Bij de gouden gedenkdag van de sterfdag van de H. Theresia van Lisieux Even aandacht voor: de nachtchauffeur OP DE BAREN VAN VADER THEEMS DE VERRE STEM l Joden willen verdeling van Palestina aanvaarden Heil Massa-arrestaties te Slowakije Motoren razen in het duister over de wegen Van krijtrots en Piccadilly Greenwichdat geen Greenwich meer is Engeland-flitsen J NIEUW NOORDHOLLANDS DAGBLAD - Zaterdag 4 October 1947 PAG. 3 yAN GEEN WOORD is mis schien meer misbruik ge maakt dan van dit. In alle tijden en bij alle volkeren is er, op alle gebied op grote of kleine schaal misleiding geweest. Geweten loze personen hebben de enke ling of de massa gouden bergen beloofd. Of nu een kwakzalver het doet tegenover een patiënt of het Communisme het met machtige propaganda tracht voor te spiegelen aan een economisch ontredderde wereld, het is een speculeren op de behoefte, die diep en onuitroeibaar in elke mens leeft, het verlangen naar behoud en leven, naar welzijn en oeluk. De mens is geschapen met een innerlijke drang naar wat hem tevreden en voldaan maakt, naar rust en genieting en zaligheid. Hij zal die vinden en kel en alleen in Dengene, die hem schiep en die zijn enige einddoel is. Dl Introïtus van de Zondags-mis morgen zegt: „Het heil van het volk ben Ik, zegt de Heer". MARCUS THERESE MARTIN is geboren in 1873, 2 Januari, en gestorven 30 September 1897, dus ruim 24 jaar oud geworden en reeds in 1923 zalig en in 1925 heilig verklaard. Door Paus Pius XI is zij bovendien nog^ot patrones van alle missiën uitgeroepen en zel den heeft een heilige zo spoedig de hele wereld veroverd. Wij geven op de vijftigste herdenkingsdag van haar dood de voor naamste data van haar kortstondig leven. Thérèse Martin is te Alengon, nu eens niet uit arme, maar ditmaal uit welgestelde, voorbeeldige ouders geboren. Op haar negende jaar werd zij aan de Benedictinessen te Li sieux ter opvoeding gegeven. Van een zware ziekte, die haar op haar tiende jaar reeds trof, werd zij op wonderdadige wijze genezen. Op haar vijftiende-jaar reeds trad zij, nadat zij de hulp van Paus Leo XIII had ingeroepen, in bij de on geschoeide Carmelitessen te Li sieux. Zij v/as bijzonder getroffen door de woorden uit het Boek der Spreuken: Wie klein is, kome tot Mij" Spreuken 9, 4). Daarom wilde zij om aan de Allerhoogste nog meer te behagen, een klein kind in de geest zijn en liet zich daarom met kinderlijk vertrouwen voort durend aan God als de liefdevolle Vader over. In deze weg van het geestelijk kind zijn. onderrichtte zij naar de leer van het evangelie ook anderen, vooral de novicen, wier opvoeding haar was toever trouwd. Twee jaar vóór haar dood bood zij zich aan de liefde van de barmhartige God als slachtoffer aan, omdat zij er diep onder leed, dat Gods liefde overal gering ge schat werd. Vier en twintig jaar oud, steeg zij naar haar hemelse Bruidegom op, als laatste zucht de woorden uitsprekende „Mijn God, ik bemin U". Stervende had zij nog beloofd, dat zij een nimmer ophou dende rozenregen op de aarde zou laten neervallen. Beknopter is haar levensgeschiedenis niet weer te ge ven. Wij hebben zelfs de verkorte 9e lectie uit het brevier, nog be snoeid en toch staat hier al het za kelijke, al het feitelijke bijeen. Hoe is het nu te verklaren, dat deze zo jeugdige heilige, die reeds in 1925 de eer der altaren is waardig ge keurd, zo spontaan, zo van zelf haast in geen tijd, de liefde, de ver ering van de hele wereld heeft ver worven? Hoeveel kerken en kapel len ziin aan haar al niet toegewijd? Het deed zelfs enigszins komisch aan, hoe overijverige bouwpastoors