Kerk, Volk en Separatisme
Vreselijke behandeling
door Russische politie
De oude Abdij van Egmond en W. Friesland
Nieir
Ko
Rome kreeg nieuwe waterleiding
PAG. 4
Vrijdag 18 November 1949
Tweedaags Godsdienstgesprek in
Witmarsum
Hongarije
beschuldigt Italië
Een ontzaglijk werk - Nu nog stroom!
Massa-moord met machinegeweer en tank
Noordhollandse Kerkgeschiedenis
Geestelijke bediening der parochiekerken
Het stempel van Egmond
Twee meningen en
tweeërlei politiek
InR
sla
PRACTi;
ST. NIC
Otsen, Pc
Een geestelijk bont gekleurd ge
selschap kwam te Witmarsum in
het Augustijner vormingscentrum
Vinea Domini" tezamen op 7 en 8
Nov. Daar v. aren hooggeleerde
heren Professoren, de een gematigd
vrijzinnig, een tweede orthodox-
hervormd, een derde katholiek;
iaar waren links-vrijzinnige domi-
'lé's, rechts-vrflzinnige, orthodox-
hervormde en gereformeerden; daar
waren Augustijnen, Franciscanen
en ten Jezuïet; daar waren pro
testantse en katholieke leken „van
leiderled kunne" (als we het zo in
de statige stijl van menige dominé
■•ens mogen uitdrukken). En toch
varen er alles tezamen amper vijf
n twintig „man"!
Was het een pijnlijke demonstra-
ie van de kakophone veelheid van
temmen, die opklinken uit het Ne
derlandse volk (en dan nog maar
-nkel de christelijke stemmen
Dat was het misschien öök, of
schoon het heel zeker nergens een
lijnlijk karakter had. Maar het
had God zij dank een veel
oositiever strekking. Het was het
•erlijke zoeken van mannen en
vrouwen, die zich allen met hart
en ziel christelijke Nederlanders
weten, om voor hun aller volksver
bondenheid als christenen de pas-
ende uitdrukking te vinden. Daar
toe was door de voorzitter, pater
Drs Amatus v. Straaten O.E.S.A.,
ils onderwerp aan de orde gesteld;
Kerk, volk en separatisme".
Een prachtig onderwerp om de
lekende itmarsumse bespre
kingen over verdraagzaamheid"
van een half jaar geleden met gro
tendeels dezelfde deelnemers voort
te zetten.
Ziehier dan een korte beschou
wing over de inhoud van dit twee
daagse godsdienstgesprek.
Als eerste inleider liet Dr R.
Schippers vanuit gereformeerd
standpunt het licht vallen op de
problemenrijke verhouding van
Kerk en volk in ons geestelijk ver
splinterde vaderland. Hij bepaalde
zich zakelijk tot een uiteenzetting
van de gereformeerde opvatting
over gezag: Kerkgezag en Staats
gezag, beide afgeleid van de abso
lute souvereiniteit van God, die op
bepaalde gezagsdragers in Kerk en
Staat iets van Zijn gezag heeft
„gelegd". Dit geza kan gehoor
zaamheid eisen, maar uitsluitend
binnen de hem toegewezen kring
Elke „kring" (niet alleen Kerk en
Staat als geheel maar ook b.v. ge
zin en plaatselijke kerk) organi
seert zichzelf en is onmiddellijk ver
antwoordelijk tegenove- de hoogste
SouvereinGod.
Vandaar dat elke „kring" moet
optornen tegen de overheersing
door andere kringen. Vandaar de
gereformeerde strijd voor decentra
lisatie en met name voor zelfstan
digheid van de p'aat; elijke kerk.
Natuurlijk zullen de erschillende
kringen elkaar wel overlappen, ze
zijn min of meer „vervlochten",
maar er is geen hiërarchische on
derordening van de ene kring aan
de andere. Dit is in een notedop de
door Abraham Kuyper uitgewerk
te leer van „de souvereiniteit in
eigen kring".
Dit was en is voor de meeste ge
reformeerden nog het ideaal, een
ideaal, dat zfl door iedere Neder
lander aanvaard zouden willen zien.
Slechts noodgedwongen, vanwege
de liberale overheersing in de 19de
eeuw, kwam men tot het „christe
lijk isolement", als middel om de
„souvereiniteit in eigen kring" zo
goed mogelijk te handhaven."
In de discussies nk Dr Schippers
helder betoog kwam vooral de
vraag naar voren, welke plaats er
eigenlijk nog voor het Nederlandse
volk als geheel overblijft bij de ge
reformeerde theorie en praktijk?
Welke mogelijkheden van samen
werking spr. dan nog zag? Het
antwoord was nogal mager; Dr
Schippers meende da- slechts fede
ratieve samenwerking mogelijk was
met het hoofdaccent, dus op de
eigenstandigheid van het gerefor
meerde volksdeel. Een federale sa
menwerking met het hoofd
accent op de volkseenheid scheen
hem voor de gereformeerden on
aanvaardbaar.
Die federatieve samenwerking
wenst hij echter van harte zo uit
gebreid mogelijk te zien.
Tot zover was de dag nog vrjj
rustig verlopen en de betogen ble
ven over en weer min of meer aca-
demicaal. Dit werd wel enigszins
andere toen Prof. Dr G. van der
Leeuw uit Groningen zijn inleiding
hield, gevolgd door een tot in de
lale fwrnd voortgezette discussie.
