Pokken, een gruwelijke gesel, die de medische wetenschap overwon De nieuwe werkloosheidsverzekering De Russische politiek in de Oostelijke zóne van Duitsland Tïto-bewind blijft fel-atheïstisch en fel anti-katholiek DETECTIVE Slechts moeizaam en tastenderwijze ging men vooruit op de weg naar het succes RADIO De S.E.D. in discrediet vanwege interne meningsverschillen Haagse Brief Een mijlpaal op de weg van de sociale vooruitgang Van strijd naar toenadering In Joego-Slavië geen verbetering te verwachten tussen Kerk en Staat De Schepping tegen wil en dank PAG. 4 Woensdag 6 Juli 1949 Adam's val bracht ziekte, dood en verderf in de wereld, maar, al kunnen wij dus aannemen', dat reeds de eerste mensen aan allerlei kwalen ten prooi zijn gevallen, daarom is ons nog niet van elke ziekte bekend, dat zij zich in de grijze oudheid ook bjj onze voorva deren heeft voorgedaan. De geschiedenis van de vreselijke pokziekte, die «gedurende lange eeuwen, met 1™ a r bondtgenoten pest en melaatsheid in schrikkelij ke epidemieën de mensheid teis terde, voert ons een eind terug in het verledn. Onder normale omstandig heden is het woord pokken nauwelijks in staat onze bij zondere aandacht te trekken Deze ziekte, die in vroeger eeuwen hele volken wist te teisteren, is in ons land en in gans West-Europa geen dreiging meer, sinds, voor goed honderd vijf tig jaar, Jenner het middel vond, dat het mogelijk zou maken aan de greep dezer vreselijke epidemische ziekte te ont komen. Het bericht, dat er pokken op een troepentransport schip geconstateerd zijn, roept vele vragen wakker. Wij brengen hier daarom iets over de strijd tegen deze ziekte, waarover de medi sche wetenschap heeft we ten te zegevieren. De eerste man die een nauwkeu rige, juiste omschrijving gaf van de ziekte, die wij nu pokken noemen, was een Arabier, Rhazes geheten. Officieel luisterde hij naar de niet oninterressante, maar wel wat lan ge naam Aboe Bekr Mohammed ibn Zakkariya al Rhazi. Deze zoon van Zacharias, die zich een roemruchte plaats in de geschiedenis der ge neeskunde heeft veroverd, leefde rond het jaar 900 en was dokter in de sprookjesstad Bagdad. Hij is een van die geleerde Arabieren aan wie wjj het bewaard blijven van de me dische wetenschap der oude Grie ken te danken hebben. Mogen wij hem geloven, dan heeft zelfs reeds, hoewel de oude Griekse artsen geen onderscheid wisten te maken tus sen de verschillende besmettelijke ziekten, toch Galenos, een der be roemdste grootmeesters onder de Griekse geneesheren de pokken als een afzonderlijke ziekte gekend. Maar een ziekte kennen en her kennen is nog iets anders dan een ziekte weten te bestrijden. En er zouden nog heel wat eeuwen over heen gaan en nog heel wat sterve lingen van deze afschuwelijke ziek te het slachtoffer worden, vóór men de geheimen van deze kwaal zo ver ontraadseld had, dat men het mensdom er van zou kunnen bevrijden. Niet dat de oude genees heren de strijd niet tegen deze ge sel hebben trachten aan te binden. Maar zij gingen slechts moeizaam en tastenderwijs, als blinden, voor uit op de weg die naar de zege zou voeren. Zo behandelden de oude ge neesheren reeds duizend jaar gele den de pokkenlijders bij voorkeur in een rode omgeving. Bekend is het verhaal dat de eerste Engelse hofarts John of Goddesden deed over de behandeling die hij op de zoon van koning Edward II in de 14e eeuw toepaste, toen deze prins aan pokken leed. „Toen de zoon van de roemruch te koning van Engeland aan pok ken leed", zo schrijft hij, „zorgde ik er voor, dat alles in de omgeving van zijn legerstede rood was. Hij werd gelegd in een bed met rode hemel en toegedekt met rode de kens. Hij moest zijn keel spoelen met rode moerbeziewijn en het PROGRAMMA DONDERDAG 7 JULI HILVERSUM I, 301 M. K.R.O. 7.00 Nieuwsberichten; 7.15 Ochtendgymnastiek, 7.30 Gramo- foonmuziek, 7.45 Morgengebed, 8.00 Nieuws, 8.15 Pluk de dag, 9.00 Voor de vrouw, 9.05 Oude en nieuwe songs, 9.35 Gram. N.C.R.V.: 1000 