als concurrentenop denmarkt re clame maakten met advertenties: Eerste Teresiakerk hier te lande. Weinig kerken worden er gevon den, waarin niet een beeld (helaas niet altijd van de indrukwekkend ste), op een bijzondere wijze ver sierd (ook al weer niet steeds op de kunstzinnigste) of een tot bidden uitnodigende #kapel wordt aange troffen en ook in de meeste huisge zinnen prijkt haar beeltenis. Het leek erop, of zij de Dinsdagse hei lige, de grote wonderdoener, de volksheilige Sint Antonius van Pa dua naar de kroon stak. Hoeveel devotieboeken en boekjes zijn er van haar niet verspreid? De film maakte er zich meester van met de zoetelijke geschiedenis van de Ont bladerde Roos. We zouden haast durven constateren, dat ook hier de liefde niet bestendig van duur is, want.we menen dat evenals bij de heilige Gerardus Majella, de verering van de kleine heilige Te- resia terugloopt. Er zaten ziekelij ke kanten aan. Wij hebben mensen gekend, die amper of in het geheel niet hun plichten als katholiek waarnamen en toch ongezond dweepten met „kleine Treesje". Maar wat blijft, is de gezonde verering, die haar vanwege de Kerk gewordt. Zij, het onschuldige kind, dat vijftien jaar in de wereïd heeft geleefd en negen jaar in een kloos ter, dat dus nimmer met heidenen heeftte doen gehad, is door het hoogste kerkelijk gezag, d?> haar met onfeilbare zekerheid tot heili ge heeft verklaard, aangesteld tot patrones van alle missiën. Op 15 October vieren wij het feest van de grote heilige Teresia van Avila. de serafijnse maagd, de ster van de carmelieten-orde, die onder de heilige, door wetenschap uit muntende vrouwen een eerste plaats inneemt, de doctrix mystica, de mystieke kerklerares. Haar ge schriften zijn tot heden de klassie ke werken van de mystiek en alle volgende leraars van de mystiek (Franciscus van Sales en Alfonsus de Lignori) hebben uit haar wer ken geput. En toch heeft zij nooit die algemene verering genoten als haar kleine naamgenote. Duizenden jonge meisjes en jonge mannen heb ben het zware offerleven in een be schouwende orde binnen de muren van een klooster, waarvan de poor ten zich nooit meer voor hen zou den openen, doorgebracht in held haftige. deugd. Er is dezer dagen 'n boek op de markt geworpen, dat 't leven beschrijft van een Texas-cow- boy, een Tom Mix, die als een hei lig Trappisten-broeder heeft ge leefd en zich bovenmenselijke of fers heeft getroost om zijn weer barstige natuur er onder te bren gen. Hij is eenvoudig gestorven en begraven. De kleine Teresia zelf had nog drie zusters in het klooster die ook haar leven in boete en ver sterving aan God hebben gegeven en de wereld heeft er nimmer van gehoord, tenzij als zusters van Te resia. De kleine Teresia geeft ons zelf de sleutel, die ons in staat stelt Deze foto van1' Theresia is de enige authentieke uit haar kloostertijd, genomen door een van haar eigen zusters, toen deze priorin was van de Carmel van Lisieux. tot dit raadsel door te dringen. Zij heeft niet meer dan enkele bladzij den met goede raad geschreven. In dat geschrift: Mijn kleine weg ligt de oplossing. Om nog nader haar geest te leren kennen, heeft pater Peter Johann S.J., professor aan het universitair College te Calcutta in het Bengaal se weekblad: „The Herald" een reeks artikelen geschreven, die in boekvorm zijn uitgekomen onder de titel: De weg der kinderen. Daarin wordt het geheim ver klapt. Haar heiligheid en lok haar aantrekkelijkheid voor de mensen bestaat in het kind zijn. Hij, de missionaris, de geleerde, de kloos terling heeft de Patrones van de missiën aanvaard als