Ke* „minder academische" kan
bij een man van het formaat van
deze geleerde en oud-minister van
onderwijs natuurlijk niet slaan op
de 'vaarde van de inhoud. Maar wel
was dc toon zeer ongedwongen en
BOEDAPEST, 16 Nov. (Reu
ter) In een verklaring van
het Hongaarse ministerie van
Buitenlandse Zaken wordt de Ita
liaanse regering heden beschul
digd van „politiek opportunisme"
en verdragsschendingen, „ken
merkend voor gemarshalliseerde
landen".
Italië heeft de overeenkomsten
betreffende consulaire vertegen
woordiging, welke dateren van
1874, alsmede clausules van het
vredesverdrag geschonden door
sluiting van het Hongaarse Con
sulaat-generaal te Milaan. Het
heeft andere verdragen geschonden
door het sluiten van het Hongaar
se toeristenbureau te Venetië en
"lome, aldus de verklaring.
Er wordt aan toegevoegd, dat de
Italiaanse protesten tegen de uit
zetting van Italiaanse burgers uit
Hongarije geen kracht hebben,
daar „deze zes Italianen fascisten
bleken te zijn, die tegen de Hon
gaarse Volksrepubliek werkten."
niet zelden humoristisch, hetgeen
min of meer begrijpelijk meebracht,
dac nog wel eens een anecdote de
ilaats van een bewijs moest in
nemen.
Pief. van der Leeuw behandelde
achtereenvolgens 't begrip „Kerk",
het begrip „volk" en de problemen
van de samenwerking binnen de
volkseenheid. Dit alles gezien „van
hervormd standpunt uit", in zover
re men dan van „een hervormd
standpunt" kan spreken. De moei
lijkheid is immers, zoals Prof.
van der Leeuw volkomen toegaf,
dat de nuances der meningen bin
nen de Ned. Hervormde Kerk zö
uiteenlopen, dat er ook in dezen
feitelijk niet „èèn hervormd stand-
pv va' te construeren. Mis
schien lag het hieri n, dat Prof.
van der Leeuw eigenlijk meer be
handelde het probleem der samen
werking voor de Katholieke Kerk,
dan voor de Ned. Hervormde Kerk.
Bij de behandeling van het be
grip „volk" kwam natuurlijk de
„protestantse natie" op de proppen.
Prof. van der Leeuw wees die kwa
lificatie van de Nederlandse Staat
beslist af, maar toonde toch een
welwillend begrijpen tegenover pro
testanten, die aldus spreken. Het
fundament voor zijn „begrijpende
houding" werd in de discussies nog
al hevig geschokt.
De grote moeilijkheid voor'sa
menwerking tussen protestantse en
katholieke N derlanders zag de
spreker in het totalitaire systeem,
dat in de Katholieke Kerk be
lichaamd zou zijn. „T-t de R.K.-actie
„voelen wij een strijd om de
„macht", zo zei hij. Het door ons
als ongeestelijk geziene, politieke
aspect van de Rooms-Kath ilieke
Kerk jaagt ons, protestanten, vrees
aan, of wekt althans wantrouwen.
Met verschillende voorbeelden
trachtte Prof. va. der „eeuw zijn
kwalificatie van de Katholieke
Kerk als juist te bewijzen.
Een voor een werden de voor
beelden ^nder de loupe genomen,
waarbij wel geen volledige overeen
stemming /erd bereikt, maar toch
ongetwijfeld het inzicht in de we
derzijdse motiveringen ten zeerste
werd verduidelijkt. Zo had Prof.
van der Leeuw de excommunica
tie van vele katholieke Italiaanse
communisten ;n zet op het poli
tieke schaakbord genoemd. Een
pater Franciscaan, ik meen Pater
van Bilsen, legde glashelder uit,
dat het hier geen sbruik betrof
van een geestelijk middel voor een
politiek doel, maar louter het ge
bruik van een geestelijke tucht
oefening (door Christus duidelijk
aan Zijn Kerk geschonken, ook
volgens de overtuiging van gerefor
meerd n en orthodox-hervormden
tegen nardn kkige aanhangers van
een godlozen-beweging vooral tot
bescherming van onwetenden en
redding van te goeder trouw dwa-
lenden. Over het begrip „totalitair
systeem", toegepast op de Katho
lieke Kerk werden Prof. var. der
Leeuw zulke vragen gesteld, dat Hij
wel enigszins moest retireren.
De derde inleider, de katholieke
Prof. Mr. W. Por'pe, gaf een
zeer interessante, psychologisch-
gekleurde beschouwing over het ka
tholieke volksdeel in dit laatste sta
dium van zijn emancipatie („Han
del maai alsoi de emancipatie nu
voltooid is, dat is psychologisch
het gezondste!" -iep hij ons toe)
en over de gronden van het anti
papisme.
Daar deze i-leiding reeds eer
der in ander milieu gehouden
destijds ook al uitvoerig in dit
blac. is weergegeven, menen wij met
deze korte aanduiding te mogen
volstaan. De levendige discussie na
deze laatste inleiding concentreer
de zich om de vraag- welke garan
ties kunt U ons geven, dat het ka
tholiek kerkgezag nit t ondanks
vele verdraagzame katholieken
ons, protest? teL zal onderdruk
ken, als zij de macht daartoe
krijgt
Deze vraag werd naar ons per
soonlijk gevoelen nic' zeer bevre
digend beantwoord. Een volkomen
bevredigend antwoord is vermoede
lijk niet te geven, evenmin trou
wens als de Ned. Hervormde Kerk
dit in overeenkomstige omstandig
heden zou kunnen geven, maar
o.i. had een korte belichting van
structuur en werkwijze van de
Kath. Kerk hier toch wel het on
redelijk deel v. n de protestantse
vrees kunnen verminderen. Men
kwam helaas tijd te kort.
