Familiefeest van het Koninklijk Gezin Een roman werd heerlijke werkelijkheid schepen (rmist „Ik ben hun moeder en daarom denk ik, dat het erg lieve kinderen zijn" Bruiloftsfeest in de Residentie PAG. 3 jchten rond nd sterling l.berichten Grootse defilé's voor Koninklijk Paleis Woensdag 6 Juli 1949 'ERWACHTJNC loor het K.N.M.I. te de in Woensdagavond tot nd. (Opgemaakt te 10 UDEND KOEL WEER Noordelijke provin- er het algemeen veel ïg met plaatselijk en- ïte buitjes. Matige tot e wind tussen Noord- Noord. Weinig ver van temperatuur, t overige deel van het isselende bewolking, erwegend droog weer. tot matige wind tus- st en Noord. Weinig :ing van temperatuur. IA OP HET SELMEER om half twee werd bericht ontvangen ■rhaven (Noordoost een sleepboot, daar- ■akt door de storm, an twee vaartuigen id na de vrouwen en boord te hebben ge- ■t deze vrouwen en Schokkerhaven aan ;e bracht is de sleep- itgevaren, doch zij is in geslaagd de beide ?rug te vinden. De iolitie te water is gevaren, doch heeft penmin resultaat mo- K 6 Juli. Het Commerce" meldde b Amerikaanse rege- -ds overtuigd is, dat Ier dralen tot devalu- pond sterling moet [gens de eorrespon- lington van dit blad ;ering niet beïnvloed van die Amerikaanse tegen devaluatie zijn. it het blad nog uit lat het Amerikaanse 3ht zou eisen, dat de E.C.A. aan Engeland opgezet of aanzienlijk otdat Engeland „op- t bilaterisme en met n van economische over de Ver. Staten." 1 op vragen in het parlement over de ie Australische rege- levaluatie van het de Australische ient heden verklaard, landen „devaluatie een aanzienlijke ver- tarnemers beschouw- ring van de Australi- r-president als een it hij bij de aanstaan- sn van ministers van menebest te Londen ;rip zou tonen wat ivaluatieprobleem. van de nationale idviesraad van presi- dat gisteren naar het gezonden, bevat een t een herwaardering 's van sommige niet tide Europese landen -cunnen zijn om de eze landen naar het it te breiden. 5GE, 5 Juli Schot- i, middel 7.809.30, I, kriel 3.504.20, ro- —8.40. Aanvoer 27.000 OUDE. Aanvoer lappelen: eerstelingen ïgen 4.806.70, kleine eersteling 7.708.40, —12.80, blauwe eigen- li.10, 240 st. bloem- 60 kg tuinbonen 11 TIZEN Aanvoer: [appelen: eerstelingen le eerstelingen 9.20, —7.90, kleine 45,10, ïkool 21.10 LANGEDIJK - Aan- aardappelen: eerste- 0, driel. 6.20—7, kriel bos peen 8.10—8.20, nkool Ia 25.30, I 11.90 gele kool 15, 18.000 L5—16.10. 5 Juli Aanvoer appelen: grove schot del 8.30—9.50, driel. 1 3.90—5; 14.200 kg 1—9.40. bloemkool 14, 201.50, 600 kg tuin- )EK, 5 Juli Aan- vr. aardappelen: gr. i 6.10—7.80, kriel 4.30 eigenh. 0.2010.50, 8.30—9.10 1600 kg —10.20, 150 kg aard- 400 stuks bloemkool peen 8.—. 4 Juli Schotse m. ie 47. slabonen 1.12 nijbonen 1.061.18, 901.00, tuinbonen 9 3252, doperwten 32 lokkers 4855, kom- tomaten A 6072, en 4855, bloemkool 1—16, II 6—11, rode oene kool 912, spi- stelein 735, sla 1,50 8, rabarber 12.50 47, bospeen 722, 5, uien 413. asper- 7, selie 58, aard- 1.903.10. pruimen: ele 4.508. 3 3500 stuks kip- -13.50, 2000 stuks een- Totaal 435 stuks ette koeien, levering; in 350—580, kalm; 106 825, duur; 12 stie- itug; 22 graskalveren 294 nucht. kalveren, rkerij; 17 vette var- 715 biggen 3070, chapen 60—85, vlug; 2442, goed; 65 bok- 1080, stug; 55 paar- :tug. Totaal aantal oude kippen en ha rode) 1.60—1.80, 600 22.20; 300 hennen ;e hanen (blauwe) 2 dem (witte en rode) eenden 1.252; 350 6, 40 ganzen 4—6.50. HET KONINKLIJK GEZIN, onlangs gefotografeerd cp het bordes van het Paleis Soestdijk, waar het Koninklijk Paar met zijn vier kinderen een défilé gadesloeg. HET KOPEREN HUWELIJKSFEEST van H.M. de Koningin, dat wij Donderdag vieren, is allerminst de een of andere deftige plechtigheid, die zich moet voltrekken in de sfeer van officiële