DE KONING STERFT NIET
Ons stelsel ven troonopvolging
Welkom prinses
geboren in ballingschap
FEESTDAG
IN
NEDERLAND
J
Te 9 uur 57 werd een
prinses geboren
W
31 Januari 1938:
J
5 Augustus 1939:
PRINSES IRENE!
Het derde prinsenkind zag op 19 Jan. 1943
te Ottawa het levenslicht
Geboorte-klok
Dinsdag 18 Februari 1947
NIEUW NOORDHOLLANDSCH DAGBLAD
PAG. 3
QE KONING STERFT NIET. Deze woorden van den Duitschen rechtsgeleerde
Stahl, die leefde in de vorige eeuw, komen ons in herinnering nu er alom in
den lande feest is om de geboorte van een nieuwe Oranjetelg. ,,De Koning sterft
niet". Velen zullen zich wellicht afvragen of het wel juist is deze woorden te ge
bruiken aan het begin van een artikel over het stelsel van troonopvolging. Ja,
het zou niet ondenkbaar zijn, dat hier of daar de meening naar voren werd ge
bracht, dat het eigenlijk verkeerd is te gaan schrijven over troonopvolging bij de
geboorte van een prinsenkind. Immers troonopvolging heeft meestal plaats bij
sterven, wat juist geheel tegengesteld is met geboorte. Geboorte en sterven, de
Alpha en Omega van ieder menschenleven
Toch komt het ons voor, dat
het goed is om in deze feeste
lijke Oranjekrant over dit on
derwerp te schrijven. In de
eerste plaats omdat door deze
geboorte het Oranjehuis weer
versterkt is, zoodat, bij erken
ning van den grooten zegen van
den Monarchalen staatsvorm
voor ons land de mogelijkheid
van behoud van een waarlijk
Nationaal Koningschap grooter
is geworden. En in de tweede
plaats omdat over dit onder
werp bij zeer velen weinig of
niets bekend is.
Geen romantiek meer.
Voor sommigen gaat van het
Koningschap een zekere roman
tiek uit. De moderne mensch
echter heeft die romantiek
vaarwel gezegd. Zeker de na-
oorlogsche mensch verwerpt
het politieke bijgeloof, dat vroe
ger bestond in het goddelijke
recht van de Koningen. Een za
kelijk volk als het Nederland-
sche kan men niet noemen een
monarchaal volk, dat het ko
ningschap als zoodanig vereerd,
maar wel vormen wij een dy-
nastiesch volk, dat hartelijk ge
hecht is aan het Huis van
Oranje.
Jong Koningshuis-
Ons Koningshuis is nog be
trekkelijk jong. Na het herstel
van onze onafhankelijkheid in
1813 werd Willem I Soeverein
Vorst, doch bij de Grondwet
van 1815, noodig geworden door
de samenvoeging van Neder
land en België, wordt de Sou-
vereine Vorst eerst Koning der
Nederlanden. Dat ons Koning
schap verbonden is met het
Huis van Oranje is zeer te be
grijpen als men let op de bij
zondere plaats, die de prinsen
van dat Huis in de functie van
Stadhouder, altijd in ons staat
kundig leven hebben ingeno
men.
In tegenstelling met oudere
monarchieën, waar het Kroon-
erfrecht gewoonlijk geregeld is
in de huiswetten van de Dynas
tie, vindt men bij ons de rege
len van de troonopvolging in de
Grondwet. Hierom kunnen in
ons monarchale systeem wijzi
gingen worden aangebracht
overeenkomstig de bepalingen
geldende voor iedere Grond
wetsherziening.
Mannen gaan vóór vrouwen.