Welk nut dergelijke besprekin
gen wel hebben? De discussieleider.
Prof. Dr H. de Vo„, wees het grond
motief voor dergelijke samenkom
sten duidelijk aan, toen hij zei, dat
het toch onze dagelijkse smart
moest zijn, dat er nog zulk een pijn
lijke tegenstelling heerst tussen
Christus' vurig verlangen naar een
heid van alle christenen en onze
feitelijke verdeeldheid. En voor ons,
katholieken, kan het nut moeilijk
schei-per en gezaghebbender worden
geformu.eerd, dan met het woord
van Paus Pius II (10 Jan. 1927):
..De grote oorzaak van de misluk
kingen op het herenigingsgebied is
„dat men elka. ter niet gekend
„heeftDe valse oordelen en
„misverstanden, welke bij de afge
scheidenen tegenover de katholie-
.ken bes „aan zijn ongelooflijk; doch
„de katholiek heeft zelf ook zijn
„plicht niet gekend en is daarom
„tekortgekomen in 1- broederlijke
„liefde". J. L. WITTE S.J.
(Van onze Romeinse
correspondent).
In Rome schijnen kerken en
fonteinen met elkander in getal te
wedijveren. Maar de bezoeker, die
deze wedijver gadeslaat, vermoedt
niet het minst, dat reeds sedert
enkele jaren gehele wijken van de
stad verstoken waren van het ge
not van een geregelde toevoer
van water in keuken- cn badka
merkranen.
Dit alledaagse doch zeer nood
zakelijke element van 's mensen
leven is voor alle Romeinse re
geerders steeds het voorwerp ge
weest van veel kopzorg. Nog staan
de resten overeind van de grote
bovengrondse waterleiding van
Claudius Tiberius Nero, die een.
halve eeuw na Christus het water
van Ostia naar Rome bracht.
Anderhalve eeuw voor hem had
Quintus Marcius Rex Rome reeds
voorzien van zijn beroemde Acqua
Marcia, waarvan Pius IX in 1860
de bovenleiding door een onder-
EEN PRIESTER VERTELT;
New-York, (K.N.P.) Pastoor An-
thonius Petraitis was een van de
1270 ontheemden, die vorige week
in New York aankwamen. Pastoor
Petraitis komt oorspronkelijk uit
Litauen en zal voortaan in Chi
cago zijn priesterlijke arbeid
voortzetten. Een K.N.P.-corres-
pondent zendt ons het volgende
verslag van de belevenissen, die
deze Litause priester heeft moe
ten doormaken tijdens de Sovjet
bezetting van zijn land.
Hij was pastoor in het stadje
Erzvilkas, toen de Russische ge
heime politie hem arresteerde in
de nacht van 6 April 1941. Hij
werd naar een geblindeerde mili
taire wagen gebracht, waarmede
hij naar zijn gevangenis, een
vochtige kelder, werd gevoerd. Er
waren daar reeds zoveel gevange
nen opgesloten, dat zij alleen
maar op een zij op de grond kon
den liggen. En wanneer iemand
zich wilde omkeren, dan moesten
zij dit allen tegelijk doen. Hun
voedsel bestond uit een stuk brood
en wat water. t
Om de twee dagen moest pas
toor Petraitis een kruisverhoor
ondergaan, waarbij men krachti
ge schijnwerpers op zijn gelaat
richtte. Verschillende malen ook
werd hij met zijn gezicht naar de
muur geplaatst, waarop soldaten
dicht bij zijn oren hun revolvers
afschoten. De ondervragers be
schuldigden hem ervan, dat hij
een verrader was en een spion van
een buitenlandse mogendheid, of
de leider van een anti-communis
tische revolutionnaire beweging.
Zij eisten van hem, dat hij schuld
zou bekennen. Toen hij bleef wei
geren ranselden zij op hem los.
Dikwijls was hij vele uren bewus
teloos.
Tijdens deze kruisverhoren
kreeg pastoor Petraitis speciale
sigareten te roken. Toen hij er
van gerookt had, was hij zo be
dwelmd, dat hij visioenen zag
van gebeurtenissen uit zijn
vroegere leven. Toen hij de uit
werking begreep, hield hij op
met roken.
"Hjdens deze gevangenschap,
die meer dan drie maanden duur
de, zag pastoor Petraitis nimmer
het daglicht. Op 22 Juni 1941,
toen de oorlog tussen Duitsland
en Sovjet-Rusland reeds was be
gonnen. werd hij met nog ande
re gevangenen naar Scervienc in
de omgeving van Smolensk ge
bracht. In totaal waren zij met
achthonderd gevangenen. Man
nen van allerlei rang en stand,
onder wie ook een broer van pas
toor Petraitis, n.l. de pater Sale-
siaan Franciscus Petraitis. Op 26
Juni werden zij allen ter dood
veroordeeld. De twee broers ab
solveerden elkander en hoorden
de gevangenen de biecht.
