Kerk, Volk en Separatisme Vreselijke behandeling door Russische politie De oude Abdij van Egmond en W. Friesland Nieir Ko Rome kreeg nieuwe waterleiding PAG. 4 Vrijdag 18 November 1949 Tweedaags Godsdienstgesprek in Witmarsum Hongarije beschuldigt Italië Een ontzaglijk werk - Nu nog stroom! Massa-moord met machinegeweer en tank Noordhollandse Kerkgeschiedenis Geestelijke bediening der parochiekerken Het stempel van Egmond Twee meningen en tweeërlei politiek InR sla PRACTi; ST. NIC Otsen, Pc Een geestelijk bont gekleurd ge selschap kwam te Witmarsum in het Augustijner vormingscentrum Vinea Domini" tezamen op 7 en 8 Nov. Daar v. aren hooggeleerde heren Professoren, de een gematigd vrijzinnig, een tweede orthodox- hervormd, een derde katholiek; iaar waren links-vrijzinnige domi- 'lé's, rechts-vrflzinnige, orthodox- hervormde en gereformeerden; daar waren Augustijnen, Franciscanen en ten Jezuïet; daar waren pro testantse en katholieke leken „van leiderled kunne" (als we het zo in de statige stijl van menige dominé ■•ens mogen uitdrukken). En toch varen er alles tezamen amper vijf n twintig „man"! Was het een pijnlijke demonstra- ie van de kakophone veelheid van temmen, die opklinken uit het Ne derlandse volk (en dan nog maar -nkel de christelijke stemmen Dat was het misschien öök, of schoon het heel zeker nergens een lijnlijk karakter had. Maar het had God zij dank een veel oositiever strekking. Het was het •erlijke zoeken van mannen en vrouwen, die zich allen met hart en ziel christelijke Nederlanders weten, om voor hun aller volksver bondenheid als christenen de pas- ende uitdrukking te vinden. Daar toe was door de voorzitter, pater Drs Amatus v. Straaten O.E.S.A., ils onderwerp aan de orde gesteld; Kerk, volk en separatisme". Een prachtig onderwerp om de lekende itmarsumse bespre kingen over verdraagzaamheid" van een half jaar geleden met gro tendeels dezelfde deelnemers voort te zetten. Ziehier dan een korte beschou wing over de inhoud van dit twee daagse godsdienstgesprek. Als eerste inleider liet Dr R. Schippers vanuit gereformeerd standpunt het licht vallen op de problemenrijke verhouding van Kerk en volk in ons geestelijk ver splinterde vaderland. Hij bepaalde zich zakelijk tot een uiteenzetting van de gereformeerde opvatting over gezag: Kerkgezag en Staats gezag, beide afgeleid van de abso lute souvereiniteit van God, die op bepaalde gezagsdragers in Kerk en Staat iets van Zijn gezag heeft „gelegd". Dit geza kan gehoor zaamheid eisen, maar uitsluitend binnen de hem toegewezen kring Elke „kring" (niet alleen Kerk en Staat als geheel maar ook b.v. ge zin en plaatselijke kerk) organi seert zichzelf en is onmiddellijk ver antwoordelijk tegenove- de hoogste SouvereinGod. Vandaar dat elke „kring" moet optornen tegen de overheersing door andere kringen. Vandaar de gereformeerde strijd voor decentra lisatie en met name voor zelfstan digheid van de p'aat; elijke kerk. Natuurlijk zullen de erschillende kringen elkaar wel overlappen, ze zijn min of meer „vervlochten", maar er is geen hiërarchische on derordening van de ene kring aan de andere. Dit is in een notedop de door Abraham Kuyper uitgewerk te leer van „de souvereiniteit in eigen kring". Dit was en is voor de meeste ge reformeerden nog het ideaal, een ideaal, dat zfl door iedere Neder lander aanvaard zouden willen zien. Slechts noodgedwongen, vanwege de liberale overheersing in de 19de eeuw, kwam men tot het „christe lijk isolement", als middel om de „souvereiniteit in eigen kring" zo goed mogelijk te handhaven." In de discussies nk Dr Schippers helder betoog kwam vooral de vraag naar voren, welke plaats er eigenlijk nog voor het Nederlandse volk als geheel overblijft bij de ge reformeerde theorie en praktijk? Welke mogelijkheden van samen werking spr. dan nog zag? Het antwoord was nogal mager; Dr Schippers meende da- slechts fede ratieve samenwerking mogelijk was met het hoofdaccent, dus op de eigenstandigheid van het gerefor meerde volksdeel. Een federale sa menwerking met het hoofd accent op de volkseenheid scheen hem voor de gereformeerden on aanvaardbaar. Die federatieve samenwerking wenst hij echter van harte zo uit gebreid mogelijk te zien. Tot zover was de dag nog vrjj rustig verlopen en de betogen ble ven over en weer min of meer aca- demicaal. Dit werd wel enigszins andere toen Prof. Dr G. van der Leeuw uit Groningen zijn inleiding hield, gevolgd door een tot in de lale fwrnd voortgezette discussie. Ke* „minder academische" kan bij een man van het formaat van deze geleerde en oud-minister