Sprookje van de Gouden Koets
werd werkefijkheid
KRONINfeSSPEL
besloot de huldigingsdagen
KONINGIN
Nederland moet zelf
zijn koers bepalen
HULDIGT HAAR MOEDER
EEN ECHTE KON
EN EEN ECHTE
Honderdduizenden longs de weg hebben het
gezien en de nieuwe Koningin bejubeld
Het hoogtepunt
Sportbonden presenteerden zich
in een feesteliik Stadion
„Gij stond als
een rots in de
woedende
golven"
v_.
Feest van Nederlandse eenheid
J
Prinses Margret
Uur der historie
Inhuldigingsrede
Sportieve hulde aan Koningin Juliana
Prof. Kranenburg
onderscheiden
NIEUW NOORDHOLLANDS DACBLAD
DINSDAG 7 SEPTEMBER 1948
TEMIDDEN VAN HAAR GOEDE EN GETROUWE
STATEN-GENERAAL, talrijke vorstelijke gasten,
die buitenlandse dvnastieen vertegenwoordigden, gezan-
ten, diplomaten, alle leden van het Nederlands Episco-
paat, met de Aartsbisschop, Z.E. Joannes Kardinaal de
Jong, Aartsbisschop van Utrecht, aan het hoofd, een
waarlijk vorstelijke stoet van leden der hofhouding in
groot tenue, die alien tezamen een onvergetelijk kleur-
rijk tafereel vormden temidden van de charmante en
tedere figuur der Koningin, aan de zijde van de Prins
der Nederlanden, klonk gisterenmorgen bij de plechtige
inhuldiging van Koningin Juliana haar stem, die na
enkele woorden reeds aller vertrouwen en sympathie
had verworven. Het was de stem van een vrouw, die
zeer vertrouwde dingen besprak en die aan het impo-
sante ceremonieel een zeer menselijk karakter gaf. Het
was een lieve, moederlijke stem en dat werd aanstonds
gefluisterd op alle tribunes. Men zag het oude vergrijsde
staatslieden elkaar in de oren zeggen en de radiorepor-
ters, die in vele talen hun ooggetuigeverslagen stonden
door te geven naar alle delen van de wereld, waren er
vervuld van. Het ontroerde misschien het meest de vele
dames, die met hun fraaie toiletten het feest van kleur
en praal nog hoger glans van schoonheid gaven en mis
schien hebben zij er ook wel het meest juiste woord
voor gevonden. Het zal wel het eerst van deze zijde zijn
doorgegeven, wat als een soort wachtwoord de ronde
deed in het hoge kerkgebouw: „Wat is zij lief, wat is
zij een ecbte moeder.
ik MSTERDAM, dat daar bont en bewegelijk lag onder de
grauw-grijze Septemberhemel liet de schittering om en in
de Nieuwe Kerk een tikkeltje onverschillig. De Kroonstedelingen
wilden wat zien en deze wens kon niet vervuld worden door de
plechtigheid der plechtigheden in de oude Nieuwe Kerk. De
pracht en praal in dit gebouw ten toon gespreid, raakten hen
niet omdat hun oog immers niet kon wijden over het goud van
de uniformen, de flonkerende kleurenschakeringen in de eiken-
houten kerkebanken en het flikkeren van edelgesteente in het
kleed der jonge Koninginne.
VAN DE VOORZITTER
DER
VERENIGDE VERGADERING
Leden van de Staten-Generaal.
Dat ik hier op het ogenblik in uw midden ben
om de eed op de Grondwet af te leggen, vervult
mij met weemoed. Want het is een gevolg van
het feit, dat mijn lieve moeder een halve eeuw
lang haar krachten in dienst van het vaderland
en het rijk heeft gegeven in een mate, dat zij nu
eindelijk de zware last niet langer dragen kan,
Maar het vervult mij ook met de troost, dat ik
haar mag verlichten door die last met mijn on-
ervaren handen, maar sterkere want jongere
kracht, over te nemen en dat ik daarmee iets voor
mijn moeder doen kan voor haar, aan wie ik
samen met de goede mens die mijn vader was,
het levenslicht en alles.te danken heb.
Sedert eergisteren ben ik geroepen toit een taak,
die zo zwaar is, dat niemand, die zich daarin ook
maar een ogenblik heeft ingedacht, haar zou be-
geren, maar ook zo mooi, dat ik alleen maar zeg
gen kan: wie ben ik, dat ik dit doen mag.