Zij werden op een hoop bij el
kaar gedreven en* van achter en
voren met machinegeweren be
schoten. Velen werden direct ge
dood, anderen alleen gewond,
honderden waren stervende. Een
nieuw bevel weerklonk. Allen die
nog niet" ernstig getroffen waren,
moesten plat op de grond gaan
liggen. Een tank naderde en ver
pletterde allen, die onder de rups
banden kwamen. Pastoor Petraitis
hoorde het gillen der slachtoffers
en het kraken der beenderen,
doch op wonderlijke wijze raakte
de tank hem niet. Het was nacht
en pastoor Petraitis bleef liggen,
terwijl de soldaten zochten naar
personen die nog tekenen van le
ven vertoonden. Toen hij zag, dat
dit zijn laatste kans was, sprong
hij op met nog een paar anderen,
die eveneens aan de dood waren
ontsnapt, en vluchtte. De kogels
floten hem om de oren. Pastoor
Petraitis liet zich in een greppel
vallen, die het terrein omzoomde
en waarin reeds vele doden lagen.
Even wachtte hij zijn kans af,
sprong weer op en rende naar de
rand van het veld, dat grensde
aan een met laag kreupelhout be
groeid moerassig terrein. Daar
verborg hij zich.
Dagenlang trok hij met nog drie
anderen door de bossen, zonder
water en levend van gras en de
groene toppen der dennebomen
Zij bereikten een dorp en kwamen
tot de ontdekking, dat het Sovjet-
leger zich had teruggetrokken en
dat de Duitsers in aantocht wa
ren. Zij werden door de Duitsers
gearresteerd, doch later weer vrij
gelaten, nadat zij goed waren ver
zorgd. Als bijzonderheid voegde
pastoor Petraitis aan zijn relaas
toe, dat zijn normale gewicht 80
a 90 kilo is, doch dat hij na deze
ervaring niet zwaarder woog dan
44 kg.
Hij ging weer terug naar zijn
oude parochie, doch toen de Sov
jets in 1944 weer naderden,
vluchtte hij naar Duitsland. Na
vele jaren in een vluchtelingen
kamp te hebben doorgebracht,
kan hij thans een nieuw leven in
Amerika beginnen, vrij van ter
reur en vervolging.
aardse verving. Ook Mussolini
heeft met deze watermoeilijkheid
te kampen gehad, waarom dan
ook in 1937 besloten werd de wa
tertoevoer van Rome met 300 mil-
lioen kubieke meter te vermeerde
ren. Sedert twee dagen stroomt
het water weder door de kranen in
de huizen van de wijken Monte
Mario, Salaria en Nomentana, die
maanden lang een droge uittar
ting zijn geweest van het geduld
van duizenden huismoeders.
Kortgeleden drukte de Presi
dent van de Republiek bij een
nieuw gebouwde fontein op een
knop en een straal van het helder
blauw water spoot 25 m hoog de
lucht in. Het is moeilijk te zeg
gen of de eerste burger van Italië
bij het ledigen van de beker wa
ter, die hem daarna uit die over
vloed aangeboden werd, zich een
duidelijk beeld gevormd heeft van
het ontzaglijk technisch werk, dat
door de aanleg van deze nieuwe
waterleiding Rome rijker is ge
worden.
Het beginpunt van de leiding
ligt op een honderdtal kilometers
afstand van Rome, bij de bronnen
van Pescharia in de nabijheid van
de ruïnen van Cothilde, de oude
hoofdstad van Umbria. In een 400
meter hoge vallei, omringd door
bosrijke bergen, borrelt het water
aan de voet van de berg Nuria uit
de grond. In 1937 is men begonnen
met houweel en dynamiet tot .n
de ingewanden v. deze berg door
te dringen. Bij dit werk werd het
vermoeden van de ingenieurs be
vestigd, dat deze berg eigenlijk
niets anders is dan een groot na
tuurlijk waterbassin. De mens had
de gaven van de natuur hier maar
voor het grijpen, en met wat met
selwerk dit bassin voor zijn doel
bruikbaar te maken. Nu wordt de
ze rijkdom van water uit het berg-
bassin door 26 kilometer lange
onderaardse gallerijen naar de
electrische centrale van Salisano
gevoerd, waarin door een kunst
matige waterval van 250 meter
diepte de turbines van 11200 P.K.
worden voortgedreven voor de op
wekking van 75 millioen K.W.
electrische stroom per jaar. Bij de
bouw van deze ondergrondse cen
trale is van de meest moderne uit
vindingen op het gebied van elec-
triciteit gebruik gemaakt.
Vanaf deze centrale begint het
tweede gedeelte va.i de waterlei
ding, 57 kilometer lang, waarvan
52 ondergronds, welke het water
in een hoeveelheid van anderhal
ve kubieke meter per seconde tot
aan de rand van de stad voert
naar de bassins, waarmede het
buizennet van Rome verbonden is.
Tot zover was het werk reeds in
1942 gereed. Aanvankelijk de oor
logstoestand en daarna het ge
brek aan geldelijke middelen heb
ben belet, dat de nodige verande
ringen aan het buizennet in de
stad zelf konden worden aange
bracht. De toestand, door het ge
brek aan water in bijna de helft
van de stad kon zeker niet voort
duren gedurende het Heilig Jaar
en dit laatste is zonder twijfel
de voornaamste reden geweest
voor het gemeentebestuur van
in.
Door de waterloop de Rekere
waren de Noord-Hollanase gou
wen Westflinge (Westfriesland)
en Kinheim (Kennemerland) van
elkander gescheiden, maar wat
hen in de loop der tijden geestelijk
steeds meer en meer ging verbin
den is het katholieke geloof, dat
van de duinstreek uit geleidelijk
tot in het meer oostelijK gelegen
achterland doordrong. Sint Adel-
bert, die de Apostel van Kenne
merland wordt genoemd, is dit
evenzeer van Westfriesland. Het
bekeringswerk, dat hij in de acht
ste eeuw heeft ondernomen, is la
ter, vanaf de tweede helft der lüe
eeuw, bestendigd en verdiept door
het beschavingswerk, dat van de
oude abdij van Egmond is uitge
gaan.