zwartgejaste heren met hun onvermijdelijke toespraken. Het is doodgewoon het passeren van een eerste gebruikelijke mijlpaal door een paar mensen, die veel van elkaar houden en twaalf en een half jaar lief en leed met elkaar en met ons allemaal hebben gedeeld. En het uitzonderlijke ervan is alleen gelegen in het feit, dat we hier „doodgewoon" en „met ons allemaal" kunnen schrijven. Het koningschap, het vorstenhuis, het koninklijk gezin: het zijn geen begrippen die ver boven onze hoofden zweven in de sfeer van historische werkelijkheden en gezags verhoudingen alléén. Zij staan voor een levende realiteit in een hartelijke sfeer van medeleven, vertrouwen en ronde menselijke sympathie, en wij zijn er allemaal bij betrokken, omdat het gezin dat feest gaat vieren werkelijk een beetje van ons allen is en vooral: een goed gezin. De moeder kon er op het plech- tigste en ontroerendste ogenblik van haar vorstelijk leven, bij haar inhuldiging als koningin in de Nieuwe Kerk te Amsterdam, niet van zwijgen. Voor het forum van land en volk en wereld beleed zij de kern van haar diepste vreugde; „Ik wil hier met nadruk vaststel len, dat voor een koningin haar taak als moeder even belangrijk is als voor iedere andere Neder landse vrouw". Dit is voor ons allen toch eigen lijk diep ontroerend om zijn on gekunstelde menselijkheid, even ontroerend als de hartelijke woor den waarmede de dochter in die zelfde Nieuwe Kerk van haar moeder afscheid nam en als het simpele feit, dat dr. J. Waterink beschrijft in „Onze jonge Koningin thuis", een voortreffelijk boek, waaruit op deze bladzijde een en ander wordt aangehaald. Het geschiedde precies twaalf er, een half jaar geleden. De huwe lijksplechtigheid was achter de rug en voor paleis Noordeinde ver drongen zich dichte mensenmas sa's, die het prinselijk paar uit geleide wilden doen wanneer het op huwelijksreis vertrok. Het schemerdonker viel. Toen verliet de jonge bruid, door niemand op gemerkt, langs de een of andere zij ingang het paleis met een bos blauwe tulpen en witte arons kelken, die ze ging neerleggen bij het standbeeld van haar groot moeder, koningin Emma, aan het Jozef Israëlsplein: Zo maar. Zo eenvoudigweg een spontaan en vanzelfsprekend en menselijk ge baar, dat het geheim verklaart van de charme van haar persoon lijkheid, die haar dichter tot het hart van ons volk heeft gebracht en houdt, dan zelfs ook maar het levendigst besef van haar beteke nis als vorstin bij mogelijkheid zou kunnen doen. Van deze hartelijke vrouwe de koperen bruiloft vieren; hoe zou het ons niet van harte gaan, ook al zal alle officiële feestelijkheid beperkt zijn? Haar geluk is het ciize. Wat wij er van weten, moet men samenlezen uit allerlei kleine trekjes, uit de talloze feiten en feitjes, die het in deze twaalf en een half jaar telkens weer demon- treerde. We zaten van de week naar het filmjournaal van de Olympische Dag in het Amster damse Stadion te kijken. De Prins was er; hij zat gezellig naast zijn vrouw op de eretribune een pijp te smoren, zoals op een van die eerste foto's uit September 1936, toen het land, omwille van het jonge paar, nog maar net in de vlaggen was geschoten. Nadien nam hij deel aan het springcon cours: hij keerde het paard naar de loge en bracht een hoofs saluut, en daarna zaten zijn dochters met spanning te kijken hoe vader het er af zou brengen. Doodgewoon, man, vrouw en kinderen. Een moeder die, toen ze op 14 Juli 1945 met een radiorede af scheid nam van het Canadese volk, o.m. zei: „Wij nemen van Canada vele goede herinneringen mee naar huis, ook mijn in Otta wa geborch baby, die een reclame is voor de Canadese opvoeding, gelijk onze heide andere kinderen dit moet ik hieraan terwille van de rechtvaardigheid toevoe gen een reclame zijn voor het