De mogelijkheden, die mij hierdoor worden ge
geven, om in het algemeen welzijn werkzaam te
kunnen wezen, zijn zo groot, dat ik na veel inner-
lijke strijd bereid ben deze roeping te volgen,
waarop mijn ouders mij met zorg hebben voor-
bereid.
Overeenkomstig de bepalingen van de Grond
wet ben ik tot het koningschap geroepen, maar
de moed om deze roep te volgen vind ik in ver
trouwen op God ei*in de grote liefde, waarmede
ons volk mij tegemoet treedt. Deze liefde heeft
mij mijn hele leven begeleid. Ik leefde in de
warmte daarvan in tijden van voorspoed en geluk,
maar nooit bleek de kracht daarvan sterker, dan
in tijden van tegenspoed en verdriet.
Daarnaast ben ik gelukkig in mijn man een
levensgezel naast mij te hebben, die, een grote
ste'un voor mij is en hebben wij het voorrecht
zelf al onze zorgen te mogen wijden aan onze vier
kinderen.
Ik wil hier met nadruk vaststelleh, dat voor een
koningin haar taak als moeder even belangrijk
is als voor iedere andere Nederlandse vrouw.
Lieve moeder, geleid door de liefde, de wijsheid
en het verstand van groot.moeder, zijt gij uw zware
taak begonnen met later naast u vaders gezegende
persoonlijkheid. Hoe moeilijk ge het hebt gehad
In een wereld van conventionele vooroordelen,
waardoor spefliaal de tijd waarin ge begon, zich
kenmerkte, weet ik nog maar alleen, en dat zeer
ten dele.
Met uw scherpe visie en uw in de grond van
uw hart zo sterke verbondenheid met de mede-
mens, hebt gij echter onverstoord voor het heil
der gemeenschap gewerkt.
Ik zelf en alien hadden altijd het gevoel dat
gij er w a a r t, als een rots.
Toen de stormen kwamen, merkte men dat pas
goed. Want die rots stond daar onwrikbaar: „sae-
vis 'tranquillus in undis", rustig temidden der
woedende golven.
Ik weet dat ge in uw overgrote bescheidenheid
en nederigheid, na een halve eeuw van offeren
en dienen en nooit uzelf zoeken, van onafgebro
ken werken, zwoegen en scheppen, zegt: maar ik
heb toch immers niets gedaan. Waarvoor dan al
deze dank?
Nederland en de rijksdelen overzee hebben u
een halve eeuw als ,,de koningin" gekend en zelfs
reeds acht moeilijke jeugdjaren daarvoor.
Nu hoopt ge op een welverdiende rust, het
geven van eigen zinvolle vorm aan uw levens
avond.
Een uiterlijk zinnebeeld, hoe ontoereikend ook,
moge u nog sterker gevoel van verbondenheid
ffeven met de besten uwer wapenbroeders in da
grote strijd.
In de hoop dat uw bescjieidenheid u niet zai
beletten, het te aanvaarden, worde u thans als
symbool van het hoogtepunt van uw regering, uw
leiderschap in de zware tijd van oorlog en onder-
drukking, het Ridderkruis der Militaire Willems-
orde, eerste klas, aangeboden.
Het tekenen van dit besluit was mijn eerste
regeringsdaad als koningin.
Leden van de Staten-Generaal,
Wij bevinden ons op dit ogenblik van de we-
reldgeschiedenis in een toesfand, .waarin alles
aankomt op onze houding tegen het onheil van
het jongste verleden en tegen de dreiging van
nieuwe onheilen. Nederland moet niet alleen
drijvende blijven op de wilde golven van het
wereldgebeuren. Het moet zelf zijn koers bepalen,
en bovendien trachten met de andere volken
samen de koers uit te zetten van de ganse wereld-
vloot.- Wij moeten er niet op zien of dat offers
kost. Als het nodig blijkt, moeten wij bereid zijn
ballast uit te werpen. Alle hens aan dek: ,,een-
dracht en nog eens eendracht", heeft Koningin
Wilhelmina ons op het hart gebonden.
Veel goede voornemens worden geuit, veel
plannen worden gemaakt. Zullen wij ze oojc waar
maken: bij het nastreven van sociale rechtvaar-
digheid, culturele ontwikkeling en economische
welvaart in ons kleine land met zijn grote bevol-
king, in het regelen op voet van vrijheid, zelf-
standigheid en gelijkwaardigheid vah onze ver-
houding tot de volkeren van Indonesie, Suriname
en de Nederlandse Antillen, in het vervullen van
onze taak tussen de volken, in de wijde ruimte
der wereldverhoudingen?