De Egmondse parochie-kerken.
Er zijn, zoals wij reeds gezien
hebben, in onze Noord-Hollandse
gewesten meerdere parochie-ker
ken aan te wijzen, die van het
klooster te Egmond min oi meer
afhankelijk waren. Zo zijn te noe
men o.a. die van het dorp Egmond
zelf, Egmond aan Zee, Heiloo, Alk
maar, Oudorp, Schermer, Mijsen,
Ursem, en verderop, meer het
eigenlijke West-Friesland in, Wog-
num, Wadwaai, Spanbroek, Ob-
dam, Hensbroek, Oterleek, Vronen,
Sint Paneras, Broek op Langen-
dijk. Het is vooral in deze plaat
sen, en door deze weer m andere,
dat wij de invloed van Egmond
kunnen nagaan. Deze kunnen wij
op de eerste plaats waarnemen in
geestelijk opzicht.
Weliswaar heeft men gemeend
te kunnen vaststellen, dat de
rechtstreekse invloed van de abdij
op het zieleleven der gelovigen in
de haar onderhorige parochies niet
groot was. Uiteraard blijft het
parochie-leven buiten de eigen
lijke sfeer van het kloosterleven
en was de directe leiding er van,
behoudens enkele gevallen zoals
later, in de 15e en 16e eeuw, te
Egmond zelf en te Alkmaar waar
een monnik der abdij pastoor was,
toevertrouwd aan andere, secu
liere priesters.
Ook kan men waarschijnlijk
moeilijk beweren, dat Heiligen, die
in de abdij werden vereerd, nood
zakelijkerwijze altijd en overal tot
patronen werden gegeven aan de
van haar afhankelijke parochie
kerken.
Maar wel staat het vast, dat het
door Egmond is, dat de verering
van sommige Heiligen in Noord-
Holland algemene ingang vond.
Zo werd het feest van St. Jerven,
de pastoor-martelaar van Noord-
wijk, wiens relikwieën te Egmond
bewaard werden, in de 15e eeuw
door de Bisschop van Utrecht voor
geheel Noord-Holland ingevoerd,
terwijl het tot dan toe slechts
plaatselijk te Egmond werd ge
vierd. De verering van Sint Adel-
bert uitte zich hierin, dai zijn graf
te Egmond met de wonderdadige
put op de akker van heinde en
verre pelgrims trok, zoals dat te
genwoordig nog steeds het geval
is. Opmerkelijk is vooral, dat de
devotie tot de Heilige, die nog al
tijd bij jong en oud geliefd is en
een echte volks-Heilige genoemd
kan worden, de H. Nicolaas, in de
Egmondse parochie-kerken, zoals
trouwens door de Benedictijnen
kloosters in het algemeen, zeer
werd bevorderd. Zo was er in de
kerk te Spanbroek een altaar ter
ere van hem opgericht en was er
in die van Heiloo een eigen vica-
rie gesticht. Dat in Egmond aan
Zee St. Agnes en St. Andreas, in
Alkmaar en Oudorp St. Lauren -
tius, in Vronen (waar in 1297
kerk en dorp werden verwoest)
St. Pancratius, die nacjerhand aan
de herstelde buurtschap zelfs zijn
naam heeft gegeven, werden ver
eerd en zelfs tot kerkpatronen
werden verheven, moet ongetwij
feld aan de tussenkomst van Eg
mond worden toegeschreven. Of
het echter ook daaraan is te dan
ken,- dat in zes andere parochie
kerken van West-Friesland Sint
Maarten, in Ursem Sint Bavo, in
Heiloo St. Willibrord, in Span
broek St. Bonifatius tot patronen
werden gekozen, valt niet te be
wijzen.
Geestelijke bediening der
parochies.
De zielzorg in deze parochies
werd aanvankelijk naar gewoonte
uitgeoefend door wereldlijke pries
ters, die voor hun ambt door de
abt aan de bisschop of diens
plaatsvervanger werden voorge
dragen. Pas naderhand kwam
hierin enige verandering toen n.l.
de abdij ertoe overging, parochies
in te lijven. Dit betekende niet
enkel, dat deze met haar inkom
sten onder dé* kloosterbezittingen
werden opgenomen, maar dat er
ook hier en daar, hoewel niet
steeds overal, monniken tot pas-
toor werden aangesteld.
De eerste parochie, die aldus
door de abdij werd ingelijfd, was
de z.g. Buur-kerk te Egmond zelf
en de kleine parochie van St. Ag
nes te Egmond aan Zee. Dit ge
beurde niet zonder moeilijkheden
in 1442. Enige tijd later mis
schien in 1465 had ditzelfde
plaats met Heiloo en Alkmaar.
Voor wat Alkmaar betreft, wordt
als reden in de pauselijke goed
keuring in 1472 aangegeven, dat
de inkomsten der abdij „vanwege
de overstroming (de Egmonder-
meer was n.l. nog niet voldoende
ingepolderd) en andere ongeluk
kige gebeurlijkheden" zozeer wa
ren verminderd, dat zij zonder het
bezit van de Alkmaarse parochie
kerk niet meer aan haar verplich
tingen kon voldoen. In Heiloo wa
ren rond 1568 twee monniken
Barend Govertz en Johannes Cam
pus in de zielzorg werkzaam.