Nederland van voor de oorlog". En die zichzelf op 17 Juni 1940 bij datzelfde Canadese volk had geïntroduceerd met b.v. dit te zeggen: „Mijn naam is Juliana. Mijn moeder, Wilhelmina, is Konigin der Nederlanden. Mijn moeder is in Londen gebleven Mijn echtgenoot is een van de meest onvermoeibare mannen, die ik ken. Hi) zet zich in voor de rechtvaardigste zaak, waarvoor ooit gevochten is. Hij was met de laatste verdedigende Nederlandse strijdkrachten in Zeeland. Hij was ook in België en Frankrijk en nu is hij een grote steun voor mijn moeder als aide-de-camp. Mijn enige vrees is, dat mijn man zich te veel aan gevaren blootstelt, want hij is van nature roekeloos, zonder oog voor eigen veiligheid. Een oceaan scheidt ons, maar wij hopen dat een zege over de nazi's ons gelukkig zal herenigen. En dan zijn er mijn twee kinderen U zult hen tussen u zien. Werke lijk, u zult hen vrij vaak zien, want wij willen ons niet afzon deren, dat ligt nu eenmaal niet in onze aard. Ik hoop dat u vriende lijk tegen hen wilt zijn. Ik ben hun moeder en daarom denk ik, dat het erg lieve kinderen zijn. Zij lachen vooral heel gemakke lijk. Weest zo vriendelijk, hun uw lach te schenken en zij zullen gelukkig zijn en om heel weinig meer vragen". Men kan zich in dit zuiver ge luid niet vergissen: iedere vrouw zou in haar omstandigheden de zelfde zorg om de beminde, en dezelfde moedertrots hebben uit gesproken. En is het niet zo, dat de liefde die gezinnen bindt, zich in de be proeving het sterkst doet gelden? Toen het er in vijf lange, bittere jaren op aan kwam, heeft Konin gin Juliana niet geaarzeld keer op keer voor de microfoon te zéggen, wat de edelste menselijke gevoe lens haar te spreken gaven en zo ons aller hart verwarmd, waar het in de greep van de bezetter dreigde te verkillen. En we hebben het gehoord, luisterend binnenskamers hier sprak een mens die met ons meeleed, maar zelf het Canadese volk in het allereerste begin slechts één gunst had gevraagd: „Wat u ook doet, beklaag mij niet. Geen vrouw is ooit zo trots geweest als ik nu ben op het schitterende erfgoed van mijn volk. Het heeft altijd zijn eigen leven geleid en altijd het aecht gehandhaafd van het individu op zijn eigen vrijheid, op de vrijheid van zijn persoon en op de vrijheid van zijn geest. Maar toen de Ne derlanders plotseling geplaatst werden voor de vreselijke keuze, die rechten op te geven of te ster ven bij de verdediging ervan, aar zelden zij geen ogenblik: zij stier ver.. Spreekt daarom nooit over medelijden tegen mij. Medelijden is voor de zwakken en ons ont zettend lot heeft ons sterk'er ge maakt dan ooit". Herinnert ge u dat nog, lezer? En dit, op de verjaardag in 1940 van haar moeder, die eerste ver jaardag in een bezet land: „Het is op haar uitdrukkelijke wens geweest, dat ik mij met onze kinderen naar Canada heb bege ven. Zoals talloze Nederlandse moeders zich voor het vaderland een scheiding, ja in vele ge vallen het verlies van kinderen getroost hebben, zo heeft zij zich in het uur der grootste eenzaam heid de scheiding van dochter en kleinkinderen getroost; en zo wil ook ik pogen dat te doen met de scheiding van mijn lieve man; en dat met te meer bereidheid, nu door hem te missen, ik mijn moe der in haar zware taak door hem gesteund weet. TWAALF EN EEN HALF JAAR GELEDEN: In de vroege ochtend van de zevende Januari 1937 rees lang zaam een zilverwitte winterzon boven de in een iji waas ge weven huizen en gebouwen van de residentie. Het was geen slapende stad, die uit het duister te voorschijn kwam. Het was die nacht in de straten geen uur stil geweest. Het gerucht van fietsen en auto's en pratende mensen was niet verstomd, zelfs nief in de kleine uren van de nacht, die alle kenmerken had van nerveuze verwachting en alle voortekenen van een belangrijk gebeuren. Want hij ging vooraf aan een historische dag. Dat was immers die zevende Januari, de huwelijksdag van H.K.H. Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard. Weken van tevoren was er naar uitgezien, hadden de Hagenaars en met hen alle Nederlanders er zich op voorbereid en in de nacht, die als een donkere sluis de zesde met de zevende Januari verbond, lieten velen de huisdeur met een slag achter zich dichtvallen en trok ken de straat op, bang als ze waren het historisch gebeuren te moeten missen. Zij zetten zich langs de route, welke de stoet zou nemen, huiverend in de koude, maar met een opgewekt hart. dan volgt het fluisterend, maar be slist „ja" van de prinses op de vra gen, die bijna ieder mens in zijn le ven te beantwoorden krijgt.' Als de prinses en de prins naar buiten ko men, heerst er even een diepe stilte, de mensen zijn onder de indruk. Even blijven de prinses en de prins op het bordes staan: man en vrouw nu voor de wet. En als een tornado raast uit duizenden kelen het ge juich weer omhoog. Het wervelt rond het prinselijk paar op weg naar de kerk en het vervult de lucht tot de kerkdeuren gesloten zijn. Dan heerst er in Den Haag en in héél het land, overal waar maar luidsprekers zijn, opnieuw een diep stilzwijgen. Men hoort het orgel zachtjes spelen, men hoort de toe spraak van de hofpredikant Prof. Obbink, men hoort de stem van de oud-hofprediker Ds. Welter stok ken van ontroering, als hij het paar de vragen stelt, waarvan het beves- En nu was eindelijk de bleke win terzon van achter de horizon ko men oprijzen; de dag had een aan vang genomen. Voor het paleis aan het Noordeinde, rond de trotse boom, kaal nu, maar toch schoon met de witte rijp als fluweel op zijn takken, en in de aangrenzende straten ston den de mensen al opeengepakt te wachten. Gaandeweg naarmate de zon steeg en de wijzers van honder den horloges draaiden, werd het drukker en bewegelijker op het ge deelte voor en tussen de colonnades van het paleis, waarop geen burger schoenen mochten treden. Maar des te meer militaire! De toeschouwers zagen voor hun ogen een schouwspel van kleur en fleur, hier strak rhyth- me, daar ongeordende bewegelijk heid, maar overal kleur. Goud en scharlakenrood, helderwit en he melsblauw en overal tintelden de zonnestralen, die het coloriet warm te gaven en aan het feest het onde finieerbare element zonder hetgeen geen enkel feest een feest is. Daar stonden de erewachten van de gre nadiers en jagers, daar stonden de huzaren onder hun harige kolbak ken, waarvan de pluimen trilden bij elke beweging en daar liepen hoog geplaatste personen rond van hof houding, militaire en burgerlijke samenleving, ook al in kleurige kle dij, die de ogen steken deed. Paarden schrapten vuur uit de stenen en snoven, dat de neusvleu gels ervan trilden, sabels en sporen rinkelden en tientallen medailles tinkelden als zilveren guldens bij een open schaalcollecte. Maar dan plotselingcomman do's klinken, een daverend gejuich rolt als de donder uit duizenden wijdopen monden en sterft weg als het Wilhelmus reeds een paar ma ten oud is: de prins en de prinses treden naar buiten, zij in een ragfijn bruidstoilet, de witte sluier valt in bevallige plooien van haar hoofd, hij rechtop en flink in de blauwe nuza- renuniform. De gouden koets is in middels voorgegleden. Voorgezweefd lijkt het wel> 20 UI en onwezenlijk is het glinsterend aanzien van dit koninklijk voertuig. Even wipt het in zijn veren: de gepruikte koetsier trekt de witte leidsels aan en weg glijdt de koets op weg naar stadhuis en kerk, deandere rijtuigen vol gen, de eeuw-oude glazen koets en de glanzende berlines, licht wiege lend op de hoge wielen, de diepdon kere deuren glanzen in de Januari zon. Een