In Midden- en Oost-Java
stijgende guerilla-acties
Directeur van Hoofdstedelijk Museum
neemt Vincent van Gogh in bescherming
Senaat volgt de Regering
bij de nieuwe koers
DETECTIVF
Sumatra is politiek ontevreden
Naar wij vernemen:
Aanklacht ingediend over
vervalste schilderijen
De rozen van
Stockport
Wij maken
een bed jas je!
ZONDAG
onder het Octaaf
Heimwee
tegen wil en dank
Als dank voor het aandeel, dat de Canadese troepen in de
bevrijding van Holland hadden, heeft de Nederlandse regering
ongeveer 400.000 tulpenbollen naar Ottawa gestuurd, die daar
nu in parken en plantsoenen in bloei staan. Caroline en Hinke
Tuinman, dochtertjes van de Nederlandse landbouwkundige
attaché in Ottawa, die in Volendams costuum zijn gekleed,
vertellen een agent van de Canadese bereden politie bijzonder
heden over de tulpen.
BATAVIA, 27 Mei (Aneta). De weerslag van de op 7 Mei
bereikte overeenkomst is uiteenlopend. In de nieuw opengelegde
streken in midden- en Oost-java wordt de plaatselijk voelbare
toeneming van activiteit van guerilla's en benden toegeschreven
aan het feit, dat de strijdgroepen de overeenkomst aangrijpen
als middel om de bevolking te intimideren en trachten haar te
bewegen tot het aannemen van een non-coöperatieve houding,
aldus wordt van officiële zijde medegedeeld. Men spreekt in
midden-java over de overeenkomst als het begin van de „Kebang-
kitan Nasional" (nationale wederopleving). De bevolking neemt
echter een afwachtende houding aan.
Bij de strijdgroepen in zuid-
Malang, Djombang, Ngandjuk en
Madiun valt een verdergaande
communistische oriëntering op te
merken. De eindindruk in het
nieuw opengekomen gebied op
Java (met uitzondering van Ban
tam, waar op de weg naar normale
toestanden wederom vorderingen
gemaakt zijn) is nochtans, dat, of
schoon de toestand na het sluiten
van de overeenkomst aanvanke
lijk in sommige gebieden slechter
werd. deze in de verslagperiode
vrijwel constant bleef met een
lichte tendens tot verbetering. De
toewijding en de plichtsbetrach
ting van bestuur en politie noem
de de regeringscommissaris voor
Oost-Java boven alle lof verheven,
ondanks het risico van intimidatie.
Op Sumatra heeft van de aan
vang af de reactie op de overeen
komst een ander karakter gedra
gen, voornamelijk een van poli
tieke aard en zij heeft mitsdien
ook andere consequenties. De te
leurstelling over het afsnijden van
de mogelijkheid om reeds thans
te komen tot een zelfstandig lands-
hestel is vooral in Xapanuli groot.
Men is daar er van overtuigd, dat
de uitspraak van de bevolking nu
niet twijfelachtig zou zijn geweest,
doch dat rekening moet worden
gehouden met het herleven van
de intimidatie.
In het noordelijk deel van mid
den-Java zet de gunstige tendens
zich voort. Het vrijwel geheel
herstelde spoorwegverkeer bete
kent een grote steun van de we
deropleving van het ressort Jepa-
raRembang. De voedseltoestand
in Solo is bevredigend. De mili
taire toestand rond Djogja en Soli
is weinig veranderd; de aanslagen
op posten en bivaks houden aan.
In het gebied van zuid-Pati zijn
enige kleine benden uiteenge
jaagd. In het zuidoostelijk deel
van het regentschap Banjumas en
Kebumen werden bij het opjagen
van reeds eerder uiteengeslagen
benden 140 bendeleden gedood.
Als gevolg hiervan is de veiligheid
in dit gebied toegenomen.
In de Negara Djawa Timur
(Oost Java) neemt de economische
activiteit toe. De bestrijding van
benden wordt met succes voort
gezet.