van onderwijs natuurlijk niet slaan op de 'vaarde van de inhoud. Maar wel was dc toon zeer ongedwongen en BOEDAPEST, 16 Nov. (Reu ter) In een verklaring van het Hongaarse ministerie van Buitenlandse Zaken wordt de Ita liaanse regering heden beschul digd van „politiek opportunisme" en verdragsschendingen, „ken merkend voor gemarshalliseerde landen". Italië heeft de overeenkomsten betreffende consulaire vertegen woordiging, welke dateren van 1874, alsmede clausules van het vredesverdrag geschonden door sluiting van het Hongaarse Con sulaat-generaal te Milaan. Het heeft andere verdragen geschonden door het sluiten van het Hongaar se toeristenbureau te Venetië en "lome, aldus de verklaring. Er wordt aan toegevoegd, dat de Italiaanse protesten tegen de uit zetting van Italiaanse burgers uit Hongarije geen kracht hebben, daar „deze zes Italianen fascisten bleken te zijn, die tegen de Hon gaarse Volksrepubliek werkten." niet zelden humoristisch, hetgeen min of meer begrijpelijk meebracht, dac nog wel eens een anecdote de ilaats van een bewijs moest in nemen. Pief. van der Leeuw behandelde achtereenvolgens 't begrip „Kerk", het begrip „volk" en de problemen van de samenwerking binnen de volkseenheid. Dit alles gezien „van hervormd standpunt uit", in zover re men dan van „een hervormd standpunt" kan spreken. De moei lijkheid is immers, zoals Prof. van der Leeuw volkomen toegaf, dat de nuances der meningen bin nen de Ned. Hervormde Kerk zö uiteenlopen, dat er ook in dezen feitelijk niet „èèn hervormd stand- pv va' te construeren. Mis schien lag het hieri n, dat Prof. van der Leeuw eigenlijk meer be handelde het probleem der samen werking voor de Katholieke Kerk, dan voor de Ned. Hervormde Kerk. Bij de behandeling van het be grip „volk" kwam natuurlijk de „protestantse natie" op de proppen. Prof. van der Leeuw wees die kwa lificatie van de Nederlandse Staat beslist af, maar toonde toch een welwillend begrijpen tegenover pro testanten, die aldus spreken. Het fundament voor zijn „begrijpende houding" werd in de discussies nog al hevig geschokt. De grote moeilijkheid voor'sa menwerking tussen protestantse en katholieke N derlanders zag de spreker in het totalitaire systeem, dat in de Katholieke Kerk be lichaamd zou zijn. „T-t de R.K.-actie „voelen wij een strijd om de „macht", zo zei hij. Het door ons als ongeestelijk geziene, politieke aspect van de Rooms-Kath ilieke Kerk jaagt ons, protestanten, vrees aan, of wekt althans wantrouwen. Met verschillende voorbeelden trachtte Prof. va. der „eeuw zijn kwalificatie van de Katholieke Kerk als juist te bewijzen. Een voor een werden de voor beelden ^nder de loupe genomen, waarbij wel geen volledige overeen stemming /erd bereikt, maar toch ongetwijfeld het inzicht in de we derzijdse motiveringen ten zeerste werd verduidelijkt. Zo had Prof. van der Leeuw de excommunica tie van vele katholieke Italiaanse communisten ;n zet op het poli tieke schaakbord genoemd. Een pater Franciscaan, ik meen Pater van Bilsen, legde glashelder uit, dat het hier geen sbruik betrof van een geestelijk middel voor een politiek doel, maar louter het ge bruik van een geestelijke tucht oefening (door Christus duidelijk aan Zijn Kerk geschonken, ook volgens de overtuiging van gerefor meerd n en orthodox-hervormden tegen nardn kkige aanhangers van een godlozen-beweging vooral tot bescherming van onwetenden en redding van te goeder trouw dwa- lenden. Over het begrip „totalitair systeem", toegepast op de Katho lieke Kerk werden Prof. var. der Leeuw zulke vragen gesteld, dat Hij wel enigszins moest retireren. De derde inleider, de katholieke Prof. Mr. W. Por'pe, gaf een zeer interessante, psychologisch- gekleurde beschouwing over het ka tholieke volksdeel in dit laatste sta dium van zijn emancipatie („Han del maai alsoi de emancipatie nu voltooid is, dat is psychologisch het gezondste!" -iep hij ons toe) en over de gronden van het anti papisme. Daar deze i-leiding reeds eer der in ander milieu gehouden destijds ook al uitvoerig in dit blac. is weergegeven, menen wij met deze korte aanduiding te mogen volstaan. De levendige discussie na deze laatste inleiding concentreer de zich om de vraag- welke garan ties kunt U ons geven, dat het ka tholiek kerkgezag nit t ondanks vele verdraagzame katholieken ons, protest? teL zal onderdruk ken, als zij de macht daartoe krijgt Deze vraag werd naar ons per soonlijk gevoelen nic' zeer bevre digend beantwoord. Een volkomen bevredigend antwoord is vermoede lijk niet te geven, evenmin trou wens als de Ned. Hervormde