In alle monarchieën staat de
vrouw ten opzichte van het
kroon-erfrecht in meerdere of
mindere mate ten achter bij
den man. Hierbij kan men on
derscheiden de z.g. Salische wet
en het z.g. Castiliaansche stel
sel. In landen waar de Salische
wet heerscht, zooals in België en
vroeger in Frankrijk, Pruisen
en Italië, is de vrouw uitgeslo
ten van den troon. Bij het Casti
liaansche stelsel bestaat het
verschil tusschen het successie
recht van mannen en vrouwen
hierin, dat alleen bij gelijke
graad van verwantschap, de
man vóór de vrouw gaat. De
jongere zoon sluit dus de oude
re dochter uit, maar de dochter
sluit den broeder van den over
leden Koning of diens afstam
melingen uit.
In ons stelsel van troonopvol
ging zijn de strenge consequen
ties van de z.g. Salische wet
doorbroken. Mannen gaan zoo
lang mogelijk vóór, maar uitge
sloten zijn de vrouwen niet.
Drieërlei grondslagen
De grondslagen van ons stel
sel van erfopvolging zijn drieër
lei; a. h.et eerstgeboorterecht (pri-
mo-genituur)b. de plaatsver
vulling (representatie) en het
vóórgaan van mannen voor vrou
wen,
Mr. J. Kappeijne van de Cop-
pello heeft in enkele van zijn ge
schriften den zin van dit systeem
als volgt aangewezen: De stichter
van het geslacht, de aarts-vader,
wordit geacht voort te leven in
zijn nakroost. Elke opvolger,
wiens beurt komt, gaat zitten op
het gestoelte, dat dé stichter
zoude bezet hebben, ware hti •on
sterfelijk Maar, omdat er telkens
slechts één op dat gestoelte kan
zitten en h,et wenschelijk geacht
werd, dat geen strijd mogelijk
zou zijn over de bezetting van
den troon, wordit die opvolger
aangewezen door het feil der
eerstgeboorte, met dien verstande
dat telkens de mannelijke nako
meling de vrouwelijke uitsluit.
Als reden voor deze bevoorrech
ting van de mannelijke telgen
heeft men dikwijls aangevoerd
het feit, dat het huwelijk o.a. als
rechtsgevolg heeft, dat de vrouw
in een ander geslacht komt. Bij
overgang van het gezag op vrou
welijke nakomelingen zou dit dus
komen in een ander geslacht,
waartoe men eerst in de uiterste
noodzakelijkheid zou willen over
gaan.
Tegen vreemde invloeden
Onze Grondwetgever is altijd
bezorgd geweest voor vreemde
invloeden, die ongewenscht zijn.
Daarom bepaalt onze hoogste
Slaatswet, dat van de erf-opvol-
ging, zoowel voor zichzelf als
voor hun nakomelingen, zijn uit
gesloten, alle kinderen, geboren
uit een huwelijk aangegaan door
een Koning of een Koningin bui
ten gemeen overleg met de Sta-
ten-Generaal, of door een Prins
of Prinses van het regeerend
Stamhuis buiten de bij de wet
verleende toestemming. Een Ko
ningin doet zelfs, een zoodanig
huwelijk aangaande, afstand van
en een Prinses verliest haar recht
op de Kroon. Om dezelfde reden
is bij de Grondwetsherziening van
1922 de erfopvolging beperkt tot
den derden graad in de lijn der
afstamming van H.M. Koningin
Wilhelmina. Er is dus een streep
gehaald! door alle aanspraken, die
eventueel zouden kunnen worden
gedaan door buitenlandsche erf-
gerechtigiden, die nu eenmaal ver
vreemd zijn van onze binnenlartd-
sche toestanden. Het is den Ko
ning ook verboden een vreemde
Kroon te dragen.
De regelen van de
troonopvolging
Sinds 1922 geldt bij ons het
volgende stelsel van successie; De
Kroon gaat bij erfopvolging over
op de zonen van den Koning en
verdere mannelijke uit mapnen
gekomen nakomelingen, met dien
verstande, dat bij vooroverlijden
van een rechthebbende, diens zo
nen of verdere mannelijke uit
mannen gekomen nakomelingen
op gelijke wijze in zijn plaats
treden en de Kroon nooit in een
jongere lijn of een jongeren tak
overgaat, zoolang er in de oudere
lijn of den ouderen tak zoodanige
nakomeling wordt gevonden.