De berichten uit Bantam blij,ven
gunstig. De retributies voor het
gebruik van do regentschappassars
te Serang bedroegen in April nn-
Vrijlafing prijzen van enige
bouwwerkzaamheden
In de Staatscourant is gepubli
ceerd de beschikking tot vrijlating
van de prijzen voor enige bouw
werkzaamheden. In deze beschik
king worden in de waterspoor- en
wegenbouw alle aannemingssom
men, in de burgerlijke- en utili
teitsbouw de aannemingssommen
boven f 10.000 vrijgelaten.
Tevens wordt ingetrokken de
prijzenbe schikking-berekening
aezmemingssom bouwwerken op
het gebied van de burgerlijke- en
utöiteïtebmrw ibfO.
geveer het dubbele van het bedrag
van voor de oorlog.
In Cheribon kwam een vrij plot
selinge verhoging van de terreur-
activiteit voor; de bevolking werd
in sterke mate geïntimideerd. De
arbeiders werden tot staken aan
gezet; enkele gevallen van sabo
tage kwamen voor. Reeds kon een
subversieve organisatie worden
opgerold.
In het gehele gebied van Suma
tra werd de beveiliging van nieu
we gebiedsdelen voortgezet. Be
halve in incidentele gevallen
zoals een aanslag op de water
voorziening in Medan is het al
gemeen beeld,van de toestand op
Sumatra niet ongunstig.
wordt Schout bij Nacht F. Stam,
tot voor kort marine attaché te
Washington, met ingang van 14
Juni a.s. geplaatst bij de afdeling
Materiaal van het ministerie van
Marine. Hij is bestemd voor de
functie van vlagofficier materieel..
hebben Vrijdagmiddag ruim 600
mannelijke en vrouwelijke em
ployes van het hoofdkantoor van
de BPM en van de Ned.-Indische
tankboot maatschappij, tijdens een
feestelijke lunch in het Kurhaus
te Scheveningen, uit handen van
directeur ir. H. Bloemgarten, her
inneringsemblemen voor langduri
ge dienst ontvangen. De diensttijd
dezer jubilarissen, die in totaal
16.000 jaren bedroeg, varieerde van
20 tot 45 dienstjaren
heeft de afdeling Amsterdam van
de Nederlandse vereniging van ex-
politieke gevangenen in bezettings
tijd op een Woensdag gehouden
vergadering, met overgrote meer
derheid van stemmen besloten zich
af te scheiden van de landelijke
vereniging en een nieuwe organi
satie van ex-gevangenen en ver
zetsstrijders op te richten. Oorzaak
van deze afscheiding is, dat men
het niet eens is met het besluit
van de landelijke organisatie om
het lidmaatschap van de CPN on
verenigbaar te verklaren met dat
van de Vereniging van ex-politieke
gevangenen.
Jhr. W. J. H. B. Sandberg, de directeur van het Stedelijk Museum
te Amsterdam, heeft bij de officier van justitie te Amsterdam
een aanklacht ingediend over een viertal vervalste van Goghs.
Tijdens een onderhoud verklaarde de heer Sandberg, dat de door
hem ingediende klacht een poging is om de justitie de gelegen
heid te geven met kracht te gaan optreden tegen de vervaardi
gers van schilderijen, welke valselijk als van Goghs worden
aangeboden.
Dit euvel is veel belangrijker
dan men zou vermoeden, aldus de
heer Sandberg. „Overal komt men
deze vervalsingen tegen. Ik ont
moette ze in Parijs, New York,
Londen, München en vooral niet
te vergeten in Amsterdam. Dat
hierdoor onverdiend een blaam
zou kunnen worden geworpen op
de belangrijkste moderne Neder
landse schilder en op de Neder
landse kunsthistorici in het alge
meen en dat het Nederlandse „cre-
diei?' in het buitenland hierdoor
ernstig wordt geschaad, zal een
ieder duidelijk zijn."
Volgens de heer Sandberg be
staan er een of meer fabrieken"
van valse van Goghs, waarin dus
bij wijze van spreken aan de lo
pende band schilderijen wordèn
gemaakt, die valselijk voorzien
worden van de signatuur Vincent
of Vincent van Gogh en zo te koop
worden aangeboden.
