EEN STEEN VIEL IN DE WILDERNIS De nieuwe hoedenmode DWAZE ANNE vM Kosmische g erger dan de atoombom De K.N.A.C. krijgt gouden kroon Doodskoppen en sigaretten De Siberische Meteoor Geschiedenis in benzine Van de drogist naar de Service Stations Geinspireerd op de oude tijd Afgrijselijke spookgeschicdenis door B. de H. PAG. 4 NIEUW NOORDHOLLANDS DAGBLAD - Dinsdag 6 juli 1948 Op de wielerbaan in het Olym- pisch Stadion werden Zondag- middag de kampioenschappen van Nederland op de baan ver- reden. Het kampioenschap ach- tervolging professionals, voor de eerste maal verreden, werd gewonnen door Schulte. Schul- te rijdt met de lauwerkrans om zijn ererondje. Op de wielerbaan in het Olympisch Stadion werden Zondag- middag de kampioenschappen van Nederland op de baan ver reden. Arie van Vliet werd kampioen professionals. Zijn zoon Jantje wenst zijn vader geluk met de zege. Nieuwe E.C.A.-toewijzing voor ons land C.P.N.-verkiezingsaffiches in beslag genomen Contact-bijeenkomst Bond zonder Noam Nieuw Apost. Vicariaat in Oeganda 4000ste schip fe Rotterdam Kampioen 1948 sprint amateurs werd Hijzelendoorn. Zwaaiend met zijn bloemen rijdt hij zijn ererondje. VROUWENRUBRIEK FEU ILLETON DOOR A. DUNCAN DE ZO STERK lot de menselijke verbeelding sprekende proef- nemingen met atoombom-explosies, zoals die in luli 1946 bij het Zuidzee-eiland Bikini hebben plaats gehad, hielden de aandacht van de gehele beschaafde wereld in felle spanning gebonden. Doch 40 jaar geleden op 30 luni 1908 werd in de vroege ochtend de stoorloze rust in de Siberische taiga, de schier ontoegankelijke bosmoerassen ten noorden van het Bai- kal-meer, verstoord door een serie ontzaglijke ontplofiingen, die, met hun nevenverschijnselen, deze atoombom-explosies in ge weld en in vernietigende uitwerking overtrofien. Paradoxaal genoeg ech'ter begon de beschaafde wereld eerst dertien jaar later iets van dit ontzaglijke gebeuren in de gaten te krijgen en duurde het zelfs nog een aantal ja- ren v66r men zich enigszins een beeld kon vormen van de ontzag lijke catastroof, die daar op die dag de verre Siberische wildernis had getroffen. Erger dan de atoombom Op de ochtend van die gedenk- waardige datum, zo rond een uur of zeven, acht, zagen Toengoezen, die in de omtrek van het gebied, enkele honderden kilometers ten Noorden van Irkoetsk, waar de Si berische spoorweg bij het Bailkal- meer komt, hun rendierkudden hoedden, een ontzaglijk grote, blauw -wit lichtende vuurbol, met een staart van rook en vuur met een geweldige vaart uit de lucht op de aarde toevliegen. Op een twee a driehonderd kilometer straalde het hemelverschijnsel nog zelfs meer licht uit dan de voile maan en op 1000 km afstand werd het nog waar- genomen. Onder donderend geweld vloog deze vuurbal reeds voor zij de aarde bereikt had, in stukken en toen deze brokken de aardbo- dem troffen, verscheurden een aan tal ontzaglijke ontploffingen, die donderslagen in geweld ver over- troffen, de lucht en over een af stand van 1400 km nog gehoord werden. Tegelijkertijd spoot een enorme vuurkolom van twintig ki lometer hoogte de lucht in, terwijl de kracht van de explosies zo groot was< dat honderden vierkante kilo meters oerbos vex-nield werd en door de warmte-ontwikkeling ge- heel verkoold. De kracht van de luchtverplaat- sing was zo groot, dat mensen en dieren, bijna 600 kilometer van de plaats des onheils verwijderd, ter aarde werden geworpen. In een op driehonderd kilometer afstands ge- legen dorp werd een gehele kudde schapen door de uiterst krachtige windstoot in de rivier geworpen. Beambten van het station Kansk, aan de Trans-Siberische spoorlijn, dat er zevenhonderd kilometer van daan ligt, waren tegen de grond ge- smakt. Had deze ramp zich voorgedaan, - niet in dfe afgelegen Siberische woestenij, maar in de dichterbe- woonde streken