Familiefeest van het Koninklijk Gezin
Een roman werd heerlijke
werkelijkheid
schepen
(rmist
„Ik ben hun moeder en daarom denk ik, dat het
erg lieve kinderen zijn"
Bruiloftsfeest in de Residentie
PAG. 3
jchten rond
nd sterling
l.berichten
Grootse defilé's voor
Koninklijk Paleis
Woensdag 6 Juli 1949
'ERWACHTJNC
loor het K.N.M.I. te de
in Woensdagavond tot
nd. (Opgemaakt te 10
UDEND KOEL WEER
Noordelijke provin-
er het algemeen veel
ïg met plaatselijk en-
ïte buitjes. Matige tot
e wind tussen Noord-
Noord. Weinig ver
van temperatuur,
t overige deel van het
isselende bewolking,
erwegend droog weer.
tot matige wind tus-
st en Noord. Weinig
:ing van temperatuur.
IA OP HET
SELMEER
om half twee werd
bericht ontvangen
■rhaven (Noordoost
een sleepboot, daar-
■akt door de storm,
an twee vaartuigen
id na de vrouwen en
boord te hebben ge-
■t deze vrouwen en
Schokkerhaven aan
;e bracht is de sleep-
itgevaren, doch zij is
in geslaagd de beide
?rug te vinden. De
iolitie te water is
gevaren, doch heeft
penmin resultaat mo-
K 6 Juli. Het
Commerce" meldde
b Amerikaanse rege-
-ds overtuigd is, dat
Ier dralen tot devalu-
pond sterling moet
[gens de eorrespon-
lington van dit blad
;ering niet beïnvloed
van die Amerikaanse
tegen devaluatie zijn.
it het blad nog uit
lat het Amerikaanse
3ht zou eisen, dat de
E.C.A. aan Engeland
opgezet of aanzienlijk
otdat Engeland „op-
t bilaterisme en met
n van economische
over de Ver. Staten."
1 op vragen in het
parlement over de
ie Australische rege-
levaluatie van het
de Australische
ient heden verklaard,
landen „devaluatie
een aanzienlijke ver-
tarnemers beschouw-
ring van de Australi-
r-president als een
it hij bij de aanstaan-
sn van ministers van
menebest te Londen
;rip zou tonen wat
ivaluatieprobleem.
van de nationale
idviesraad van presi-
dat gisteren naar het
gezonden, bevat een
t een herwaardering
's van sommige niet
tide Europese landen
-cunnen zijn om de
eze landen naar het
it te breiden.
5GE, 5 Juli Schot-
i, middel 7.809.30,
I, kriel 3.504.20, ro-
—8.40. Aanvoer 27.000
OUDE. Aanvoer
lappelen: eerstelingen
ïgen 4.806.70, kleine
eersteling 7.708.40,
—12.80, blauwe eigen-
li.10, 240 st. bloem-
60 kg tuinbonen 11
TIZEN Aanvoer:
[appelen: eerstelingen
le eerstelingen 9.20,
—7.90, kleine 45,10,
ïkool 21.10
LANGEDIJK - Aan-
aardappelen: eerste-
0, driel. 6.20—7, kriel
bos peen 8.10—8.20,
nkool Ia 25.30, I 11.90
gele kool 15, 18.000
L5—16.10.
5 Juli Aanvoer
appelen: grove schot
del 8.30—9.50, driel.
1 3.90—5; 14.200 kg
1—9.40. bloemkool 14,
201.50, 600 kg tuin-
)EK, 5 Juli Aan-
vr. aardappelen: gr.
i 6.10—7.80, kriel 4.30
eigenh. 0.2010.50,
8.30—9.10 1600 kg
—10.20, 150 kg aard-
400 stuks bloemkool
peen 8.—.
4 Juli Schotse m.
ie 47. slabonen 1.12
nijbonen 1.061.18,
901.00, tuinbonen 9
3252, doperwten 32
lokkers 4855, kom-
tomaten A 6072,
en 4855, bloemkool
1—16, II 6—11, rode
oene kool 912, spi-
stelein 735, sla 1,50
8, rabarber 12.50
47, bospeen 722,
5, uien 413. asper-
7, selie 58, aard-
1.903.10. pruimen:
ele 4.508.