zodanig; al haar voorbeelden en woorden heeft hijdoorvorst en doorproefd, alles losgemaakt van historische gebeur tenissen en samengevoegd tot het algemeen menselijk beeld van Gods kind. Zo schreef hij een Weg der Kinderen, tegelijk geheel van de heilige en geheel van hem. In dit boekje heerst organische eenheid. Op bijna iedere bladzijde van dit boekje, zeker in ieder hoofdstukje, ligt alles besloten, wat het zeggen wil: Kind te zijn van God. Alles komt hierop neer: De hoofdtrek van ons leven moet zijn: de volle dige overgave aan Gods plan over ons. Wij moeten even bereid zijn de hemel te winnen langs de weg van onze mislukkingen als langs die van succes. God schiep ons uit het niet en weet daarom, dat wij 'uit ons zelf niets zijn. Wellicht rijst bij dat alles de vraag op, wat aantrekkelijks er eigenlijk in onze zwakheid kan schuilen, dat bij God kan bekoren? Wij kunnen het antwoord bij de moeder vinden. Waarom bemint zij haar kind? Is het niet, omdat het hulpbehoevend is en buiten haar om niet kan? Die wet is van toe passing op God. Dat heeft de klei ne Teresia begrepen en volgens die wet heeft zij geleefd zich volmaakt toevertrouwd aan God de vader. Dit was haar klein geheim. v. W. DE AMERIKAANSE WAARNEMERS zijn hun onderzoek begonnen Volgens het communiqué van de consulaire commissie zijn Donder dag 7 van de 8 Amerikaanse mili taire waarnemers naar verschil lende bestemmingen op Java ver trokken. 3 Officieren gingen naar Djogja, 2 naar Soerabaja, terwijl de andere 2 gisteren naar Ban doeng en Tasikmalaja vertrokken. Het communiqué zegt voorts, d'at de Amerikaanse waarnemers, die door het slechte weer vertraging ondervonden op hun reis naar Ba tavia .opdracht hebben gekregen zich met alle redelijke spoed van hun taak te kwijten. Inmiddels wordt medegedeeld, dat, hoewel het begrijpelijk is, dat het werk van de consulaire com missie aanleiding gaf tot specula ties met betrekking tot de indruk ken, welke gedurende het onder zoek zijn opgedaan, d'e commissie het standpunt huldigt, dat aan gezien de enquête ten behoeve van de inlichting voor de Veilig heidsraad is ingesteld het on juist zou zijn anderen dan de Vei ligheidsraad' van hun bevindingen in kennis te stellen. HERFST 1947 De wereld,,Er zijn dit jaar heel wat noten te kraken" Rabbün Silver, lid van de Zio nistische Uitvoerende Raad. heeft gisteren voor de commissie der Ver. Naties voor Palestina ver klaard, dat de Joden bereid zijn de voorgestelde verdeling van Palestina onder voorbehoud te accepteren. De Joden zouden er bezwaar tegen hebben, dat West- Galilea niet bij de Joodse staat werd gevoegd. Het zou ook een geweldige teleurstelling zijn als Jeruzalem geen deel van deze staat zou uitmaken. Rabbijn Silver waarschuwde, dat de wereld thans „een van de be langrijkste kruispunten in de ge schiedenis" bereikt had. Hij vroeg zich af, waarom het -Arabische Ho ge Comité, „dat herhaaldelijk ge weigerd had zijn zaak voor te leg gen, nu „recht en billijkheid" eiste van de V.N., wier gezag het be schimpt en wier competentie om over de toekomst van Palestina te beslissen het betwist had. Rabbijn Silver vervolgde met te zeggen, dat de Joden bereid waren voorstellen voor een economische unie aan te nemen, doch „de Joodse staat moet de economische en finan ciële instrumenten in handen hou den, welke hem in staat zullen stel len immigratie op grote schaal uit te voeren. De hoofdzaak van bet economische plan zou betekenen, dat de Joden grote subsidies aan de AriibiscV staat zouden moeten geven. De Joden zijn echter bereid deze last op zich te nemen. „Wij bieden