Gramofoonmuz., 10.15 Morgendienst, 10.45 Koraal. K.R.O11.00 Radio ziekenbezoek, 11.45 Gramofoonmuz., 12.00 Angelus en de Zevenklapper, 12.30 Mededelingen, 12.33 Lunchcon cert. 12.55 Zonnewijzer .13.00 Nieuws 13.20 Lunchconcert, 13.45 „Roerom- me". N.C.R.V.: 14.00 Flitsen van hesd.dankdienst in Herv. kerk, 15.00 Kamerorkest, 16.00 Nationaal pro gramma ter gelegenheid van het 12' :-jarig huwelijksfeest van Ko ningin Juliana en Prins Bernhard, 16.30 Promenade-orkest, 17.00 „Jul lie"...., hoorspel, 17.40 Feest in Hollands huis, 18.00 Nieuws, 18.15 Fanfare en Oranjeliederen 18.30 Tour de France, 18.40 Gramofoon, 18.50 Reportage rond Soestdijk, 19.01 Toespraak prof. Kranenburg, 19.10 Promenade-orkest, 19t30 Het klaverblad van vier, 20.00 Nieuws, 20.05 Gev. programma, 21.00 ,,'t Huys int Bosch", 21.30 Omroepor kest, 22.15 Album 1937, 23.00 Nieuws 23.15 Kon. Militaire Kapel, 23.45 Kooropnamen Ned. liederen. HILVERSUM II, 415 M. A.V.R.O.: 7.00 Nieuws, 7.15 Gra mofoon. V.P.R.O.: 7.50 Dagopening. A.V.R.O.: 8.00 Nieuws, 8.15 Och- tendvaria, 8.55 Korte gesprekken, 9.00 Gramofoonmuziek, 10.00 Mor genwijding, 10.15 Arbeidsvitaminen, 10.50 Kleutertje luister!, 11.00 Con cert. 11.45 Gramofoonmuziek, 12.00 The Skymasters, 12.33 In 't spion netje, 12.38 Trio Jan Hofmeester, 13.00 Nieuws, 13.20 Gramofoonmuz., 14.00 In en om de tuin, 14.45 Solis tenprogramma, 15.00 „Klimop", pro gramma voor zieken en gezonden, 16.0024.00 Nationaal programma, zie Hilversum L rode sap van granaatappelen drin ken. Aan de fnuur hingen rode voorwerpen en in het bed plaatste ik rode kogels. Zijn genezing ge lukte voortreffelijk, want hij her stelde zonder enig overblijvend spoor van de ziekte". Het was een ietwat zonderlinge verklaring die John voor zijn han delwijze gaf. Het bloed zou door het rood geprikkeld worden, waar door de kwade stoffen naar buiten konden komen. Maar merkwaardig genoeg was hij toch op het goede spoor, zoals eeuwen later bleek. De Nobelprijswinnaar Niels Fins- sen heeft ons geleerd, dat het niet zozeer ging om de aanwezigheid van rood licht als wel om de af wezigheid van blautt'e en ultra violette Stralen. Dit laatste heeft een gunstige invloed op het gene zen van pokpuisten met een mini male ontsiering door littekenvor ming. De werkelijke overmeestering van de vreselijke ziekte, die konin gen noch bedelaars spaarde, waar voor jong noch oud veilig was, zou nog enige eeuwen op zich laten wachten. En intussen woedde de gesel op de aarde. Koning Lode- wijk XV van Frankrijk werd er door getroffen, stadhouder-koning Willem III werd door de ziekte jammerlijk in het gelaat geschon den, zijn jonge echtgenote viel er aan ten offer. Zij dunde de gezin nen en decimeerde het menselijk geslacht. Wie de kwaal overleefde, was een getekende. En zo algemeen was de ziekte, dat een jong meisje, dat niet pokdalig was er zeker van kon zijn éen goede partij te doen. Toch lag de remedie voor het grijpen. Wat niet zeggen wil dat het niet een geniale daad was van degene die ze greep. Een late naneef van Rhazes, de even beroemde Averroës, een Ara bier uit Cordova, die enkele hon derden jaren na de eerste leefde, had al de opmerking gemaakt, dat iemand nooit tweemaal deze ziek te kreeg. Hier lag de sleutel tot het geheim: men werd onvatbaar. In West-Europa had men hiefuit geen gevolgtrekking gemaakt, maar in het nabije Oosten paste men reeds eeuwen het systeem toe om men sen met pokstof van lijders aan een lichte pokkenaan- val in te enten om hen daarmee te gen zware aanvallen te bescher men. Een Engelse dame, Lady Montagu, de vrouw van de Britse gez. in Constantinopel, bestudeer de omstreeks 1720 deze oude me thode nader en bracht haar bevin den naar Engeland over. Hoewel de therapie daar sindsdien veel werd toegepast, was zij een gevaarlijke onderneming, die nog al eens de dood bracht. Men kon namelijk de hevigheid van de pokbesmetting niet van te voren bepalen. Het was Edward Jenner die in 1775 begon de