3 3500 stuks kip-
-13.50, 2000 stuks een-
Totaal 435 stuks
ette koeien, levering;
in 350—580, kalm; 106
825, duur; 12 stie-
itug; 22 graskalveren
294 nucht. kalveren,
rkerij; 17 vette var-
715 biggen 3070,
chapen 60—85, vlug;
2442, goed; 65 bok-
1080, stug; 55 paar-
:tug. Totaal aantal
oude kippen en ha
rode) 1.60—1.80, 600
22.20; 300 hennen
;e hanen (blauwe) 2
dem (witte en rode)
eenden 1.252; 350
6, 40 ganzen 4—6.50.
HET KONINKLIJK GEZIN, onlangs gefotografeerd cp het bordes van
het Paleis Soestdijk, waar het Koninklijk Paar met zijn vier kinderen
een défilé gadesloeg.
HET KOPEREN HUWELIJKSFEEST van H.M. de Koningin, dat
wij Donderdag vieren, is allerminst de een of andere deftige
plechtigheid, die zich moet voltrekken in de sfeer van officiële
zwartgejaste heren met hun onvermijdelijke toespraken. Het is
doodgewoon het passeren van een eerste gebruikelijke mijlpaal
door een paar mensen, die veel van elkaar houden en twaalf en
een half jaar lief en leed met elkaar en met ons allemaal hebben
gedeeld. En het uitzonderlijke ervan is alleen gelegen in het feit,
dat we hier „doodgewoon" en „met ons allemaal" kunnen
schrijven. Het koningschap, het vorstenhuis, het koninklijk
gezin: het zijn geen begrippen die ver boven onze hoofden
zweven in de sfeer van historische werkelijkheden en gezags
verhoudingen alléén. Zij staan voor een levende realiteit in een
hartelijke sfeer van medeleven, vertrouwen en ronde menselijke
sympathie, en wij zijn er allemaal bij betrokken, omdat het
gezin dat feest gaat vieren werkelijk een beetje van ons allen
is en vooral: een goed gezin.
De moeder kon er op het plech-
tigste en ontroerendste ogenblik
van haar vorstelijk leven, bij haar
inhuldiging als koningin in de
Nieuwe Kerk te Amsterdam, niet
van zwijgen. Voor het forum van
land en volk en wereld beleed zij
de kern van haar diepste vreugde;
„Ik wil hier met nadruk vaststel
len, dat voor een koningin haar
taak als moeder even belangrijk
is als voor iedere andere Neder
landse vrouw".
Dit is voor ons allen toch eigen
lijk diep ontroerend om zijn on
gekunstelde menselijkheid, even
ontroerend als de hartelijke woor
den waarmede de dochter in die
zelfde Nieuwe Kerk van haar
moeder afscheid nam en als het
simpele feit, dat dr. J. Waterink
beschrijft in „Onze jonge Koningin
thuis", een voortreffelijk boek,
waaruit op deze bladzijde een en
ander wordt aangehaald.
Het geschiedde precies twaalf
er, een half jaar geleden. De huwe
lijksplechtigheid was achter de rug
en voor paleis Noordeinde ver
drongen zich dichte mensenmas
sa's, die het prinselijk paar uit
geleide wilden doen wanneer het
op huwelijksreis vertrok. Het
schemerdonker viel. Toen verliet
de jonge bruid, door niemand op
gemerkt, langs de een of andere
zij ingang het paleis met een bos
blauwe tulpen en witte arons
kelken, die ze ging neerleggen bij
het standbeeld van haar groot
moeder, koningin Emma, aan het
Jozef Israëlsplein: Zo maar. Zo
eenvoudigweg een spontaan en
vanzelfsprekend en menselijk ge
baar, dat het geheim verklaart
van de charme van haar persoon
lijkheid, die haar dichter tot het
hart van ons volk heeft gebracht
en houdt, dan zelfs ook maar het
levendigst besef van haar beteke
nis als vorstin bij mogelijkheid
zou kunnen doen.