de Arabieren zonder voor behoud vriendschap en vre^e aan. Indien men hieraan in dezelfde geest tegemoet treedt,"zullen wij allen ge zegend worden. Zo ni^t, dan zullen wij doen wat ieder volk onder der gelijke omstandigheden moet doen, namelijk tot het uiterste vephten." Hij betoogde verder, dat de Joden de supervisie van de V.N. tijdens het overgangstijdperk voorstonden en dat bij het handhaven van orde en rust gebruik dient te worden gemaakt van de in Palestina aan wezige mannen. „Het Joodse volk wordt niet geïmponeerd door lege dreigementen. Mochten de Engelsen uit Palestina trekken, dan staan de Joden gereed om zonder dralen een macht bijeen te brengen om de veiligheid te handhaven". De Slowaakse correspondenten van de Praagse bladen maken mel ding van een „verschrikkelijke golf van arrestaties" in Slowakije Van officiële zijde is geen enkele mededeling gedaan. Volgens het Tsjechische persbur.' Ceteka hebben in verband met het pas ontdekte complot nieuwe ar restaties in Slowakije plaats ge had. Onder de gearresteerden be vinden zich enige regeringsfunc tionarissen. Kinderverlamming in Frankrijk De markten, bioscopen en open bare bijeenkomsten zijn in twee steden van het Franse .departement Loire (ten Zuiden van Parijs) ver boden als gevolg van het uitbreken van-, kinderverlamming. Zestien ge vallen,-waarvan een "met dodelijke afloop, zijn reeds gemeld. (Speciale verslaggever) ZES EN TACHTIG jaar geleden werd West- minsterbrug geopend en hiermede werd een ver binding over de Theems totstandgebracht op de plaats waar Westminster Abbey als centrum van Britse traditie en symbo liek staat en waar de to ren aan de bouwer Sir Benjamin Hall de naam van Big Ben ontleent. Duizenden, die deze brug passeren kunnen vooral op een,van de brillante zonnige dagen, welke deze zomer van 1947 telde, de verleiding niet weerstaan om van het panorama te genieten, dat zich stroom- op- en afwaarts mijlenver uitstrekt. Het diepblauwe water, de slanke, statige en dik wijls sprookjesachtige bruggen, het dichtbije County Hall, dat 50 mil- lioen gulden kostte en tot een van de mooiste gebou wen der wereld gerekend wordt, de wazige nevel, die zich ondanks dit hel der zomerweer als een sluier over beide oevers schijnt uit te strekken. Dit alles nodigt evenals de schreeuwende bootsman op de^kade uit tot een tochtje in een der talrijke pleizierboten, die de tou- risten en vacantiegangers overal naar toe brengen zowel naar Tower bridge als Greenwich, Kew, Rich mond oftHampton Court. De tocht stroomopwaarts is alleen interessant we gens het traject beroemd door de jaarlijkse roeiwed- strijden, Lambeth Palace, het huis van de aartsbis schop van Canterbury en de beroemde Kew's Gar den. De tocht stroomafwaarts daarentegen is vol van be zienswaardigheden en ge dragen door de kleine golfjes van „vader Theems", terwijl een frisse bries afkoeling brengt in de hitte der felschijnende Augustuszon passeert men Cleopatra's Needle, een slank monument, dat in 1878 van het Egyptische Alexandra naar de Theemsoever werd over gebracht en onwezenlijk in deze Westerse sfeer aan doet. De nieuwe moderne Waterloobrug, pas twee jaar geleden geopend is het enige bouwwerk, dat nog niet door de Londense rook is aangetast. Als een stuk vergane glorie, om ringd door de moderne scheepvaart, ligt verlaten en eenzaam de driemaster „Discovery". waarmede captain Scott zijn ontdek kingsreizen naar de Noord pool maakte. Na St. Pauls' en Southwark Cathedral doemt het 600 jaar oude kasteel op, waar Anna Bo- lijn onthoofd werd, waar (Speciale reportage) EN ALS DE