Een viertal frappante voorbeel
den daarvan, te weten een zelf
portret, dat aangeboden werd door
de Nederlandse schilder Eekman
te Parijs, een landschap, dat in
handen was van een kunsthandel
te Parijs, een tweede zelfportret
dat van Parys uit naar Amerika
is verkocht en de fantastische som
van f 100.000 heeft opgebracht en
tenslotte een schilderij, voorstel
lende de slaapkamer van van Gogh
in zijn huis te Arles, dat in het be
zit was van een Italiaanse parti
culier, waren voor de heer Sand
berg aanleiding de justitie te hulp
te roepen.
Deze aanklacht is op 29 Januari
j.l. ingediend. Een uitgebreid on
derzoek is sedertdien ingesrteld.
Over de resultaten hiervan kon
door de justitie echter nog niets
worden medegedeeld.
Inmiddels is in het Stedelijk Mu
seum een grote verzameling teke
ningen en schilderijen, /welke
eveneens van van Gogh afkomstig
zouden moeten zijn, bijeen. Deze
verzameling is afkomstig uit het
Zuiden van het land. Ongeveer
een half jaar geleden werd de
heer Sandberg verzocht zijn me
ning over deze werken te geven.
Hij heeft tezamen met ir. van
Gogh, de heer Jaffé, conservator
van het Stedelijk Museum, en de
heer van Dantzig, een Amster
dams kunsthistoricus, die groite
bekendheid heeft verworven in
kunstkringen door zijn voortdu
rende strijd 'tegen vervalsingen, de
collectie, welke oorspro'nkelijk
eigendom moet zijn geweest van
een inmiddels overleden ppothe-
CROTE BELANGSTELLING
UIT GEHELE WERELD
HEATON NORRIS, (K.N.P.)
Ofschoon het episcopaat van Enge
land nog geen uitspraak heeft ge
daan, neemt de belangstelling voor
het Maria-beeld van Heaton
Norris (in Stockport, Engeland)
nog steeds toe. De kroon van
rozen, die twee jaar geleden op
het Maria-beeld in de Mariakerk
van Heaton Norris werd geplaatst,
is nog even fris als toen de rozen
uit de tuin werden geplukt. Ook
de tweede kroon van 17 rozen, die
het vorig jaar op het hoofd van
het Maria-beeld werd geplaatst,
blijft volkomen zijn frisheid be
houden.
Dit verschijnsel heeft over de
gehele wereld grote aandacht ge
trokken en de kroningsplechtig
heid vorig jaar deed zoveel men
sen toestromen, dat kaarten
moesten worden uitgereikt en dui
zenden voor de in rood baksteen
opgetrokken kerk hun beurt
moesten afwachten.
Enige tijd geleden verklaarde
de pastoor van de kerk, dat, in
dien de twee kronen van rozen
hun gewone frisheid zouden blij
ven behouden, hij het beeld met
een derde krans van rozen zou
kronen. „Dit zal een prachtig sym
bool zijn", aldus de pastoor, „van
de drievoudige kroning van de H.
Maagd als de dochter van God de
Vader, als de Moeder van God de
Zoon en de Bruid van God de H.
Geest."
De pastoor wordt overstroomd
met brieven van Katholieken en
niet-Katholieken, die verzoeken
om bijzondere smeekbeden neer
te leggen aan de voeten van het
beeld.
kersbediende, onder de loupe ge
nomen. Hun conclusie op verschil
lende gronden is, dat ook deze
verzameling vermoedelijk niet
echt is.
Een moeilijk punt vormt het
feit, dat Vincent van Gogh gedu
rende zijn gehele leven zeer pro
ductief is geweest, maar dat er
van een bepaalde vroege periode
weinig werk bekend is. In die tijd
moet hij ongetwijfeld veel hebben
vervaardigd en doordat niemand
weet waar dit werk is gebleven,
wordt deze periode steeds opnieuw
uitgebuit voor „ontdekkingen."
Niet zelden ook zijn de verval
singen van een zo goede kwaliteit,
dat liet uiterst moeilijk is de on
echtheid vast te stellen. Op grond
hiervan verklaarde de heer Sand
berg dan ook met zeer grote na
druk, dat naar zijn mening de ex
perts, die de schilderijen op welke
zijn aanklacht betrekking heeft,
als echte van Goghs verklaarden,
volkomen te goeder trouw handel
den. Van opzet hunnerzijds acht
de heer Sandberg geen sprake.