van Azie, Europa of Amerika, dan had de geweldige catastroof het mensdom geteisterd en waarschijnlijk een aantal steden of dorpen met al hun inwoners van de aardbodem weggevaagd. Dan zou een ontzettende gruwel een of an- dere natie dus getroffen hebben en zouden de voorpagina's van alle dagbladen der wereld wekenlang volgestaan hebben over deze tra- gische wereldramp. Nu was er slechts een nagenoeg onopgemerkt rapport van een Russische weten- schappelijke commissie, die zich met de bestudering van aardbevin- gen bezighield en waarin heel nuch- ter enkele berichten stonden opge- tekend omtrent een aardbeving in de buur van het Baikal-meer en een aldaar waargenomen meteoor en daarnaast een paar notities van Europese seismografische instituten en van Britse microbarografische waarnemingen, die door niemand met elkaar in verband gebracht werden en verklaard. Een taai gerecht Door niemand, totdat in 1921 de Russische geleerde prof. Kulik op grond van het eerstgenoemde rap port op onderzoek uittoog. Dat klinkt eenvoudiger, dan het in werkelijkheid was. Want zijn ex pedite naar de onherberg'zame, bij na voortdurend dichtgevroren moe- rasgebieden ontsnapte ternauwer- nood aan de hongerdood. Het werd een taai gerecht, want prof. Kulik gaf zijn pogingen niet op en in 1927 ging 'n nieuwe expedite onder zijn leiding op pad. die ditmaal meer succes had. Na moeizame tochten kwam zij in een bosgebied, waar, bijna twintig jaar na de ramp, de sporen van het geweld in al hun barre afschrikwekkendheid nog volop zichtbaar waren. Hij trof namelijk een uitgestrekt gebied aan, waar ontzaglijke ver- woestingen waren aangericht, en de bomen, zware dennen en berken, waren ontworteld of afgeknapt en tegen de grond geslagen. In het hart van deze streek, het middengedeel- te, ongeveer 15 kilometer in middel- lijn, was alles volkomen vernield en verbrand. Op het terrein was la ter weer bos gegroeid, maar die bomen waren in 1927 niet ouder dan een twintigtal jaren. Hier vond men ook een aantal kratergaten, die grote overeenkomst hadden met reusachtige granaattrechters. Kulik liet in deze trechters in de hard bevroren grond graven, in de hoop stukken meteoor-ijzer te vinden, doch hij had geen succes. Rond dit centrale terrein was een gebied van ongeveer 30 km middel- lijn, waar de bomen alle waren af geknapt als lucifers. In een kring van 60 km middellijn waren. hoe- wel niet alle, toch nog vele bo men geveld en in een nog t wijdere kring, van zowat 120 km middellijn waren hier en daar nog bomen neer geslagen. In het jaar 1929 heeft prof. Kulik nog een derde expeditie in elkaar gezet, met het doel om zo mogelijk uit een vliegmachine overzichts- foto's van het gebied te maken. De Russische poolvlieger Chudnovsky, eens redder van Nobile, werkte aan deze expeditie mede. Het slechte weer deed echter alles mislukken. Erst in 1937 is men er in geslaagd ht getroffen woudgebied vanuit een vliegtuig op de fotografische plaat vast te leggen. Een meteoor vlel Uit alles wat prof. Kulik heeft kunnen ontdekken en uit medede- lingen van ooggetuigen is aan de weet gekomen, heeft hij kunnen af- leiden, dat een ontzagiijk gevaarte met een gewicht van naar schatting zoiets van 130 ton, dat in een mete- oorzwerm was uiteengesprongen, met 'n snelheid van ongeveer 72 km per seconde dat is niet minder dan het liefelijke bedrag van een 259.200 km per uur op de aarde is afgekomen. De plotselinge afrem- ming van deze enorme vaart bij de botsing met de aardkorst deed de enorme hitte ontstaan, die het woud in de omgeving verzengde en ver- koolde en de geweldige luchtdruk, die de bomen ontwortelde en af- knapte. Toch kunnen wij ons hoofd voort- aan des avonds onbezorgd op onze peluw neervlijen, want dergelijke kosmische gebeurtenissen zijn ui-i terst zeldzaam. zo zelfs. dat ons slechts een geval bekend is, waar- op dit de aarde nog eens is over- komen. 