Van deze hartelijke vrouwe de
koperen bruiloft vieren; hoe zou
het ons niet van harte gaan, ook
al zal alle officiële feestelijkheid
beperkt zijn? Haar geluk is het
ciize.
Wat wij er van weten, moet men
samenlezen uit allerlei kleine
trekjes, uit de talloze feiten en
feitjes, die het in deze twaalf en
een half jaar telkens weer demon-
treerde. We zaten van de week
naar het filmjournaal van de
Olympische Dag in het Amster
damse Stadion te kijken. De Prins
was er; hij zat gezellig naast zijn
vrouw op de eretribune een pijp
te smoren, zoals op een van die
eerste foto's uit September 1936,
toen het land, omwille van het
jonge paar, nog maar net in de
vlaggen was geschoten. Nadien
nam hij deel aan het springcon
cours: hij keerde het paard naar
de loge en bracht een hoofs saluut,
en daarna zaten zijn dochters met
spanning te kijken hoe vader het
er af zou brengen. Doodgewoon,
man, vrouw en kinderen.
Een moeder die, toen ze op 14
Juli 1945 met een radiorede af
scheid nam van het Canadese
volk, o.m. zei: „Wij nemen van
Canada vele goede herinneringen
mee naar huis, ook mijn in Otta
wa geborch baby, die een reclame
is voor de Canadese opvoeding,
gelijk onze heide andere kinderen
dit moet ik hieraan terwille
van de rechtvaardigheid toevoe
gen een reclame zijn voor het
Nederland van voor de oorlog".
En die zichzelf op 17 Juni 1940
bij datzelfde Canadese volk had
geïntroduceerd met b.v. dit te
zeggen: „Mijn naam is Juliana.
Mijn moeder, Wilhelmina, is
Konigin der Nederlanden. Mijn
moeder is in Londen gebleven
Mijn echtgenoot is een van de
meest onvermoeibare mannen, die
ik ken. Hi) zet zich in voor de
rechtvaardigste zaak, waarvoor
ooit gevochten is. Hij was met de
laatste verdedigende Nederlandse
strijdkrachten in Zeeland. Hij was
ook in België en Frankrijk en nu
is hij een grote steun voor mijn
moeder als aide-de-camp. Mijn
enige vrees is, dat mijn man zich
te veel aan gevaren blootstelt,
want hij is van nature roekeloos,
zonder oog voor eigen veiligheid.
Een oceaan scheidt ons, maar wij
hopen dat een zege over de nazi's
ons gelukkig zal herenigen. En
dan zijn er mijn twee kinderen
U zult hen tussen u zien. Werke
lijk, u zult hen vrij vaak zien,
want wij willen ons niet afzon
deren, dat ligt nu eenmaal niet in
onze aard. Ik hoop dat u vriende
lijk tegen hen wilt zijn. Ik ben
hun moeder en daarom denk ik,
dat het erg lieve kinderen zijn.
Zij lachen vooral heel gemakke
lijk. Weest zo vriendelijk, hun uw
lach te schenken en zij zullen
gelukkig zijn en om heel weinig
meer vragen".
Men kan zich in dit zuiver ge
luid niet vergissen: iedere vrouw
zou in haar omstandigheden de
zelfde zorg om de beminde, en
dezelfde moedertrots hebben uit
gesproken.
En is het niet zo, dat de liefde
die gezinnen bindt, zich in de be
proeving het sterkst doet gelden?