Kerk dit in overeenkomstige omstandig heden zou kunnen geven, maar o.i. had een korte belichting van structuur en werkwijze van de Kath. Kerk hier toch wel het on redelijk deel v. n de protestantse vrees kunnen verminderen. Men kwam helaas tijd te kort. Welk nut dergelijke besprekin gen wel hebben? De discussieleider. Prof. Dr H. de Vo„, wees het grond motief voor dergelijke samenkom sten duidelijk aan, toen hij zei, dat het toch onze dagelijkse smart moest zijn, dat er nog zulk een pijn lijke tegenstelling heerst tussen Christus' vurig verlangen naar een heid van alle christenen en onze feitelijke verdeeldheid. En voor ons, katholieken, kan het nut moeilijk schei-per en gezaghebbender worden geformu.eerd, dan met het woord van Paus Pius II (10 Jan. 1927): ..De grote oorzaak van de misluk kingen op het herenigingsgebied is „dat men elka. ter niet gekend „heeftDe valse oordelen en „misverstanden, welke bij de afge scheidenen tegenover de katholie- .ken bes „aan zijn ongelooflijk; doch „de katholiek heeft zelf ook zijn „plicht niet gekend en is daarom „tekortgekomen in 1- broederlijke „liefde". J. L. WITTE S.J. (Van onze Romeinse correspondent). In Rome schijnen kerken en fonteinen met elkander in getal te wedijveren. Maar de bezoeker, die deze wedijver gadeslaat, vermoedt niet het minst, dat reeds sedert enkele jaren gehele wijken van de stad verstoken waren van het ge not van een geregelde toevoer van water in keuken- cn badka merkranen. Dit alledaagse doch zeer nood zakelijke element van 's mensen leven is voor alle Romeinse re geerders steeds het voorwerp ge weest van veel kopzorg. Nog staan de resten overeind van de grote bovengrondse waterleiding van Claudius Tiberius Nero, die een. halve eeuw na Christus het water van Ostia naar Rome bracht. Anderhalve eeuw voor hem had Quintus Marcius Rex Rome reeds voorzien van zijn beroemde Acqua Marcia, waarvan Pius IX in 1860 de bovenleiding door een onder- EEN PRIESTER VERTELT; New-York, (K.N.P.) Pastoor An- thonius Petraitis was een van de 1270 ontheemden, die vorige week in New York aankwamen. Pastoor Petraitis komt oorspronkelijk uit Litauen en zal voortaan in Chi cago zijn priesterlijke arbeid voortzetten. Een K.N.P.-corres- pondent zendt ons het volgende verslag van de belevenissen, die deze Litause priester heeft moe ten doormaken tijdens de Sovjet bezetting van zijn land. Hij was pastoor in het stadje Erzvilkas, toen de Russische ge heime politie hem arresteerde in de nacht van 6 April 1941. Hij werd naar een geblindeerde mili taire wagen gebracht, waarmede hij naar zijn gevangenis, een vochtige kelder, werd gevoerd. Er waren daar reeds zoveel gevange nen opgesloten, dat zij alleen maar op een zij op de grond kon den liggen. En wanneer iemand zich wilde omkeren, dan moesten zij dit allen tegelijk doen. Hun voedsel bestond uit een stuk brood en wat water. t Om de twee dagen moest pas toor Petraitis een kruisverhoor ondergaan, waarbij men krachti ge schijnwerpers op zijn gelaat richtte. Verschillende malen ook werd hij met zijn gezicht naar de muur geplaatst, waarop soldaten dicht bij zijn oren hun revolvers afschoten. De ondervragers be schuldigden hem ervan, dat hij een verrader was en een spion van een buitenlandse mogendheid, of de leider van een anti-communis tische revolutionnaire beweging. Zij eisten van hem, dat hij schuld zou bekennen. Toen hij bleef wei geren ranselden zij op hem los. Dikwijls was hij vele uren bewus teloos. Tijdens deze kruisverhoren kreeg pastoor Petraitis speciale sigareten te roken. Toen hij er van gerookt had, was hij zo be dwelmd, dat hij visioenen zag van gebeurtenissen uit zijn vroegere leven. Toen hij de uit werking begreep, hield hij op met roken. "Hjdens deze gevangenschap, die meer dan drie maanden duur de, zag pastoor Petraitis nimmer het daglicht. Op 22 Juni 1941, toen de oorlog tussen Duitsland en Sovjet-Rusland reeds was be gonnen. werd hij met nog ande re gevangenen naar Scervienc in de omgeving van Smolensk ge bracht. In totaal waren zij met achthonderd gevangenen. Man nen van allerlei rang en stand, onder wie ook een broer van pas toor Petraitis, n.l. de pater Sale- siaan Franciscus Petraitis. Op 26 Juni werden zij allen ter dood veroordeeld. De twee broers ab solveerden elkander en hoorden de gevangenen de biecht. Zij werden op een hoop bij el kaar gedreven en* van achter en voren met machinegeweren be schoten. Velen werden direct ge dood, anderen alleen gewond, honderden waren stervende. Een nieuw bevel weerklonk. Allen die nog niet" ernstig