Ja, wij kunnen en zullen waar maken, wij
kunnen en zullen verwezenlijken, wat in onze
macht is om te bereiken. God helpt hen, die zich-
zelf helpen.
Doen wij dit niet en zien wij te veel op de
offers, die het ons kosten zal, dan lopen wij het
gevaar in de golven onder te gaan.
In de laatste twintig jaren hebben in de wereld-
gemeenschap misaaden plaats gegrepen zo groot,
da)t men zich die niet te voren had kunnen voor
stellen. Als een kwaadaardige besmetting heeft
deze misdadigheid om zich heen gegrepen en een
verwildering der geesten ten gevolge gehad, die
ook ons volk ondanks een heldhaftig verweer
niet geheel onaangetast heeft gelaten,
Geen betere wijze om dit kwaad te bestrijden
dan het opvoeden van onze jeugd tot vrije men-
sen met een geestelijk fundament, met een sterk
verantwoordelijkheidsgevoel voor de medemens,
met eerbied voor alles wat leeft en groeit en voor
eens anders diepste overtuiging.
Ons volk is zeer onderscheiden naar godsdienst
en wereldbeschouwing. De Staten-Generaal geven
daarvan een weerspiegeling en kennen, om met
Willem van Oranje te spreken: „die gelegenheyt
de lands ende de humeuren van de ingesetenen
het best",
Het is daarom aan hen te verwezenlijken die
eenheid in verscheidenheid, het in eendracht be-
hartigen van 's lands belang.
Zo dddelijk zal ik mijh eed afleggen in honderd
jaar oude bewoordingen. Daarbij' zal mij voor
ogen staan het zinnebeeld, waarmede ik de rege
ring van mijn moeder kenmerkte, en dat voor mij
het wezen van het Nederlandse koningschap
weergeeft: de rots temidden der woelige baren.
Leden der Staten-Generaal, tezamen zullen wij
werken voor het heil van Nederland en het Rijk.
Moge God onze arbeid zegenen.
Gedragen door leden der ver-
schillende jeugdorganisaties werd
het symbool der souvereinlteit in
de glans van de ondergaande zon,
plechtig van het Damplantsoen
naar het Olympisch Stadion te-
ruggebracht. De belangstelling
was vooral in het centrum, waar
tienduizenden langs de weg ston
den geschaard, bijzonder groot,
doch ook in Zuid uijpnclen de
mensen nog vaak twee rijen dik
op de trottoirs. Op de Rozen-
gracht moest de stoet ongeveer 5
minijten stoppen. omdat het pu-
bliek tot aan de rand van lie
trambaan was opgedrongen en er
voor de kroon geen ruimtri meer
was om te passeren. In allertjl
werd politieve'rsterking opgeroe-
roepen en zo kon verder de lange
stoejt, waarin enkele muziekcorp-
sen en afdelingen der verschillen-
de Jeugdorganisaties met hun
vlaggen meeliepen, de tocht naar
het stadion volbrengen.
In het stadion zelf waren inmid-
dels 50.000 toeschouwers bijeen, die
vanaf 9 uur wachtten op het grote
moment dat koningin Juliana haar
intrede zou doen. Inmiddels aris-
veerde de een na de ander de ver-
schillende buitenlandse gasten.
Eerst het Deense kroonprinselijk
paar. daarna prinses Margaret Rose,
die in gezelschap was Van de graaf
en gravin van Athlone en die door
het eivolle stadion langdurig werd
toegejuieht. Vervolgens arriveerden
de Noorse en Zweedse gasten, prins
George van Griekenland en aarts-
hertog Jan van Luxemburg. Nog
feven werd het geduld op^de proef
gesteld en toen reed de elegante
Cadillac waarin Koningin Juliana.
Z. K. H. Prins Bernhard en Hare
Doorluchtige Hooghcijfi Prinses
Armgard binnen. Twaalf volgauto's
prachten talrijke andere gasten.
Glorleus entree
Koningin Juliana droeg een bij
zonder fraaie. witte avondjurk met
witte bontcape. Z. K. H. was gesto-
kefi in het gala-uniform van vice-
admiraal met steek. Nadat het Wil-
helmus was gespeeld. meegezongen
door het gehele stadion, nam het
huldigingsspel een aanvang.