Toen het er in vijf lange, bittere
jaren op aan kwam, heeft Konin
gin Juliana niet geaarzeld keer op
keer voor de microfoon te zéggen,
wat de edelste menselijke gevoe
lens haar te spreken gaven en zo
ons aller hart verwarmd, waar het
in de greep van de bezetter dreigde
te verkillen. En we hebben het
gehoord, luisterend binnenskamers
hier sprak een mens die met ons
meeleed, maar zelf het Canadese
volk in het allereerste begin
slechts één gunst had gevraagd:
„Wat u ook doet, beklaag mij
niet. Geen vrouw is ooit zo trots
geweest als ik nu ben op het
schitterende erfgoed van mijn
volk. Het heeft altijd zijn eigen
leven geleid en altijd het aecht
gehandhaafd van het individu op
zijn eigen vrijheid, op de vrijheid
van zijn persoon en op de vrijheid
van zijn geest. Maar toen de Ne
derlanders plotseling geplaatst
werden voor de vreselijke keuze,
die rechten op te geven of te ster
ven bij de verdediging ervan, aar
zelden zij geen ogenblik: zij stier
ver.. Spreekt daarom nooit over
medelijden tegen mij. Medelijden
is voor de zwakken en ons ont
zettend lot heeft ons sterk'er ge
maakt dan ooit".
Herinnert ge u dat nog, lezer?
En dit, op de verjaardag in 1940
van haar moeder, die eerste ver
jaardag in een bezet land:
„Het is op haar uitdrukkelijke
wens geweest, dat ik mij met onze
kinderen naar Canada heb bege
ven. Zoals talloze Nederlandse
moeders zich voor het vaderland
een scheiding, ja in vele ge
vallen het verlies van kinderen
getroost hebben, zo heeft zij zich
in het uur der grootste eenzaam
heid de scheiding van dochter en
kleinkinderen getroost; en zo wil
ook ik pogen dat te doen met de
scheiding van mijn lieve man; en
dat met te meer bereidheid, nu
door hem te missen, ik mijn moe
der in haar zware taak door hem
gesteund weet.
TWAALF EN EEN HALF JAAR GELEDEN:
In de vroege ochtend van de zevende Januari 1937 rees lang
zaam een zilverwitte winterzon boven de in een iji waas ge
weven huizen en gebouwen van de residentie. Het was geen
slapende stad, die uit het duister te voorschijn kwam. Het was
die nacht in de straten geen uur stil geweest. Het gerucht van
fietsen en auto's en pratende mensen was niet verstomd, zelfs
nief in de kleine uren van de nacht, die alle kenmerken had van
nerveuze verwachting en alle voortekenen van een belangrijk
gebeuren. Want hij ging vooraf aan een historische dag. Dat
was immers die zevende Januari, de huwelijksdag van H.K.H.
Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard. Weken van tevoren
was er naar uitgezien, hadden de Hagenaars en met hen alle
Nederlanders er zich op voorbereid en in de nacht, die als een
donkere sluis de zesde met de zevende Januari verbond, lieten
velen de huisdeur met een slag achter zich dichtvallen en trok
ken de straat op, bang als ze waren het historisch gebeuren te
moeten missen. Zij zetten zich langs de route, welke de stoet
zou nemen, huiverend in de koude, maar met een opgewekt hart.
dan volgt het fluisterend, maar be
slist „ja" van de prinses op de vra
gen, die bijna ieder mens in zijn le
ven te beantwoorden krijgt.' Als de
prinses en de prins naar buiten ko
men, heerst er even een diepe stilte,
de mensen zijn onder de indruk.
Even blijven de prinses en de prins
op het bordes staan: man en vrouw
nu voor de wet. En als een tornado
raast uit duizenden kelen het ge
juich weer omhoog. Het wervelt
rond het prinselijk paar op weg
naar de kerk en het vervult de lucht
tot de kerkdeuren gesloten zijn.
Dan heerst er in Den Haag en in
héél het land, overal waar maar
luidsprekers zijn, opnieuw een diep
stilzwijgen. Men hoort het orgel
zachtjes spelen, men hoort de toe
spraak van de hofpredikant Prof.