Indien de oudste zoon, de eer
ste rechthebbende, eerder dan de
Koning overleden is, dan komt
de zoon van den voor-overleden
rechthebbende, de kleinzoon van
den Koning, op den troon, dus
niet een jongere zoon van den
Koning. Dit is de toepassing van
het beginsel der plaatsvervulling.
Bij ontbreken van mannelijke
opvolgers, gaat de Kroon over op
de oudste in leven zijnde dochter
van den laatstoverleden Koning.
Hier geldt het beginsel der plaatss
vervulling niet. Is dus de oudste
dochter overleden met nalating
van een zoon, dan volgt niet de
kleinzoon van den laatstoverleden
Koning op, maar zijn tweede
dpehter.
Niet verder dan den
derden graad
Ontbreken ook dochters van
den laalstoverleden Koning, dan
volgen successievelijk op diens
kleindochters uit zijn overleden
zoons, diens kleinzoons uit zijn
overleden dochters en diens klein
dochters uit zijn overleden doch
ters. Altijd gaan de kinderen van
den oudsten zoon of dochter vóór
die van een jongere en een ouder
kind vóór een jongere. Er is geen
plaatsvervulling.
Bij ontstentenis ook van per
sonen uit deze groep, gaat de
Kroon over op den man of vrouw,
die den laatstoverleden Koning
in de lijn der afstamming van
De landen in het winterlicht,
de vaarten en het stille huis,
de armen van het molenkruis,
zij trillen in het blij bericht
Soldaten op hun koude wacht,
de meisjes en het lachend kind,
de vlaggen in den winterwind,
zij hebben op dit ód gewacht
De boomen lijken minder zwart,
de sneeuw blinkt witter dezen dag;
onder muziek, gezang en lach
klopt dankbaar 't Nederlandsche hart
Zingt dan, gij zonen van mijn land,
gij dochters, danst Uw rei,
gij vaders en gij moeders blij,
'k zie 't wuiven van Uw hand;
want juist als in een oud verhaal
leeit nu een kind op 't prinsenslot
en 't prinsenpaar, een volk, een God
bezien het blijde, altemaal.
HOORN
JOOP VAN DEN BROEK
Hare Majesteit Koningin Wilhel
mina, het naast, <Joch niet verder
dan den derden graad van bloed
verwantschap bestaat. Daartoe
behooren dus achterkleinkinderen
van den laatstoverleden Koning,
mits geen mannen uit mannelijke
nakomelingen (want dan komen
ze het eerst in aanmerking), een
zuster van den Koning en haar
kinderen, een nicht (broeders
dochter) en een tante van den
Koning.
De vorm der troonopvolging
Het begin der regeering van
(Jen nieuwen Koning kan op
tweeërlei wijzen geschieden. Het
kan zijn, dat de overgang van de
koninklijke waardigheid onmid
dellijk bij het overlijden van den
regeerenden vorst plaats heeft,
volgens het bekende „Le Roi est
mort, vive le Roi". Dan is er dus
geen oogeniblik, waarop er geen
drager der koninklijke waardig
heid is. Dit systeem geldt bij ons.
Een ander systeem geldt in
België. Daar is de uitoefening
van het koninklijk gezag afhan
kelijk gesteld van een bepaalde
rechtshandeling, een verklaring
of eedsaflegging.
Onder invloed van de toene
mende democratie is de abso
lute Monarchie de Koning
die zelfstandig regeert met mi
nisters als zijn persoonlijke die
naren veranderd in de con-
stitutioneele Monarchie, waarbij
de Koning regeert volgens de
Grondwet en dus o.-m. onder
verantwoordelijkheid der mi
nistens. Dat wil niet zeggen, dat
de Kroon geen invloed kan uit
oefenen op het staatsbestuur.
Hier hangt veel af van den per
soon van den Kroondrager.