1 In de Amerikaanse staat Arizona kent men namelijk nog zulk een meteoorkrater van ruim een kilo meter in doorsnee en hier moet dus eens in een tijd, waarvan de hi- storie zelfs geen heugenis meey heeft, een dergelijk gebeuren hebben plaats gehad. Paul Hoffman heeft Zaterdag nieuwe aankoopvergunningen voor Nederland, Oostenrijk, Frankrijk, Italie en de drie Westelijke zones van Duitsland, bekend gemaakt. Deze vergunningen belopen in to- taal een bedrag van 31.963.147 dol lar. Voor Nederland is een bedrag van 6.156.045 dollar uitgetrokken, verdeeld als volgt: tarwe 4.348.945 dollar, tawemeel 1.275.000 dollar, ta- bak 400.000 dollar en veekoeken 132.100 dollar. B. en W. van Utrecht hebben Za terdag verkiezingsafficHes van de CPN in beslag laten nemen, waarop vermeld stond, dat de Nederlandse regering plannen zou hebben tot hervatting van een militaire actie in Indonesia. In de Bossche veemarkthallen heeft de Bond zonder Naam .Zondag een zogenaamde D-day belegd, waarop enkele duizenden belang- stellenden uit alle delen des lands aanwezig waren. De vergadering droeg een huishoudelijk karakter en was speciaal bedoeld als contactbij- eenkomst voor de propagandisten. De Commissaris van .de Koningin in Noord-Brabant, prof. dr. J. E. de Quay, bracht, vergezeld door mr. H. J. Loeff, burgemeester van den Bosch, een bezoek aan de vergade ring. Pater Henri de Greeve be- groette hen hartelijk en prees bei- den als mannen van grote en goe- de initiatieven. Prof, de Quay be- tuigde grote dank voor de'pleister- actie van vorig jaar. waaraan een groot aantal boerderijen ten offer viel, 85000 gulden werd bijeenge- bracht. Op het Missiehuis van de fathers van Mill Hill te Roosendaal kwam het bericht binnen, dat door een decreet van Rome van het vicariaat ,van de Boven Nijl (Oeganda), be- stuurd door de Nederlandse bis- schop mgr. J. Reesinck een gebied afgescheiden is. In dit gebied is op- gericht het nieuwe Apostolisch Vi cariaat van Kampala. Ook het nieu we Apostolisch Vicariaat werd toe- vertrouwd aan de Missionarissen van Mill Hill en tegelijkertijd werd father Vincent Billington benoemd tot Apostolisch Vicaris en titulair Bisschop van Avissa. Mgr. Billington die de vierde Mill Hill-Eisschop is binnen een jaar, werd geboren te Blackbyrn in Engeland. Hij werd in 1930 tot priester gewijd, na zijn opleiding in Roosendaal genoten te hebben. Sinds 1930 werkte de nieu we Bisschop in het Missiegebied van de Boven Nijl. Ruim twee maanden vroegei- dan verleden jaar is Zaterdag j.l. het 4000ste schip de Rotterdjnmse ha ven binnengelopen. Het is ditmaal het Ned. 274 bruto reg. ton metende m.s. ..Antares". Verleden jaar kwam het 4000ste schip op 12 September aan. TOEN in het jaar 1898 de toen reeds bestaande Franse Auto- I mobiel Club een snelheidswedstrijd ParijsAmsterdam Parijs uitschreef, bleek het noodzakelijk voor wat het gedeelte van deze wedstrijd op Nederlands gebied betrof, een regelings- commissie in het leven te roepen. Dat is de feitelijke aanleiding geweest tot de oprichting van de Nederlandse Automobiel Club, welke in een vergadering gehouden op 3 Juli van genoemd jaar te Utrecht haar beslag kreeg. Dat betekent tevens, dat de ge schiedenis van deze Club die in 1913 het praedicaat Konink- lijke verkreeg eveneens de geschiedenis is van het automo- bilisme in ons land. Dit blijkt overigens duidelijk uit het feit dat de eerste rijvergunning van het departement van Waterstaat onder scherpe voorwaarden als b.v. een maximum snelheid van 20 km. per uur en een voorgeschreven snelheid van 8 km. per uur bij het afgaan van hellingen, in bochten, bebouwde kommen enz. op 26 April 1898 werd uitgereikt aan de heer W. A. van Dam te Groningen. Er zijn in de loop der jaren vele voorschriften en regelingen