Een vlaggenparade, gevolgd door
een wapenschouw van de diverse
stadswapens opende het snel en
"daarna betraden wederom de Lim-
burgse vendelzwaaiers de grasmnt,
die weer met bloerqen. planten en
fonteinen in een lusttuin was her-
schapen. Een optocht van fakkels,
die zich. evenals de stadswapens
langs de rand en de trommels langs
de rand van het stadion verspreid-
de, vormde de entree voor de kapel
en de trommelslagers van het gar-
deregiment grenadiers, die hierna,
gevolgd door een detachement ma-
trozen van H M. ..Karel Doorman"
het garderegiment jagers en do
gardetroepen van 't regiment Irene
hun entree maakten De kanel stel-
de zich op voor de Koninklijke loge
(Vervolg van pagina 1)
laatste „Dat beloof ik", van ir Vos,
geklonken heeft, zWaait de oudste
Koning van Wapenen, j)hr Six, zijn
scepter en roept met luider stemrne:
„Hare Majesteit de Koningin Juli
ana is ingehuldigd, leve de Konin
gin!" Driemaal herhaalt zich die
roep uit de duizenden monden der
hevoorrechten, die deze onvergete-
lijke plechtigheid mochten meema-
ken.
De oudste heraut van wapenen
verricht diezelfde plechtigheid but-
Jen, waar het volk de roep herhaald.
Het orgel speelt koraalmuziek, de
koninklijke stoet wordt opnleuw ge-
vormd. de Koningin verheft Zich
van Haar zetel en als het koor in-
zet: Gezang 184: „De Heer is mijn
Herder", vertrekt de stoet weer in
hetzelfde slepende tempo, dat de in-
druk slechts verhoogd. Dan vertrekt
ook Prinses Wilhelmina, de vorBte-
RJke gasten worden weer uitgeleide
gedaan, de bezoekers haasten zich
naar de Dam, waar na weinig ogen-
blikken de koninklijke familie Ver-
schijnt, luide toegejuieht door dege-
rlen, die op de Dam aanwezig moch
ten zijn. De gelukkigen, die een
plaats konden innemen op invitatie
en degenen, die er een hele nacht-
rust voor over hadden, om van dich-
ter bij iets te zien.
Koningin Juliana wuift met Haar
rechterhand, Prins Bernhard doet
het eveneens en Beatrix wulft tnee.
Zij torst enige ogenblikken de klei-
ne Marijke en dan zwaait haar rrtoe*
der Zich in al de pracht Van Haar
statiegewaad om en neemt Marijke
Op Haar met hermelijn bedekte arm
NEeuwe toajuichingen barsten los
en dan, na vijf minuten voor Haar
volk te hebben gestaan, trekt H.M.
zich in het paleis terug, om des
middags door het volk in al zijn ge-
ledingen en in weergaloze massa
onbelemmerd te' worden gehuldigd
en toegejuieht op de Sflcht met de
Gouden Koets.
en voor de ogen van de entheusias-
te toeschouwers ontrolde zich een
militair schouwspel in, dezelfde
kleur en pracht als de garde van de
koninklijke stoet, die hedenmiddag
door de Amsterdamse straten trok.
Ernst en vreugde
Hierna droegen verpleegsters van
het Rode Kruis als hulde aan hun
oud-voorzitster de kroon, die door
de jeugd naar het stadion was ge-
bracht, binnen en brachten Oost en
West hun groet van eerbied en hul
de aan de jonge vorstin. Een groot
feest op het middenterrein, ingeleid
door een vuurwerk, besloot dit spel,
dat een waar symbool was van ener-
zijds de ernst en anderzijds de
vfeugde, waarmede de nieuwe vor
stin der Nederlanden door haar volk
is ontvangen. Kort voor het einde
van dit schouwspel had Koningin
Juliana met haar gasten, het sta
dion onder luid pekiteh verlaten.
De jongste Engelse primes Mar
garet Rose was ongetwijfeld de Re
veling van het publiek. Zij heeft
de stoet met de gouden koets be-
wonderd vanuit een der ramen van
het hotel 1'Europa. Op weg naar 't
Paleis, voor het diner, inspecteerde
Zij de erewacht der studftnten en
Ret zich Voorstellen aan de com
mandant, die tot de Engelandvaar-
ders behoorde. De prinses is door
Koningin Juliana benocmd tot rid-
dcr in de orde van het Grootkruis
van de Nederlandse Leeuw.