Wij zullen mettertijd gelegen
heid krijgen, de geschiedenis van
onze Noord-Hollandse parochies
elk afzonderlijk^ te behandelen,
waarbij wij dan vanzelf zullen
kunnen nagaan, in welke mate de
oude abdij van Egmond haar rech
ten en invloed heeft doen gelden.
Voor het ogenblik is het voldoen
de in het algemeen te wijzen op
het stempel van Egmond
dat het kerkelijk leven van onze
voorouders werd, opgedrukt.
In financieel opzicht waren de
parochies in meerdere of mindere
mate van de abdij afhankelijk. De
eigendomsrechten van het kloos
ter moesten in een bepaalde som
gelds door de pastoor erkend wor
den. Ook bestond er o.a. een be
lasting, die men moest opbrengen
bij het begraven, het z.g. legerstat
genaamd, waarvan de inkomsten
verdeeld werden tussen de abdij
en de dienstdoende geestelijke.
Maar het gaat o.i. te ver. wanneer
men zonder meer en in het vage
beweert, dat geld het grote con
tactpunt tussen de abdij en haar
kerken is en dat het godsdienstig
leven zowel van de parochianen
als van het klooster tenslotte door
het geld is vermoord. Deze be
wering, hoe bout zij ook is, is in
haar algemeenheid en gebrek aan
nuancering stellig onjuist en ge
tuigt van een eenzijdige en onvol
ledige voorstelling van zaken.
Want er valt, ook al zijn er zo
als overal schaduwzijden wel de
gelijk te wijzen op het meer licht
volle, het goede en zegenrijke in
de wederzijdse betrekkingen tus
sen abdij en parochie. Wij mogen
immers met reden veronderstellen
de bewijzen zijn daarvoor voor
handen dat de abdij zoveel mo
gelijk gezorgd heeft, dat er pries
ters werden aangesteld, die voor
hun taak berekend waren. Wel
was het destijds vooral in de 15e
eeuw een helaas dikwijls voor
komende treurige gewoonte ge
worden, dat de pastoorsfunctie niet
werd waargenomen door degene,
die dit eigenlijk behoorde te doen,
maar door een plaatsvervanger,
vice-cureyf genaamd. In de Eg
mondse parochies Alkmaar, Ou
dorp en Ursem was dit in 1514
eveneens het geval, terwijl in
Oterteek en St. Paneras de pas
toor daarentegen wel resideerde.
Wij moeten ook toegeven, dat in
1514 de vice-cureyt van Alkmaar
Arnold Hoeften en zijn kapelaan
Lubbrant Hilloo blijk gaven hun
parochie maar slecht te kennen, en
dat er in 1559 op de pastoor van
Obdam-Hensbroek, Jan Willemsz.,
die van te voren altarist was ge
weest in Wadwaai, veel viel aan
te merken. Maar het zou onbillijk
zijn en men zou de geschiedenis
onrecht aandoen als men deze over
de loop van meerdere tientallen
jaren verspreide, losstaande ge
vallen bijeen ging nemen en daar
mee een algemeen geldende toe
stand zou willen schetsen. Wat op
valt, is het verkeerde en juist dit
wordt, omdat het opvalt, door de
geschiedenis opgetekend en be
waard. Maar het goede, het nor
male wordt, juist omdat het ge
woon is, ook als iets vanzelfspre
kends aanvaard.
Van de andere kant moeten we
er ons voor wachten de invloed
van Egmond te overdrijven. Er
waren ong andere instanties, die
mettertijd in aanmerking kwamen
en hun rechten lieten gelden. Met
name was dit in Alkmaar het ge
val, waar Elbert Kuyk, die als een
vurig bestrijder van het Luthe
ranisme bekend stond, als pastoor
werd aangesteld, maar voor deze
benoeming jaarlijks 500 gulden
moest betalen aan enige kanunni
ken van het Dom-kapittel te
Utrecht. In Westfriesland, dat een
eigen, zelfstandig bestuurd gebied
vormde, de z.g. Proosdij, was het
de deken, die namens de proost
ir, Hoorn zetelde, die practisch de
Egmondse parochie-kerken ging
beheren. Een sprekend voorbeeld
daarvan vinden wij in 1558. Toen
kwamen de pastoors en schepe
nen van Oudorp, Koedijk, Broek
op Langendijk, Sint Paneras en
Oterleek vo,or een rechtszaak bij
een, waarbij de pastoor van Ou
dorp Andreas Cornelius als gevol
machtigde optrad van de Hoornse
deken Rudolphus Straatmans.
Maar er is daarbij in het geheel
geen sprake meer van de abdij,
ofschoon bedoelde parochies oor
spronkelijk toch onder haar rechts
macht vielen. En niet minder
trachtte de burgerlijke overheid
zich rechten aan te matigen. In
Westfriesland kwam tenslotte alles
onder toezicht van het wereldlijk
bestuur, dat de kerkmeesters koos
en de geestelijken salarieerde.
Vrienden van Egmond.
