Raad. Tot vice-presidenten zijn
benoemd mr. N. C. M. A. van
den Dries, thans raadsheer en
mr. dr. W. A. J. M. Fick, even
eens thans raadsheer.
Tot raadsheeren zijn benoemd
mr. P. H. Smits, die tijdelijk
het ambt van raadsheer uit
oefende, mr. G. H. A. Feber,
thans rechter in de rechtbank
te Almelo, en mr. A. Rom-
bach, thans advocaat-generaal
bij den Hoogen Raad.
WEDEROM EEN STA
TION OPGEBLAZEN
IN PALESTINA
Het hoofdgebouw van het
station Ras el Ein aan den
spoorweg van Palestina naar
Egypte is door bommen opge
blazen. Drie joden kwamen
met een gesloten vrachtauto
voor het station en brachten
eenige koffers met het op
schrift .bommen, gevaar" in de
wachtkamer. Zij bedreigden 'n
stationsambtenaar, die hen den
toegang wilde beletten, met
een revolver. De daders kon
den ontsnappen, voordat poli
tie en militairen aanwezig wa
ren. Het gebouw werd ont
ruimd en een half uur later
vlood het de lucht in. Bij de
explosie ^werden drie Britsche
soldaten en een Arabier licht
gewond.
den thans in ons land
De Repatrieeringsdienst deelt
ons mede, dat met 58 repa-
trieeringsschepen 67135 repa-
trieerenden uit de Oost in ons
land zijn teruggekeerd. Op de
zoogenaamde „wilde booten"
werden nog 1004 personen
naar het moederland overge
bracht, terwijl met Skymas-
ters 3745 evacué's werden ver
voerd. Vermoedelijk zullen na
1 Januari nog ongeveer 15000
evacué's Batavia verlaten