Obbink, men hoort de stem van de
oud-hofprediker Ds. Welter stok
ken van ontroering, als hij het paar
de vragen stelt, waarvan het beves-
En nu was eindelijk de bleke win
terzon van achter de horizon ko
men oprijzen; de dag had een aan
vang genomen. Voor het paleis aan
het Noordeinde, rond de trotse boom,
kaal nu, maar toch schoon met de
witte rijp als fluweel op zijn takken,
en in de aangrenzende straten ston
den de mensen al opeengepakt te
wachten. Gaandeweg naarmate de
zon steeg en de wijzers van honder
den horloges draaiden, werd het
drukker en bewegelijker op het ge
deelte voor en tussen de colonnades
van het paleis, waarop geen burger
schoenen mochten treden. Maar des
te meer militaire! De toeschouwers
zagen voor hun ogen een schouwspel
van kleur en fleur, hier strak rhyth-
me, daar ongeordende bewegelijk
heid, maar overal kleur. Goud en
scharlakenrood, helderwit en he
melsblauw en overal tintelden de
zonnestralen, die het coloriet warm
te gaven en aan het feest het onde
finieerbare element zonder hetgeen
geen enkel feest een feest is. Daar
stonden de erewachten van de gre
nadiers en jagers, daar stonden de
huzaren onder hun harige kolbak
ken, waarvan de pluimen trilden bij
elke beweging en daar liepen hoog
geplaatste personen rond van hof
houding, militaire en burgerlijke
samenleving, ook al in kleurige kle
dij, die de ogen steken deed.
Paarden schrapten vuur uit de
stenen en snoven, dat de neusvleu
gels ervan trilden, sabels en sporen
rinkelden en tientallen medailles
tinkelden als zilveren guldens bij
een open schaalcollecte.
Maar dan plotselingcomman
do's klinken, een daverend gejuich
rolt als de donder uit duizenden
wijdopen monden en sterft weg als
het Wilhelmus reeds een paar ma
ten oud is: de prins en de prinses
treden naar buiten, zij in een ragfijn
bruidstoilet, de witte sluier valt in
bevallige plooien van haar hoofd, hij
rechtop en flink in de blauwe nuza-
renuniform. De gouden koets is in
middels voorgegleden. Voorgezweefd
lijkt het wel> 20 UI en onwezenlijk
is het glinsterend aanzien van dit
koninklijk voertuig. Even wipt het
in zijn veren: de gepruikte koetsier
trekt de witte leidsels aan en weg
glijdt de koets op weg naar stadhuis
en kerk, deandere rijtuigen vol
gen, de eeuw-oude glazen koets en
de glanzende berlines, licht wiege
lend op de hoge wielen, de diepdon
kere deuren glanzen in de Januari
zon.
Een triomftocht wordt het en hoe
kan het anders? Tienduizenden staan
samengepakt langs de korte route,
in toom gehouden door een marti
aal militair cordon tot aan het stad
huis toe. Daarachter is het een ge
juich, dat geen einde heeft, dui
zenden handen wuiven en dit plant
zich voort, nu eens zoals de wind 'n
korenveld doet golven, dan weer
gelijk de golven van de zee, die wit
schuimend stuk spatten tegen een
rots. Bij de Groenmarkt schallen de
trompetten. De gemeentelijke auto
riteiten treden naar buiten om het
paar welkom te heten. Even ver
stomt het gejuich als dit het bor-
des opgaat. Het is doodstil. De me
nigte voelt het aan, dat nu het mo
ment gekomen is. Even nog ziet de
prinses Op de drempel om. En dat
is weer volloende om de golven van
enthousiasme hoger nog op te stu
wen dan ooit tevoren. Dan zijn zij
aan het oog onttrokken en de men
sen buiten en overal langs de weg
zijn aangewezen op de luidsprekers,
die woord voor woord de plechtig
heid doorgeven. Woord voor woord
inderdaad. Ook het ja-woord. De
Vervolg 7e kolom prins zegt het flink en krachtig en
Het grote moment in de Sint Jacobuskerk te Den Haag, op
7 Januari 1937, de plechtige huwelijkssluiting van H.K.H,
Prinses Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard.