De Amsterdammers wilden wat
zien. Daarvoor alleen waren zij bij
duizenden en tienduizenden de bre-
de straten van de binnenstad, waar-
over straks de blinkende wielen
van de onvolprezen gouden koets
zouden wentelen, binnengetrokken,
de buitenwijken achterlatend in de
eenzaamheid van een druilerige
herfstdag. Zij waren gekomen om
de Gouden Koets te zien met de
nieuwe Koningin, de glanzende
paarden en de schitterende pracht
van de uniformen der berijders.
Daarvoor en daarvoor alleen ston
den zij vele rijen dik, deinend en
dringend, als maar wachtend op die
stoet, waarvan zij de gelijke nooit
hadden gezien en waarschijnlijk
nooit meer in hun leven zouden
zien. Naarmate de wijzers van alle
klokken en klokjes die nooit
tevoren in Amsterdam zo veel ge-
raadpleegd werden als deze dag
de twaalf en 'de drie naderden, het
uur waarop Koningin haar rijtoer
zou beginnen door het hart van
Amsterdam, groeide de spanning.
Het gonsde en bruiste, het geruis
van die duizenden stemmen steeg
hoog boven de gevels van Amster-
dams statige huizen. Even ging een
zucht van vervulde verwachting
door de dichte rijen, toen het doffe
geroffel van trommels hoorbaar
werd. Het was loos alarm, want
geen Gouden Koets kwam daar
aangegleden. En toch bracht het
geen teleurstelling teweeg voor de
wachtenden, want er was weer wat
te zien! De troepen, die de ere-af-
zetting vormden, gingen hun plaat-
sen innemen, de luchtstrjjdkrachten
in hun grijzig-blauwe uniformen, de
mannen van de landmacht in hun
khaki battle-dress en niet te ver-
geten de krijgshaftige marine met
de ene tamboer voorop, rode bie-
zen op de broek en de blinkende
trompet achter op de rug: de offi-
cieren stram, de glinsterende sabel
over de schouder, de pet glanzend
van goud en wit.
Dat bracht leven in de brouwerij,
soms wat herrie omdat zij zich
posteerden het geweer aan de
voet voor degenen, die dikwijls
al uren langs de stoep waren ge-
zeten, maar meer nog leven, echt
bruisend leven. omdat deze aanblik
hoop gaf en de schaduw was, die
de grote gebeurtenis vooruitwiep.
Er kwam beweging in de rijen.
Nu moest het sprookje aan hun oog
voorbiitrekken. Men rekte de hal-
zen. En ja, daar heel in de verte
bewoog zich iets op de rijweg.
Trommels werden hoorbaar, de
spanning stljgt tot het ongelooflijke.
Dit is het ogenblik, waarop ieder
heeft gewacht. Een daverend ge-
juich raast door de straten, het
plant zich voort hoog tegen de ge
vels, van de daken raast het neer,
en daar is de kop van de stoet, vier
politieruiters, deinend op hun dan-
sende paarden, dan de rijtuigen
van de Amsterdamse hoofdeommis-
saris en burgemeester d'Ailly, ge-
heel alleen gezeten in zijn open
rijtuig, een zwarte steek op het
hoofd, de zilveren ambtsketen rond
zijn hals. glinsterend afstekend te
gen het zwart van zijn costuum. En
daarachter stapt dan de stoet na-
derbij in een machtige cadans, een
beweging, een gloed, een glans. Het
hoefgetrappel ratelt op de straat-
stenen. Het publiek kijkt zijn ogen
uit. Het wordt er stil van, bij dit
sprookje, want dit is het woord
voor deze stoet, het moge afgezaagd
zijn dit woord, maar er is geen
ander, dat zeggen kan hoe deze stoet
was,
Daar komen de mariniers, de ma-
trozen en de landmacht, strak en
martiaal, de beste tradities van het
militaire leven voortzettend met
dit mrfrcheren en dan naderen daar
de grenadiers. Dit is niet te be-
schrijven, dit schouwspel, dit kleu-
rengamma. Hoog rijzen de harige
berenmutsen boven de pracht van
hun uniformen, fonkelend en gloei-
end in de zachte glans van de zon,
die plots over de straat glijdt en
dit spel van kleur en charme hon-
derd malen feestelijker maakt.
En dan gaan de handen bij dui
zenden de lucht in, het gejuich
wordt oorverdovend, want daar
komt datgene, wat Nederland jaren
heeft moeten missen: De Gouden
Koets. zes schimmels trappelen vu-
rig voor deze fonkelende en schit
terende wagen. De vonken slaan er
olio v-H - VO1--OV,
schieten uit de langzaam wentelen-
ae wiei^n, maar v. at de mensen
buiten zich zelf doet zijn. dat is het-
geen deze koets in zich houQt: de
Gezeten aan een langwerpige
tafel, met rechts Prinses Juliana
en links de Prins, hield H.M. Ko
ningin Wilhelmina een korte toe-
spraak em droeg de directeur van
het kabinet, mej. mr. M. A. Telle-
gen, op de akte van afstand voor
te lezen.