zaak ter hand te nemen en die ze tot een goed einde bracht. Als jong student hoorde hij een boerenmeisje beweren „dat zij geen pokken meer kon krijgen, om dat zij de koepokken al had ge had". Dat was een oud boerenge- loof, maar het was voor Jenner de sleutel tot de oplossing van het geheim. Na jaren van studie entte hij een jongen in met koepokken en kon daarna aantonen dat hij onvatbaar was geworden voor' pokken. Hij bracht de jongen een hoeveelheid virulente pokstof in het lichaam, groot genoeg om twee kinderen te doden en de gevaccineerde knaap had niet de minste hinder van het kwaadaardige venijn, dat hij had opgenomen. Weinig geleerden zijn méér gehoond met hun ontdekking als Jenner met zijn vaccinatie. En toch zou de mensheid hem later dankbaar zijn, omdat hij de wereld van een gruwelijke gesel had be vrijd. Op de vragen, die het bericht dat er pokkengevallen zijn geconsta- teerd op het troepentransportschip „Kota Inten" heeft de Dienst voor de Volksgezondheid geantwoord dat er geen reden tot grote ongerust heid is, mits Nederland zorgt zich te wapenen met het kostbare wa pen, dat de medische wetenschap de mensheid bezorgd heeft, de vac cinatie. Er is sinds een aantal jaren in ons land geen wettelijke vaccina tieplicht meer. De inentingstoe stand in ons land is er sindsdien niet beter op geworden. De sterke aandrang, op de ouders uitgeoefend om hun babies onder het jaar te laten vaccineren is daarom alles zins gewettigd. Mogen de vaders en moeders deze goede raad niet in de wind slaan. Op de golfbanen te Deal (Kent) worden op het ogenblik inter nationale golfwedstrijden gehouden, waaraan ook Nederlanders deelnemen. Onze landgenoot C. de Wit uit 's-Cravenhage in actie onder belangstelling van de-Fransman A. Pelissier. BERLIJN (K.N.P.) Men acht het in Berlijnse kringen niet on mogelijk, dat Rusland zijn politiek in Oost-Duitsiand gaat wijzigen en men volgt met gespannen aan dacht de duidelijke symptomen van een crisis in de boezem van de S- E. D., de (communistische) Socialistische Eenheidspartij van Duitsland, als gevolg van de ne derlaag op 15 Mei 1-1., de dag der verkiezingen voor de ,,Duitsc Volksraad". Men is van mening, dat er ernstige meningsverschil len bestaan in het hoofdbestuur van de S. E. Er zouden op het ogenblik drie grote stromingen zijn. Ten eerste de „Leninistische" groep een actieve minderheid (Van onze parlementaire redacteur) ER IS EEN TIJD geweest, bejaar de mensen weten er nog van mee tc praten, waarin de arbeider, als het bedrijf hem niet meer nodig had, zonder een cent op straat werd gezet. Nu de Tweede Kamer de af gelopen week het wetsontwerp „Verzekering tegen de geldelijke ge volgen van werkloosheid" afhandel de, is het goed nog eens even bij het verschil tussen toen en nu stil te staan. Wat moet er in die keiharde kapitalistische tijd toch ontzettend veel leed geleden zijn. Ontslag krij gen betekende voor de arbeider, dat het toch al zo dunne draadje van zijn sociale zekerheid met een klap werd doorgehakt. Hij en zijn gezin raakten op drift en werden een prooi van honger en ellende. Hoe veel levens moeten er in die onge lijke strijd niet te vroeg zijn onder gegaan of tot in het nageslacht zijn geschonden. Neen, door het zo voor te stellen kleurt men het beeld ze ker niet te sterk. Achter de muren van de oude, haveloze arbeiders woningen, die men in iedere indus triestad nog vinden kan, is al dit leed, als gevolg van het werkloos worden, inderdaad geleden. Daarnaast mag in de herinnering teruggeroepen worden het pogen van de arbeiders zelf om in deze toestand verandering te brengen. Niet zonder ontroering denkt men ook hier weer aan de pioniers, aan de mannen van het eerste uur. In de kring van de aan alle kanten kwetsbare proletariërs zelf klemde de gedachte, die de afgelopen week, na jaren van moeilijke groei, einde lijk in wettelijke bloei schoot. Als niemand hen hielp, zouden zij zich zelf helpen. Zo ontstonden de .eerste