Jhr. Sandberg beschouwt zijn
daad dan ook uitsluitend als een
poging om de naam van Vincent
van Gogh te beschermen en zeker
niet als een poging om Nederland
se of buitenlandse kunsthistorici
aan te vallen,
Prijzen in restaurants
en broodjeswinkels
Met ingang van 1 Juni" 1949
zijn de prijzen in restaurants- en
broodjeswinkels grotendeels vrij
gelaten.
In de restaurants blijft van
kracht _de verachting tot het be
schikbaar stellen van enkele me
nu's en dagschotels tegen vastge
stelde (lage) prijzen. Het publiek
zal derhalve nog steeds levering
van de bedoelde verplichte maaltij
den kunnen vorderen. Vermelding
ervan op de menukaart is voorge
schreven. In de broodjeszaken zijn
alleen voor broodjes met vlees en
voor uitsmijters nog prijzen vast
gesteld.
BEDEVAARTGANGERS
NAAR DUITSLAND
Donderdagmorgen vertrok vanuit
Tegelen een autobus met Limburg
se bedevaartgangers naar het Ma-
ria-genadeoord Kevelaer in Duits
land.
Deze bedevaart, waaraan 35 men
sen deelnamen, was de eerste naar
Kevelaer sedert het uitbreken van
de oorlog in 1940. De controle aan
de grens Venlo-Straelen nam
slechts enkele minuten in beslag
en reeds om half acht in de mor
gen reden de bedevaartgangers Ke
velaer binnen, waar zij door de
bevolking hartelijk verwelkomd
werden. Óp 1, 2, 7 en 12 Juni zul
len nogmaals bedevaarttochten
naar Kevelaer worden gehouden.
KAPITEIN TER ZEE
VAN DE WETERING t
DEN HELDER. Vrijdag is te
Laren in de leeftijd van 63 jaar
overleden de gepensionneerde ka
pitein ter Zee R. P. van de Wete
ring, militair raadsheer bij het Bij
zonder Gerechtshof te Amsterdam.
De heer van de Wetering werd
in 1907 beëdigd tot adelborst eer
ste klasse, doorliep verschillende
rangen en werd vervolgens com
mandant maritieme middelen in
Surabaja, uit welke functie hij in
1938 gepensionneerd werd. In de
mobilisatie 1939 trad hij weer in
actieve dienst "en werd benoemd tot
toegevoegd commandant vesting
Naarden, afdeling zeemacht. Hij
heeft daarna drie jaar in Duitse
krijgsgevangenschap doorgebracht.
De heer van de Wetering was Of
ficier in de Orde van Oranje Nas
sau. De begrafenis is vastgesteld
op Maandag a.s. om half twaalf
op de Algemene Begraafplaats te
Laren (N.-H.).
Post voor de „Waterman"
Correspondentie voor het s.s,
..Waterman", onderweg van Indo
nesië naar Rotterdam, moet uiter
lijk 2 Juni a.s. worden, gepost om
de opvarenden in Port Said te
bereiken.
(Van onze parlementaire redacteur)
DE CRITISCHE VISIE van de heer Kersten (K.V.P.) op het
regeringsbeleid in het jongste verleden, zoals hij die bij de
behandeling van de begroting van „Overzeese Gebiedsdelen" in
de Eerste Kamer ten beste gaf, had aanleiding kunnen worden
tot een pijnlijke vaststelling van verantwoordelijkheden. Minister
van Maarseveen is er Woensdag echter maar zeer summier op
ingegaan. De heer Kersten karakteriseerde zulks later als een
edelmoedig zand strooien. Bij de replieken deed ook hij er toen
maar het zwijgen toe, zeggend dat hij zich niet in edelmoedig
heid wilde laten overtreffen.