Om 11 uur 33 min. en 20 sec.
plaatste Koningin Wilhelmina ver
volgens haar handtekening onder
deze akte. waarmede de troons-
afstand een feit was geworden.
De nieuwe koningin tekende de
akte als tweede, waarna Prins
Bernhard en alle aanwezigen het
historische document van hun
handtekening voorzagen.
nieuwe koningin. Juliana. Zij buigt
en wuift onafgebroken met een
zachte glimlach om haar lippen en
naast haar zit, de prins in zijn goud-
bestikte uniform en daar zitten ook
de prinsesjes, vriendelijk en onver-
moeibaar wuivend tegen al die dui
zenden op de straten, achter de ra
men en op de straten, de kleine
Margriet wuift dapper mee, gezeten
op de schoot van Beatrix, haar
neusje tegen de ruit gedrukt. Er
valt een stilte als de koets voorbij
is, Het i§ iets, wat niemand, die het
gezien heeft, ooit zal vergeten en
onbewust schijnen de toeschouwers
het te voelen. De rijtuigen van de
hofhouding en de ruiters er achter
rijden voorbij in een stilte die na
het massale gejuich van zoeven on-
wezenlijk is, maar nog even klatert
het hoog op als de roemruchte Ja
gers aangestapt komen in hun
zacht groene jassen, witte hand-
schoenen zwaaien heen en weer als-
of ze bevestigd zijn aan een mecha-
niek. Maar nog is dit niet voorbij
of daar verblind het vurige schar-
laken de starende ogen van de toe-
schouders. En als dan tenslotte de
luchtstrijdkrachten voorbij zijn, dan
is ook het einde gekomen van een
schouwspel, dat hen, die het mee
hebben mogen maken altijd in de
herinnering zal blijven.
Het hoogtepunt in staatsrech.
telijke zin in de Nieuwe Kerk
was ongetwijfeld het moment
waarop Koningin Juliana de eed
aflegde met de woorden:
„Ik zweer het Nederlandse
volkdat Ik de onafhankelijk-
heid en het grondgebied van de
staat met al Mijn vermogen zal
verdedigen en bewaren; dot ik
de algemene en bijzondere vrij-
heid en de rechten van al Mijn
onderdanen zal beschermen en
tot instandhouding en bevorde-
ring van de algemene en bijzon
dere welvaart alle middelen zal
aanwenden welke de wetten te
Mijner beschikking stellen, zo-
als een goed koning schuldig is
te doen. „Zo waarlijk helpe Mij
God Almachtig."
Deze eedsaflegging werd ge
volgd door de verschillende le
den der beide Kamers van de
Staten-Generaal. In enkele ge.
vallen werd het ,.Zo waarlijk
helpe mii God almachtig" ver-
vangen door de formule „Dat
beloof ik''.
Het ceremonieel. dat in de
kern zeer eenvoudig is en waar-
bij van een kroning, zoals b.v. in
Engeland nog gebruikelijk is,
geen sprake is, was door talrijke
bijkomende details toch tot een
waarlijk imposant geheel ge-
maakt.
Prof. mr. R. Kranenburg, voor-
zitter van de Verenigde Vergadering
der Staten-Generaal, heeft ter ge-
legenheid van de beediging en in
huldiging van H.M. Koningin Ju
liana op 6 September 1948, in de
Nieuwe Kerk de volgende rede ge-
houden:
Majesteit,
De Verenigde Vergadering der
Staten-Generaal is in dit plechtige
uur bijeengekomen krachtens het
voorschrift onzer Grondwet, ter
inhuldiging van onze Koningin. Het
Nederlandse Volk, dat wij verte-
genwoordigen, beleeft dit uur met
diepe ontroering. Een regerings-
periode van 50 jaren is thans be-
eindigd. Vijftig jaren, een halve
eeuw; en welke jaren! Jaren van
voorspoed, van een ongekende ont-
wikkeling op welhaast elk gebied;
jaren van diepe bezorgdheid voor
een toekomst vol donkere dreiging;
jaren van harde en wrede onder-
drukking, vol van zwaar leed en
diepe ellende; jaren eindelijk van
moeitevolle arbeid en inspanning
ter verheffing uit diepten van nood
en vernedering. Is er wel ooit na
de wording en bevestiging van onze
staat een tijdperk geweest van zo
sterke wisseling. van z6 grote ver-
andering, van zo snelle ontwikke-
ling? Wel zwaar is de last der rege-
ring geweest in deze halve eeuw
vol' lotswisselingen en grote, ver-
strekkende gebeurtenissen. en eer-
biedig buigen wij, Nederlanders,
thans het hoofd, het gemoed ver
vuld van een diepe dankbaarheid
voor de draagster der Kroon, die
50 jaren geleden de zware last der
Regering op Haar schouders nam,
en deze heeft gedrggen al die jaren
door met onbezweken moed, met
hoog plichtsbesef en waardigheid,
met een onwrikbaar geloof, met
vast vertrouwen, ook in de donker-
ste uren, in de kracht van Haar
Volk, en in de toekomst van onze
Staat. Nooit was rust meer ver-
diend. Moge God Haar levensavond
zegenen!