tigend antwoord in der eeuwigheid
niet meer herroepen kan worden
en men hoort wéér het krachtige
„ja van de prins en opnieuw het
fluisterend ,,ja" van de prinses. En
opnieuw is heel het land tot ont-
roefens toe stil. Het is een gewel
dige climax. Dan begint een klok
te luiden, een tweede volgt en dan
rolt het bim-bam feestelijk en plech
tig over de stad. De tijd van stil-
zijn is voorbij. Het verschijnen van
het prinselijk paar brengt voor de
zoveelste maal een storm van
enthousiasme teweeg en ditmaal zal
het niet eindigen voor de deuren
van het paleis Noordeinde dicht ge
vallen zijn. Want nu begint de ze
getocht door de stad. Steeds weer
klinkt het Wilhelmus op, langs alle
straten en pleinen waar de Gouden
Koets maar voorbij gaat. Het klinkt
ongelijk, maar het is spontaan. Voor
het paleis Noordeinde houdt de
stoet tenslotte weer stil, maar liet
gejuich verstomt niet. Het houdt aan'
en het zwelt, als het paar boven
achter de gesloten balconddferen
verschijnt, maar de kracht is niet
meer te meten, wanneer die bal-
condeuren openzwaaien en het
prinselijk paar naar buiten treedt.
En dan is het afgelopen. De prin
ses en de prins trekken zich terug
en ook de menigte verspreidt zich,
zij het met tegenzin.
Men gaat de stad in om het feest
daar verder te vieren. Ook zij die
van buiten de residentie gekomen
zijn blijven in de stad, omdat zij de
verlichting wij kennen haar nog
van kort geleden willen zien, die
van Den Haag een sprookje uit de
duizend-en-een-nacht maakt.
Het is druk in de stad die avond,
on het feestvieren duurt lang. Tot
de soldaten, die voor afzetting heb
ben zorg gedragen, model gepakt en
gewapend naar de stations trekken,
op weg naar hun garnizoenen. En zo
doen ook de niet-Hagenaars: Het
leven herneemt zijn gewone gang.
De verlichting dooft en Den Haag
glijdt langzaam in de diepe nachte
lijke rust. De dag is om, maar wat
blijft is de herinnering, die diep ge
grift in de harten staat
Nadat Vrijdagmiddag te den
Haag de nationale huldeblijk aan
H. M. de Koningin en Z. K. H.
Prins Bernhard der Nederlanden
zal zijn aangeboden, zullen o.l.v.
het betreffende landelijke comité
op a.s. Zaterdag een tweetal défi-
lé's in de tuin van het Koninklijk
Paleis te Soestdijk worden ge
houden.
Zij bestaan uit een défilé voor
volwassenen op Zaterdagochtend
half elf en een défilé voor de
ieugd 's middags om drie uur. Er
nemen deputaties van landelijke
organisaties aan deel. In bonte af
wisseling zullen de onderdelen
van het leger, brandweer, P.T.T.,
Nederlandsehe Spoorwegen van
wegwerker tot hoofdstationschef
in beroepskleding «fileren. Even
zo de vissersbevolking, het red
dingswezen, de hengelaars, profes
soren der universiteiten, zowel als
de vendelzwaaiers, de kynologen
met. hun Hollandse rassen, de Alk-
maarse kaasdragers, de burger
luchtvaart, landelijke ruiters, bin
nenschippers en studentencorpora
ties en nog tientallen andere or
ganisaties zorgen voor een grote
verscheidenheid van klederdrach
ten. Tot zelfs het Nederlandse
voetbalelftal in oranjetrui neemt
o.l.v. Karei Lotsy aan het défilé
deel De 80 groepen worden met
koffie en broodjes in de paleistuin
ontvangen, waar de koninklijke
militaire kapel, de marinierskapel
en de Baarnse muziekvereniging
Crescendo concerteren. Onderwijl
brengen sportvliegers van hoog
uit de lucht hun groet.
Aan het défilé van de georgani
seerde jeugd, op Zaterdagmiddag
drie uur. nemen 35 landelijke or
ganisaties deel.