Toen wij bij den aanvang wezen
ou den zegen van de monarcha
len staatsvorm, dachten wij aan
de regeering van H. M. de Ko
ningin- Aan Haar leiding van
biina een halve eeuw is het te
-ajag uapjaM [tm ;ep 'ua^uep
geerd door kabinetten, die
steunden op de meerderheid van
de Volksvertegenwoordiging.
Daarom staan wii achter wil
len Dr. Schaepman. die zich
keerde tegen Mr. S. van Hou-
ten. toen deze de Kroon verge
leek met een ornament. Met
den grooten Doctor zien wii de
Kroon als de sluitsteen in het
gewelf, een aesthetisch en een
constructief element tegelijk,
waardoor ons Staatsgebouw
wordt samengehouden.
M. P. JANSSEN
Nu heeft Gods milde
aan den eeuwenouden
Oranje en Nederland
weer nieuwe kracht
In 't veilig, warm paleis
begon ge uw groote reis
tot een voorspoedig leven
Geef, sterk en blij van zin,
geluk aan uw gezin,
en dat ge op God moog' bouwen!
En verder wenschen wij,
dat dit uw lijfspreuk zij:
„den vaderlandt ghetrouwe"
Alkmaar
R. J. VALKHOFF
V-
'E SCHRIJVEN 31 JANUARI 1938. Langzaam vergaan de
uren, zeer langzaam, want Nederland wacht. Een jaar na
het huwelijk van het prinselijk paar leeft ons volk weer in een
nieuwe vreugdevolle verwachting. Immers, sinds maanden wordt
geleefd in de wetenschap, dat spoedig een nieuwe loot den
Oranjestam zal sieren. Nu is het zoover, Millioenen oogenparen
zijn gericht op het paleis te Soestdijk en evenzoovele harten
leven mee met wat daar achter de witte muren geschieden gaat.
Journalisten en persfotografen uit alle windstreken zijn gekomen
om het nieuws wereldkundig te maken. De spanning is tastbaar.
De nacht maakt plaats voor
de ochtendschemering en als om
streeks 7 uur het daglicht gloort bo
ven het wintersche landschap van
Baarn, is nog geen verandering in
getreden. Naar de batterijen, overal
verspreid, vliegen telegrammen en
telefonische bevelen. Dan, tegen
tien uur, ratelt de telefoon in de
A.N.P.-telexkamer. Het is Jhr. De-
del. Zijn stem, beheerscht als altijd,
heeft toch een bijzondere trilling,
als hij zegt: „Thans kan ik U mede-
deelen dat een prinses geboren is",
Trotsch en glanzend springt het
blijde bericht op de wachtenden
aan. Handen wuiven en zenuwach
tig gaat het van mond tot mond:
,,Een prinses". Via radio en pers
gaat het Nederland rond. De kanon
nen vertellen het met hun stalen
monden. Vlaggen worden uitgesto
ken, mensohen op de straten dragen
het bericht mee in hun opgewekte
gezichten. Meer dan ooit wordt ge
voeld de saamhorigheid van het
geheele Nederlandsche volk, dat
niet anders wenscht dan dat het
Huis van Oranje tot in lengte van
dagen zal blijven voortbestaan.
Daarom juist wordt de jonge Oran
je-telg met zooveel vreugde begroet,
overal in Nederland zoowel als in
Oost- en West-Indië en Zuid-Afri-
ka.
In Nederland is de oranjevreugde
machtiger dan de druilende regen.
In den Haag werden huizen, trams,
autobussen en taxi's binnen een
minimum van tijd gepavolseerd. De
belangstelling concentreert zich
vooral op de Binnenstad. Het Haag-
sche gerechtshof en de Tweede Ka
mer houden buitengewone zittingen
en talloozen maakten van de gele
genheid gebruik het felicitatieregis-
ter in het Paleis Noordeinde te tee
kenen.