onstaan, welke het gevolg waren van de ont- wikkeling van het automobielver- keer, zowel in de steden, als buiten de bebouwde kommen. En te dien aanzien heeft de K.N.A.C. haar ar- beidsveld ruimer zien worden, steeds en met kennis van zaken ge- ijverd voor een uniforme regeling van het verkeer in dee grote ste den. en wat minstens zo belangrijk is, voor de instelling van voorrangs- wegen, zowel voor de buitenwegen als de voornaamste doorgangswegen in de steden. Er waren echter ook andere moei- lijkheden, waarvoor de K.N.A.C. een oplossing moest trachten te vinden. Er bestonden b.v. in de eerste 4l»ren van 't automobilsme geen benzine- pompen of Service Stations. De benzineleverancier was de drogist. Maar niet iedere drogist was in staat benzine te leveren. En dus moest de K.N.A.C. voor haar leden een lijst samenstellen van de adres- sen van die drogisten, die benzine konden leveren. En dat was wel no- dig ook, want in de meeste gemeen- ten gold een verbod voor automo- bilisten om meer dan 10 liter ben zine in voorraad te hebben. Arvti-lawaai Na een moeilijke na-oorlogse pe- riodde van 1918 volgde tenslotte 'n ongekend grote opbloei, welke de automobiel een belangrijke plaats in ons zakenleven verschafte en 't mensdom duidelijk maakte, dat de moderne samenleving niet meer denkbaar is zonder de auto. Het moet voor de K.N.A.C. een grote voldoening zijn te weten, dat zij tot die bloei in' niet geringe mate heeft bijgedragen. Zij heeft om enige voorbeelden te noemen. de verbetering onzer wegen en de bouw van bruggen gepropageerd, acties gevoerd tegen de verkeersgevaren en geijverd voor de opvoeding van de nieuwe automobilisten in het met de dag moeilijker wordende verkeer. Haar acties voor veilig verkeer hebben zeer zeker hun nut afgeworpen. Door cursussen voor haar leden, door veilig verkeersweken, het houden van een jaarlijkse wegver- keersdag, de reizende Veiligheids- laan door middel waarvan een ieder zijn auto kon laten onderzoe- ken op eventuele fouten, de verto- ning van een veilig verkeers-film, het op de weg brengen van een verkeerspaedagoog en een veilig- heidspropagandawagen, en niet in de laatste plaats door instelling van commissies als het Permanent Anti Lawaai Comite, het Medisch Psychologisch Verkeerstechnisch College, dit in samenwerking met de Ned. Mij tot bevordering der Geneeskunst en het Juridisch Eco- nomisch Verkeerstechnisch College, is zij nog steeds doende, de veilig- heid van het verkeer te bevorde- ren. S.O.S.-dienst Van de laatste tijd is de K.N.A.C.- S.O.S.-Dienst welke ten doel heeft de leden, die hetzij overdag, dan wel 's avonds of 's nachts gestrand zijn, op de snelste en eenvoudigste wijze hulp te doen verschaffen. Door een overeenkomstmet de Bovag is het mogelijk geworden ongeveer twaalf honderd garagebe- drijven in alle delen des lands in deze hulpdienst in te schakelen, zo- dat door middel van telefonische oproepen, waartoe o.m. de Rode Kruis hulpposten hun telefoon be- schikbaar hebben gesteld, de ge- strande automobilist direct de zo dichtstbijzijnde garage of werk- plaats om hulp kan verzoeken. Op sportgebied heeft de K.N.A.C. snelheidswedstrijden te Schevenin- gen en Hilversum gehouden. be- trouwbaarheidsritten voor dames, nachtritten en heuvelritten in Lim- burg en kort voor Wereldoorlog no. II een snelheidswedstrijd voor racewagens Van de toeristische gebeurtenis sen noemen wij de toertochten in binnen- en buitenland, sterritten ter gelegenheid van de in gebruik- stelling van belangrijke bruggen, als die aan de Moerdijk en Zalt- bommel, of de opening van de Zui- derzeedijk. en niet in de laatste plaats grote clubreizen, waarvan die naar Nederlands Oost-Indie wel het glanspunt vormde. Wij zouden niet volledig zijn, wanneer wij niet wezen op de eer. die de K.N.A.C. in 1903 ten deel viel, toen wijlen