Wei had minister van Maarseveen
er aan vast gehouden, dat de rege
ring nimmer de bedoeling had ge
had om de republiek zelf te vernie
tigen. De heer Kersten bleef hier
tegenover volhouden, dat zekere
hoge civiele en militaire autoritei
ten in Indonesië zulk een plan in
eik geval wel hadden gehad. Ze
bleef een stuk verantwoordelijkheid
verholen aangeven. In zijn critisch
betoog had de heer Kersten er ove
rigens wel wat weinig rekening
mee gehouden, dat dit voor een
deel zou kunnen werken als een
boemerang. Langs zijn neus weg
merkte de minister op. dat het ge
critiseerde beleid in samenwerking
met de Kamer was gevoerd en de
Hr Ms „Van Kinsbergen", die met een aantal adelborsten aan
boord naar'Noorwegen was vertrokken, is thans in de haven
van Oslo aangekomen.
Velen beschouwen een bed-
jasje als een overbodige lu
xe, als iets, dat ic alleen
maar nodig hebt wanneer je
gewoon bent in bed te ont
bijten. Maar evenzovelen
hebben aan de lijve onder
vonden, welk een profijt men
van datzelfde bedjasje kan
trekken tijdens een ziekte of
een korte of langere rust
periode. Voorat op het ogen
blik nu de kledingstukken,
benodigd voor het dagelijks
gebruik om voorrang vragen
bij het aanschaffen van nieuw
goed, kunnen we onszelf zo
veel genoegen doen door in
een verloren uurtje van een
restje stof zelf een of ander
minder noodzakelijk kleding
stuk r.ls een bedjasje te ma
ken.
Voor een bedjasje verdient
gewatteerde peigncirstof na
tuurlijk de voorkeur, maar
de enige mogelijkheid is dit
bij lange na niet. Eveneens
geschikt en vaak veel leuker
is bijvoorbeeld een aardig
bedrukt keperflanelletje öf ook effen lingerie-katoen afgezet met een
fleurig boordje. Met behulp van deze stoffen kunnen we een aardig
bolero-model maken, zonder ceintuur in de taiHe, een ï°s ïasie dus met
een gezellig bobby-kraagje, aan de hals gesloten met een fris lmt en
verder met driekwartmouwtjes en omgeslagen manchetten. Dit model
zit prettig en schenkt ons de benodigde comfortabele warmte zonder een
hinderlijke afsluiting. Vindt u dit model al te simpele dan kunt u er
natuurlijk nog een ronde schouderpas in maken, met een ruimte er onder
uit Voor patiënten, en vooral voor hen, die in de buitenlucht moeten
liggen, is gewatteerde stof wel ideaal. Goedkoper dan gewatteerde zijde
is dan dubbele flanel, waar we een laag watten tussenJoggen Deze gel-
deliike besparing zal ons wel iets meer werk en geduld kosten, maar
het loont dan ook wel de moeite. We knippen dan het patroon twee keer
uit het flanel, op de ene lap tekenpn we de ruiten af en daarna leggen
we beide stukken flanel op elkaar met een laag watten ertussen. Ver
volgens stikken we de ruiten door. De mouwen zetten we er in dit ge-
val glad en zonder ruimte in. De manchetten kunnen we er desgewenst
direct aan knippen.
AnneMieke
heer Algra (a.r.) had voordien al
vastgesteld, dat de heer Kersten,
waar de KVP toch nauw betrokken
was geweest bij de politieke ont
wikkeling, dus blijkbaar haar boe
tekleed had aangetrokken. Het ver
weer van de heer Kersten hiertegen
was niet zo heel sterk. Hij had het
eigenlijk altijd liever anders ge
wild, maar in het kader van de po
litieke verhoudingen was een ge
durfder politiek niet mogelijk ge
weest.
In een ander deel van het duel
tussen hem en de heer Algra bleef
de heer Kersten echter zeker de
overwinnaar. Hij had de oppositie
de vraag gesteld of zij dan bereid
zou zijn een oplossing militair af te
dwingen met alle consequenties
van dien. Op deze vraag gaf de heer
Algra (a.r.) geen direct antwoord
en ook in tweede instantie probeer
de hij er nog langs te komen, overi
gens toegevende, dat zulks nog met
geen millioen man mogelijk zou
zijn. Deze laatste toevoeging wees
er toch wel op, dat ook de heer Al
gra in wezen toch niet zo vreselijk
ver van de nieuwe koers afstond.