Een tijdperk is afgesloten, een
nieuw tijdperk is aangevangen. Het
Nederlandse Volk treedt Uwe Ma
jesteit tegemoet, vol vertrouwen en
met warme genegenheid. Wij weten
dat het leven van ons volk in al
zijn vertakkingen uw voile belang
stelling heeft, dat zijn welzijn Uwe
Majesteit na aan het hart llgt. Wij
zijn overtuigd, dat onze staatsinstel-
lingen in Uwer Majesteits handen
veilig ziin; wij weten. dat de vrij-
heid u dierbaar is, en wij weten ons
daarin een; de grote- en edele tra-
ditie van geestelijke vrjjheid van
Oranie is ook het geestesmerk van
het Nederlandse Volk. Zo staat dit
volk thans eensgezind om Uwe
troon, vervuld van liefde voor uw
persoon, voor uw gezin en uw ge-
slacht. met in het hart de innige
bede. dat Gods zegen op Uwer Ma
jesteits Regering moge rusten. en
dat het U gegeven moge zijn Uw
volk weer in voorspoed te zien ge-
dijen, het tot hogere ontwikkeling
van zijn recht en ziin cultuur, tot
waardevolle ontplooi'ing van zijn
gaven te zien komen.
Zo mogen dan de Staten-Gene
raal thans overgaan tot de huldi-
sing in naam van het Nederlandse
Volk. in artikel 54 der Grondwet
voorgeschreven.
Daarna las prof. Kranenburg de
vereiste verklaring voor. zelf be-
finnende deze te bevestigen door
de belofte. Van de 145 aanweziee
leden de*- h°ide Kamers legden 122
de eed af, 23 volstonden met de be
lofte.
(Van onie verslaggever)
Waarschijnlijk zal het stadion wel
nimmer meer zulk een demonstratie
van lenigheid, kleur en elegance in
zich verenigen, zoals het dat nu deed
op deze wonderlijke Zaterdagavond,
de avond van een der grootste ge
beurtenissen uit de Nederlandse ge-
schiedenis, waarin een jonge Vrouw
het gezag uit handen van Haar Ko
ninklijke Moeder overnam. Hier was
nu de jeugd van Haar land verza-
meld, om Haar op deze eerste dag
van haar koningschap alle aanhan-
kelijkheid en eerbied te betuigen,
die Zij ten voile verdient en die
Haar uit de grond van alle harten
werd geschonken. En toen, na de
stille en plechtige opening van het
spel, de vlaggen van de 32 sport
bonden werden binnengedragen tot
voor de ere-tribune, negen zij uit
naam van de achtduizend, die deze
avond hier naartoe waren gekomen,
om de sportfantasTe tot werkelijk-
heid te maken.
Als deel van de Kroningsspelen
stond ook deze show onder leiding
van Carel Briels, terwijl de sport-
reporter Aad van Leeuwen de tekst
ervan maakte en zelf uitsprak, daar-
bij geassisteerd door Henk Schaer.
In negen taferelen opgebouwd, vol-
trok zich de grote van dit spel, zo
als de lichaamsontwikkeling van de
mens was uitgegroeid van de eerste
bewegingen van de eerste aardbe-
woners tot de mechanische mens die
met zijn race-auto en sportmotor
WOOR de verenigde vergadering van de beide Kamers der
Staten-Generaal In de Nieuwe Kerk te Amsterdam heeft
H.M. Koningin JuRana de volgende rede uitgesproken:
daverend over de wedstrijdbanen
vRegt.