Z.K.H. Prins Hen- drik het Beschermheerschap aan- vaardde; na zijn verscheiden in '35 verklaarde H.M. de Koningin zich bereid als Beschermvrouwe op te treden. H.K.H. Prinses Juliana werd in 1935 als lid ingeschreven, welks voorbeeld in 1936 door Z.K.H. Prins Bernhard werd gevolgd. En in 1937 aanvaardde Prins Bernhard het Beschermheerschap. BIJ ONZE POGINGEN in ons toi let een harmonie te bereiken vervult de hoed een grote en be langrijke rol. Het is zelfs zo, dat de harmonie in ons toilet staat of valt met 't al of niet geslaagd effect dor de hoed teweeggebracht. Deze immers moet zich niet alleen voe- gen naar ons figuur en onze per- soonlijkheid. maar hij moet zich evenzeer schikken naar onze japon of mantel en naar de tijd waarop en de gelegenheid waarbij hij gedra- gen wordt. Tegen beide regels wordt veel gezondigd en overtredingen van de eerste regel zijn even erg als die van de laatste. Immers evenmin als een grote rijzige vrouw sierlijk ge- kleed gaat met een klein lieftallig hoedje, evenmin ook gaan we onze dagelijkse boodschappen doen uit- gedost met een door vele bloemen getooide hoed of slaan we een doek om ons hoofd, wanneer we een avondje uitgaan. Waar de hoed dus zulk een be langrijke rol speelt, spreekt het vanzelf, dat de veranderingen. die de nieuwe mode gebracht heeft bij japon, mantel en silhouet de hoed niet ongemoeid hebben gelaten. En evenais bij de japon grijpt men ook hier weer enige tientallen jaren terug en is men naar hartelust gaan grasduinen in de talloze variaties van die tijd. Men heeft gezocht naar 'n charmante bekroning van het rijke en statige en zo vrouwelijke silhouet zoals dit door de nieuwe lijn gevormd wordt. Langs vele wegen is men hiertoe gekomen en het resultaat is dan ook een grote - verscheidenheid - van zwierige en gedistingeerde, bekoor- lijke en nuffige, lieftallige, roman- tische en pikante hoeden en hoed- jes, waaruit we zeer zeker die hoed sullen kiezen. die past bij onze per- soon en bij de gelegenheid, waarbij we van plan zijn hem te dragen. Natuurlijk zijn er echter wel bij al deze variaties enige eigenschap- pen aan te wijzen, die karakteristiek (e noemen zijn voor een nieuwe mode op het gebied der voorjaars- hoeden. Op de eerste plaats kunnen we constateren, dat de hoed niet meer achter op het hoofd gedragen wordt, zijn plaats is nu boven op het hoofd met veelal een brede rand naar voren en om deze hoeden met succes te kunnen dragen, moet men het haar opsteken, hetgeen met een paar kammetjess vlug gebeurd is. Verder valt op te merken, men kan het als een gevolg van het eer ste beschouwen, dat de hoeden wei- nig volumineus zijn. de meeste zijn ondiep en plat. Bij vele hoeden worden voiles gedragen, strak voor het gezicht en onder de kin samen-' gestrikt; tijdens de namiddag- en avonduren sieren vaak linten en zeer lieftallige en toch voorname strikken van ragfijne tule of mous- seline de keel. Voor de morgen- en boodschap- uren brengen de ateliers dit jaar eenvoudige ongecompliceerde, rus- tige en toch frisse hoedjes, zeer ge- schikt te dragen bij mantelpak of sportieve jas. Deze hoedjes zijn zeer geschikt te dragen bij mantel pak of sportieve jas. Deze hoedjes zijn veelal van licht stro, gecombi- neerd met donker vilt, fluweel of ander soepel materiaal en een lichte garnering van bijv. enige kwieke veertjes. Vodral tij een elegante tailleur is het effect, dat verkregen wordt met een even strak en elegant van lijn gehouden hoedje vervaardigd van licht stro en zwart vilt, wonderbaarlijk. Vanzelfsprekend zijn de hoedjes voor de middaguren en de visite's veel levendiger. flatteuzer en vrou- welijker. In dit genre schijnt 't vooral de kapothoedjes te zijn, die aan de jongeren onder ons een bij- zondere gratie zullen verlenen. Ik moet zeggen, dat deze nauw om het hoofd sluitende