Zijn eigenlijke betoog was trouwens
al in twee delen uiteen gevallen. In
het eerste deel ontwikkelde hij de
bekende Anti-rev. bezwaren, in het
tweede deel klom een gevoel van
hoop omhoog dat alles tenslotte
toch nog wel terecht zou komen. Hij
en de heer Jonkman (PvdA) von
den elkaar zelfs in het gezamenlijk
opzien naar de Oranjezon, die in dit
tijdsgewricht boven de verbonden
volkeren weer nieuwe glans scheen
te krijgen.
In het antwoord van minister van
Maarseveen konden weinig nieuwe
gezichtspunten meer naar voren ko
men. De balans opmakend, kon hij
constateren, dat ook de Eerste Ka
mer bereid was de regering te vol
gen. De bewindsman had er bij kun
nen zeggen, dat de verhoudingen
zelfs gunstiger lagen dan aan de
overzijde van het Binnenhof. Hier
een KVP-fractie met generlei reser
ves en een Anti-Rcv. woordvoerder
wiens visie wezenlijk verschilde van
die van de heren Schouten en Ger-
brandy. Wat de C.H. betreft, erken
de de minister, dat hij bij deze
groep een slecht onthaal had gevon
den. Bij de replieken bad prof. de
Zwaan zijn in eerste aanleg geuite
reserves zelfs nog wat aangedikt.
Het leerstuk van de drieledige ver
antwoordelijkheid, zoals de heer
Jonkman (PvdA) dat had uitge
werkt, legde de minister met hoffe
lijke gereserveerdheid terzijde.
Op verzoek van prof. Molenaar
(VVD) bleef hij verklaren, dat aan
het zelfbeschikkingsrecht zou wor
den vastgehouden. De evacuatie van
Djokja vervulde ook de regering
met zorg, zij vertrouwde echter dat
naderhand zou kunnen blijken dat
de betrokkenen zich te grote zorgen
zullen hebben gemaakt. De begro
ting werd z.h.s stemming aanvaard,
met aantekening dat de communis
ten tegen waren.
UITZICHT OP PINKSTEREN
Deze Zondag heeft veel van de
liturgie van Hemelvaart overge
nomen. Sommige teksten spreken
over Christus, die de troon beste
gen heeft naast de Vader, over
God, die opklom onder gejuich.
Toch is heel de liturgie als het
ware gedrenkt in het heimwee
naar de Geest, de Helper.
De tien dagen die verliepen tus
sen de „Heimfahrt".van de Heer
en Pinksteren zijn voor de Aposte
len de eerste retraite geweest. Te
rug van de Olijfhof, waar de
Meester afscheid genomen had
voor het leven, trokken ze zich
terug in de zaal van het Laatste
Avondmaal, en wachtten daar bid
dend de beloofde H. Geest.
Zij namen dus de belofte van
Christus heel ernstig. Zij wisten
dat zij iets groots en waardevols
zouden ontvangen. Uit de gewijde
geschiedenis weten we, dat hun
verwachting niet teleurgesteld
werd. Nauwelijks was de H. Geest
op hen neergedaald, of een onge
kende moed joeg Hien de straat
op ter verkondiging van Jezus'
Blijde Boodschap.
Nu zijn wij ons aan het voorbe
reiden op Pinksteren. Het lijkt of
dit minder enthousiast gebeurt
dan toen we met Kerstmis de
tweede Persoon van de H. Drie
eenheid verwachten. En toch; et
is veel overeenkomst tussen Kerst
mis en Pinksteren. Beide keren
een komen van een goddelijk Per
soon; beide keren een vereniging
van het goddelijke met het men
selijke: Kerstmis: met een mense
lijke natuur, Pinksteren: met een
menselijke gemeenschap; beide
keren dus een ontzaglijke afdaling
van God tot de mensen, een afda
ling die het gevolg is van Gods
liefde.
Waarom kan de H. Geest zich
dan niet verheugen in een gelijke
belangstelling? Is eigenlijk de lijd
rond Pinksteren niet de enige
periode, waarin de verering van
die derde Persoon iets tot uiting
komt? Door de preek en misschien
dcor wat artikeltjes in de krant
denkt men do week vóór en de
week na Pinksteren aan Hem, de
Geest der Waarheid, die in eeuwig
heid bij ons zal zijn. Maar al
maakt men onder de indruk van
het gehoorde of gelezene het voor
nemen, meer ernst te maken met
die verering ook door het jaar,
telkenjare bekennen we: de H.