getroffen waren, moesten plat op de grond gaan liggen. Een tank naderde en ver pletterde allen, die onder de rups banden kwamen. Pastoor Petraitis hoorde het gillen der slachtoffers en het kraken der beenderen, doch op wonderlijke wijze raakte de tank hem niet. Het was nacht en pastoor Petraitis bleef liggen, terwijl de soldaten zochten naar personen die nog tekenen van le ven vertoonden. Toen hij zag, dat dit zijn laatste kans was, sprong hij op met nog een paar anderen, die eveneens aan de dood waren ontsnapt, en vluchtte. De kogels floten hem om de oren. Pastoor Petraitis liet zich in een greppel vallen, die het terrein omzoomde en waarin reeds vele doden lagen. Even wachtte hij zijn kans af, sprong weer op en rende naar de rand van het veld, dat grensde aan een met laag kreupelhout be groeid moerassig terrein. Daar verborg hij zich. Dagenlang trok hij met nog drie anderen door de bossen, zonder water en levend van gras en de groene toppen der dennebomen Zij bereikten een dorp en kwamen tot de ontdekking, dat het Sovjet- leger zich had teruggetrokken en dat de Duitsers in aantocht wa ren. Zij werden door de Duitsers gearresteerd, doch later weer vrij gelaten, nadat zij goed waren ver zorgd. Als bijzonderheid voegde pastoor Petraitis aan zijn relaas toe, dat zijn normale gewicht 80 a 90 kilo is, doch dat hij na deze ervaring niet zwaarder woog dan 44 kg. Hij ging weer terug naar zijn oude parochie, doch toen de Sov jets in 1944 weer naderden, vluchtte hij naar Duitsland. Na vele jaren in een vluchtelingen kamp te hebben doorgebracht, kan hij thans een nieuw leven in Amerika beginnen, vrij van ter reur en vervolging. aardse verving. Ook Mussolini heeft met deze watermoeilijkheid te kampen gehad, waarom dan ook in 1937 besloten werd de wa tertoevoer van Rome met 300 mil- lioen kubieke meter te vermeerde ren. Sedert twee dagen stroomt het water weder door de kranen in de huizen van de wijken Monte Mario, Salaria en Nomentana, die maanden lang een droge uittar ting zijn geweest van het geduld van duizenden huismoeders. Kortgeleden drukte de Presi dent van de Republiek bij een nieuw gebouwde fontein op een knop en een straal van het helder blauw water spoot 25 m hoog de lucht in. Het is moeilijk te zeg gen of de eerste burger van Italië bij het ledigen van de beker wa ter, die hem daarna uit die over vloed aangeboden werd, zich een duidelijk beeld gevormd heeft van het ontzaglijk technisch werk, dat door de aanleg van deze nieuwe waterleiding Rome rijker is ge worden. Het beginpunt van de leiding ligt op een honderdtal kilometers afstand van Rome, bij de bronnen van Pescharia in de nabijheid van de ruïnen van Cothilde, de oude hoofdstad van Umbria. In een 400 meter hoge vallei, omringd door bosrijke bergen, borrelt het water aan de voet van de berg Nuria uit de grond. In 1937 is men begonnen met houweel en dynamiet tot .n de ingewanden v. deze berg door te dringen. Bij dit werk werd het vermoeden van de ingenieurs be vestigd, dat deze berg eigenlijk niets anders is dan een groot na tuurlijk waterbassin. De mens had de gaven van de natuur hier maar voor het grijpen, en met wat met selwerk dit bassin voor zijn doel bruikbaar te maken. Nu wordt de ze rijkdom van water uit het berg- bassin door 26 kilometer lange onderaardse gallerijen naar de electrische centrale van Salisano gevoerd, waarin door een kunst matige waterval van 250 meter diepte de turbines van 11200 P.K. worden voortgedreven voor de op wekking van 75 millioen K.W. electrische stroom per jaar. Bij de bouw van deze ondergrondse cen trale is van de meest moderne uit vindingen op het gebied van elec- triciteit gebruik gemaakt. Vanaf deze centrale begint het tweede gedeelte va.i de waterlei ding, 57 kilometer lang, waarvan 52 ondergronds, welke het water in een hoeveelheid van anderhal ve kubieke meter per seconde tot aan de rand van de stad voert naar de bassins, waarmede het buizennet van Rome verbonden is. Tot zover was het werk reeds in 1942 gereed. Aanvankelijk de oor logstoestand en daarna het ge brek aan geldelijke middelen heb ben belet, dat de nodige verande ringen aan het buizennet in de stad zelf konden worden aange bracht. De toestand, door het ge brek aan water in bijna de helft van de stad kon zeker niet voort duren gedurende het Heilig Jaar en dit laatste is zonder twijfel de voornaamste reden geweest voor het gemeentebestuur van in. Door de waterloop de Rekere waren de Noord-Hollanase gou wen Westflinge (Westfriesland) en Kinheim (Kennemerland) van elkander gescheiden, maar