triomftocht wordt het en hoe kan het anders? Tienduizenden staan samengepakt langs de korte route, in toom gehouden door een marti aal militair cordon tot aan het stad huis toe. Daarachter is het een ge juich, dat geen einde heeft, dui zenden handen wuiven en dit plant zich voort, nu eens zoals de wind 'n korenveld doet golven, dan weer gelijk de golven van de zee, die wit schuimend stuk spatten tegen een rots. Bij de Groenmarkt schallen de trompetten. De gemeentelijke auto riteiten treden naar buiten om het paar welkom te heten. Even ver stomt het gejuich als dit het bor- des opgaat. Het is doodstil. De me nigte voelt het aan, dat nu het mo ment gekomen is. Even nog ziet de prinses Op de drempel om. En dat is weer volloende om de golven van enthousiasme hoger nog op te stu wen dan ooit tevoren. Dan zijn zij aan het oog onttrokken en de men sen buiten en overal langs de weg zijn aangewezen op de luidsprekers, die woord voor woord de plechtig heid doorgeven. Woord voor woord inderdaad. Ook het ja-woord. De Vervolg 7e kolom prins zegt het flink en krachtig en Het grote moment in de Sint Jacobuskerk te Den Haag, op 7 Januari 1937, de plechtige huwelijkssluiting van H.K.H, Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard. tigend antwoord in der eeuwigheid niet meer herroepen kan worden en men hoort wéér het krachtige „ja van de prins en opnieuw het fluisterend ,,ja" van de prinses. En opnieuw is heel het land tot ont- roefens toe stil. Het is een gewel dige climax. Dan begint een klok te luiden, een tweede volgt en dan rolt het bim-bam feestelijk en plech tig over de stad. De tijd van stil- zijn is voorbij. Het verschijnen van het prinselijk paar brengt voor de zoveelste maal een storm van enthousiasme teweeg en ditmaal zal het niet eindigen voor de deuren van het paleis Noordeinde dicht ge vallen zijn. Want nu begint de ze getocht door de stad. Steeds weer klinkt het Wilhelmus op, langs alle straten en pleinen waar de Gouden Koets maar voorbij gaat. Het klinkt ongelijk, maar het is spontaan. Voor het paleis Noordeinde houdt de stoet tenslotte weer stil, maar liet gejuich verstomt niet. Het houdt aan' en het zwelt, als het paar boven achter de gesloten balconddferen verschijnt, maar de kracht is niet meer te meten, wanneer die bal- condeuren openzwaaien en het prinselijk paar naar buiten treedt. En dan is het afgelopen. De prin ses en de prins trekken zich terug en ook de menigte verspreidt zich, zij het met tegenzin. Men gaat de stad in om het feest daar verder te vieren. Ook zij die van buiten de residentie gekomen zijn blijven in de stad, omdat zij de verlichting wij kennen haar nog van kort geleden willen zien, die van Den Haag een sprookje uit de duizend-en-een-nacht maakt. Het is druk in de stad die avond, on het feestvieren duurt lang. Tot de soldaten, die voor afzetting heb ben zorg gedragen, model gepakt en gewapend naar de stations trekken, op weg naar hun garnizoenen. En zo doen ook de niet-Hagenaars: Het leven herneemt zijn gewone gang. De verlichting dooft en Den Haag glijdt langzaam in de diepe nachte lijke rust. De dag is om, maar wat blijft is de herinnering, die diep ge grift in de harten staat Nadat Vrijdagmiddag te den Haag de nationale huldeblijk aan H. M. de Koningin en Z. K. H. Prins Bernhard der Nederlanden zal zijn aangeboden, zullen o.l.v. het betreffende landelijke comité op a.s. Zaterdag een tweetal défi- lé's in de tuin van het Koninklijk Paleis te Soestdijk worden ge houden. Zij bestaan uit een défilé voor volwassenen op Zaterdagochtend half elf en een défilé voor de ieugd 's middags om drie uur. Er nemen deputaties van landelijke organisaties aan deel. In bonte af wisseling zullen de onderdelen van het leger, brandweer, P.T.T., Nederlandsehe Spoorwegen