In Amsterdam spuit het enthou
siasme omhoog. De smalle Kalver-
straat is door het kleurige dundoek
overhuifd en het bericht wordt, na
aankondiging door schallende trom
petten, op den Dam door een drietal
herauten voorgelezen.
Ook ons gewest wil niet achter
blijven. Op het Waagplein te Alk
maar bewegen zich massa's men
sohen. De stadsbeiaardier laat de
vaderlandsche liederen langs de
toren tuimelen en fel rosse vlammen
zetten de historische Waag en de
duizenden betoogers dien avond in
een fantastischen gloed.
En ook Hoorn, Schagen en den
Helder blijven niet achter.
Woensdagmiddag, 2 Febr 1938
heeft de officieels geboorteaangifte
plaats ten overstaan van den burge
meester der gemeente Baarn, Jhr,
Mr. G. C. J. v. Reenen, in tegen
woordigheid van den minister-pre
sident dr. H. Colijn en den vice-pre
sident van den Raad van State, Jhr.
Mr. F. Beelaerts van Blokland Aan
de jonggeboren prinses werden ge
geven de namen: Beatrix Wilhel
mina Armgard.
De kranten meldden het in
gToote opmaak: „Hoewel in de
avond van den vierden Augus
tus geen enkel voorteeken er op
wees, heeft Prinses Juliana om
1.09 op den 5den Augustus het
leven geschonken aan een doch
ter." Inderdaad, Aug. 1939 staat
wederom het paleis Soestdijk in
het brandpunt der belangstel
ling. In volkomen stilte ligt
Baarn in den 4 Augustusnacht
in het maanlicht. Deze koele,
regenachtige zomernacht heeft
de blijde gebeurtenis gehracht,
Niemand heeft er ook maar eenig
idee van, dat binnen de muren van
het paleis de blijde gebeurtenis
plaats vindt. Zeker, ook nu zijn alle
voorzorgsmaatregelen door de jour
nalisten getroffen, maar een groote
verrassing is het toch, als in den
nacht luid en schel de telefoonbel
rinkelen gaat. Niet goed te reali-
r\E TIJD schrijdt voort, een groote tijd met groote gebeurtenissen.
Nederland wordt vertrapt door de Germaansche horden,
maar het Oranjehuis leeft. Het prinselyk gezin, via Hoek van
Holland ontsnapt, is, naast H. M. de Koningin, in volle activiteit
ter voortzetting van den stryd vanuit den vreemde. Zoo wordt
het 1943. In Nederland fluistert men, dat vanuit Ottawa in Ca
nada blij nieuws op komst is. Ondanks terreur en verschrikking
gaat er iets leven in de harten van tienduizenden, een niet te
onderdrukken verwachting over datgene wat te gebeuren staat.
Intusschen trekken zich te Ot
tawa de zorgen samen rond de
voor de Prinses afgehuurden lin
kervleugel van het Civic-Hospital
in Ottawa. Niets is hier te bespeu
ren van wachtende journalisten,
vuurmonden in stelling en pers
campagnes. In alle stilte waant
men op de gebeurtenissen in het,
tijdelijk Nederlandsch verklaarde
grondgebied, Civic-Hospital. Sober,
maar misschien juist daarom zoo
indrukwekkend is het bericht van
dr. John F. Puddycombe, dat op
den 19en Januari 1943 des avonds
om 7 uur Prinses Juliana der
Nederlanden het leven heeft ge
schonken aan een gezonde en
flinke dochter. De eerste, tn ver
gelijking met de beide andere ma
len, spaarzame gelukwenschen ko
men binnen, Voor het eerst in de
Canadeesche geschiedenis waalt
i^an de parlementsgebouwen de
Nederlandsche vlag, de vrije vlag
in een vrij land, de boodschap ver
kondigend van een in vrijheid ge
boren Nederlandsch Prinsenkind.