wat hen in de loop der tijden geestelijk steeds meer en meer ging verbin den is het katholieke geloof, dat van de duinstreek uit geleidelijk tot in het meer oostelijK gelegen achterland doordrong. Sint Adel- bert, die de Apostel van Kenne merland wordt genoemd, is dit evenzeer van Westfriesland. Het bekeringswerk, dat hij in de acht ste eeuw heeft ondernomen, is la ter, vanaf de tweede helft der lüe eeuw, bestendigd en verdiept door het beschavingswerk, dat van de oude abdij van Egmond is uitge gaan. De Egmondse parochie-kerken. Er zijn, zoals wij reeds gezien hebben, in onze Noord-Hollandse gewesten meerdere parochie-ker ken aan te wijzen, die van het klooster te Egmond min oi meer afhankelijk waren. Zo zijn te noe men o.a. die van het dorp Egmond zelf, Egmond aan Zee, Heiloo, Alk maar, Oudorp, Schermer, Mijsen, Ursem, en verderop, meer het eigenlijke West-Friesland in, Wog- num, Wadwaai, Spanbroek, Ob- dam, Hensbroek, Oterleek, Vronen, Sint Paneras, Broek op Langen- dijk. Het is vooral in deze plaat sen, en door deze weer m andere, dat wij de invloed van Egmond kunnen nagaan. Deze kunnen wij op de eerste plaats waarnemen in geestelijk opzicht. Weliswaar heeft men gemeend te kunnen vaststellen, dat de rechtstreekse invloed van de abdij op het zieleleven der gelovigen in de haar onderhorige parochies niet groot was. Uiteraard blijft het parochie-leven buiten de eigen lijke sfeer van het kloosterleven en was de directe leiding er van, behoudens enkele gevallen zoals later, in de 15e en 16e eeuw, te Egmond zelf en te Alkmaar waar een monnik der abdij pastoor was, toevertrouwd aan andere, secu liere priesters. Ook kan men waarschijnlijk moeilijk beweren, dat Heiligen, die in de abdij werden vereerd, nood zakelijkerwijze altijd en overal tot patronen werden gegeven aan de van haar afhankelijke parochie kerken. Maar wel staat het vast, dat het door Egmond is, dat de verering van sommige Heiligen in Noord- Holland algemene ingang vond. Zo werd het feest van St. Jerven, de pastoor-martelaar van Noord- wijk, wiens relikwieën te Egmond bewaard werden, in de 15e eeuw door de Bisschop van Utrecht voor geheel Noord-Holland ingevoerd, terwijl het tot dan toe slechts plaatselijk te Egmond werd ge vierd. De verering van Sint Adel- bert uitte zich hierin, dai zijn graf te Egmond met de wonderdadige put op de akker van heinde en verre pelgrims trok, zoals dat te genwoordig nog steeds het geval is. Opmerkelijk is vooral, dat de devotie tot de Heilige, die nog al tijd bij jong en oud geliefd is en een echte volks-Heilige genoemd kan worden, de H. Nicolaas, in de Egmondse parochie-kerken, zoals trouwens door de Benedictijnen kloosters in het algemeen, zeer werd bevorderd. Zo was er in de kerk te Spanbroek een altaar ter ere van hem opgericht en was er in die van Heiloo een eigen vica- rie gesticht. Dat in Egmond aan Zee St. Agnes en St. Andreas, in Alkmaar en Oudorp St. Lauren - tius, in Vronen (waar in 1297 kerk en dorp werden verwoest) St. Pancratius, die nacjerhand aan de herstelde buurtschap zelfs zijn naam heeft gegeven, werden ver eerd en zelfs tot kerkpatronen werden verheven, moet ongetwij feld aan de tussenkomst van Eg mond worden toegeschreven. Of het echter ook daaraan is te dan ken,- dat in zes andere parochie kerken van West-Friesland Sint Maarten, in Ursem Sint Bavo, in Heiloo St. Willibrord, in Span broek St. Bonifatius tot patronen werden gekozen, valt niet te be wijzen. Geestelijke bediening der parochies. De zielzorg in deze parochies werd aanvankelijk naar gewoonte uitgeoefend door wereldlijke pries ters, die voor hun ambt door de abt aan de bisschop of diens plaatsvervanger werden voorge dragen. Pas naderhand kwam hierin enige verandering toen n.l. de abdij ertoe overging, parochies in te lijven. Dit betekende niet enkel, dat deze met haar inkom sten onder dé* kloosterbezittingen werden opgenomen, maar dat er ook hier en daar, hoewel niet steeds overal, monniken tot pas- toor werden aangesteld. De eerste parochie, die aldus door de abdij werd ingelijfd, was de z.g. Buur-kerk te Egmond zelf en de kleine parochie van St. Ag nes te Egmond aan Zee. Dit ge beurde niet zonder moeilijkheden in 1442. Enige tijd later mis schien in 1465 had ditzelfde plaats met Heiloo en Alkmaar. Voor wat Alkmaar betreft, wordt als reden in de pauselijke goed keuring in 1472 aangegeven, dat de inkomsten der abdij „vanwege de overstroming (de Egmonder- meer was n.l. nog niet voldoende ingepolderd) en andere ongeluk kige gebeurlijkheden" zozeer wa ren verminderd, dat zij