Toch zijn de meer persoonlijke
banden tussen Westfriesland en
Egmond hecht en oud. Velen droe
gen de Egmondse monniken een
oprechte vriendschap toe. Daarvan
vinden wij overvloedige bewijzen
in het Necrologium van Egmond,
het Doden-boek waarin al de
overleden weldoeners en vrienden
van Egmond voor het nageslacht
werden opgetekend. Wij treffen
er vooral uit de 13e en 14e eeuw
talrijke namen in aan van priesters
en leken, mannen en vrouwen die
afkomstig zijn uit Wognum, Nib-
bixwoud, Wijdenes, Hem, Schagen,
Haringhuizen, Gommerskarspel
(Enkhuizen) e.a. Daaruit valt voor
de hedendaagse geschiedschrijver
af te leiden, dat de invloed van de
abdij min of meer heel Westfries
land heeft doortrokken en dat zij
haar geestelijke gaven zal hebben
uitgestort over heel deze streek.
Economische betrekkingen.
Er zou tenslotte nog te wijzen
zijn op de meer stoffelijke ver
houdingen tussen klooster en ge
west. De abdij had goederen lig
gen o.a. te Callantsoog, in de na
bijheid van Schagen (in het land
van Harenkarspel) en Opperdoes.
Zij bezat op andere plaatsen ver
schillende inkomsten. Om slechts
een voorbeeld te noemen, in Ou
dorp, Vronen, Broek, Oterleek,
Ursem, Mijzen betaalde men voor
ieder kalf en ieder lam dat werd
geboren een obool. In Spanbroek,
Wadwaai, Wognum en Obdam of
ferde men voor een kalf vier eie
ren en voor een lam drie. Elders
offerde men uit het landbouwbe
drijf zoveel maten graan. Wij moe
ten deze zakelijke economische
betrekkingen, evenals trouwens
alle andere, zien in het licht vaft
de toenmalige tijd en ze daarnaar
beoordelen.
Toen eenmaal de oude abdij van
Egmond in de zomer van 1573 was
ten onder" gegaan, hebben de
Noord-Hollandse steden Alkmaar,
Hoorn en Enkhuizen een minder
fraaie rol gespeeld betreffende
haar stoffelijk bezit. In 1584 im
mers werden de geroofde kloos
tergoederen onder deze steden ver
deeld. De oude betrekkingen tus
sen Westfriesland eti Egmond ein
digden dus wel op een minder
verheffende wijze.
PAUL VAN BANESSE.
Rome dit knappe technische werk
tot een goed einde te brengen.
De gehele waterleiding, 86 kilo
meter lang, waarvan 78 kilometer
ondergronds kanaal, 3 kilometer
cementbuizen en 5 kilometer me
talen buizen, heeft vier millioen
werkdagen geëist en de totale on
kosten ervan bedragen 18 milliard
liren.
Nu Rome van voldoende hoe
veelheid water voorzien is, blijft
er voor het gemeentebestuur nog
de zorg bestaan de op heden be
schikbare electrische stroom
kracht met bijna de helft te ver
meerderen. Door de sporadische
regenval van de laatste twee ja
ren, waarvan de statistieken, se
dert 1792 bijgehouden, geen voor
beeld bevatten, zijn de waterbas
sins geheel uitgedroogd. In Italië
wordt de electrische stroom door
waterkracht opgewekt en zodra
dit laatste element niet aanwezig
is, staan de turbines in de electri
sche centrales ook stil.
-Rome heeft 2.800.000 K.W.
stroom per dag nodig en beschikt
heden nauwelijks over twee milli
oen eirvan. Vandaar allerlei nood-
bepalingen op het verbruik, zoals
driemaal per week afsluiting van
de stroom van 7 uur 's morgens
tot 6 uur 's avonds, bepalingen die
eerder aan een oorlogstoestand
doen denken dan aan toerisme
voor het Heilig Jaar.
De regering stelt alles in tiet
werk om een groot gedeelte van de
op het ogenblik ontbrekende
stroom voor Rome uit het noorden
van het land te betrekken. Maar
ook daar heerst eerder nood dan
overvloed. Voor het Heilig Jaar
zullen verschillende in aanbouw
zijnde centrales voltooid zijn,
maar zolang de natuur niet met
regering en gemeentebestuur
meewerkt en het water uit de wol
ken doet vallen op de plaatsen
waar de centrales gebouwd zijn,
zal dit electrische euvel niet ge
makkelijk verholpen kunnen wor
den.
BUITENLANDS OVERZICHT
De debatten in de politieke
commissie van de Ver. Naties
hebben van de vredelievende
sfeer, welke de Rus Wisjinsky
zeide te willen scheppen, weinig
overgelaten. De oorzaak hiervan
heeft de Engelse gedelegeerde Mc
Neill Woensdag in een vrij scherpe
rede, zeker niet onjuist en in elk
geval heel aardig, getypeerd, toen
hij de Russische fabel vertelde
van de slang, die even mooi zong
als de nachtegaal, maar wiens
aanwezigheid toch door iedereen
werd gewantrouwd.
Overigens heeft McNeill het niet
bij deze vergelijking gelaten, maar
Wisjinsky toegevoegd, dat. wilde
hij, dat de wereld enig vertrou
wen zou schenken aan Rusland's
vredelievendheid, men daar deze
nu ook eens moest tonen door
daden, want dat men met mooie
woorden niets opschoot.
Deze felle aanval van Enge
land op Rusland is des te merk
waardiger, omdat tot nu toe in dit
anti-Russische offensief de Ver.
Staten steeds de leiding hadden
en Engeland en natuurlijk ook
Frankrijk de Duitse bedreiging
altijd nog veel sterker voelen.
Deze Amerikaans-Frans-Engelse
tegenstelling is nog weer eens
heel duidelijk naar voren gekomen
door een tweetal interviews, deze
week gepubliceerd, een afkomstig
van de bekende Engelse generaal
Wavell en een van de man van
het Marshall-plan, de Amerikaan
Paul Hoffman.