Toen de Koningin nog de Prinses was en met haar Prinselijke Echtgenoot een rijtoer maakte,
op de dag van de huwelijksplechtigheid, enthousiast door het volk toegejuicht.
In 1936 begon het. Om precies
te zijn in Februari. Prinses Juli
ana logeerde voor een vacantie-
verblijf in Hotel Iglerhofen daar
begon het, zoals het bij zovelen
begint, zij zagen elkaar en
later nog eens. De jongeman, in
dit geval Prins Bernhard van
Lippe Biesterfeld, koestert een
zekére genegenheid voor haar; en
hij doet als zovele jonge mannen,
hjj vraagt haar om nader kennis
te mogen maken- Ondcugend7
Welnee, nu begint zo'n idylle pas
spannend te worden voor vele
jonge mensen en laten wij nu niet
denken, dat dit voor het Konink
lijk paar anders was.
Maar de positie van H. K- H. ais
opvolgster van de Kroon stond niet
toe, dat hef graag pratende Neder
landse volk precies zou weten, wat
er gebeurde. Immers, het kon best
zijn, dat de verhoudingen niet de
gewenste ontwikkeling zou hebben
en dit zou een desillusie betekenen
voor haar volk, dat zo graag het
geluk van haar toekomstige vorstin
wilde. Daarom gebeurde alles in het
geheim. Daarom was het óók span
nend.
Twee hoogtepunten zijn er in de
geriode voor de verloving geweest,
[et ene hoogtepunt was tijdens 'n
bezoek van Prins Bernhard aan
Nederland. Hij vertoefde toen in 'n
pension in Overijsel. De mensen
vonden hem een echte heer, maar
voor het overige wisten zij van
niets. Wel stond de pensionhouder
een enkele keer verbaasd, wanneer
hij naar de telefoon geroepen werd
en aan de andere kant van de lijn
hoorde: „Ja, hier Koninklijk Paleis
Het Loo"Dat moet vast een
deftig heer zijn, die daar eventjes
met het Paleis telefoneerde", con
cludeerde de hotelier. Hier bleef
het echter bij. Ja, een deftig heer.
Het mocht dan waar zijn, dat Prins
Bernhard met het Koninklijk Paleis
telefoneerde, maar in het Paleis
zelf kwam hij niet. Veel ging hij
met zijn auto uitin de richting
van Het Loo. Daar moest hij zijn,
immers daar was zijn geliefde! Och,
het was precies als bij zovele ande
ren, ook hij moest de achteringang
van de tuin door om bij haar te
komen, want dat eiste het Neder
landse volk
Nog steeds lekte niets uit....
Om de Prins beter te leren ken
nén, ging de Koningin en Prinses
Juliana- in Juli 1936, naar Bad
Weissenburg. Hier zou Prinses Ju
liana hem weer ontmoeten. Eerst
was H.K.H. nog bang over twee
dagen niet beter te zijn, daar zij een
kou had gevat, maar met veel poe
ders en pillen werd dit euvel ver
holpen en ging zij een bezoek
brengen aan de Jungfrau-Joch;
Hier werd een foto gemaakt. Des
middags ging men thee drinken in
Hotel Baer te Grindelwald. Hier
mocht men de Prinses in gezelschap
zien, want indien men haar mocht
herkennen; nu ja, dat zou niet zo
erg zijn, men maakt toch geen
bergtoer alleen. De Prinses wordt
in het hotel herkend. Klaarblijke
lijk waren er Nederlanders aanwe
zig. Het orkest begon Nederlandse
volksliederen te spelen. Dan draai
de de dirigent 2ich om herkende
de Prinses, doch ook de Prins en
groet beleefdde Prins!