zonder het bezit van de Alkmaarse parochie kerk niet meer aan haar verplich tingen kon voldoen. In Heiloo wa ren rond 1568 twee monniken Barend Govertz en Johannes Cam pus in de zielzorg werkzaam. Wij zullen mettertijd gelegen heid krijgen, de geschiedenis van onze Noord-Hollandse parochies elk afzonderlijk^ te behandelen, waarbij wij dan vanzelf zullen kunnen nagaan, in welke mate de oude abdij van Egmond haar rech ten en invloed heeft doen gelden. Voor het ogenblik is het voldoen de in het algemeen te wijzen op het stempel van Egmond dat het kerkelijk leven van onze voorouders werd, opgedrukt. In financieel opzicht waren de parochies in meerdere of mindere mate van de abdij afhankelijk. De eigendomsrechten van het kloos ter moesten in een bepaalde som gelds door de pastoor erkend wor den. Ook bestond er o.a. een be lasting, die men moest opbrengen bij het begraven, het z.g. legerstat genaamd, waarvan de inkomsten verdeeld werden tussen de abdij en de dienstdoende geestelijke. Maar het gaat o.i. te ver. wanneer men zonder meer en in het vage beweert, dat geld het grote con tactpunt tussen de abdij en haar kerken is en dat het godsdienstig leven zowel van de parochianen als van het klooster tenslotte door het geld is vermoord. Deze be wering, hoe bout zij ook is, is in haar algemeenheid en gebrek aan nuancering stellig onjuist en ge tuigt van een eenzijdige en onvol ledige voorstelling van zaken. Want er valt, ook al zijn er zo als overal schaduwzijden wel de gelijk te wijzen op het meer licht volle, het goede en zegenrijke in de wederzijdse betrekkingen tus sen abdij en parochie. Wij mogen immers met reden veronderstellen de bewijzen zijn daarvoor voor handen dat de abdij zoveel mo gelijk gezorgd heeft, dat er pries ters werden aangesteld, die voor hun taak berekend waren. Wel was het destijds vooral in de 15e eeuw een helaas dikwijls voor komende treurige gewoonte ge worden, dat de pastoorsfunctie niet werd waargenomen door degene, die dit eigenlijk behoorde te doen, maar door een plaatsvervanger, vice-cureyf genaamd. In de Eg mondse parochies Alkmaar, Ou dorp en Ursem was dit in 1514 eveneens het geval, terwijl in Oterteek en St. Paneras de pas toor daarentegen wel resideerde. Wij moeten ook toegeven, dat in 1514 de vice-cureyt van Alkmaar Arnold Hoeften en zijn kapelaan Lubbrant Hilloo blijk gaven hun parochie maar slecht te kennen, en dat er in 1559 op de pastoor van Obdam-Hensbroek, Jan Willemsz., die van te voren altarist was ge weest in Wadwaai, veel viel aan te merken. Maar het zou onbillijk zijn en men zou de geschiedenis onrecht aandoen als men deze over de loop van meerdere tientallen jaren verspreide, losstaande ge vallen bijeen ging nemen en daar mee een algemeen geldende toe stand zou willen schetsen. Wat op valt, is het verkeerde en juist dit wordt, omdat het opvalt, door de geschiedenis opgetekend en be waard. Maar het goede, het nor male wordt, juist omdat het ge woon is, ook als iets vanzelfspre kends aanvaard. Van de andere kant moeten we er ons voor wachten de invloed van Egmond te overdrijven. Er waren ong andere instanties, die mettertijd in aanmerking kwamen en hun rechten lieten gelden. Met name was dit in Alkmaar het ge val, waar Elbert Kuyk, die als een vurig bestrijder van het Luthe ranisme bekend stond, als pastoor werd aangesteld, maar voor deze benoeming jaarlijks 500 gulden moest betalen aan enige kanunni ken van het Dom-kapittel te Utrecht. In Westfriesland, dat een eigen, zelfstandig bestuurd gebied vormde, de z.g. Proosdij, was het de deken, die namens de proost ir, Hoorn zetelde, die practisch de Egmondse parochie-kerken ging beheren. Een sprekend voorbeeld daarvan vinden wij in 1558. Toen kwamen de pastoors en schepe nen van Oudorp, Koedijk, Broek op Langendijk, Sint Paneras en Oterleek vo,or een rechtszaak bij een, waarbij de pastoor van Ou dorp Andreas Cornelius als gevol machtigde optrad van de Hoornse deken Rudolphus Straatmans. Maar er is daarbij in het geheel geen sprake meer van de abdij, ofschoon bedoelde parochies oor spronkelijk toch onder haar rechts macht vielen. En niet minder trachtte de burgerlijke overheid zich rechten aan te matigen. In Westfriesland kwam tenslotte alles onder toezicht van het wereldlijk bestuur, dat de kerkmeesters koos en de geestelijken salarieerde. Vrienden van Egmond. Toch zijn de meer persoonlijke banden tussen Westfriesland en Egmond hecht en oud. Velen droe gen de Egmondse monniken een oprechte vriendschap toe. Daarvan vinden wij overvloedige bewijzen in het Necrologium