Wavell geloofde niet aan een
oorlog met Rusland. Moskou heeft
in de oorlog en nog meer daarna
alles gekregen wat het rpaar kon
wensen. Rusland kan bij een oor
log niets meer winnen, alleen
maar alles verliezen, zeide Wavell,
en de Russén zijn nog altijd te
veel realisten geweest om in der
gelijke omstandigheden een oor
log te riskeren. Als wij ons mili
tair sterk maken, is er geen oorlog
met Rusland te vrezen. Maar wel
ziet deze Engelsman nog altiid
Duitsland als net grote gevaar.
Wavell heeft een rondreis ge
maakt door Duitsland en consta
teerde. dat de Duitser nog volop
geïnfecteerd is met een afschuwe
lijk nationalisme en alleen maar
medelijden met zichzelf heeft.
Bijna lijnrecht tegenover deze
opvatting staat die van de Ame
rikaan Hoffman. Hij gelooft niet
aan een Duits gevaar. Duitsland
heeft een te harde tol aan het
nationalisme betaald. Maar het
grote gevaar is Rusland, dat Hoff
man noemt de kolussus op lemen
voeten, welke echter reeds aan
het waggelen is. Vandaar die mee
dogenloze, zonder ophouden plaats
hebbende zuiveringen in Rusland
en zijn satelietstaten, welke er
duidelijk op wijzen, dat Stalin zijn
positie ziet bedreigd en overal
spoken ontwaart. Rusland zal in
deze positie vandaag of morgen
een uitval moeten doen naar West-
Duitsland. want zonder steenkool,
het staal en de geschoolde arbei
ders van West-Europa kan Rus
land niet staande blijven en ook
zijn posities in het Oosten niet
handhaven.
Het is deze tegenstelling, welke
ook de vorige week bij de bespre
kingen van de Grote Drie te Parijs
duidelijk aan het licht kwam.
Dat het beeld, dat Wavell te
kende van Duitsland, niet hele
maal onjuist was. hebben we nog
op een pijnlijke wijze ervaren op
het jongste congres van de K.V.P.
Zondag in Utrecht, waar een ver
tegenwoordiger van de kath. staat
kundige groepering in Duitsland
ditmaal ook voor het eerst aan
wezig was en een rede hield,
waarin hij wel gewag maakte van
de moeilijkheden, waarin Duits
land tengevolge van de oorlog
verkeerde, maar bij velen een
pijnlijke indruk wekte, doordat
hii. voor de eerste maal op het
K.V.P.-congres aanwezig, met geen
woord gewaagde van enig schuld
bewustzijn van Duitsland tegen
over het kleine Nederland. Het is
deze mentaliteit, welke nog steeds
wantrouwen wekt.
Op de werven v;
oord en van
Droogdokmaatscl
koortsachtig (reu
len schepen. Om
er het geratel
hamers tegen de
wanden, en het
lasapparaten. C
havens gieren dc
ten, die af en a«
Zo is het hart v:
Koningin van de
Schepen.
Kranen.
Rook en si:
Temidden van
ligt aan zware k
co gemeerd, dat
kruiser moet zijl
één en bij de R'.l
Bij Fe ij en oord
„Zeven Provincie
„De Ruyter" (di
Beide schepen
oorlog reeds op s-
se bemoeiingen h
dat in het voorscl
dracht" een klein
aangebracht. 780i
machines doen s
trische centrales
de schroeven doe:
reusachtige scher
terverplaatsing n
ton, zijn 185 m
breed, met een d
m. Twee mastei
stenen en vier
(met elk twee ka
is het vreesaanj
van Neerlands ni
donkere oorlogsn
dere bewapening
anti-luchtkanonne
een aantal dubbé
20 en 40 cm. Zv
ken en huidpant
het schip tegen
jectielen. Vanzei
men met de pra
uit de oorlog ta
behaald, waardoc
wij izi gingen in
aangebracht. De
van waaruit de J
vaarwel toewuive
loofden en echtge
leden, zijn verdw
Scheepsbeveilig
De oorlogserv;
ook geleerd, dat
langrijk hoger r
"V.
de hut van een o
dan werd men r
schip verwezen;
.mijnheer" achter
met deze traditi
nieuwe Nederlanc
broken. Vóór, ach
overal zijn comp;
officieren, onde;
manschappen. F
voorkomen, dat b
treffer niet een 1
van de scheepsbe
uitgeschakeld. Uitc
verdwijning van c
moeilijkheden m
Maar toch zal de
op elk der schepel
zal bestaan, geen
ven te maken o'
licht en lucht Vi
trales zullen het
trisch licht voorzi
lende ingebouwde
voor een geregel
sing.
Aan de hygiëne
("•"•««lljke aandach
dichte nabijheid
worden douche-ce
A «dip e'l Radar r
name plaats in. D(
jes op dit gebied
aangewend.
„Zeven Provin
Ruvter" het wore
pen. slank en sne!
Ze worden aan
sterkte toegevoegc
dat nodig mocht
end der democat:
Neerlands kracht
lijk op het watei
VOOR DAME
Fantasie-sc
Huishoudsi
Hoofddoek
Buitengew
VOOR HEREI
Nappa hai
Bretelles
Overhemd)
De SINT
verzoet
CEBRUI
Magazijnrr
Telef. 349
Goederen
Buitengewoc
gemakkelij
zwart suèd
sport moll, d
met lak ge- 1
garneerd.
-