werklozenkassen. De arbeider ging vrijwillig een deel van zijn klein loon voor dit doel afstaan. Terecht heeft minister Joekes, tijdens de be handeling van het ontwerp er aan herinnerd, dat de geschiedenis van het ontwerp langs de namen van Treub, Lely, Romme en Drees heeft buigen naar de erkenning van een zelf worden trouwens ook al door de organisaties van werkgevers en werknemers gedragen. In het alge meen Werkloosheidsfonds, dat de bedrijfsverenigingen in tijden van werkloosheid zal moeten bijsprin gen, hebben werkgevers en werk nemers ieder voor een derde zitting; de Overheid, die de helft van de werkloosheidspremie bijdraagt, ge schat op negentig millioen per jaar, benoemt de rest van dé bestuurs leden. Hoeveel er in jaren van strijd, maar ook van geleidelijke toenade- dering, ten goede is veranderd, blijkt ook vooral uit het gezamen lijk betalen van de op te brengen premie. De premie voor de wacht geldverzekering (duur acht weken) zal door werkgever en werknemer ieder voor de helft worden opge bracht, de premie voor de werk loosheidsverzekering (duur 13 we ken) voor de helft door de Over heid en voor de andere helft ook weer door werkgever en werknemer gezamenlijk. Dit is vooral het be langrijke in deze nieuwe wettelijke regeling. De Overheid was de werk nemers al in hun zelfbescherming te gen de gevolgen van werkloosheid bijgesprongen, de werkgever stond echter altijd nog, evenals voorheen, ter zijde. Wel waren er reeds par ticuliere wacbtgeldfondsen. die zelfs geheel door de werkgever werden bekostigd, maar hier viel dan ook vooral de klemtoon op het belang van het bedrijf; het kunnen be houden van een arbeidsreserve. Verwijzend naar deze reeds be staande -fondsen is tijdens het debat de vraag naar voren gekomen of het met luist zou zijn, dat wat de wachtgeldverzekering betreft, de premie in haar-» geheel door de werkgever zou worden betaald. Op verschillende gronden liet zich een dergelijke gedachtengang zeer wel verdedigen. Er was ook wel het een en ander tegen in te brengen. Met minister Joekes en de heer Andries- sen, welke laatste en bij de voor bereiding en bij de openbare behan deling zulk knap werk leverde, zijn echter overtuigd geraakt, dat het toch zaak bleef tot een gezamenlijk opbrengen van de premie te beslui ten. vroeger zo diep invretende gevol gen van werkloosheid. Zouden de werkers van het eerste uur, zelf nog elke sociale zekerheid ontbe rend, zich niet van harte verheugd hebben als zij een gebeurtenis als deze hadden kunnen beleven? Dodelijk ongeval in Amsterdamse haven Gistermorgen om half negen zond het s.s. „Stad Schiedam", dat aan, de Ertskade te Amsterdam was gemeerd, met zijn stoomfluit S.O.S.-signalen uit. Het lid van de bemanning, de 29-jarige A. van Gaveren, uit Amsterdam, was van een trap gevallen, met zijn hoofd of de railing terecht gekomen en in het water gevallen. Enige tijd later slaagde men erin het lichaam op te halen, doch de levensgeesten bleken reeds geweken. De „Stad Schiedam" was Zondag met een lading kolen uit Philadelphia in de Amsterdamse haven binnenge lopen. Met vrachtauto te water en verdronken Maandagavond, toen de 26-jari- ge boekhouder J. S. uit Vught in een der garages van de Handels kade te den Bosch een vrachtwa gen wilde starten, reed de wagen plots achteruit. In zijn vaart ver nielde de wagen de garagedeur en reed de kade af. De boekhouder die nog trachtte af te remmen, kwam echter met de vrachtauto zo ongelukkig in het water terecht, dat hij is verdronken. S. was pas een week gehuwd. die vernamelijk is samengesteld uit ambtenaren van de verschillende staten in de Sovjet-Russische zöne en van de gecollectiviseerde, onder nemingen. Ook behoren tot deze groep de oude communisten en een aantal personen, die later tot de partij zijn toegetreden. Deze groep bekleedt de machtsposities in de partij, alhoewel zij toch niet meer dan 20 pet, van de gehele partij uitmaakt- De tweede groep bestaat uit de Duitse