van Egmond, het Doden-boek waarin al de overleden weldoeners en vrienden van Egmond voor het nageslacht werden opgetekend. Wij treffen er vooral uit de 13e en 14e eeuw talrijke namen in aan van priesters en leken, mannen en vrouwen die afkomstig zijn uit Wognum, Nib- bixwoud, Wijdenes, Hem, Schagen, Haringhuizen, Gommerskarspel (Enkhuizen) e.a. Daaruit valt voor de hedendaagse geschiedschrijver af te leiden, dat de invloed van de abdij min of meer heel Westfries land heeft doortrokken en dat zij haar geestelijke gaven zal hebben uitgestort over heel deze streek. Economische betrekkingen. Er zou tenslotte nog te wijzen zijn op de meer stoffelijke ver houdingen tussen klooster en ge west. De abdij had goederen lig gen o.a. te Callantsoog, in de na bijheid van Schagen (in het land van Harenkarspel) en Opperdoes. Zij bezat op andere plaatsen ver schillende inkomsten. Om slechts een voorbeeld te noemen, in Ou dorp, Vronen, Broek, Oterleek, Ursem, Mijzen betaalde men voor ieder kalf en ieder lam dat werd geboren een obool. In Spanbroek, Wadwaai, Wognum en Obdam of ferde men voor een kalf vier eie ren en voor een lam drie. Elders offerde men uit het landbouwbe drijf zoveel maten graan. Wij moe ten deze zakelijke economische betrekkingen, evenals trouwens alle andere, zien in het licht vaft de toenmalige tijd en ze daarnaar beoordelen. Toen eenmaal de oude abdij van Egmond in de zomer van 1573 was ten onder" gegaan, hebben de Noord-Hollandse steden Alkmaar, Hoorn en Enkhuizen een minder fraaie rol gespeeld betreffende haar stoffelijk bezit. In 1584 im mers werden de geroofde kloos tergoederen onder deze steden ver deeld. De oude betrekkingen tus sen Westfriesland eti Egmond ein digden dus wel op een minder verheffende wijze. PAUL VAN BANESSE. Rome dit knappe technische werk tot een goed einde te brengen. De gehele waterleiding, 86 kilo meter lang, waarvan 78 kilometer ondergronds kanaal, 3 kilometer cementbuizen en 5 kilometer me talen buizen, heeft vier millioen werkdagen geëist en de totale on kosten ervan bedragen 18 milliard liren. Nu Rome van voldoende hoe veelheid water voorzien is, blijft er voor het gemeentebestuur nog de zorg bestaan de op heden be schikbare electrische stroom kracht met bijna de helft te ver meerderen. Door de sporadische regenval van de laatste twee ja ren, waarvan de statistieken, se dert 1792 bijgehouden, geen voor beeld bevatten, zijn de waterbas sins geheel uitgedroogd. In Italië wordt de electrische stroom door waterkracht opgewekt en zodra dit laatste element niet aanwezig is, staan de turbines in de electri sche centrales ook stil. -Rome heeft 2.800.000 K.W. stroom per dag nodig en beschikt heden nauwelijks over twee milli oen eirvan. Vandaar allerlei nood- bepalingen op het verbruik, zoals driemaal per week afsluiting van de stroom van 7 uur 's morgens tot 6 uur 's avonds, bepalingen die eerder aan een oorlogstoestand doen denken dan aan toerisme voor het Heilig Jaar. De regering stelt alles in tiet werk om een groot gedeelte van de op het ogenblik ontbrekende stroom voor Rome uit het noorden van het land te betrekken. Maar ook daar heerst eerder nood dan overvloed. Voor het Heilig Jaar zullen verschillende in aanbouw zijnde centrales voltooid zijn, maar zolang de natuur niet met regering en gemeentebestuur meewerkt en het water uit de wol ken doet vallen op de plaatsen waar de centrales gebouwd zijn, zal dit electrische euvel niet ge makkelijk verholpen kunnen wor den. BUITENLANDS OVERZICHT De debatten in de politieke commissie van de Ver. Naties hebben van de vredelievende sfeer, welke de Rus Wisjinsky zeide te willen scheppen, weinig overgelaten. De oorzaak hiervan heeft de Engelse gedelegeerde Mc Neill Woensdag in een vrij scherpe rede, zeker niet onjuist en in elk geval heel aardig, getypeerd, toen hij de Russische fabel vertelde van de slang, die even mooi zong als de nachtegaal, maar wiens aanwezigheid toch door iedereen werd gewantrouwd. Overigens heeft McNeill het niet bij deze vergelijking gelaten, maar Wisjinsky toegevoegd, dat. wilde hij, dat de wereld enig vertrou wen zou schenken aan Rusland's vredelievendheid, men daar deze nu ook eens moest tonen door daden, want dat men met mooie woorden niets opschoot. Deze felle aanval van Enge land op Rusland is des te merk waardiger, omdat tot nu toe in dit anti-Russische offensief de Ver. Staten steeds de leiding hadden en Engeland en natuurlijk ook Frankrijk de Duitse bedreiging altijd nog veel sterker voelen. Deze Amerikaans-Frans-Engelse tegenstelling is