hoedjes, dikwijls van fijn zwart stro en zwart flu weel en met een band onder de kin gestrikt, om een jong en open ge- zichtje allerliefst staan.. Dit ech- is lang niet voor ons alien wegge- legd en gelukkig zijn er ook vele modellen van een minder jeugdig en naief allure, en wel vooral in het genre, dat we dragen als we een avondje uit of ter receptie gaan. Zelden stond de mode ons toe bij deze gelegenheden zulk een rijke en flatteuze hoofdtooi te dragen als zij dit jaar van ons eist. Alle hui- zen brengen kleine hoedjes met 'n overdadige garnering van bloemen, sluiers en voiles. Bij de avondjurken ziet men dit jaar zeer grote platte hoeden in zachte feeerieke tinten, gesierd met veel gaas en enkele bloemen van een tere kleur, het geheel in har monie met de lange handschoenen. Zij, die gewoon zijn met behulp van eigen fantasie en vaardigheid een hoofddeksel te maken, hebben dit voorjaar wel geen gemakkelijke maar toch een zeer dankbaar en voldoeningschenkend karweitje voor de boeg. Zij hebben de keus uit rijk gevarieerd materiaal en kunnen hun fantasie bij de garnering in hoge mate de vrije teugel laten, daar zij slechts gebonden zijn aan enkele voorwaarden aangaande het model en aan de hen door hun eigen ka rakter opgelegde perken. ANNEMIEKE Ik logeerde bij mijn vriend Van Knuppelstein, wiens vader een bui- tenplaats bezat dicht bij een Bra- bants dorp. Het huis had verschei- dene logeerkamers en daar de fa- milie zeer gastvrij was, had de dochter des huizes ook een vrien- din te logeren. Nu had ik de stommiteit begaan op de markt te Tilburg voor twee gulden twee grote dikke konijnen te kopen en deze 's avonds vlak voordat de dames zich ter ruste begaven in hun bedden te stoppen. U kunt zich begrijpen hoe de lieve kinderen te keer gingen, toen ze hun blote voetjes tussen de la- kens lieten glijden om daar plotse- ling iets levends te voelen. Een enorm gegil vervuide ten- minste het huis en beide meisjes vlogen in nachtgewaad de gang op alsof er minstens een inbreker on der-hun bed lag. Papa snelde hen echter te hulp, gewapend met tandenborstel en broekenpers en ik veronderstelde reeds, dat de zaak hiermede was afgedaan. doch ik had buiten de „bloedwraak" van deze twee on- schuldige meisjes gerekend Het was de avond voor Kerstmis en terwijl we zo voor de open haard zaten, de kamer slechts verlicht door de vlammende houtblokken, liep het gesprek uiteraard over spo ken en spookgeschiedenissen, waar bij ons de koude rillingen over de rug liepen. In mijn jeugdig:e overmoed, ik was sergeant bij de Koninklijke Landmacht en had dus een zekere reputatie hoog te houden, beweerde ik u weet wel, met zo'n min- achtend glimlachje, dat spoken natuurlijk niet bestonden. Plotseling boog zich Anneke, een schat van een meisje, maar een katje, dat je beter met rust kon laten. voorover. Ze legde vertrou- welijk haar poezele handje op mijn knie en terwijl de vlammen speel- den in haar mooie diepblauwe ogen en over heur goudblond haar, zei ze: Welnu mijn dappere landver- dediger, luister eens goed naar je oma. In mijn koffer heb ik een doos met honderd verrukkelijke En- gelse sigaretten, die zijn voor jou. Ik wilde reeds mijn dankbaar- heid tot uitdrukking brengen, toen ze met donkere stem verder ging: Ik leg die sigaretten straks op de laatste grafsteen, op het kerkhof weet je wel, waarop die spreuk staat: Is beter van iedereen benijd dan van God gemaledijd. Klokslag 12 uur ga jij vannacht, als je een vent bent, die verrukkelijke siga retten even ophalen. Met een ruk was ze overeind en de rechterarm onheilspellend uit gestrekt, wees ze met haar wijsvin- ger op mij neer: Durf je? Top, zei ik. ik doe het even; helaas niet wetend wat ik zou gaan doen. Maar wacht, !riep het noodlot, de arm ten tweede male opheffend dan breng je me ook nog een sche- del mee van de