MENSEN SLAPEN, steden, dorpen, vlekken en ge huchten sluimeren, dan suizen langs onze wegen de nacht- chauiieurs met hun trucs en trailers, opleggers en trekkers en slepen. „Weer druk op de weg vannacht", meldt de dienstdoende agent „Maak het raam maar dicht, dan Loor je ze niet zo erg", fluistert de zieke op dat dakkamertje. „Time immer time, tijd, tijd, tijd is geld, want er wordt gewacht", zo tikt het nijdige wekkertje op de dashboard van de trekker en de chauifeur duwt de gaspedaal dieper in, vecht tegen de slaap, en grijpt met zijn gekromde vingers steviger het stuurrad beet, v-aitde stad, de mensen, gij en ik, we wachten op zijn lading. Het wordt Avond De avond valt over de aarde. En zoetjesaan wordt het gezichtsveld kleiner. Mensen reppen zich huis waarts want weer is een lange ar beidsdag voorbij. Kinderen zitten reeds bij de tafel en wachten op vader, die dadelijk thuis komt. Bui ten wordt het al donkerder. Rijen auto's suizen voorbij, forensen gaan huiswaarts en als moeder de spij zen opbrengt, vertelt Jan aan va der van zijn belevenissen kruipt Greetje op zijn knieën en trekt Mieke al harder aan zijn mouw, want vader moet luisteren, ook naar haar. Die brief en die krant kan hij toch straks lezen. Straks, want dan is zij naar bed. Elders, niet in de grootste huis jes, neemt een vader afscheid. Nau welijks heeft hij zijn krullekopjes thuis gezien uit school of die sta len cabine, dat grote stuurrad wacht hem. Hij gaat en moeder eet alleen, zit alleen en wacht alleen. Hijsleept die trekker over 's Heren %/-"gen, waar de Dood loert. Doch ze wetei zich veilig, want. „En lieve Heertje geef, dat Pap pa goed weer thuis komt", dit ge bedje van de kinderschaar en dan slapen. Een kusje op het portret van va der. die over enkele uren ginds voorbij raast met zijn trailer. Ze trekken, razen, rij den 'n Uur of wat later ligt de duis ternis gespreid over alles. De sche mering, onze voorouders spraken van het tweelicht is voorbij, de nacht doemt op en bioscopen, the aters, dancings, toneelzalen en an dere amusementen sperren hun muilen open om de stroom te kun nen verzwelgen. Late auto's passe ren. Nog even en dan komen de nachtchauffeurs. Hier passeren ze zo laat, daar komen ze op dat uur voorbij. Willen we eens meegaan? Na enkele keren te vergeefs het gebaar van liften gemaakt te heb ben, stopt er een. Een grote zwarte man gooit de cabine open en na wat praten mo gen we mede. De wagen trekt op en twee minuten later klopt de motor met een regelmatige slag, dreunen de ruiten een eendere cadans, zin gen de banden hun monotoon lied van zuigen en rollen over beton- of Rudolf Hess zijn drieda- genlang verblijf met een stevige handtekening heeft vereeuwigd en waar de kostbare Engelse kroonju welen bewaard worden: de Tower van Londen. Als een fort op de deksel van een blokkendoos ziet dit bouwwerk met de beken de kantelen en brug er uit. De waardige en sierlijke Tower bridge vormt een passende achtergrond, al hoewel deze pas van 1894 dateert. Slechts de honder den badgasten op het klei ne stukje strand nabij de Towerbridge zijn oorzaak, dat we ons slechts ten dele kunnen terugplaatsen in de tijd, dat Willem de Ver overaar deze ongetwijfeld sterke vesting bouwde. We kunnen echter niet ontko men aan de machtige sfeer, die op ons drukt, aan de rilling, die de ste nen trapjes ons bezorgen, waarlangs volgens de volksmond moordenaars naar het water afdalen om zich van hun slachtoffers te ontdoen. Na dit stuk historie langs de oevers der Theems, schuift 's werelds haven voorbij. IVIachtige kranen duiken uit mach tige ruimen