oud-socialisten, die in 1945 door de Russen tot een fusie met de communisten gedwongen werden, maar die nog niet de hoop hebben opgegeven om zich weer met de socialistische partij in de andere zones te kunnen verstaan. Zij zijn grote tegenstanders van de radicale methodes, waarmee S.E.D. in over leg met de bezettende macht heeft gewerkt. Deze groep zou ongeveer 40 pet. van de partij uitmaken. Dan vinden wij nog de „nationa listische' groep, waarin de commu nisten zijn verenigd, die niet lan ger willen horen van een Russische overheersing, en die de oprichting wensen van een „Duitse communis tische partij". Deze drie groeperingen voeren binnen de partij een verbeten strijd Dit valt vooral waar te nemen in Thuringen. In het oog van de „Le. ninistische" communisten zijn de nationalisten „niet getrouw" en de sociaal-demochraten opportunistisch Te Apolda in Thuringen b.v. werd de secretaris van de partij, Lenk, uit zijn functie verwijderd wegens „opportunisme'. Al was deze Lenk reeds sedert 1923 lid van de partij, toch heeft hij zijn plaats moeten inruimen voor een Leninist, omdat hij de economische politiek van de bezetters van Oost-Duitsiand heeft durven laken. Eveneens in Thurin gen werd het plaatselijk comité van de communistische partij van de ,,Kreis Altenburg" geliquideerd. Het centrale comité van de S- E. D. in Thuringen is zelf in twee par tijen verdeeld. De voorzitter van de partij, Heinrich Hofman, is een oud-sociaal-democraat, die uit vrees dat zijn twijfelachtig politiek ver leden door de vice-voorzitter van de partij, Kurt Lassig, zou worden opgerakeld, deze laatste als oppor tunist heeft aangeklaagd. Lassig kreeg dan ook „voor onbepaalde tijd verlof". Nu is echter het centraal partij comité van de S- E. D. uit Berlijn naar Weimar gekomen om een onderzoek in te stellen. Het schijnt, dat de onschuld van Lassig is bewezen en men verwacht nu iedere dag het „ontslag" van Hoff man. Nu de S. E. D- zulk een neder laag heeft geleden bij de verkie zingen van 15 Mei en er zulke ernstige meningsverschillen bestaan binnen de partij, zou het Sovjet- Russische militaire bestuur, aldus is de lezing in sommige Berlijnse kringen, overwegen, om een „kans te gunnen" aan de partij van de kleine nazi's, de „Nationaal-Demo- cratische Partij", die zich de laat ste tijd in een verrassend en ver nieuwd vertrouwen, blijkt te kun nen verheugen. (Van de Romeinse K.N.P.-correspondent) ROME, 1 Juli. Er doen de laatste weken geregeld geruchten de ronde, als xou er in de verhouding tussen Kerk en Staat in Joego-Slavië langzamerhand een ingrijpende wijziging zijn ge komen. Radio Vaticana heeft zich dezer dagen met deze ge ruchten bezig gehouden en met name de verwachting inzake een aanstaande vrijlating van de aartsbisschop van Zagreb, Mgr. Stepinac, naar het rijk der fabelen verwezen. Als vermoedelijke oorzaken van het (helaas ongemotiveerde) optimisme, dat hier en daar schijnt te ontstaan betreffende de houding van het Tito- regiem ten aanzien van de Katholieke Kerk, kan men een tweetal factoren aanwijzen. Ten eerste: het scherper worden van het conflict tussen Tito en de Kominform (conflict, dat is samen te vatten met: conflict Tito-Krem- lm). Er zijn vele tekenen, die er op schijnen te wijzen, dat dit conflict in ecu critiek stadium is getreden. De directe aanvallen van vooraan staande Joego-Slavische persoonlijk heden tegen Rusland en Russische machthebbers nemen schier dage lijks in aantal en hevigheid toe. Met name de reactie van Belgrado op de jongste Parijse conferentie der Vier heeft zeer de aandacht ge trokken. (Hierbij dient eveneens te worden opgemerkt, dat Rusland te Parijs voor het eerst Joego-Slavië in de steek liet inzake zijn eisen betreffende Oostenrijk!) De economische situatie, waarin Joego-Slavië zich momenteel be vindt, is, tengevolge van de boycot der door Rusland gecontroleerde landen van geheel Oost-Europa, zonder meer desparaat te noemen. Dit heeft tot natuurlijk