Verder strekken zich de feestelijk
heden, op uitdrukkelijk verlangen
van de Prinses niet uit. Maar ook
zonder uiterlijk vertoon leeft er ln
de harten van de bewoners van de
bezette lage landen aan de Noord
zee, een diepe, waarachtige vreug
de. Onnaspeurbaar voor den be
zetter sijpelt het bericht door naar
alle bevolkingsgroepen. Het wordt
ontvangen als een groet uit de
vrijheid ,als een belofte voor een
komenden nieuwen tijd.
Op 20 Januari maakt de heer G.
P. Luien, de consul-generaal te
Montreal, de geboorte-acte op. De
Koningin, weerhouden door staats
zaken, kan eerst geruimen tijd la
ter het jongste kleinkind bewonde
ren, waardoor ook eerst in begin
Juni, in tegenwoordigheid van
Mackenzie King en de mannen van
de koopvaardij, de doopplechtig
heid in de St. Andrews Presbyta.
rian Church kon plaats vinden.
De benjamin uit het prinselijk
gezin krijgt den naam: Margriet.
seeren is het, als de duidelijke en
besliste stem van Jhr. Dedel ver
klaart, dat H. K. H. Prinses Juliana
het leven heeft geschonken aan een
dochter. Doch niet lang duurt dat.
Daar ratelen enkele oogenblikken
later door het geheele land langs de
technische kanalen van de telex
apparaten de belsignalen bij de
aangesloten dagbladen en kazernes.
Met breede spatie tusschen de let
ters wordt het groote nieuws neer
geschreven en na enkele minuten is
het bekend, niet alleen in den lande
maar ook door den volkomen uitge-
rekenden technischen dienst in
Oost en West. In den wazigen nevel
van het bedauwde land kraken de
51 schoten. De zon stijgt hooger en
brengt warmte over Nederland,
waar de tienduizenden menschen
hun geluk verwerken. Weer luiden,
als in 1938, de klokken en wapperen
de vlaggen en bidden de menschen
ter eere van het Koningshuis en
Oranje, ter eere van het Prinselijk
gezin en het nieuwe Prinsesje.
In Den Haag en Amsterdam, ja,
van Maastricht tot Den Helder staat
weer alles in feesttooi.
Op 7 Augustus 1939 geschiedt,
wederom ten overstaan van de
Baarnsehe burgemeester, de offici-
ëele geboorte-aangifte, waarbij de
nieuwe Oranje-telg de namen ont
ving: Irene Emma Elisabeth.
Joost van den Vondel dichtte op
de zoon van Frederdk Hendrik,
Willem van Nassau, geboren Prince
van Oranje, een „Geboorteklok",
waaraan wij in verband met de
blijde gebeurtenis in het Paleis
Soestdijk, het volgende ontleenen:
Luyk op, o Hollandsch hart,
geteeld van Hollandsch bloed:
Bewaar uw grootvaers naam,
verstand en oorlogsmoed,
En d'edelmoedigheid uws vaders,
jonge Welhem;
Hellem uwes vaderlands
aanstaande vrijheidshelm,
Elck even toegedane,
elck even lieve son,
Elck even milde springfonteyn,
en nectarbron,
Oranjeboomspruyt, schiet uw
takken naar de wolken,
Uw' wortels afgrondwaert;
den vrijgevochten voldken
Gun zoete koele schauw,
den hemel bosch en loof,
Was' tot een pronk, belaen met
zege en wapenroof,
Ruck, ruck Oranjeleeuw,
met zegenrijke tanden,
Den grooten standaard weer uit
s'vijands ljzere handen
Dat het tot vree gedije,
en htj verwonnen blijf
En elck beschaduwd' zij
met takken van olijf,
En dan, met een klein variant,
denken wij met Vondel nog weer
even terug aan de droevige jaren,
die achter ons liggen, met rijke
verwachtingen voor de toekomst:
Al 't onweer is verzacht,
de buien zijn gietemd,
Ons land zijn adem haalt,
de burgers zich verblijen
Prins Willem brengt ons weer
te voorschijn (Toude tijen
't Is bruiloft in de wey,
't is boter tot den booml