kostbare la ding op en de havenarbei- Duizenden en duizenden Londe- naars hebben zich tijdens de afge lopen zomer koelte gezocht aan de oever der Theems. Men ziet hier hoe aan de voet van de historische Towerbridge het twintigeeuwse strandleven zijn gang gaat. ders krioelen als vlijtige mieren door het toneel van domme' kracht heen. Reeds jaren is er in Lon den een streven ontstaan om de linkeroever te ont doen van de lelijke en zeer ouderwetse pakhuizen en handelshuizen, teneinde hier het geheel van West- minster tot Greenwich te verfraaien. In deze toch reeds zwaar financieel drukkende tijd zal men echter aan een dergelijke millioenen en millioenen kostend plan weinig aan dacht kunnen besteden. Als de pier van Green wich in de verte werke lijkheid gaat worden dan weet de plat-Londens spre kende .bootsman te vertel len, dat elke 20 minuten een boot van Greenwich naar Westminster terug vaart en maken hij en de passagiers de korte nodige voorbereidingen aan land te gaan. Dat land is Greenwich, de plaats welke we reeds als kleine schoolkinderen op de kaart moesten aan wijzen, terwijl we moesten vertellen, dat daar een der grootste weerinstituten ge zeteld was, waar'men al tijd precies de tijd wist. Greenwich is Greenwich niet meer, want hoewel we nog op de' hoge berg het bekende observatorium terugvinden blijkt het thans zo goed als werker loos te zijn. Het voornaam ste van de apparatuur is naar elders overgebracht, daar men tot de conclusie is gekomen, dat de bijna constante Londense mist een fatale invloed op de voorspellingen heeft. Greenwich is een stad Zoals de meeste Engelse plaatsen. Men drinkt er in de z.g. Pub zijn lauw bier tje, menhelpt zichzelf in de populaire cafetaria en betaalt zijn penny* om op de pier te mogen, waarvan daan men de tocht naar de brug van Big Ben weer begint. Wim van Eekeren teerplaveisel, afgewisseld met een ietwat hoger refrein, als we over wegen, macadam'of steentjes „on der de wielen" hebben. Naast me Dirk. Ergens om de Noord vandaan. Achter de trekker een wagen met vee als koeien en paarden en wat andere lasten. Kwartieren, neen uren achtereen gaan we zo. Een portret met kinderkopjes, in een étuitje van vettig leer bungelt en danst op en neer tegen de voor ruit. „Iedere Dinsdagnacht deze route naar de markt te Den Bosch. Maan dagnacht naar P., Donderdagnacht naar L". Zonder veel omhaal van woorden vertelt Dirk me zijn weerprogram- ma. „Bijjcans iedere tegenligger ken ik. Dat zijn chauffeurs uit Antwer pen, die hier kool halen of tomaten. Ginds melkwagens, melkwagens en nog eens melkwagens. We hebben onze vaste stopplaatsen, want je moet eens nu en dan even benen rekken, anders overmant je de slaap". We rijden toujours verder. Bo men verglijden, de mooiste licht spelen zie jé hier en daar. „Ze is al naar bed", zo wijst ie me'naar links. „Ik ben zeker wat later van avond". Voor ons steekt iemand met een hond de'weg over. Dirk weet wie het is. geeft een signaal en we razen verder. „Die pastoor maakt het kort van avond, zeker koud buiten met de hand.vIk geef hem gelijk, hoor!" Als we passeren steekt mijnheer Pastoor de stok omhoog. Dirk knippert even met de lich ten. De motor klopt zwaarder nu, we stijgen. ,,'k Moet voortmaken, anders is het wachten bij die overweg." Dirk praat zo maar door. Om de paar minuten zitten we een seconde of wat in het lichtschijnsel van een tegenligger. Telkens dimmen en seinen; de taal en wedertaal van de nachttransporten. Nu en dan raast een luxe auto ons voorbij, de banden gieren onder de knerpende wielen. „Niet zo'n haast man, je eind