gevolg, dat deze door Tito geregeerde staat een uitweg dient te zoeken en dit slechts doen kan door zich „naar het Westen te keren". Het is een algemeen bekend (en licht verklaar baar) feit, dat dit „Westen" geens zins afkerig is van deze dwingen de noodzaak; Joego-Slavië vorsflt immers zowel in geografisch als in ideologisch opzicht (na het ontstaan van het conflict met de Komin- form-landen) een uiterst vitaal ge bied, zowel aanvankelijk als voor post van de Russische expansie-po litiek als, later in zijn hoedanigheid van meest kwetsbaar punt van het door Moskou Ontworpen „cordon sanitaire". Het zou evenwel van politieke ingenuiteit getuigen aldus gezag hebbende persoonlijkheden ten Va-j ticane indien men verwachten zou dat dit „Westen" aan het re giem van de dictator Tito bepaalde tegen allerlei pijnen, stelt nimmer teleur P.C.J. VERBREIDT DE BENELUX-GEDACHTE Drie premiers voor de microfoon In de maand Juli zal Radio Ne derland Wereldomroep (P.C.J.) in zijn programma's meer dan ge wone aandacht besteden aan de Benelux-gedachte. Gedurende 4 weken zal op een speciale Bene- luxdag vier maal een programma van een uur, gewijd aan de nieuwe verhoudingen tussen Nederland, België en Luxemburg, naar alle windstreken worden uitgezonden. God schiep de wereld en alles was goed. Rijk is de na tuur, schoon de zomer. Dat alles gaf God de mens te ge nieten. De mens is koning van de schepping. De schepselen, de levende wezens, de bomen en bloemen en planten, het water, de zee, de duinen, dat alles, goed en mooi en schoon staat ten dienste van de mens. Maar hij wist het niet te waar deren: de zonde brengt de knoei in het oorspronkelijke plan. De mens misbruikt de natuur. De scheppinq zelf zucht en treurt onder dit ge weld. deze verkrachting die haar wordt aangedaan. Wan neer de mens zelf weer gaaf en gezond tegenover de natuur staat, zal haar schoonheid des te heerlijker zijn. Laten we er voor zorgen, de zomer waardig te vieren! MARCUS. voorwaarden zou stellen (waarbij men uiteraard een wijziging ten opzichte van de officiële houding tegenover de Kerk op het oog heeft). De gehele ontwikkeling der na-oorlogse verhoudingen, alsmede de zeer recente gebeurtenissen in landen als- Hongarije, Roemenië, Tsjecho-Slowakije en Polen, hebben bewezen, dat nuchtere politieke berekeningen wel zeer weinig te maken hebben met idealen, wensen en voorkeuren, zoals deze in histo rische documenten als het „Atlan- tiscn Handvest", de „Rechten van de Mens" en de „Vier Vrijheden" werden gedefinieerd. Te Rome is men zich hiervan, door bittere er varingen geleerd, terdege bewust. Daar komt (ten overvloede) nog bij, dat de gebeurtenissen in Joego- Slavië (welke naast zovele andere en meer de aandacht trekkende fei ten in Oost-Europa wellicht op de achtergrond geraakten), juist in de maanden, die volgden op het be kend worden van de onverzoenbaar gebleken constrasten tussen het Tito-regiem en de door Moskou aangegeven politiek, in genen dele wijzen op een gewijzigde houding van dit regiem ten aanzien van de Katholieke Kerk in het algemeen en van de „vrijheid van godsdienst" in het bijzonder. De vervolging van de Kerk, de steeds toenemende actie, de pogin gen om ieder contact tussen de Hiërarchie en de H. Stoel te ver breken, de toenemende druk op de gelovigen en de directe vervolging van de geestelijkheid vormen een overtuigend bewijs, dat het regiem van maarschalk Tito communistisch is en blijft en dus atheïstisch, fel anti-katholiek en extreem-autori tair. Als tweede factor, welke de bo vengenoemde geruchten kan heb ben begunstigd, noemen wij de zen ding van Mgr. Sigismondi naar Bel grado. Deze prelaat, die sedert ja ren aan het staats-secretariaat van Zijne Heiligheid werkzaam is, zou volgens sommige .waarnemers in aanmerking komen voor de benoe ming tot „chef de Mission", dat wil zeggen tot Nuntius, zodat men gemeend heeft uit het feit, dat hij naar Joego-Slavië werd gezonden, te mogen opmaken, dat