beenderenhoop in de hoek van het kerkhof. Even aarzelde ik, mijn bloed kookte in mijn aderen, mijn hart bonste hoorbaar. Je durft niet, bah! sprak de maagd. Wat? schreeuwde ik, ik niet durven, natuurlijk durf ik. En de schedel? klonk het hoi en dreigend. Die breng ik ook mee, al wou je een kar vol schedels, die maken mij geen biet, zei ik overmoedig en we begonnen over iets anders. Dp nacht was donker, te donker haast voor spoken. Ik had mijn zaklantaarn meegenomen, die ik gebruiken mocht als het zoeken naar een schedel wat te lang zou duren. Eindelijk kwam ik aan het kerk hof, waar de bleke grafstenen op- doemden tegen de donkere achter- grond en werkelijk voelde ik iets kouds over mijn rug kruipen toen ik de eerste zerken achter mij wist. Na enige malen languit over ijs- kllle stenen te zijn gevallen, be- reikte ik tenslotte de plaats waar de sigaretten zich bevonden Haastig griste ik ze bij 'elkaar, zo nu en dan over mijn schouder kijkend, want het beklemmende gevoel, dat een sigaretten-liefheb- bende geest toekeek, wilde me niet verlaten. Nu die doodskop nog! Ik nam mijn lantaarn in de hand en schar- relde tussen de graven door naar de beenderenberg. Spoedig had ik een schedel te pakken, naar ik vu- rig hoopte van een mak skelet. Zorgvuldig knoopte ik het doods- hoofd onder mijn militaire overjas en rende als een haas naar huis, waar ik fier de huiskamer binnen- stapte. Hoe teleurgesteld was ik evenwel te moeten constateren- dat degene voor wie ik dit alleg had gedaan reeds ter ruste was. Met smart vervuld, zocht ik ver- getelheid onder Je -dekens voor de wisselvalligheden des levens.... Met een kreet van schrik werd ik wakker en luisterde. De voile maan zond haar zilveren stralen in mijn kamer, ik hoorde de gangklok slaan en plotseling verbeeldde ik me het geklapper van tanden te horen. Met een ruk zat ik overeind. Was dat geen zwakke vrouwepgii? Ik lusterde, de adem inhoudend, de ogen wijd open gesperd. Duidelijk hoorde ik schuivelen achter het gordijn. Was dat geen snik? Neen, het was een schrapend ge- luid als van een geraamte, dat zich moeizaam bewoog met stramme le. dematen. Angstig klonk het geluid als van knarsende tanden en stroef schu- rende gewrichten. Dan. wit en grie- zelig. beschenen door de manestra- len, verscheen boven de rand van mijn bed een doodshoofd. De zwarte oogholten, zwarter nog door de diepe schaduwen, staarden me aan en vol afschuw aanschouw- de ik een geopende doodsmuil. Een doffe demonische lach klonk van onder het bed. Ik gaf een schreeuw van angst en vertwijfeling en plofte voorover boven op de schedel. Een luid gelach onder mijn bed gesmoord uitgestoten door twee jeugdige vriendinnen, bevestigde mijn stelling dat spoken inderdaad niet bestaan. 20. „Kom binnen, mijnheer Morier. Ik ben echt blij, u te zien. Dit is mijn compagnon,mijnheer Callon." „Het ial me een genoegen zijn in uw zaak te werken, juffrouw HS- bler", zei Morier glimlachend. „De drommel mag weten, hoe ik het al die jaren bij mevr. Pritere heb uit- gehouden. Maar nu hoop ik op een prettige werkkring bij u." Anne keek naar George, om te zien, hoe hij die woorden zou opvat- ten. Ze voelde, dat dit een recht- vaardiging van haar handelwijze was, al was het alleen, om wat ze voor Morier gedaan had, die naar haar mening, evenzeer 'n slachtoffer van mevrouw Pritfere was, ols zij- zelf. George nam zijn hoed op, glim- lachte tegen Anne en daarna tegen Morier. „Ik ga er vandoor", zei hij, „u beiden zult wel heel wat te prS- ten en te regelen hebben." Na zijn vertrek gingen Aiyie en Morier terstond hard aan het werk.. Anne haalde een stapel facturta voor de dag en noteerde alle goede- ren voor de laagst mogelijke prij- zen, die nog een heel kleine winst overlieten. „Ik zal nog scherper moeten be- rekenen", zei Anne, „ik heb veel kapitaal achter