Achtduizend vertegenwoordigers
ervan deden dit alles opnieuw le-
vend worden voor de tienduizenden
en nog eens tienduizenden toeschou
wers die gul waren met hun applaus
en enfRousiast in hun bewondering
voor de voorsteilingen en kleurscha-
keringen.
Kiassieke sporten
De kiassieke sporten der lichaams-
beweging en zelfverdediging werden
door zeshonderd meisjes in rhyth-
mische dansen verwerkelijkt met 'n
grote originaliteit aan uitbeeldingen
en met een gratie, die terecht de
bewondering verdienden. Daartussen
"raden individueel de demonstrates -
van het schermen, het boksen en
turnen naar voren. De bewegingen
vloeiden gezamenlijk ineen tot een
elegante voordracht en een feeste-
Rjke delning op de helverlichte
grasmat. Bewonderenswaardig was
vervolgens de souplesse en sierli.jk-
heid, waarmede de verschillende
groepen van paardrijders -zich kwa
men voorstellen eerst aan Koningin
Juliana en Prins Bernhard en ver
volgens aan alle toeschouwers van 't
persoonlijke behendigheidsparcours
tot een kleurrijk tafereel van stoe-
ten, jachtpartijen en acht- tot zes-
tienspanpaarden. „De ncbelste ver-
overingen van de mens" vormden
wel de hoogtepunten van dit feeste-
lijk spel en gaven aan het geheel
van de show een aparte bekoring
van oorspronkelijkheid en gratie De
vroRjke jachtpartij onder de zwie-
rige tonen van de Posthoorngaiop
en de paardenspannen met reiskoets
en diligence sierden het spel in een
kunstzinnige stijl, samen met de
aristocratische parade van moderne
luxe auto's, geSscorteerd door ama-
zones en rashonden.
Moderne sporten
In een massale demonstrate kwa
men hierop de voetbalelftallen, de
korfballers en kegelaars de regelen
van het spel der grote ballen uV>
beelden, gevolgd door een lange
sliert weg- en baanwielrenners, die
in razende vaart over de betonnen
baan en de sintelbaan stoven, om
daarop te worden gevolgd door de
spelers met de kleine bal zoals ten-
nissers, hockeyers, die in rhythme
hun bewegingen toonden, biljarters
en tafeltennissers. Natuurlijk mocht
in het volgende tafereel de motor-
race en de autocoureur niet ontbre-
ken en met daverende en brommen-
de motoren stoven zij over de baan,
de een na de ander om onder adem-
loos toekijken van de duizenden hun
ronden te draalen.
Wat hierop volgde, na de indruk-
wekkende show van moderne en
hoogst elegante voertuigen, door de
amazones begeleid, waarbij een vier-
tal dames een bloemenhulde brach
ten, was zo kleurrijk en tegelijk in-
drukwekkend van kracht, dat een
spontane begroeting van al deze ver
tegenwoordigers plaats had: turners,
voetballerS, zwemmers, sporters van
fiets, motor en auto, tennisspelers
en wandelaars, paardrijders en zove-
le anderen meer, die alien hun hart
aan de sport hadden verpand.
Van alle kanten kwamen ze op-
zetten en vulden de helgroene speel-
ruimte, de betonnen baan en de sin
telbaan: zij vlogen achter en door
elkaar en marcheerden op naar de
ere-trlbune, waarbij de vertegen
woordigers uit West-Indie een lang-
durig en spontaan applaus in ont-
vnngst mochten nemen Toen kwam
de Olympische ploeg, die hun goud,
zilver en brons met eerlijke cn spor
tieve middelen hadden gewonnen
en aan het hoofd ervan ging de 20
krachtige equippeleider Karel Lolsy.
Daarop sprak, nadat Wim Slijkhuis
de brandende toorts door het ver-
duisterde stadion had gedragen en
het vuur ontstoken was, Fanny
Blankers^-Koen, haperend. maar
soontaan de woorden uit, die ieder
dacht, dat zij alien ook in deze
Koningin hun voorbeeld en steun
zngen.
Toen klonk het Wilhelmus door 't
grote stadion en zongen alien, spe
lers en toeschouwers de jonge Ko
ningin toe en juichten Haar toe, tot
Zij van de ere-tribune vertrokken
was.
Koningin Juliana heeft 't Groot
kruis der orde van de Nederlandse
Leeuw verleend aan prof. Kranen
burg, voorzitter van de Eerste Ka-
mer der Staten Geheraal -en voor
zitter van de gecombineerde ka
mers. f-