de H. Stoel een normalisering van de diploma tieke betrekkingen met de regering van maarschalk Tito voorbereidt. En aldus de gedachtengang de H. Stoel zou hiertoe nimmer overgaan, indien Zij niet meende over bepaalde garanties te beschik ken betrerfende de situatie van de Kerk in Joego-Slavië. In dit verband is het van belang een en ander duidelijk te onder scheiden. Zolang een -aartsbisschop, die na een uiterst onrechtvaardig schijnproces werd „veroordeeld" 'en gezangen gezet, niet is vrijgelaten en volledig in ere herteld, is het tamelijk onnozel om verwachtingen te koesteren inzake een normalise ring^ van de betrekkingen met de H. Stoel, Hetzelfde geldt uiteraard voor de vele honderden priesters, die momenteel in concentratiekam pen verblijven. Zelfs al zou Mgr. Sigismondi in derdaad voor de benoeming tot Nuntius in aanmerking komen, dan is het altijd nog zeer. goed ijiogelijk, dat zijn missie in Belgrado (waar hij onder Mgr. Hurley, de Regent van de Pauselijke Nuntiatuur, werk zaam is) ccn soortgelijke benoeming voorafgaat. Doch dat hij „chef de Mission" te Belgrado zou worden lijkt oo-k in dit verband zeer on waarschijnlijk. Het is volkomen normaal, dat de H. Stoel een nieuwe persoonlijk heid naar de Nuntiatuur te Belgra do zond. Men vergete niet, dat het Vaticaan nog nimmer uit eigen be weging overging tot verbreken van diplomatieke betrekkingen met welke regering dan ook, zodat het voortbestaan van deze betrekkingen met de regering van Tito (hoe il lusoir zij ook mogen lijken) geheel in de lijn ligt van de diplomatieke traditie der H. Stoei. Dl; dit alles moge dernalve over tuigend blijken, dat (om de woor den van Radio Vaticana aan te ha- ienj, er op dit moment geen symp tomen van een verbetering der verhouding tussen de Katholieke Kerk en het regiem van Tito be staan. door H. VoLMEE FEUILLETON 72. gelopen, hij had er nog aan toe kunnen voegen, dat zij echter begon bij de arbeiders, die met een klein loon in handen, de blik naar de toekomst richtten en zeiden: Het kan wel niet, maar het moet. Wie dit alles nog eens op zich iaat inwerken, kan zich beter begrijpen waarom vooral de arbeidersafgevaar digden er in de Tweede Kamer zo op hebben aangedrongen, dat nu ook satie op tafel ligt, de blauwdruk de wettelijke regeling van de werk loosheidsverzekering een plaats voor de organisaties van werkne mers zou worden ingeruimd, orga nisaties, die eerst geheel uit eigen middelen, later met steun van de Overheid, de gedachte toch vorm hadden gegeven en verder hadden uitgebouwd. Minister Joekes heeft aan dit verzoek voldaan. Dc met de uitvoering belaste bedrijfsver enigingen zullen bepaalde admi nistratieve werkzaamheden door ge- stuk sociale wetgeving tot stand ge noemde organisaties kunnen laten komen, dat twee millioen arbeiders .Goede morgen, juffrouw Fabian. Daar ik uit Stockholm vertrek, zou ik graag mijn foto's en kran tenknipsels in ontvangst nemen". „U doet heus beter, ze hier te - laten, juffrouw Kalarne. De enga- Juist nu wij - hier gingen om- menten voor het badseizoen zijn op komst. Een artiste van uw ta lent kan verbintenis te kust en te keur afsluiten.'' „Ik ga voor geruime tijd weg. 'k Heb er al zo lang naar verlangd, een tournée door Frankrijk, België en Holland te maken." „Die kunnen wij toch wel in el kaar zetten? Het artistenbureau- Bergklint heeft in heel Europa 'n uitstekende naam. U bent altoos bij ons geweest en we hebben u 't vel niet over de oren gehaald. Van andere bureaux moet u het nog af wachten." „Neen, werkelijk, ik blijf er bij". „Jammer," gaf juffrouw Fabian spijtig te kennen. „Paula Kalarno, nietwaar? 