Geest heeft ons niet meer ge
boeid sinds Zijn feest. Men kan
het erg vinden; men kan het ac
cepteren. God de Zoon in men
sengestalte zal ons toch altijd
meer boeien dan de H. Geest,
waarvan we ons geen voor
stelling kunnen vormen. Die zich
openbaarde in de gestalte van een
duif en als vuur. Die figuren ipre-
ken ons zo veel minder aan, lij
ken zoveel onwerkelijker. Jezus is
tastbaar geweest; de H. Kerk, ze
ker, Zij is zichtbaar en wordt be
zield door de H. G seem.taarz
zield door de H. Geest, maar zelfs
waar Deze duidelijk werkt, zien
we slechts mensen aan de gang.
Proberen wij deze dagen van
voorbereiding door de mensen
heen de activiteit en het leven van
de Geest te ontwaren. Laten we
ook dit jaar minstens rond Pink
steren, de tol van onze aanbidding
en verering geven aan de Hem,
Die genoemd wordt Vader van de
armen, Gever aller gaven, Licht
aller harten. Pinksteren ook is een
feest van Gods liefde.
P. C. DRACHTEN.
Christus is ten hemel opge
stegen. Zijn zichtbare tegen
woordigheid heeft Hij aan ons
onttrokken. Wij moeten Hem
zoeken in het geloofdoor een
sluier heen. Onder de gedaan
te van brood. En toch weten
wij dat Hij het is. Dat Hij de
zelfde is als toen Hij op aarde
was en zoals wij Hem eenmaal
zullen zien van aanschijn tot
aanschijn. Maar in de tussen
tijd, zolang wij als pelgrims
nog onderweg zijn., ver van
Hem, is er een verlangen, een
heimwee in ons, dat wij in on
ze beste ogenblikken allen on
dervinden in al zijn onstilbaar
heid. Zoals een geliefde naar
een geliefde verlangt, of een
jongen in Indië naar huis. Wij
zijn gemaakt voor de hemel. I
Als christenen verlangen wij I
naar het aanschijn van Chris- I
tus. In een zalige dood zullen I
wij Hem ontmoëten. Bidden fj
wij daar om!
MARCUS
door H. VöLMEE
FEUILLETON
40.
„Ja! O ja! Dat doe ik!"
Ondanks 't aplomb, waarmee Ma
rianne Karlsson de verzekering gaf
was August allerminst overtuigd.
Marianne's mond kon liegen, haar
ogen konden het slecht. Hij waagde
nog één poging. „Lundqvist kon het
zó bont gemaakt hebben, dat u wel
genoodzaakt was u te verdedigen."
„Ik zei u toch al: ik ben het niet
geweest!" ri'ep het meisje heftig
uit. Zij stampte met de voet.
August zuchtte. „Waarom ver
stopte u dan zijn portefeuille tussen
't linnen van een valies, dat in mijn
kamer stond?"
Zij zag hem hulpeloos aan en
drukte de handen tegen de borst.
,,Ik... ik deed het nietprotes
teerde zij zwakjes.
„Ik nog minder. De enige vreem
de, die in mijn kamer is geweest,
bent u."
„Toetoegeloof me
De deur van de koepel werd open
gerukt. „Wat gaat hier om?" in
formeerde een bariton. „Ik hoorde
stemmen. Stelde een onderzoek in
loco in. En wat ziet mijn oog? Ma
rianne in intiem gesprek met een
(jeugdige vreemdeling!"
In de deuropening stond een lan
ge slanke man, een goede dertiger.
Spottend keek hij van de een naar
de ander. August gevoelde direct
antipathie jegens de kwast, die op
zo ongelegen tijdstip zijn entrée
maakte. Niet alleen om de veroor
zaakte stoornis. Het voorkomen
van de Snuiter leek hem in 't ge
heel niet. Hjj had fletse blauwe
ogen, die ietwat uitpuilden; en een
wipneus, de mond was goed ge
vormd, maar de tanden, welke
blootkwamen. nu hij op onaange
name wijze glimlachte, waren afge
brokkeld.