me. Ik kari me zelfs veroorloven, een poosje met verlies te verkopen, totdat de zaak goed loopt." Ze bleven de hele dag en een groot deel van de avond druk aan het werk. „Hoe zullen onze prijzen het doen in vergelijking met die van Pri- tere?" vroeg Anne, toen ze's avonds hun werk opruimden. Morier glimlachte vermoeid. „Wij zijn over het geheel twintig percent lager en met sommige arti- kelen zelfs vijf en twintig percent", zei hij. „Ik ben bang, dat mevrouw Pritere een beroerte krijgt, als ze onze prijzen ziet." HOOFDSTUK X. „Ik ben er op uit, haar te gronde te richten." Mevrouw Pritere stond voor het raam van haar zitkamer en staarde nijdig naar de blauwe, gesloten win- kelgordijnen aan de overkant. Ze had er heel wat voor willen geven, als ze had kunnen zien, wat er ach ter die gordijnen voorviel. Het viel haar op, hoe nieuwsgie- rig de voorbijgangers naar de win- kel keken. Verschillende vrouwen bleven voor de spiegelruiten staan en probeerden door een kiertje in de winkel te gluren. Mevrouw Pritere herinnerde zich hoe slap de verkoop in de paar laat ste weken geweest was en maakte daaruit met verbittering op, dat de stad wachtte op de opening van de nieuwe zaak. Men spaarde zijn geld op. in de hoop, koopjes te kunnen halen. Ze wendde zich van het venster af en keek naar Arthur, die met 'n cigaret in zijn mond de uitslagen der wedrennen in het ochtendblad nazag. „Arthur!" riep ze heftig uit, „we moeten er achter zien te komen, wat die Anne Hebler" uitvoert. Ik kan niet langer afwachten. Het is best mogelijk dat ze dezelfde arti- kelen, die wij verkopen, voor veel lagere prijzen in haar etalage zet!" ..Maar dat kan ze immers onmo- gelijk doen, moeder?" wierp Arthur haar tegen. „Ze kan iemand achter zich heb ben staan, die zijn geld eraan waagt en niet geeft om zijn verlies", zei ze grimmig. „Ik heb George Callon in de laatste dagen voortdurend zien in- en uitlopen en al is het mo gelijk, dat hij de zaak daar alleen helpt inrichten, het is ook mogelijk, dat hij er zelf met zijn geld in zit. Bovendien is Hebler een aantrekke- lijk meisje.... en Callon is vrijge- zel." Arthur stoof op. Hij was vuur- rood geworden. „Neen, die grote aap is niet half goed genoeg voor Anne!" riep hij uit, maar toen hij de vinnige blik- ken van zijn moeder ontmoette, grinnikte hij wezenloos. „Zo, geef je nog altijd zoveel om dat meisje, Arthur?" vroeg ze grim mig. Hij knikte van ja. „Dat is nu een- maal zo, moeder," zei hij. Claire beet zich op de lippen. Ze keek verbitterd. Ze vocht een in- wendige strijd uit en ten slotte keek ze hem strak aan. „Ga naar Anne Hebler toe en maak het weer goed met haar", zei ze. „Ze zal blij zijn als ze van je hoort dat je haar niet meer min- acht. Zeg haar, dat je haar graag met haar pieuwe zaak wilt helpen. Als je het op een verstandige ma- nier aanlegt, zal ze best met je best met je trouwen en kun je zowel van Hebler als van Pritere eigenaar worden." Arthur keek triomfantelijk om zich heen. „Dus u meent het, dat ik met Anne mag trouwen, als ik graag wil?" vroeg hij gretig. Claire knikte toestemmend en wendde zich van hem af. „Als ze je hebben wil", zei ze, ..maar in het ergste geval, als ze je weigert dan heb je gelegenheid gehad, in de winkel te komen en te zien, wat daar gaande is. Let voor al op de prijzen, die ze noteert. Als ik die maar eerst weet, kan ik ver der plannen maken." Arthur had verder geen aanspo- ring nodig. Hij liep naar zijn slaap- kamer, borstelde zijn haren, deed 'n andere das om, bekeek zich goed- keurend in de spiegel en zette zijn hoed op. Voor de deur van Hebler staande glimlachte hij. Toen hij Anne de laatste keer ontmoet had, was ze hem voorbij gelopen. Maar toen had ze waarschijnlijk gemeend, dat hij haar niet hebben moest. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1948 | | pagina 4