'k Zal 't verlangde ha len," Södêrman fluisterde opgewon den: Dat is ze! Zeg als 't u blieft geen woord! Ik wacht tot ze weg- gedeelde verantwoordelijkheid en wie zal, dé voorgeschiedenis van dit nieuwe stuk sociale zekerheid indachtig, de waarde hievan ont kennen, mocht niet het gevaar wor den opgeroepen, dat deze wet door de werkgever als een juk zou wor den aangevoeld. Dit klemt temeer, waar het wetsontwerp inzake - de publiekrechtelijke bedrijfsorgani- van een nieuwe maatschappelijke orde, in veel weidser verband de zelfde solidariteitsgedachten tot uit drukking brengend. Conclusie is dat de Kamer de af gelopen week dus éen goed stuk werk heeft afgeleverd. Er is lang en breed aan gedokterd, maar de wisselwerking tussen regering en parlement is dan ook niet zonder resultaat gebleven. Er is een nieuw verrichten. De bedrijfsverenigingen I 21 weken lang beschermt tegen del gaat en volg haar dan. Bergklint knikte. August had meegedeeld detective te zijn, én Bergklint wenste hem in geen ge val tegen te werken, al vond hij deze speurder wel wat erg jong en had hij geen* al te hoge dunk van zijn routine. „Hier hebt u 't gevraagde, juf frouw Kalarne", zei de assistente terugkerend. „Wilt u even nazien, of alles er is? U vindt het zeker wel prettig, zo ver van huis te gaan Paula lachte. De lach kwam Au gust zeer bekend voor. Hij volgde haar onmiddellijk. Paula begreep, welk risico er aan was verbonden, zich bij klaarlich ten dag op straat te vertonen na de gebeurtenissen van de afgelopen nacht, maar het moest worden ge waagd omdat haar foto's in geen geval in handen van de politie mochten vallen. Zij liep een kleine tien minuten, stapte toen op een tram. August kon nog juist op 't achterbalcon springen. Enige hal tes verder reeds verliet Paula de wagen en bleef op de vluchtheuvel staan. Södêrman ontveinsde zich niet, dat 't gevaar nu groot was door haar te worden opgemerkt. Gelukkig had hij een krant in de zak, die hij opensloeg en voor het gezicht hield. Paula nam een lijn, welke naar het noorden van de stad voerde. Zij ging wederom bin nenin zitten, hij paste dezelfde taktiek van even te voren toe en vergenoegde zich met een staan plaats op het balcon. Toen 't eind punt was bereikt draalde hij met uitstappen, tastte, altoos nog 't ge zicht achter de krant verbergend, in de rechterzijzak van zijn over jas, haalde een pakje sigaretten voor de dag en bood de conducteur er één aan. Inmiddels had Paula zich naar een standplaats van taxi's bege ven. Zodra de wagen zich in bewe ging zette, legde August beslag op de volgende en overhandigde de chauffeur een biljet van tien kro nen. „Buiten de prijs van de rit", be loofde hij, „als je die taxi vóór ons in het oog houdt. Maar laten ze 't niet merken." Södêrman leunde achterover in de kussens. Voor de eerste maal gevoelde hij, dat hij enige aan spraak mocht maken op de titel welke hem was geworden, dank zij de vrekkigheid van Eileen Calla- ger, de eigenares van 't „Sint Olaf" De rit ging door Stockholms noor delijke buitenwijken. Op een gege ven moment zei de chauffeur; „De ander heeft een betere wa gen. Ik verlies hoe langer hoe meer op hem". „Haal uit de motor wat je ha len kunt." adviseerde Södêrman ongeduldig. Zij passeerden een dorp. Hij vroeg, hoe het heette en kreeg ten antwoord: „Marvall". Zij volgden nu een vrij smalle landweg, waar van de huizen al schaarser werden tot ten slotte geen teken van menselijk leven meer te bespeuren viel. Toen zij een bocht hadden ge nomen remde de chauffeur krach tig. „De wagen, die wij volgen, min dert vaart," berichtte hij. „Wat nu?" „Rijd direct achteruit! Als ze het spelletje in de gaten krijgen is de aardigheid er af!" „Is de weg breed genoeg om te keren?" „O jawel!" Södêrman verliet de taxi en re kende af. „Zet er op de terugrit 'n flink gangetje in," spoorde hij aan. „Nergens toe nodig, je kameraad te laten merken, dat hij gevolgd werd." „Wat is er eigenlijk aan 't hand je? Heeft je vriuw de benen ge nomen?" „Jouw zaken niet, wel?" grin nikte August. „Schiet maar pp!" Hij verborg zich achter struiken tot de andere taxi voorbij was. Na een poosje werden de omtrekken van een hofstede zichtbaar. Het kwam hem niet raadzaam voor, er langs te lopen. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1949 | | pagina 4