nog weer eens heel duidelijk naar voren gekomen door een tweetal interviews, deze week gepubliceerd, een afkomstig van de bekende Engelse generaal Wavell en een van de man van het Marshall-plan, de Amerikaan Paul Hoffman. Wavell geloofde niet aan een oorlog met Rusland. Moskou heeft in de oorlog en nog meer daarna alles gekregen wat het rpaar kon wensen. Rusland kan bij een oor log niets meer winnen, alleen maar alles verliezen, zeide Wavell, en de Russén zijn nog altijd te veel realisten geweest om in der gelijke omstandigheden een oor log te riskeren. Als wij ons mili tair sterk maken, is er geen oorlog met Rusland te vrezen. Maar wel ziet deze Engelsman nog altiid Duitsland als net grote gevaar. Wavell heeft een rondreis ge maakt door Duitsland en consta teerde. dat de Duitser nog volop geïnfecteerd is met een afschuwe lijk nationalisme en alleen maar medelijden met zichzelf heeft. Bijna lijnrecht tegenover deze opvatting staat die van de Ame rikaan Hoffman. Hij gelooft niet aan een Duits gevaar. Duitsland heeft een te harde tol aan het nationalisme betaald. Maar het grote gevaar is Rusland, dat Hoff man noemt de kolussus op lemen voeten, welke echter reeds aan het waggelen is. Vandaar die mee dogenloze, zonder ophouden plaats hebbende zuiveringen in Rusland en zijn satelietstaten, welke er duidelijk op wijzen, dat Stalin zijn positie ziet bedreigd en overal spoken ontwaart. Rusland zal in deze positie vandaag of morgen een uitval moeten doen naar West- Duitsland. want zonder steenkool, het staal en de geschoolde arbei ders van West-Europa kan Rus land niet staande blijven en ook zijn posities in het Oosten niet handhaven. Het is deze tegenstelling, welke ook de vorige week bij de bespre kingen van de Grote Drie te Parijs duidelijk aan het licht kwam. Dat het beeld, dat Wavell te kende van Duitsland, niet hele maal onjuist was. hebben we nog op een pijnlijke wijze ervaren op het jongste congres van de K.V.P. Zondag in Utrecht, waar een ver tegenwoordiger van de kath. staat kundige groepering in Duitsland ditmaal ook voor het eerst aan wezig was en een rede hield, waarin hij wel gewag maakte van de moeilijkheden, waarin Duits land tengevolge van de oorlog verkeerde, maar bij velen een pijnlijke indruk wekte, doordat hii. voor de eerste maal op het K.V.P.-congres aanwezig, met geen woord gewaagde van enig schuld bewustzijn van Duitsland tegen over het kleine Nederland. Het is deze mentaliteit, welke nog steeds wantrouwen wekt. Op de werven v; oord en van Droogdokmaatscl koortsachtig (reu len schepen. Om er het geratel hamers tegen de wanden, en het lasapparaten. C havens gieren dc ten, die af en a« Zo is het hart v: Koningin van de Schepen. Kranen. Rook en si: Temidden van ligt aan zware k co gemeerd, dat kruiser moet zijl één en bij de R'.l Bij Fe ij en oord „Zeven Provincie „De Ruyter" (di Beide schepen oorlog reeds op s- se bemoeiingen h dat in het voorscl dracht" een klein aangebracht. 780i machines doen s trische centrales de schroeven doe: reusachtige scher terverplaatsing n ton, zijn 185 m breed, met een d m. Twee mastei stenen en vier (met elk twee ka is het vreesaanj van Neerlands ni donkere oorlogsn dere bewapening anti-luchtkanonne een aantal dubbé 20 en 40 cm. Zv ken en huidpant het schip tegen jectielen. Vanzei men met de pra uit de oorlog ta behaald, waardoc wij izi gingen in aangebracht. De van waaruit de J vaarwel toewuive loofden en echtge leden, zijn verdw Scheepsbeveilig De oorlogserv; ook geleerd, dat langrijk hoger r "V. de hut van een o dan werd men r schip verwezen; .mijnheer" achter met deze traditi nieuwe Nederlanc broken. Vóór, ach overal zijn comp; officieren, onde; manschappen. F voorkomen, dat b treffer niet een 1 van de scheepsbe uitgeschakeld. Uitc verdwijning van c moeilijkheden m Maar toch zal de op elk der schepel zal bestaan, geen ven te maken o' licht en lucht Vi trales zullen het trisch licht voorzi lende ingebouwde voor een geregel sing. Aan de hygiëne ("•"•««lljke aandach dichte nabijheid worden douche-ce A «dip e'l Radar r name plaats in. D( jes op dit gebied aangewend. „Zeven Provin Ruvter" het wore pen. slank en sne! Ze worden aan sterkte toegevoegc dat nodig mocht end der democat: Neerlands kracht lijk op het watei VOOR DAME Fantasie-sc Huishoudsi Hoofddoek Buitengew VOOR HEREI Nappa hai Bretelles Overhemd) De SINT verzoet CEBRUI Magazijnrr Telef. 349 Goederen Buitengewoc gemakkelij zwart suèd sport moll, d met lak ge- 1 garneerd. -

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1949 | | pagina 4