komt toch wel. Zeker weer een slokkie op; pest van de weg, die dronkenlappen." We zijn er Steden rijden we door, dorpen passeren we, we glijden over brug gen en kruipen over de vele over wegen. Alles kent Dirk, op alles is hij voorbereid en alles heeft zijn aan dacht. Den Bosch daagt eindelijk op Een stad zonder hart nu, die zich spiegelt in het tedere, prille mor genlicht. We parkeren en dan r.eem ik haastig afscheid. Dirk wil nog even een „tokje" doen. En z(j?? en wij?" Terug met een dagchauffeur, die me langs dezelfde weg huistoe brengt, passeer ik weer die wegen en kruispunten en bruggetjes en plaatsen, waar „de Dood loert op de weg". In huis moppert mijn hospita, dat de melk zo laat is, en de groenten- boer ook al. Zo laat?? Mogen gij en ik nog wel brom men? Moeders, mogen we nog wel brommen, omdat uw blauwogig Leentje, uw donkerogig Krulle- mieke de melk even later krijgt? Latermaar, omdat een man, 'n vader wellicht, eeri vader van andere kleuters, tdie uw man en de vader van uw schatten zijn kon ontsnapt is aan de dood, of even hulp heeft verleend aan een dron ken chauffeur, die stukken - maakte. De melk is later Doch die man achter dat rad, met die sleep achter zich, rekte van nacht tien minuten langer de benen uit, want de slaap zat er in, mis schien had hij pech met zijn wagen of werd hij aangereden door zo'n woesteling, die de tijd, elders ver spild, terug wil winnen door hard te rijden. Neen, we nemen het maar, ook al komt deze winter de melk een half uurtje later soms. Want over de betonnen strada's razen de nachtchauffeurs. Een Engel Gods en de Dood zitten naast hem in de cabine. Hij vertrekt als zijn Piet en zijn Jan uit de school komen en hij komt thuis als zij naar school gaan. „Meester, mijn vader komt iedere week in Groningen en in Den Bosch en in Leeuwarden mét de lange veewagen", zo pocht Piet op school. „En, Lieve Heertje, geef, dat Papa goed weer thuis komt", dat bidden zjjn kleuters des avonds op de blote knietjes voor Hèt bedje. En daarop vertrouwen zij: de vrouw thuis, die hem ginds voorbij ziet razen, de nachtchauffeur op onze wegen, aan wie ik hier gaarne een warme groet en een welgemeende hulde breng. JOS. VAN GEMERT Jr. De dood voor „de schrik der Veluwe" Voor het Bijzonder Gerechtshof te Arnhem heeft terecht gestaan de beruchte Puttense SS-er, Gomari- us A. G. van der Wal, verantwoor delijk voor tal van afschuwelijke misdaden in bezettingstijd. Deze van der W., die zich zelf "graag „de schrik van de Veluwe" liet noemen, heeft tal van arrestaties verricht en is aanleiding geweest tot de dood van vele illegale werkers. Hij mis handelde zijn gevangenen op beest achtige wijze en streed aan ver schillende fronten o.m. bij Arnhem en Wageningen, bereikte, de rang van Oberscharfuhrer en'kreeg tal van hoge onderscheidingen. Het Hof heeft hem veroordeeld tot de dood* Ter herdenking van de emi gratie van 1874 en de stichting van de stad Holland-Michigan, zullen door de N.C.R.V. op Vrijdag 10 en Maandag 13 October, radiohoorspe len worden uitgezonden getiteld: „Óp weg naar het nieuwe vader land" en „De huilende wildernis", bewerkt naar de roman „Landver huizers" van P. J. Risseeuw. De schrijver Leopold Levaux, prof. aan de Universiteit van Luik, zal onder auspiciën van de „Allian ce Francaise" in October in 14 Ne derlandse steden spreken over Mo lière, Balzac, Leon Bloy en Marcel Pagnol. Hij zal o.a. spreken in Am sterdam. FEUILLETON r door PETE FALCON 25. „Ik heb nu geen tijd, mr. Regan om u een uitvoerige uiteenzetting te geven," antwoordde Burns kortaf, maar een verrassing wil ik u