van wegwerker tot hoofdstationschef in beroepskleding «fileren. Even zo de vissersbevolking, het red dingswezen, de hengelaars, profes soren der universiteiten, zowel als de vendelzwaaiers, de kynologen met. hun Hollandse rassen, de Alk- maarse kaasdragers, de burger luchtvaart, landelijke ruiters, bin nenschippers en studentencorpora ties en nog tientallen andere or ganisaties zorgen voor een grote verscheidenheid van klederdrach ten. Tot zelfs het Nederlandse voetbalelftal in oranjetrui neemt o.l.v. Karei Lotsy aan het défilé deel De 80 groepen worden met koffie en broodjes in de paleistuin ontvangen, waar de koninklijke militaire kapel, de marinierskapel en de Baarnse muziekvereniging Crescendo concerteren. Onderwijl brengen sportvliegers van hoog uit de lucht hun groet. Aan het défilé van de georgani seerde jeugd, op Zaterdagmiddag drie uur. nemen 35 landelijke or ganisaties deel. Toen de Koningin nog de Prinses was en met haar Prinselijke Echtgenoot een rijtoer maakte, op de dag van de huwelijksplechtigheid, enthousiast door het volk toegejuicht. In 1936 begon het. Om precies te zijn in Februari. Prinses Juli ana logeerde voor een vacantie- verblijf in Hotel Iglerhofen daar begon het, zoals het bij zovelen begint, zij zagen elkaar en later nog eens. De jongeman, in dit geval Prins Bernhard van Lippe Biesterfeld, koestert een zekére genegenheid voor haar; en hij doet als zovele jonge mannen, hjj vraagt haar om nader kennis te mogen maken- Ondcugend7 Welnee, nu begint zo'n idylle pas spannend te worden voor vele jonge mensen en laten wij nu niet denken, dat dit voor het Konink lijk paar anders was. Maar de positie van H. K- H. ais opvolgster van de Kroon stond niet toe, dat hef graag pratende Neder landse volk precies zou weten, wat er gebeurde. Immers, het kon best zijn, dat de verhoudingen niet de gewenste ontwikkeling zou hebben en dit zou een desillusie betekenen voor haar volk, dat zo graag het geluk van haar toekomstige vorstin wilde. Daarom gebeurde alles in het geheim. Daarom was het óók span nend. Twee hoogtepunten zijn er in de geriode voor de verloving geweest, [et ene hoogtepunt was tijdens 'n bezoek van Prins Bernhard aan Nederland. Hij vertoefde toen in 'n pension in Overijsel. De mensen vonden hem een echte heer, maar voor het overige wisten zij van niets. Wel stond de pensionhouder een enkele keer verbaasd, wanneer hij naar de telefoon geroepen werd en aan de andere kant van de lijn hoorde: „Ja, hier Koninklijk Paleis Het Loo"Dat moet vast een deftig heer zijn, die daar eventjes met het Paleis telefoneerde", con cludeerde de hotelier. Hier bleef het echter bij. Ja, een deftig heer. Het mocht dan waar zijn, dat Prins Bernhard met het Koninklijk Paleis telefoneerde, maar in het Paleis zelf kwam hij niet. Veel ging hij met zijn auto uitin de richting van Het Loo. Daar moest hij zijn, immers daar was zijn geliefde! Och, het was precies als bij zovele ande ren, ook hij moest de achteringang van de tuin door om bij haar te komen, want dat eiste het Neder landse volk Nog steeds lekte niets uit.... Om de Prins beter te leren ken nén, ging de Koningin en Prinses Juliana- in Juli 1936, naar Bad Weissenburg. Hier zou Prinses Ju liana hem weer ontmoeten. Eerst was H.K.H. nog bang over twee dagen niet beter te zijn, daar zij een kou had gevat, maar met veel poe ders en pillen werd dit euvel ver holpen en ging zij een bezoek brengen aan de Jungfrau-Joch; Hier werd een foto gemaakt. Des middags ging men thee drinken in Hotel Baer te Grindelwald. Hier mocht men de Prinses in gezelschap zien, want indien men haar mocht herkennen; nu ja, dat zou niet zo erg zijn, men maakt toch geen bergtoer alleen. De Prinses wordt in het hotel herkend. Klaarblijke lijk waren er Nederlanders