Daar is echter juist een fotograaf
journalist aanwezig en deze heeft
zijn oren open. Later bleek het,
dat hij ook de foto op de Jungfrau-
Joch had genomen. Met zijn aller
beminnelijkste glimlach ging de
journalist naar de dirigent toe en
zei: „U groette daar net zo beleefd
de Koningin, en die heer, kuntu
mij ook vertellen wie die heer
ook is?" „Zeker, zeker", glimlachte
de dirigent, „dat is Prins von
Schaumburg-Lippe". Het volgende
bericht stond des avonds in ,,de
Telegraaf":
Prinses Juliana bezoekt
Grindelwald
DEN HAAG, 19 Aug. Naar wij
vernemen, heeft H.K.H. Prinses Ju
liana met gevolg Zaterdag een be
zoek gebracht aan Grindelwald.
waar H.K.H. het prachtige berg
landschap en gletchers bewonderd
heeft.... en dan in de laatste zin:
In het gevolg van de Prinses be
vond zich ook de Duitse Prins von
Schaumburg-Lippe,"
Vele zochten na, wie die Prins
wel mocht zijn, maar er was geen
Prins von Schaumburg-Lippe. De
Prinses en Prins moeten wel het
gevoel gehad hebben, nét door het
oog van een naald te zijn gekropen.
Zij hadden elkaar in die tijd beter
leren kennen,... en daar groeide
tussen hen een oprechte liefde.
Besloten werd, dat Prins Bern
hard naar Nederland zou komen,
om zijn economische studies voort
te zetten. Daartoe zou de Prins ko
men logeren op de „Sperwershof"
FAMILIEFEEST VAN HET
KONINKLIJK GEZIN
(Vervolg van 3e kolom)
Landgenoten hoe gaarne zou
ik langer tot u spreken, en met
de trots, waarvoor geen moeder
zich ooit schijnt te schamen, ver
tellen van onze beide dochtertjes
hoe gezond en gelukkig zij hier
opgroeien, hoe heerlijk zij spelen
in de tuin van ons buitenhuisje
bij Ottawa hoe goed kleine
Beatrix zelfs leert zwemmen, en
hoe Irene begint te lopen.
God geve, dat ook aan de kin
deren van hen, wier plicht in het
moederland ligt, spoedig weer def-
zelfde onbezorgde jeugd ten deel
zal vallen.
Zij werd waarlijk een van óns,
afkerig van alle dikdoenerij: „doe
alsjeblieft gewoon", met veel ge
voel voor humor, sterk, zorgzaam,
wijs En zo werd haar man een
van de onzen, populair niet uit
sluitend omwille van zijn functies,
maar omwille van de sportieve,
energieke, hulpvaardige mens die
hij zélf is. Zo zullen hun kinderen
het worden als zij, opgegroeid, het
spoor van hun ouders drukken.
Laat ons die kinderen de kans
gunnen zichzelf te zijn: gewone
kinderen, en groot te worden,
zonder de opdringerige belang
stelling, die het Nederlandse volk
haar tot nog toe niet altijd heeft
bespaard.
Er is reden om Donderdag alle
maal een beetje feestelijk gestemd
te zi.in. Omdat in Nêerlands eerste
gezin de beste Nederlandse tradi
ties léven. Zo- raakt dit familie
feest. ons allen. Het moge de in
leiding vormen op een tweede
periode van persoonlijk en gezins
geluk, niet verduisterd door scha
duwen van een oorlog, zoals die
in de voorbijgegane jaren ook ovc
dit Nederlandse gezin vielen.
te 's-Graveland. Dit zou begin Sep
tember zijn. Intussen hadden de
journalisten het een met het ander
in verband weten ,te brengen, zodat
men weldra wist, dat het Prins
Bernhard von Lippe-Biestgrveld
was. De Jungfrau-Joch-foto Was
publiek geworden. En daar ging 'n
wonder gerucht
Het Nederlandse volk begon iets
te vermoeden. De Prins en de Prin
ses begrepen wat dat zeggen wilde;
zij wisten echter ook. elkaar lief
te hebben dusOp Dinsdagmor
gen, 8 September 1936, ging het
door de aether, dat Hare Koninklij
ke Hoogheid Prinses Juliana der
Nederlanden en Prins Bernhard
van Lippe-Biesterfeld zich hadden
verloofd. Het volk juichte uitbun
dig. Welk een goede vreugde!!