nog wel bezorgen. Naar mijn mening is ■fjinnemore een van de hoofdschul digen!" „Datdat..", stotterde Regan. „U hoort van ons," zei de inspec teur gehaast. „Kun je mee, Fred., of moet ik .je hier laten?" Fred's gevoelens van eer kwamen tegen deze laatste woorden in op stand. Hoewel hij zich verre van op geknapt voelde, ging hij staan, nam een flinke slok cognac en zei in 'n poging om grappig te zijn: „Ik ben tot uw orders, inspecteur." „Uitstekend!" William maakte zich over hem geen zorgen hij had ergere dingen meegemaakt, dan een flinke .tik op een hoofd. „Mr. Regan, u hoort van mij binnen enkele uren. Zoals""ik u.al zei, had het geen zin Parker achterna de weg op te hollen in het duister, want ik moest eerst weten wie Van- dijke had te pakken genomen. We zullen proberen alsnog een spoor te vinden van uw geliefde Parker en van uw programma-chef Finnemo- re. Hoe de zaak precies in elkaar zit interesseert me op het ogenblik minder, want het voornaamste is: de gestolen documenten terug te vinden!" Een minuut later raasde de auto van Burns weg, de Highway af in de richting van de radio-studio. Fred liet de koele avondlucht langs zijn hoofd strijken. Het deed Hem goed en hoewel zijn slapen nog hamer den, voelde hij zich opknappen. HOOFDSTUK V Piepend stopte Burn's auto voor de majestueuze ingang van de grote studio van de All-Round Radio- Corporation. Burns wenkte driftig de portier. ■„Ik kom namens mr. Regan. Is mr. Finnemore nog binnen?" „Nee, mijnheer," antwoordde de man. '„Hij is net weg." „Hoe lang geleden?" „Ik schat een minuut of twintig". „Dank je." Burns zette de wagen weer in beweging en parkeerde haar op een rustige plaats. „Wat is de bedoeling?" informeer de Fred. Hij voelde zich opgenomen in een sfeer van spanning. „Dat we zo snel mogelijk hande len," antwoordde de inspecteur. Hij draaide zich om en keek door de achterruit naar de drukke verkeers weg, helder verlicht door de grote booglampen. „Ik ben hier heen ge reden," lichtte hij toe, omdat ik re kening hqpd met de mogelijkheid, dat de ingang van de studio in het oog wordt gehouden. Het zou niet de eerste keer zijn, dat het een paar seconden kogels regent, een auto met de daders pijlsnel weg schiet en zo onvindbaar blijft. We kennen dat: bedekt of verwisselbaar nummerbord en zo." Fred was hoogstverbaasd. „Zou den we ineens in zo'n acuut stadium zijn geraakt?" „Ben ik van overtuigd," knikte Burns. „Die wagen daar, honderd meter verder aan de overkant be valt me niet. Ik zag hem net stop pen, maar er stapte niemand u\t." Hij stak zijn hand in de zak. „Hier pak aan en maak er gebruik van als het nodig is. Ik had je het wa pen vanavond rustig willen over handigen, niet vermoedende, dat we reeds zo spoedig in een dergelijke critieke situatie zouden geraken." Fred zag een moderne revolver in de hand geduwd. „Je kunt schieten." vervolgde Burns, „dus daar behoef ik me geen zorg over te maken. Nu is het een eerste vereiste, dat ik weet of miss Regan straks met Finnemore uit het studio-gebouw is vertrokken. Is dat het geval dan bel je Regan even op om te horen ofzijn dochter weer thuis is. En tenslotte telefoneer je het hoofdbureau, vraagt afdeling do cumentatie, noemt mijn code-num mer 070 en vraag of ze onmiddellijk naslaan op welk adres een jaar ge leden de radio-ingenieur Ewald Wransky van de AlÜRound Radio- Corporation* werd neergeschoten. Ik blijf hier wachten om die wagen in het oog te houden. Handel .snel.'doe gewoon en wek geen opschudding door zenuwachtigheid. Vooruit!" Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1947 | | pagina 3