Marianne's wangen kleurden zich,
zij fronste de wenkbrauwen. Zoveel
begreep August wel, dat zij al
evenmin hijzonder op 't gezelschap
van- deze man was gesteld. Noch
tans beheerste zij haar toon toen zij
voorstelde: „Een vriend, van me,
meneer SödermanPaul Solan-
ge."
August liet het bij een hoofd
knikje.
Geaffesteerd zei Solange: „Dit
tête-a-tête doet me denken aan een
blijspel, dat ik onlangs zag: „Con
stance ontvangt verboden bezoek."
Jou ook niet, Marianne? Er blijken
rare klanten onder je kennissen te
zijn, die nog niet lang geleden in de
goot hebben gelegen."
„Zeg eens, meneerf" begon
August strijdlustig.
Marianne onderbrak hemP „Ik
zal u opbellen, meneer Söderman.
Nu moet ik met meneer Solange
naar huis."
Solange bleef staan. „Wat moet
die snaak van je? 'k Wil direct de
punt van mijn neus afbijten als ik
snap, hoe je er toe komt, hem in
de Chinese koepel audiëntie te
verlenen".
„Je verbeeldt je toch niet, dat ik
jou tekst en uitleg verschuldigd
ben, wel?" vroeg zij hooghartig.
„Ik ontvang van mijn vrienden wie
ik wil en waar ik wil. Hoe zit het
loop je mee naar huis of niet?"
„Ja zeker! Ja zeker! 'k Vernam
dat je er met je fiets op uit was.
Zag de fiets tegen 't zijhek staan.
Combineerde een en ander - voila!"
„Goeden dag, meneer Söderman",
zei Marianne he mde hand reikend.
„Ik hen u zeer verplicht, werkelijk."
Solange maakte een diepe bui
ging, „Maar Marianne!" verweet
hij op ironische toon. „moet er geen
wagen voorkomen om de markies
van Carabas naar zijn paleis te
brengen?"
„Bedankt," antwoordde August
koeltjes. „Ik gebruik liefst mijn be
nenwagen."
„Een practisch en goedkoop mid
del van vervoerNatuurlijk, de
schoenlapper moet ook leven!"
Adieu, meneer! Uw dienaar!"
Solange volgde Marianne uit de
koepel. August vertrok onmiddellijk
na hen. Hij ontving nog een vrien
delijk knikje van haar, zag hoe de
blaaskaak zich over 't rijwiel ont
fermde en sloeg met bezwaard hart
de richting naar 't station in. Het
onderhoud met Marianne Karlsson
was zonder resultaat gebleven, zij
had niets opgehelderd. Dat zij zou
ontkennen met Gunnar Lundqvist
in de taxi te hebben gezeten, lag
voor de hand indien zij inderdaad
de vrouw was naar wie de politie
speurde. Ware Solange niet op zulk
een ongelegen ogenblik verschenen,
dan had hij er haar misschien toe
kunnen brengen te verklaren, waar
om zij in 't „Sint Olaf" 'n toevlucht
zocht en hoe de portefeuille tussen
't linnen van zijn valies kwam. Nu
was hij nog even ver als bij zijn
vertrek uit Stockholm.
August kon niet loochenen op
nieuw onder haar bekoring te zijn
geraakt. Al hield zij 't een en ander
voor hem geheim, toch leek het al
te absurd, dat zij een misdadigster
zou wezen. Zo hij het bij 't rechte
eind had, wilde hij al 't mogelijke
doen om haar uit de moeilijkheden j
te helpen. Van Marianne Karlsson I
gingen zijn gedachten naar Paul
Solange. Hij had bijna alleen oog
voor 't meisje gehad, maar achtte]
het hoogstwaarschijnlijk, dat deze
Solange de vierde was geweest van
't gezelschap, dat baron en barones
de Béringuard in 't „Sint Olaf" 'n
bezoek bracht. Söderman vroeg I
zich af, waaraan de windbuil het
recht ontleende, tegenover Marian-]
ne Karlsson zo'n familiaire toon
aan te slaan. (Wordt vervolgd).