aanwe zig. Het orkest begon Nederlandse volksliederen te spelen. Dan draai de de dirigent 2ich om herkende de Prinses, doch ook de Prins en groet beleefdde Prins! Daar is echter juist een fotograaf journalist aanwezig en deze heeft zijn oren open. Later bleek het, dat hij ook de foto op de Jungfrau- Joch had genomen. Met zijn aller beminnelijkste glimlach ging de journalist naar de dirigent toe en zei: „U groette daar net zo beleefd de Koningin, en die heer, kuntu mij ook vertellen wie die heer ook is?" „Zeker, zeker", glimlachte de dirigent, „dat is Prins von Schaumburg-Lippe". Het volgende bericht stond des avonds in ,,de Telegraaf": Prinses Juliana bezoekt Grindelwald DEN HAAG, 19 Aug. Naar wij vernemen, heeft H.K.H. Prinses Ju liana met gevolg Zaterdag een be zoek gebracht aan Grindelwald. waar H.K.H. het prachtige berg landschap en gletchers bewonderd heeft.... en dan in de laatste zin: In het gevolg van de Prinses be vond zich ook de Duitse Prins von Schaumburg-Lippe," Vele zochten na, wie die Prins wel mocht zijn, maar er was geen Prins von Schaumburg-Lippe. De Prinses en Prins moeten wel het gevoel gehad hebben, nét door het oog van een naald te zijn gekropen. Zij hadden elkaar in die tijd beter leren kennen,... en daar groeide tussen hen een oprechte liefde. Besloten werd, dat Prins Bern hard naar Nederland zou komen, om zijn economische studies voort te zetten. Daartoe zou de Prins ko men logeren op de „Sperwershof" FAMILIEFEEST VAN HET KONINKLIJK GEZIN (Vervolg van 3e kolom) Landgenoten hoe gaarne zou ik langer tot u spreken, en met de trots, waarvoor geen moeder zich ooit schijnt te schamen, ver tellen van onze beide dochtertjes hoe gezond en gelukkig zij hier opgroeien, hoe heerlijk zij spelen in de tuin van ons buitenhuisje bij Ottawa hoe goed kleine Beatrix zelfs leert zwemmen, en hoe Irene begint te lopen. God geve, dat ook aan de kin deren van hen, wier plicht in het moederland ligt, spoedig weer def- zelfde onbezorgde jeugd ten deel zal vallen. Zij werd waarlijk een van óns, afkerig van alle dikdoenerij: „doe alsjeblieft gewoon", met veel ge voel voor humor, sterk, zorgzaam, wijs En zo werd haar man een van de onzen, populair niet uit sluitend omwille van zijn functies, maar omwille van de sportieve, energieke, hulpvaardige mens die hij zélf is. Zo zullen hun kinderen het worden als zij, opgegroeid, het spoor van hun ouders drukken. Laat ons die kinderen de kans gunnen zichzelf te zijn: gewone kinderen, en groot te worden, zonder de opdringerige belang stelling, die het Nederlandse volk haar tot nog toe niet altijd heeft bespaard. Er is reden om Donderdag alle maal een beetje feestelijk gestemd te zi.in. Omdat in Nêerlands eerste gezin de beste Nederlandse tradi ties léven. Zo- raakt dit familie feest. ons allen. Het moge de in leiding vormen op een tweede periode van persoonlijk en gezins geluk, niet verduisterd door scha duwen van een oorlog, zoals die in de voorbijgegane jaren ook ovc dit Nederlandse gezin vielen. te 's-Graveland. Dit zou begin Sep tember zijn. Intussen hadden de journalisten het een met het ander in verband weten ,te brengen, zodat men weldra wist, dat het Prins Bernhard von Lippe-Biestgrveld was. De Jungfrau-Joch-foto Was publiek geworden. En daar ging 'n wonder gerucht Het Nederlandse volk begon iets te vermoeden. De Prins en de Prin ses begrepen wat dat zeggen wilde; zij wisten echter ook. elkaar lief te hebben dusOp Dinsdagmor gen, 8 September 1936, ging het door de aether, dat Hare Koninklij ke Hoogheid Prinses Juliana der Nederlanden en Prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld zich hadden verloofd. Het volk juichte uitbun dig. Welk een goede vreugde!!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1949 | | pagina 3